Hoofdstuk 26

..

‘Ik kan niet geloven dat papa dat heeft gedaan,’ zei Paul boos door de telefoon toen hij vanaf zijn kantoor met Grace belde. ‘Wat voor recht denkt hij te hebben om jou te dwingen ergens naartoe te gaan waar je helemaal niet naartoe wilt? Ik zeg je, mam, hij wordt erger naarmate hij ouder wordt. Hij is een controlfreak.’

‘Ik ben blij dat je mijn sms hebt gekregen,’ zei Grace met haar mobieltje tegen haar oor terwijl ze op een bank in het park een broodje zat te eten. ‘Mijn telefoon was leeg toen ik je sms’te. Ik keek er zo naar uit om jou te zien en Charles te ontmoeten.’

Grace was verschrikkelijk slecht in liegen en ze wist dat Paul niet echt overtuigd zou zijn van haar sms dat Gordon en zij een paar dagen naar de kust waren, naar die afschuwelijke kustplaats waarover ze zo vaak grappen hadden gemaakt. Ondanks haar poging had Paul de waarheid binnen een minuut uit haar getrokken en hij was razend.

‘Je zult Charles snel ontmoeten, dat beloof ik je,’ gromde Paul. ‘Mam, ik haat het om het te zeggen, maar papa begint door te draaien.’

‘Doe niet zo gek, lieverd...’

‘Ik meen het. Laura heeft me verteld wat er met Joe is gebeurd toen ze voetbalden.’

‘Niet doen, Paul, zo slecht is hij niet,’ zei Grace, die zich met de minuut trouwelozer voelde omdat ze niet meende wat ze zei.

‘Het probleem met papa is dat hij altijd de aardige dokter Jekyll speelt als de dingen gaan zoals hij wil, maar zodra dat niet meer zo is, komt Mr Hyde met een wraakactie. En Mr Hyde komt de laatste tijd steeds vaker tevoorschijn. Mam, we zijn allemaal volwassen, dus hij kan ons niet meer vertellen wat we moeten doen. Waarom zit er zoveel boosheid in hem? Alsof hij voortdurend wacht op een excuus om woedend te worden. Ik heb het nooit begrepen.’

Grace zuchtte. Zij wist wel waarom haar echtgenoot zo was. De boosheid was geboren uit frustratie. Jaren en jaren seksuele frustratie, van impotentie en te trots zijn om hulp te zoeken. Maar dat kon ze haar zoon natuurlijk niet vertellen.

‘Paul...’

‘Mam, ik snap niet hoe je het al die jaren met hem hebt uitgehouden. Je kunt niet gelukkig geweest zijn.’

‘Natuurlijk was ik dat wel,’ zei Grace. ‘Jullie hebben me de gelukkigste vrouw op aarde gemaakt.’

‘Vertel me dan eens eerlijk of je met hem getrouwd zou zijn als hij geen drie jonge kinderen had gehad toen je hem ontmoette.’

Grace deed haar mond open om te antwoorden dat ze dat natuurlijk had gedaan, maar ze wist dat het de waarheid niet was en dat wist Paul ook. Haar huwelijk was zo droog als stof en werd alleen bij elkaar gehouden door de liefde voor haar kinderen. De liefde voor zíjn kinderen.

‘Het hindert niet, we scharrelen op onze eigen manier voort,’ zei Grace, die snel van onderwerp veranderde in een poging het gesprek op te vrolijken. ‘Maar goed, wanneer zie ik je? Ik heb je je paasei nog niet gegeven.’

‘Mam, ik ben volwassen,’ zei hij net als vorig jaar, toen hij lachend het grote chocolade-ei had aangepakt waarvan ze wist dat hij ervan zou genieten.

‘Je bent nooit te oud voor een paasei,’ zei ze. Hoewel Gordon altijd te oud was geweest voor dat soort dingen.

..

‘Ik heb nog maar één lege doos na deze,’ zei Raychel terwijl ze de doeken inpakte die ze had geschilderd. Ben had vaak tegen haar gezegd dat ze ze moest verkopen, maar Raychel wilde de aandacht niet op zich vestigen. Het schilderen maakte haar al heel gelukkig. Ze was altijd artistiek geweest. Ze had al hun beddengoed genaaid en de mooie gordijnen die ze achterlieten voor de volgende huurder omdat alles in hun nieuwe appartement nieuw en fris en schoon moest zijn.

‘Er staan stapels dozen op het werk,’ zei Ben. ‘Ik zal mijn baas vragen of ik er een paar mee mag nemen; ik weet zeker dat hij dat niet erg vindt.’ Ben mocht zijn baas graag, een beer van een kerel die de kantjes er niet van afliep en op tijd een goed salaris betaalde. Gelukkig hadden ze voldoende werk in deze periode, waarin veel aannemersbedrijven failliet gingen. Maar John Silkstone had een goede reputatie opgebouwd als een vakman die eerlijke prijzen rekende en zijn beloften nakwam.

‘Fantastisch,’ antwoordde Raychel, waarna ze de buffetkast leeg begon te halen. Uit de bovenste la haalde ze de schatkist die ze daar bewaarde. Boven op de stapel brieven en kaarten van Ben lag een klein, geel vestje met eendenknoopjes in een plastic zak. Het was nooit gedragen. Ze had het zelf gebreid voor de geboorte van haar babyzusje. Ze kon er nauwelijks naar kijken, maar ze kon het ook niet weggooien.

Ben zag hoe ze het vestje met trillende vingers door het plastic heen streelde en liep snel naar haar toe.

‘Kom, we stoppen met inpakken, liefje. Het is genoeg voor vandaag.’

..

Toen Anna na het werk op het treinstation arriveerde, was er geen man in het zwart. Hij stond ook niet achter haar in haar nek te hijgen. Ze voelde een onredelijke steek van ergernis omdat hij haar die avond niet volgde. Hoe bizar was dat? Er klonk een gong en de mededeling dat haar trein een kwartier vertraging had. Ze ging op een bank op het perron zitten en haalde haar mobieltje tevoorschijn om de tijd te controleren. Het visitekaartje van Vladimir Darq zat ernaast in haar handtas. Toe, bel hem, fluisterde een denkbeeldige stem verleidelijk in haar hoofd. Ze dacht aan zijn beloften om haar Darq-kant naar boven te halen. Ze dacht aan Tony en dat ze hem misschien terug kon krijgen met het vrijlaten van haar innerlijke godin. Het was een poging waard; alles was een poging waard. Ze toetste de eerste twee cijfers op haar mobiel in en bedacht zich. Daarna fantaseerde ze dat ze in een fluwelen body voor Tony zou staan en zijn handen weer op haar lichaam zou voelen...

Ze vermande zich en toetste het hele nummer in. Ze hield haar mobiel bij haar oor en hoorde hem drie keer overgaan voordat een mannenstem met een afgemeten: ‘Hallo?’ opnam.

‘Eh, met mij, van het treinstation.’

‘Aha.’

‘Anna Bri...’

‘Ja, ik weet wie je bent.’

‘Ik bel om te zeggen...’

‘Mijn adres is Darq House in Higher Hoppleton,’ onderbrak hij haar. ‘Wat is jouw adres?’

‘Eh, Courtyard Lane 2. Dat is in Dartley.’

‘Zorg ervoor dat je zaterdagavond om zeven uur klaarstaat,’ onderbrak hij haar met zijn geen tegenspraak duldende Oost-Europese accent. ‘Ik stuur een auto naar je huis. Je komt hiernaartoe en ik maak je klaar voor de opnames. Draag je meest comfortabele ondergoed, niet je beste. Ik herhaal: je meest comfortabele.’ Daarna was de lijn dood.

Zomervlinders
9789049952310.xhtml
9789049952310-1.xhtml
9789049952310-2.xhtml
9789049952310-3.xhtml
9789049952310-4.xhtml
9789049952310-5.xhtml
9789049952310-6.xhtml
9789049952310-7.xhtml
9789049952310-8.xhtml
9789049952310-9.xhtml
9789049952310-10.xhtml
9789049952310-11.xhtml
9789049952310-12.xhtml
9789049952310-13.xhtml
9789049952310-14.xhtml
9789049952310-15.xhtml
9789049952310-16.xhtml
9789049952310-17.xhtml
9789049952310-18.xhtml
9789049952310-19.xhtml
9789049952310-20.xhtml
9789049952310-21.xhtml
9789049952310-22.xhtml
9789049952310-23.xhtml
9789049952310-24.xhtml
9789049952310-25.xhtml
9789049952310-26.xhtml
9789049952310-27.xhtml
9789049952310-28.xhtml
9789049952310-29.xhtml
9789049952310-30.xhtml
9789049952310-31.xhtml
9789049952310-32.xhtml
9789049952310-33.xhtml
9789049952310-34.xhtml
9789049952310-35.xhtml
9789049952310-36.xhtml
9789049952310-37.xhtml
9789049952310-38.xhtml
9789049952310-39.xhtml
9789049952310-40.xhtml
9789049952310-41.xhtml
9789049952310-42.xhtml
9789049952310-43.xhtml
9789049952310-44.xhtml
9789049952310-45.xhtml
9789049952310-46.xhtml
9789049952310-47.xhtml
9789049952310-48.xhtml
9789049952310-49.xhtml
9789049952310-50.xhtml
9789049952310-51.xhtml
9789049952310-52.xhtml
9789049952310-53.xhtml
9789049952310-54.xhtml
9789049952310-55.xhtml
9789049952310-56.xhtml
9789049952310-57.xhtml
9789049952310-58.xhtml
9789049952310-59.xhtml
9789049952310-60.xhtml
9789049952310-61.xhtml
9789049952310-62.xhtml
9789049952310-63.xhtml
9789049952310-64.xhtml
9789049952310-65.xhtml
9789049952310-66.xhtml
9789049952310-67.xhtml
9789049952310-68.xhtml
9789049952310-69.xhtml
9789049952310-70.xhtml
9789049952310-71.xhtml
9789049952310-72.xhtml
9789049952310-73.xhtml
9789049952310-74.xhtml
9789049952310-75.xhtml
9789049952310-76.xhtml
9789049952310-77.xhtml
9789049952310-78.xhtml
9789049952310-79.xhtml
9789049952310-80.xhtml
9789049952310-81.xhtml
9789049952310-82.xhtml
9789049952310-83.xhtml
9789049952310-84.xhtml
9789049952310-85.xhtml
9789049952310-86.xhtml
9789049952310-87.xhtml
9789049952310-88.xhtml
9789049952310-89.xhtml
9789049952310-90.xhtml
9789049952310-91.xhtml
9789049952310-92.xhtml