3

Alle etiketten zaten op de glazen ampullen en de Saraceen had het keurig op tijd voor elkaar gekregen.

Hij had onvermoeibaar doorgewerkt, maar het geluk had ook een duit in het zakje gedaan: een van zijn collega’s had een ongeluk gehad en dat had hem de kans gegeven een aantal dubbele diensten te draaien.

Hij had direct vanaf het begin de klus aangepakt alsof het om een productielijn ging. Hij had zichzelf geïnstalleerd in een deel van het magazijn dat schuilging achter torenhoge stapels geplet verpakkingsmateriaal. Hij kon daar ongestoord werken en had een tuinslang, een afvoerpijp, een afvalpers, een lijmpistool en diverse grote, plastic bakken bij de hand.

Hij vulde de bakken met het oplosmiddel, sneed de in krimpfolie verpakte dozen met officiële medicijnen open en dompelde de kleine, glazen ampullen twee punt vijf minuten in de vloeistof – de optimale tijdsduur, had hij ontdekt, om de etiketten los te weken. Hij legde de labels vervolgens twee minuten voor een straalkachel te drogen – dezelfde tijd die het kostte om de ongewenste ampullen in de afvalpers te gooien, ze tot pulp te vermalen en het vloeibare medicijn dat erin had gezeten via de afvoerpijp weg te laten lopen.

Het traagste deel van het proces was het besmeren van de achterkant van de etiketten met het lijmpistool, om ze vervolgens op zijn eigen ampullen te plakken. Het leek in eerste instantie zo traag te gaan dat hij bang was dat hij nooit zijn deadline zou halen, maar hij kwam er al snel achter dat hij het proces drastisch kon versnellen door er niet over na te denken, in een bepaald ritme te komen en als een robot het lijmpistool te hanteren.

Hij had het geluk dat het magazijn zijn eigen krimpfolieapparaat had, bedoeld om eventuele schade aan verpakkingen te herstellen. De Saraceen had dus geen enkel probleem om de dodelijke flesjes opnieuw op de juiste manier te verpakken.

Aan het eind van de eerste avond had hij duizend kleine ampullen die in niets afweken van die van Chyron zelf. Ze waren gevuld met eenzelfde heldere vloeistof, ze hadden de juiste etiketten voor een algemeen gebruikt medicijn, ze waren verpakt in dezelfde dozen, met de correcte barcodes, serienummers en vrachtbrieven. Het enige verschil – alleen te ontdekken via een ingewikkelde chemische analyse – was dat een potentieel levensreddend middel was vervangen door de huisgemaakte apocalyps van de Saraceen.

Hij was arts en wist daarom precies wat er ging gebeuren als de ampullen in Amerika waren beland. Een arts of daartoe bevoegde verpleegkundige zou een injectienaald van drie centimeter of langer door het dopje van de ampul steken. De naaldlengte was belangrijk, want het materiaal dat zij dachten te gaan injecteren moest worden toegediend via wat de intramusculaire route werd genoemd. Het zou worden ingespoten in de deltaspier van de bovenarm en er was een naald van minstens drie centimeter voor nodig om het spierweefsel van volwassenen en oudere kinderen te doorboren. Bij peuters en jonge kinderen was een naald van twee centimeter al voldoende, maar bij hen werd de injectie in de achterkant van de dij gegeven.

Wat de leeftijd van de patiënt of de plek van de inenting ook was, als het virus eenmaal in het lichaam zat – en bij een intramusculaire injectie zou dat nooit misgaan – kon die persoon niet meer gered worden. Je zou ze dan, heel toepasselijk, zombies kunnen noemen – wandelende doden.

De Saraceen wist ook dat er in elke gemeenschap wel een kleine groep was – pasgeboren baby’s – die uitgesloten was van het toedienen van het zogenaamde legitieme medicijn, maar dat maakte niet uit. Met tienduizend vectoren en gezien het feit dat pokken via de lucht werd verspreid, net als een gewone verkoudheid, was de enige manier om niet besmet te worden, zowel voor baby’s als voor anderen die niet geïnfecteerd waren, stoppen met ademhalen.

Nu hij de duizend glazen ampullen klaar had, en hij ervan overtuigd was dat het nog sneller kon, klokte hij die eerste avond uit en ging overborrelend van hoop en wilde opwinding naar huis. De zon kwam net op, maar in plaats van op het bed in zijn kleine appartement te ploffen, begon hij aan een ritueel dat hij de hele komende week zou volhouden.

Hij zette de tv aan en keek naar het Weather Channel.

Dat gaf in de vroege ochtenduren een compleet overzicht van de weersituatie in de Verenigde Staten. De Saraceen zag tot zijn grote plezier dat er een voor die tijd van het jaar ongewoon koudefront aankwam vanuit Canada. Alle experts op de zender voorspelden dat de kou dit jaar vroeg zou invallen.

Deze schijnbaar toevallige bijkomstigheid garandeerde dat de ophanden zijnde aanval zo mogelijk nog verwoestender zou zijn. Alle door de lucht overdraagbare virussen – niet alleen pokken – waren veel besmettelijker in koude omstandigheden en de meeste experts schatten dat er dan wel dertig procent meer slachtoffers zouden vallen. De redenen zijn duidelijk: mensen hoesten en niezen meer, ze nemen de bus in plaats van te gaan lopen, ze eten in restaurants en niet op terrassen. Als de temperatuur daalt, kruipen de mensen onbewust dichter op elkaar en zo zorgen ze voor een veel betere omgeving om het virale materiaal te verspreiden.

Zeven dagen later, toen hij de laatste van de tienduizend ampullen had verwerkt, zag de Saraceen dat het koudefront in hevigheid toenam en zich over een groter gebied uitbreidde.

Hij bracht de in plastic gewikkelde dozen weer terug naar het magazijn zelf, zette ze in de juiste vakken voor de voor hen bedoelde bestemmingen en controleerde nog een laatste keer of alle documenten in orde waren.

Over vierentwintig uur zou een aantal trucks, onderdeel van het eindeloze konvooi dat constant de Europese fabriek van Chyron in- en uitreed, de dozen ophalen en ze naar het honderdtwintig kilometer verderop gelegen vliegveld van Frankfurt vervoeren.

De vlucht naar Amerika zou ongeveer tien uur duren, de dozen zouden worden overgebracht naar de regionale magazijnen van het bedrijf en – ongeveer twaalf uur later – zouden ze in vrachtwagens geladen worden en worden afgeleverd bij ziekenhuizen en artsen overal in de Verenigde Staten.

Eenzaam in het magazijn, met alleen zijn gedachten en God om hem gezelschap te houden, was de Saraceen ervan overtuigd dat over achtenveertig uur de storm – zowel letterlijk als figuurlijk – zou losbarsten boven de republiek.

Ik ben Pelgrim
IkBenPelgrim1.html
IkBenPelgrim2.html
IkBenPelgrim3.html
IkBenPelgrim4.html
IkBenPelgrim5.html
IkBenPelgrim6.html
IkBenPelgrim7.html
IkBenPelgrim8.html
IkBenPelgrim9.html
IkBenPelgrim10.html
IkBenPelgrim11.html
IkBenPelgrim12.html
IkBenPelgrim13.html
IkBenPelgrim14.html
IkBenPelgrim15.html
IkBenPelgrim16.html
IkBenPelgrim17.html
IkBenPelgrim18.html
IkBenPelgrim19.html
IkBenPelgrim20.html
IkBenPelgrim21.html
IkBenPelgrim22.html
IkBenPelgrim23.html
IkBenPelgrim24.html
IkBenPelgrim25.html
IkBenPelgrim26.html
IkBenPelgrim27.html
IkBenPelgrim28.html
IkBenPelgrim29.html
IkBenPelgrim30.html
IkBenPelgrim31.html
IkBenPelgrim32.html
IkBenPelgrim33.html
IkBenPelgrim34.html
IkBenPelgrim35.html
IkBenPelgrim36.html
IkBenPelgrim37.html
IkBenPelgrim38.html
IkBenPelgrim39.html
IkBenPelgrim40.html
IkBenPelgrim41.html
IkBenPelgrim42.html
IkBenPelgrim43.html
IkBenPelgrim44.html
IkBenPelgrim45.html
IkBenPelgrim46.html
IkBenPelgrim47.html
IkBenPelgrim48.html
IkBenPelgrim49.html
IkBenPelgrim50.html
IkBenPelgrim51.html
IkBenPelgrim52.html
IkBenPelgrim53.html
IkBenPelgrim54.html
IkBenPelgrim55.html
IkBenPelgrim56.html
IkBenPelgrim57.html
IkBenPelgrim58.html
IkBenPelgrim59.html
IkBenPelgrim60.html
IkBenPelgrim61.html
IkBenPelgrim62.html
IkBenPelgrim63.html
IkBenPelgrim64.html
IkBenPelgrim65.html
IkBenPelgrim66.html
IkBenPelgrim67.html
IkBenPelgrim68.html
IkBenPelgrim69.html
IkBenPelgrim70.html
IkBenPelgrim71.html
IkBenPelgrim72.html
IkBenPelgrim73.html
IkBenPelgrim74.html
IkBenPelgrim75.html
IkBenPelgrim76.html
IkBenPelgrim77.html
IkBenPelgrim78.html
IkBenPelgrim79.html
IkBenPelgrim80.html
IkBenPelgrim81.html
IkBenPelgrim82.html
IkBenPelgrim83.html
IkBenPelgrim84.html
IkBenPelgrim85.html
IkBenPelgrim86.html
IkBenPelgrim87.html
IkBenPelgrim88.html
IkBenPelgrim89.html
IkBenPelgrim90.html
IkBenPelgrim91.html
IkBenPelgrim92.html
IkBenPelgrim93.html
IkBenPelgrim94.html
IkBenPelgrim95.html
IkBenPelgrim96.html
IkBenPelgrim97.html
IkBenPelgrim98.html
IkBenPelgrim99.html
IkBenPelgrim100.html
IkBenPelgrim101.html
IkBenPelgrim102.html
IkBenPelgrim103.html
IkBenPelgrim104.html
IkBenPelgrim105.html
IkBenPelgrim106.html
IkBenPelgrim107.html
IkBenPelgrim108.html
IkBenPelgrim109.html
IkBenPelgrim110.html
IkBenPelgrim111.html
IkBenPelgrim112.html
IkBenPelgrim113.html
IkBenPelgrim114.html
IkBenPelgrim115.html
IkBenPelgrim116.html
IkBenPelgrim117.html
IkBenPelgrim118.html
IkBenPelgrim119.html
IkBenPelgrim120.html
IkBenPelgrim121.html
IkBenPelgrim122.html
IkBenPelgrim123.html
IkBenPelgrim124.html
IkBenPelgrim125.html
IkBenPelgrim126.html
IkBenPelgrim127.html
IkBenPelgrim128.html
IkBenPelgrim129.html
IkBenPelgrim130.html
IkBenPelgrim131.html
IkBenPelgrim132.html
IkBenPelgrim133.html
IkBenPelgrim134.html
IkBenPelgrim135.html
IkBenPelgrim136.html
IkBenPelgrim137.html
IkBenPelgrim138.html
IkBenPelgrim139.html
IkBenPelgrim140.html
IkBenPelgrim141.html
IkBenPelgrim142.html
IkBenPelgrim143.html
IkBenPelgrim144.html
IkBenPelgrim145.html
IkBenPelgrim146.html
IkBenPelgrim147.html
IkBenPelgrim148.html
IkBenPelgrim149.html
IkBenPelgrim150.html
IkBenPelgrim151.html
IkBenPelgrim152.html
IkBenPelgrim153.html
IkBenPelgrim154.html
IkBenPelgrim155.html
IkBenPelgrim156.html
IkBenPelgrim157.html
IkBenPelgrim158.html
IkBenPelgrim159.html
IkBenPelgrim160.html
IkBenPelgrim161.html
IkBenPelgrim162.html
IkBenPelgrim163.html
IkBenPelgrim164.html
IkBenPelgrim165.html
IkBenPelgrim166.html
IkBenPelgrim167.html
IkBenPelgrim168.html
IkBenPelgrim169.html
IkBenPelgrim170.html
IkBenPelgrim171.html
IkBenPelgrim172.html
IkBenPelgrim173.html
IkBenPelgrim174.html
IkBenPelgrim175.html
IkBenPelgrim176.html
IkBenPelgrim177.html
IkBenPelgrim178.html
IkBenPelgrim179.html
IkBenPelgrim180.html
IkBenPelgrim181.html
IkBenPelgrim182.html
IkBenPelgrim183.html
IkBenPelgrim184.html
IkBenPelgrim185.html
IkBenPelgrim186.html
IkBenPelgrim187.html
IkBenPelgrim188.html
IkBenPelgrim189.html
IkBenPelgrim190.html
IkBenPelgrim191.html
IkBenPelgrim192.html
IkBenPelgrim193.html
IkBenPelgrim194.html
IkBenPelgrim195.html
IkBenPelgrim196.html
IkBenPelgrim197.html
IkBenPelgrim198.html
IkBenPelgrim199.html
IkBenPelgrim200.html
IkBenPelgrim201.html