Hoofdstuk 1
..
Na de eerste drie woorden van Malcolms speech hoorde Dawn al niets meer. Ze wilde niet naar zijn monotone stem luisteren en ze wilde niet denken aan oude mensen van de afdeling Bakkerij die met pensioen gingen. Haar hoofd zat te vol met confetti en huwelijksreizen, terwijl ze de uren telde tot morgenochtend, als ze eindelijk haar trouwjurk ging uitzoeken.
Terwijl Malcolm doorzeurde over het bereiken van het eind van een tijdperk, en zijn plastic beker met goedkope witte wijn ophief in de richting van de vertrekkende Brian, rekende ze uit hoelang het nog duurde voordat haar grote dag aanbrak. Achtenveertig dagen, achttien uur, elf minuten en drieënveertig seconden, tweeënveertig seconden, eenenveertig seconden. Elke tik van de klok bracht haar een klein stapje dichter bij het moment dat ze de vrouw van Calum Crooke zou worden.
Er werd geklapt, dus deed Dawn mee, zodat het leek of ze betrokken was bij de feestelijkheden. Ze zag dat Malcolm glimlachte. Hemel. Nog veertien miljoen glimlachjes en hij zou een rimpel hebben. Ze zag dat Malcolms gezicht terugkeerde naar zijn normale ‘boos op de wereld’-stand. Maar goed, hij was op dit moment ook boos op de wereld. Als vicemanager van de afdeling Bakkerij had hij verwacht dat hij manager zou worden als Brian met pensioen ging. Hij was niet bepaald blij toen hij werd overgeplaatst naar de afdeling Kaas en dat de nieuwe manager Bakkerij een onbekende outsider was die door de directeur, meneer McAskill, was binnengehaald.
Dat hij manager van de afdeling werd en niet langer een ondergeschikte positie had, verminderde de scherpte van zijn teleurstelling nauwelijks. Bakkerij groeide en was veilig, Kaas bevond zich in een neerwaartse spiraal. Het gerucht ging dat meneer McAskill de afdeling helemaal wilde afstoten. Bovendien werkten op Kaas alleen mannen, terwijl Bakkerij volledig uit vrouwen bestond. Dat bood minder gelegenheid om in bloesjes te kijken of te dicht bij werkneemsters te gaan staan bij het kopieerapparaat. Dawn huiverde bij de herinnering aan Malcolms hand op haar billen tijdens haar eerste dag op de afdeling. Hij had ‘oeps’ gezegd en het daarbij gelaten, maar ze wist dat hij het expres had gedaan. Daarna was ze zoveel mogelijk uit zijn buurt gebleven.
..
Raychel stond alleen en draaide de smerige wijn in haar beker rond. Ze was van nature een muurbloempje en voelde zich het prettigst aan de zijlijn. Ze was verlegen tijdens sociale gelegenheden zoals deze, maar voelde zich toch verplicht om samen met de anderen Brian uit te zwaaien. Brian was een vriendelijke man die praatte over het doorbrengen van de zomer in een caravan met zijn vrouw, een nieuwe magnetron en zijn Cairnterriër Lady. Sinds ze eind vorig jaar op de afdeling was begonnen, had ze hem niet zo geanimeerd horen praten.
Toen ze hoorde dat hij wegging, had ze aangenomen dat Malcolm hun nieuwe baas zou worden omdat hij voor Brian inviel als die er niet was. Vanaf dat moment had ze regelmatig op het prikbord gekeken, op zoek naar vrijkomende banen op een andere afdeling. Ze mocht Malcolm helemaal niet. Hij gebruikte elk excuus om lichamelijk contact te zoeken, en Raychel haatte het om door iemand aangeraakt te worden – behalve door haar man Ben. Ze had Ben niet verteld over Malcolm en zijn minachting voor het begrip ‘persoonlijke ruimte’; hij zou onmiddellijk naar haar werk zijn gegaan om hem een lesje te leren. Ze was opgetogen en net zo verrast als de andere drie vrouwen op de afdeling toen ze hoorde dat Malcolm werd overgeplaatst naar Kaas en dat Grace – de oudste vrouw van de afdeling – vicemanager zou worden. De grote baas, James McAskill, had een vrouw van buitenaf aangenomen voor de functie van manager Bakkerij, waardoor er flink was geroddeld.
Niet dat Raychel dit allemaal had besproken met haar collega’s. Ze werkten al tijden op dezelfde afdeling, maar waren nooit verder gekomen dan het ‘goedemorgen, nog een fijne dag of prettig weekend’-stadium, en af en toe iets over het werk. Het waren heel aardige vrouwen, maar van verschillende leeftijden. En nu kwam er nog een vrouw bij. Raychel vroeg zich af wat voor invloed deze veranderingen op de dynamiek van de afdeling zouden hebben, maar veel maakte het haar niet uit. Werk was iets waar ze naartoe ging om geld te verdienen, meer niet.
..
Anna gaf Brian een dikke kus op zijn wang. Voor zover het chefs betrof, was hij een aardige man die gewoon geen interesse meer had in het werk. Hij had lang uitgekeken naar zijn pensionering en tot die tijd Malcolm de afdeling laten leiden. Gelukkig vertrok die engerd. Hij was helemaal niet blij geweest met zijn overplaatsing naar Kaas, dat was duidelijk. Hij was simpelweg een ellendig stuk chagrijn, alsof hij elke ochtend ruzie met zijn vrouw had en vast van plan was de sfeer op kantoor te vergiftigen. Daarnaast was hij altijd heel onbeleefd tegen zijn werknemers. ‘Alsjeblieft’ en ‘dank je wel’ kwamen in zijn woordenschat niet voor, en als hij iets wilde drinken, blafte hij ‘thee’ tegen niemand in het bijzonder. Bovendien haatte ze de manier waarop zijn ogen over haar borsten gleden als hij met haar praatte. Ze vroeg zich af wat voor soort vrouw hem aantrekkelijk genoeg vond om met hem te trouwen. Maar blijkbaar was hij in staat om een relatie te onderhouden: hij was al meer dan vijftien jaar getrouwd en dat was meer dan ze van zichzelf kon zeggen.
Anna luisterde naar Brian, die helemaal opgewonden was dat hij de zomer in een caravan aan de kust zou doorbrengen. Het maakte haar jaloers dat hij in staat was om ergens zo enthousiast over te zijn. Ze had niets om dit weekend of het volgende weekend naar uit te kijken. Het lukte haar maar niet om geïnteresseerd te raken in de verhaallijnen van Coronation Street, ze had geen zin om bijzondere gerechten te koken en vond het moeilijk om zich te verdiepen in een boek en het beeld te verdringen dat haar verloofde seks had met een negentienjarige kapster in zijn salon. Het leven strekte zich voor haar uit – langer, grijzer en natter dan de volledige Britse kustlijn in februari.
..
Grace pakte Brians afscheidscadeau op om het te bekijken – een reiswekker die bijzonder hard tikte. Ze hoorde ‘bijna dood, bijna dood, bijna dood’ in het ritme.
‘Met een beetje geluk ben jij de volgende,’ zei Brian in haar oor.
‘Wat?’ vroeg Grace, waarna ze zich snel herstelde. ‘O, ja, misschien wel.’ Alsjeblieft niet. De gedachte om in Brians schoenen te staan, haar eigen wekker te moeten bewonderen en te moeten luisteren naar de toosten met goedkope, warme wijn maakte dat het koude, klamme zweet haar uitbrak. Ze voelde zich ineens licht in haar hoofd.
Bijna dood, bijna dood, bijna dood.
‘Ik snap niet waarom je promotie wilde toen je de kans had om hier weg te gaan en een rustig leventje te leiden. Het had ook jouw afscheidsfeestje kunnen zijn,’ zei Brian met een glimlach.
‘Ach ja, je kent me, ik ben gek op uitdagingen,’ zei Grace. Ze had iets meer dan drie jaar met Brian gewerkt en hield van zijn joviale manier van doen, maar hij was een man die oud was geboren en daar leek hij volkomen tevreden mee. Hij zou er enorm van genieten dat hij zijn wekker niet meer hoefde te zetten en zijn dagen kon doorbrengen met wat rommelen en rondhangen. Op zijn joviale karakter na deed hij haar aan haar echtgenoot Gordon denken – te veel naar haar smaak.
Grace’ gedachten dwaalden af. Had Brian, toen hij zeventien was en naar dansfeesten ging, ooit vermoed dat hij hier op een dag zou staan en opgewonden zou zijn omdat hij zijn nieuwe magnetron mee naar Skegness zou nemen? Was dat het hoogtepunt van zijn ambitie? Of was Grace degene die niet normaal was omdat ze net zo oud was als hij en in paniek raakte als het woord ‘caravan’ viel? Ze hadden een caravan gehad toen haar drie kinderen klein waren, en die hadden ervan genoten hoewel ze het zelf bepaald geen ontspannen vakanties vond. De kinderen waren nu volwassen, maar ze had nog steeds een nauwe band met hen en ze wilde niet wekenlang van hen en haar kleinkinderen weg met alleen Gordon als gezelschap.
Ze had altijd gedacht dat ze hem zou verlaten als de kinderen volwassen waren. Ze vroeg zich af hoeveel vrouwen, die hetzelfde idee hadden, jaren nadat de kinderen uit huis waren gegaan nog steeds bij hun echtgenoot woonden omdat ze niet genoeg moed hadden om de stap te zetten. Haar zoon en twee dochters hadden een enorm gapend gat achtergelaten toen ze vertrokken, alsof ze het hart van het huis hadden meegenomen.
Ze zag dat Malcolm nog wat wijn voor zichzelf inschonk. Hij was absoluut geen gelukkige man. Ze had geen moeite om de geruchten te geloven dat hij was overgeplaatst naar de veel minder prestigieuze afdeling Kaas omdat hij niet efficiënt genoeg was om de groeiende afdeling Bakkerij te kunnen leiden. Malcolm Spatchcock was niet geliefd en werd niet gerespecteerd, hoewel zijn ego zo groot was dat hij zich daar niet bewust van was.
Grace hoopte maar dat ze niet naar Malcolm terugverlangde als ze haar nieuwe chef had ontmoet, maar Christie Somers moest wel heel erg zijn als ze die afgrijselijke kleine dwerg voorbij zou streven op de lijst van onpopulaire personen. Ze had te lang geleden onder Malcolms inefficiënte manier van leidinggeven.
De wijn en chips waren op en de mensen begonnen hun spullen bij elkaar te zoeken. Het weekend van Grace strekte zich lang en leeg voor haar uit. Er was niets nieuws onder de zon. Vanavond paste ze op haar kleindochter terwijl haar dochter en schoonzoon luxe gingen dineren, en Gordon ging naar het oud-strijderslegioen. Morgen zou ze boodschappen doen, wassen en schoonmaken, zondagochtend zou ze de zondagse lunch bereiden, opruimen, strijken en daarna voor de televisie gaan zitten om naar Heartbeat te kijken – of echt ontsnappen met Frost – voordat ze een warm bad nam en naar bed ging, klaar voor de nieuwe week.
Ze keek naar haar jonge collega’s van andere afdelingen, die de deur uit stroomden met een zorgeloosheid die bij de vrijdagavond paste. Het was meer dan vijfentwintig jaar geleden dat ze zich had opgetut om uit te gaan met vrienden. Ze nam afscheid van Brian en haar drie collega’s, allemaal aardige vrouwen, hoewel ze niet met elkaar omgingen. Toch was de sfeer op het werk veel luchtiger dan thuis. Gordons haar was op zijn dertigste al grijs geweest, maar wanneer was hij zo grijs in zijn hoofd geworden? Grace’ leven zou een stuk eenvoudiger zijn als zij zich ook zo had gevoeld.