61
Negende hoofdstuk.
Wilkes maakt een begin met Kruimeltjes opvoeding.
K ruimeltjes nieuwe vriend Wilkes had zich dien dag al meermalen verwonderd, waar de jongen toch bleef. Want de man was van meening, dat Kruimeltje toch allicht zou thuiskomen om wat te eten. Hemel, moest het kind dan den heelen dag zonder eten rondloopen? Waarom kwam hij niet een boterham halen?
Maar Wilkes wist niet genoeg van Kruimeltjes leven en gewoonten, wist niet, dat de jongen niet anders gewend was, dat hij zelden van Vrouw Koster op geregelde tijden een maaltijd had gekregen en steeds maar zijn maag vulde met dingen, die hij hier en daar langs de straat oppikte of van die en gene kreeg. Maar Kruimeltjes leven was in het geheel niet te vergelijken met dat van andere kinderen, in wier leven netheid en orde regel zijn... en dat wist Wilkes niet of dacht er niet aan.
Het was dan ook al elf uur in den avond, toen de jongen met Moor het winkeltje
binnenstoof, juist toen Wilkes ging sluiten.
Chr. van Abkoude, Kruimeltje