49
Ik stapte twee kleine kamers binnen. In de winter was dit Gianfranco’s appartement, maar nu ging het meubilair schuil onder een dikke laag stof en was verder alles weggeborgen.
Ik zette het apparaat aan en keek hoe de naald op de voltmeter flikkerend tot leven kwam. Het was van Zwitserse makelij en duur, maar in tegenstelling tot al die troep uit China wist ik zeker dat deze zou werken. Het apparaat was bedoeld voor aannemers en dergelijke en het gaf aan waar de elektrische bedrading zat, zodat je niet per ongeluk werd geëlektrocuteerd als je een muur openhakte.
Als er een geheime deur of luik naar het botenhuis was, dan zou die volgens mij ofwel mechanisch ofwel elektrisch worden bediend. Het probleem met mechanische bediening was dat het gecompliceerd werkte: je zou hendels en katrollen nodig hebben, kabels en contragewichten. Een elektrisch systeem daarentegen vereiste alleen maar een elektromotor en het leek me daarom de meer voor de hand liggende kandidaat.
Ik hield het apparaat omhoog, drukte de twee pinnen tegen de muur en ging aan het werk. Ik probeerde een stroomkabel te vinden die naar een verborgen schakelaar leidde, maar hoewel het apparaat volop bekabeling vond, leidde het allemaal naar lampen en stopcontacten. Zodra ik klaar was met de muren, begon ik aan het plafond en de vloer, maar ook dat leverde niets op.
Ik liep weer omlaag en merkte dat de wind was aangewakkerd en de grote deuren deed rammelen – er was storm op komst – maar ik negeerde het en liep de werkplaats in. Dat vertrek, vol elektrisch gereedschap en planken vol verf, lag tegen het klif aan en het leek me daarom de meest waarschijnlijke locatie voor een verborgen deur. Ik begon bij de achtermuur en werkte snel.
De naald van de voltmeter bleef uitslaan – het wemelde in de muur van de bedrading – maar het leidde allemaal naar een van de vele stopcontacten en schakelaars, die stuk voor stuk legitiem bleken. Het plafond en de betonnen vloer – zelfs onder de werkbanken – leverden niets op en mijn stemming daalde.
Terwijl ik me afvroeg of ik me misschien te veel had laten meeslepen door de swastika’s liep ik naar de kleedkamers. De hoop laaide op toen ik een schakelaar onder een houten bank vond, om weer volledig uit te doven toen ik ontdekte dat die de vloerverwarming regelde.
Van daar liep ik naar de douches, maar ik besloot eerst het toilet te onderzoeken. Ik raakte zo langzamerhand door mijn mogelijkheden heen.
Het plafond en de vloer deden niets, en dat gold ook voor drie van de muren, maar op de muur waarin het fonteintje zat, met daarboven een kastje met een spiegel, kreeg ik een signaal.
Er zaten geen lichtknoppen of stopcontacten op die muur, maar de flikkerende naald bezorgde me nog geen euforie: ik nam aan dat er een klein lampje in het kastje zat. Ik deed het deurtje open en trof er, behalve een oude tandenborstel, verder niets aan.
Met behulp van de meter volgde ik de bedrading langs het pleisterwerk, tot die een rechte hoek maakte: de muur met het toilet en de stortbak hield me tegen. Dat was vreemd – een elektriciteitsleiding liep recht langs een zijmuur en verdween in een hoek. Wat zat er achter dat toilet? vroeg ik me af. Ik klopte op de muur – die was van graniet of baksteen. Geen holle ruimtes.
Ik draaide me om naar het kastje en gebruikte de meter om eromheen te zoeken. De draad hield duidelijk op achter het kastje. Dat was in wezen niet meer dan een houten doos en ik bekeek het nu wat aandachtiger: het was oud, vrijwel zeker aangebracht toen het huis werd gebouwd – maar de spiegel was nieuw. Ik vroeg me af of iemand van de onderhoudsploeg – Gianfranco – opdracht had gekregen de spiegel te vervangen en, toen hij het kastje van de muur haalde, iets veel interessanters had ontdekt.
Ik gebruikte de zaklantaarn aan mijn sleutelring en voelde met mijn vingers langs de randen van de doos – als er een schakelaar achter zat, moest die toch makkelijk te bedienen zijn. Maar zo eenvoudig was het niet, en ik maakte al aanstalten het kastje van de muur te schroeven of het eenvoudigweg met een hamer weg te slaan, toen ik een kleine, ingenieus aangebrachte schakelaar aan de onderkant van het kastje voelde.
Ik haalde hem over, het kastje kwam los van de muur en ik kon het omhoogkantelen: een perfect staaltje Duits vakmanschap.
In de muur erachter zat een verzonken koperen knop met daarin een swastika gegraveerd. Ik drukte erop.