De bus stopte recht tegenover het flatgebouw waar Sonja Pettersen woonde. Toen Sigrid de zware deur opendeed, hoorde ze op de binnenplaats de echo van jongensstemmen en het geluid van een stuiterende bal die afwisselend zware en lichte geluiden maakte. Aan de andere kant van de straat had iemand een oude autoband in brand gestoken. De walm was zwaar en rook giftig. Georg draaide nieuwsgierig zijn hoofd heen en weer om niets te hoeven missen. Zijn hersenen registreerden tal van vreemde geluiden.

Het trappenhuis droeg de sporen van ouderdom. Sigrid dacht aan het bezoek aan Cato’s moeder. Er zat een mensenleven tussen Cato en zijn moeder. Sigrid had het gesprek gaande moeten houden. Ze had geprobeerd om niet te piekeren en te analyseren. De rust die ze de laatste tijd had verworven, was misschien van voorbijgaande aard. Ze kon niet ontkennen dat er iets was wat haar verontrustte. Cato’s onderliggende geestesgesteldheid voelde dreigend aan. Had hij zich maar voor haar opengesteld. Ze had gezocht naar het boek dat hij aan het lezen was. Ze had het niet kunnen vinden.

Sigrid drukte op de bel. Sonja had verteld dat twee collega’s van het opvanghuis in hetzelfde trappenhuis woonden.

Sonja Pettersen had een gezellige flat. Tot de rand toe gevuld met antieke spullen. Ze maakte een energieke, opgeruimde indruk, vertelde dat ze die morgen had gezwommen, en dat ze ook nog een paar uur had gewerkt. Een zwarte kat met gele ogen trippelde rond met het hautaine air van een bezitter. Georg probeerde hem te pakken. De kat sprong behoedzaam op de brede vensterbank en bleef daar niets ziend zitten staren. Toen begon hij zichzelf te wassen.

De kamer was helemaal vierkant. Voor de hoge ramen hingen geen gordijnen, maar boeketten gedroogde rozen. Ze hingen naast elkaar aan een blauwe band aan de houten gordijnroeden. De muren waren diepgroen van kleur en de raamkozijnen spierwit. Op de tafel lag een kleine, bruine trommel. De foto’s aan de muur waren ingelijste posters waarop mensen stonden afgebeeld die met elkaar in gesprek waren. Sigrids blik fixeerde zich op een man met een groene mond.

Sonja Pettersen nam het kind van Sigrid over. “Kom”, zei ze zacht. Pakte een doosje lucifers en stak een schaaltje met wierook aan. “Aina en Hugo wonen hier ook”, zei ze, “in dit flatgebouw.” Ze liep rustig naar de kat op de vensterbank met het kind wiegend op haar heup. Het kind strekte zijn hele lichaam in de richting van het dier. Zijn ronde gezichtje straalde.

“Ze werken ook in het opvanghuis”, ging ze verder. “Hugo is de eigenaar van dit pand. Hij heeft het vijf jaar geleden geërfd. Wist niets van zijn Noorse vader af, kreeg in Duitsland gewoon een brief met de post dat hij een huis had geërfd in Oslo. Aina en ik wonen hier goedkoop. Zij woont aan de overkant van de gang.”

Sigrid nam Georg over die naar het zwarte, zachte dier bleef staren. “Ik hou niet zo van katten”, zei ze en volgde Sonja met haar ogen toen ze naar de keuken liep. Het jongetje gilde en wilde terug naar de kat. Sigrid liep achter Sonja aan.

“Ik maak pepermuntthee”, zei ze. “Heb je dat wel eens gehad?” Sigrid schudde het hoofd en voelde een vage trek van irritatie op haar voorhoofd. Er veranderde iets in de structuur van haar gezicht. “Met z’n hoevelen zijn we?” vroeg ze.

“Drie”, zei Sonja en draaide zich om. “Aina komt ook.”

“Dus het is geen grote cursus?”

“Dit is geen cursus”, zei Sonja. “Ik doe het alleen maar voor jullie. Je ziet er een beetje moe uit. Neem jij de kopjes mee naar binnen?” Ze knikte naar de drie witte mokken die op de oude, geloogde keukentafel stonden.

Sigrid reeg de oren aan haar wijsvinger. Georg gaapte vermoeid. “Ik ga kijken of hij wil slapen”, zei ze.

“Goed idee”, zei Sonja en deed de deur van de koelkast open. “Leg hem maar in de slaapkamer. Dat is de deur naast de badkamer”, zei ze.

Toen Sigrid terugkwam, stond Sonja met de rug naar haar toe. Sigrid leunde tegen de deurpost. “Ik moet toegeven dat ik er een beetje sceptisch tegenover sta”, begon ze voorzichtig.

Sonja draaide zich snel om en glimlachte. “Dat is niet erg”, zei ze. “Ik ben een aantal keren in Kopenhagen geweest, op cursus. Bij iemand die Jonathan Horwitz heette. Hij is sjamaan”, verklaarde ze, en stopte een stukje kaas in haar mond. “Ik ben in Stockholm geweest, en in een centrum in Son. Veel mensen zijn sceptisch. Dat is eigenlijk alleen maar een voordeel.”

“Hoezo?”

“Wacht maar af”, zei Sonja geheimzinnig.

“Ik voel dat ik last krijg van een schuldgevoel als ik nu afhaak”, zei Sigrid.

“Zo moet je niet denken. Wacht tot na afloop. Wacht tot je je schreeuw hebt geschreeuwd.”

“Mijn schreeuw?”

“Neem jij de crackers mee?” Sonja negeerde de sceptische vraag en liep met de schaal met kaas de kamer in.

“Eerst eten we wat”, zei ze en veegde haar handpalmen tegen elkaar.

Toen Aina Wiken aankwam, was Georg in de koele slaapkamer in slaap gevallen. Sigrid had een wollen deken opgerold en achter zijn rug gelegd, zodat hij niet uit het bed zou vallen.

Terwijl ze crackers met kaas aten, zaten ze samen te praten. Aina Wiken vertelde opgewonden over de nieuwe vrouw die de vorige dag was aangekomen. “Ze moet zo snel mogelijk naar de tandarts”, zei ze.

De kat zat op de vensterbank en keek naar de drie vrouwen. Sigrid voelde dat de blik van het dier op haar was gericht.

“Het moet heel zwaar zijn om dat alles aan te moeten zien”, zei ze.

“Ja”, zei Sonja, “dat is bij vlagen ook zo.”

“Maar we doen belangrijk werk”, voegde Aina Wiken toe.

“Maar hoe gaat het dan uiteindelijk? Gaan ze terug naar hun man of gaan ze bij hem weg, wat doen ze?”

“Veel blijven”, zei Sonja ernstig.

“Veel te veel.” Aina Wiken nam een slok van haar pepermuntthee. “Vaak is het zo dat de vrouwen zich aanpassen aan de eisen van hun man en zo hopen dat er een eind komt aan de mishandeling. Ze hebben meestal kinderen. Sommigen zien het als een normaal onderdeel van het samenleven.” Ze hief haar handen op en maakte twee kleine aanhalingstekens in de lucht toen ze ‘normaal’ zei.

“Veel vrouwen moeten eerst een aantal keer vertrekken, voor ze dat ook werkelijk doen”, zei Sonja. “We hebben vrouwen die wel vier of vijf keer bij ons zijn geweest.”

“Ergeren jullie je daar dan niet een beetje aan?” vroeg Sigrid.

Sonja Pettersen schudde haar hoofd. “Ergeren? We worden hartstikke kwaad”, lachte ze.

Ze gingen alle drie op de grond zitten, ieder op een kussen. “Ik weet niet waarom ik hier ben”, zei Sigrid.

Sonja glimlachte. “Dat hoef je ook niet te weten, je zult al iets bereiken door alleen maar hier te zijn.”

“Je hoeft ook geen grote, onoverkomelijke problemen te hebben. Je hoeft hier alleen maar te zitten en mens te zijn. Oké?”

Sigrid knikte en glimlachte voorzichtig.

“Ik geloof dat er dingen zijn die we niet kunnen begrijpen”, zei Aina Wiken terwijl ze Sigrid aankeek. “Ik heb eerder een cursus bij Sonja gevolgd. Daaraan deden intelligente, goed ontwikkelde vrouwen mee.” Ze aaide de kat, die tussen hen in was gekropen. “Ik heb een religieus verlangen”, zei ze. “Dat wordt steeds sterker.”

“Gewoon gelukkig zijn is genoeg voor mij”, zei Sigrid. “Het hoeft niet esoterisch te zijn.”

“Het enige waarmee ik jullie zal proberen te helpen, is het terugvinden van de oermens in jezelf. Waar jullie naar zoeken, is jullie eigen zaak.”

Sonja had een mooie, melodieuze stem. “Ik had het niet gered zonder mijn krachtdier. Het is een ster die mij de weg wijst.” Ze bladerde snel door haar dierenkaarten. “Ik zal jullie ieder een dier geven”, zei ze. “Dat dier zal kracht en wijsheid in jullie oproepen. Ik zal jullie een boom geven. In die boom kunnen jullie de waarheid zoeken. Als jullie in de loop van deze week over het dier of de boom dromen, betekent dat dat jullie op de goede weg zijn. Jij houdt niet van dieren?”

Sigrid schudde haar hoofd. “Eigenlijk niet.”

“Ik zal je een dier geven dat je kunt leren kennen. Ik wil dat je de eigenschappen van het dier gaat bestuderen zodat je ermee vertrouwd raakt. Dat zal je goed doen.”

“Ik wil liefde”, hoorde Sigrid haar eigen stem. “Ik heb schuldgevoelens. Het lukt mij niet om van zijn kinderen te houden.”

Ze voelde zich onzichtbaar op de plaats waar ze zat, en ze begreep niet waar ze de woorden vandaan haalde.

“Je krachtdier zal je leiden”, zei Sonja Pettersen en begon voorzichtig op de kleine trommel te slaan.

Het dertiende sterrenbeeld
cover.html
Section0001.xhtml
Section0002.xhtml
Section0003.xhtml
Section0004.xhtml
Section0005.xhtml
Section0006.xhtml
Section0007.xhtml
Section0008.xhtml
Section0009.xhtml
Section0010.xhtml
Section0011.xhtml
Section0012.xhtml
Section0013.xhtml
Section0014.xhtml
Section0015.xhtml
Section0016.xhtml
Section0017.xhtml
Section0018.xhtml
Section0019.xhtml
Section0020.xhtml
Section0021.xhtml
Section0022.xhtml
Section0023.xhtml
Section0024.xhtml
Section0025.xhtml
Section0026.xhtml
Section0027.xhtml
Section0028.xhtml
Section0029.xhtml
Section0030.xhtml
Section0031.xhtml
Section0032.xhtml
Section0033.xhtml
Section0034.xhtml
Section0035.xhtml
Section0036.xhtml
Section0037.xhtml
Section0038.xhtml
Section0039.xhtml
Section0040.xhtml
Section0041.xhtml
Section0042.xhtml
Section0043.xhtml
Section0044.xhtml
Section0045.xhtml
Section0046.xhtml
Section0047.xhtml
Section0048.xhtml
Section0049.xhtml
Section0050.xhtml
Section0051.xhtml
Section0052.xhtml
Section0053.xhtml
Section0054.xhtml
Section0055.xhtml
Section0056.xhtml
Section0057.xhtml
Section0058.xhtml
Section0059.xhtml
Section0060.xhtml
Section0061.xhtml
Section0062.xhtml
Section0063.xhtml
Section0064.xhtml
Section0065.xhtml
Section0066.xhtml
Section0067.xhtml
Section0068.xhtml
Section0069.xhtml
Section0070.xhtml
Section0071.xhtml
Section0072.xhtml
Section0073.xhtml
Section0074.xhtml
Section0075.xhtml
Section0076.xhtml
Section0077.xhtml
Section0078.xhtml
Section0079.xhtml
Section0080.xhtml
Section0081.xhtml
Section0082.xhtml
Section0083.xhtml
Section0084.xhtml
Section0085.xhtml
Section0086.xhtml
Section0087.xhtml
Section0088.xhtml
Section0089.xhtml
Section0090.xhtml
Section0091.xhtml
Section0092.xhtml
Section0093.xhtml
Section0094.xhtml
Section0095.xhtml
Section0096.xhtml
Section0097.xhtml
Section0098.xhtml
Section0099.xhtml
Section0100.xhtml
Section0101.xhtml
Section0102.xhtml
Section0103.xhtml
Section0104.xhtml
Section0105.xhtml
Section0106.xhtml
Section0107.xhtml
Section0108.xhtml
Section0109.xhtml
Section0110.xhtml
Section0111.xhtml
Section0112.xhtml
Section0113.xhtml
Section0114.xhtml
Section0115.xhtml
Section0116.xhtml
Section0117.xhtml
Section0118.xhtml
Section0119.xhtml
Section0120.xhtml
Section0121.xhtml
Section0122.xhtml
Section0123.xhtml
Section0124.xhtml
Section0125.xhtml
Section0126.xhtml
Section0127.xhtml
Section0128.xhtml
Section0129.xhtml