De namiddag sleept zich voort. Het tussendoortje is achter de kiezen en de middag duurt nog wel een paar uur. De dagen in de kliniek zijn eentonig, de ene dag lijkt op de andere.
Papa en Katarina zijn die ochtend bij haar op bezoek geweest, of beter gezegd papa. Met Katarina praat ze niet. Ze mag in het dagverblijf blijven en daar wachten zoals gewoonlijk. Agnes weigert haar aanwezigheid bij het bezoek. Wil onder geen beding iemand haar privéhel binnenlaten. Toch blijft Katarina koppig elke keer meekomen. Alsof ze haar vader niet uit het oog durft te verliezen. Hij had gestrest geleken en was maar heel even gebleven.
Nu liggen Agnes en haar kamergenote Linda ieder op een bank in de gemeenschappelijke kamer. Linda leest, zoals gewoonlijk, Agnes snapt niet hoe ze dat kan, zelf heeft ze de rust niet. Is niet eens in staat om een hoofdstuk te lezen. Kan zich niet concentreren op de tekst. De letters springen en dansen voor haar ogen, de woorden verwisselen van plaats. Ze kan dezelfde zin twintig keer lezen zonder de betekenis ervan te snappen. Het is angstaanjagend, zij die het zo goed deed op school. Nu begrijpt ze hoe een dyslectica zich moet voelen. Zij denkt dat ze waarschijnlijk gewoon traag en lui is en dat ze daarom niet kan lezen. Per leest ook geen boeken. Daar hebben ze het vanmorgen over gehad. Hij kan het niet, zegt hij, hij kan zich niet concentreren. Net als zij. Dat is een schrale troost. Alsof ze iets delen.
In plaats daarvan bladert ze afwezig door een oud nummer van Sköna hem. Totaal absurd, al die herenhuizen en klassieke herenboerderijen afgewisseld met originele kleine tuinkoepeltjes en idyllische zomerhuisjes. Perfect gedekte tafels in een knusse grote boerenkeuken. Kunstzinnig geschikte bloemboeketten, geurige kruidentuinen en seringenprieeltjes met schommelbank en frambozensap. Alsof er geen problemen in de wereld bestaan.
Voor haarzelf is het bestaan een strijd op leven en dood. Elke dag is opnieuw een strijd en ze levert voortdurend nieuwe veldslagen. Met een zucht laat ze haar handen zakken, het tijdschrift belandt op haar schoot en haar gedachten dwalen af.
Momenteel draait alles erom de ziekte binnen in haar vast te houden. Dat ze niet in gewicht toeneemt. Precies zoals ze in het begin van haar korte carrière als model redeneerde. Ze kreeg bevestiging en succes en dat berustte allemaal op het feit dat ze de strijd tegen de kilo’s had gewonnen. Dit spoorde haar aan om door te gaan. Ze zou nog slanker worden zodat het nog beter ging. Hoe magerder ze werd, des te succesvoller ze was. Niemand klaagde meer over haar gewicht en zelfs Markus liet zijn waardering blijken en bewonderde haar steeds dunner wordende figuur.
Maar na een paar maanden ebden de waarderende opmerkingen weg. Niemand zei nog dat ze mooi slank was. Agnes trok de enige logische conclusie. Ze moest nog meer afvallen. Het verschil moest zo opvallend zijn dat haar omgeving de verandering niet kon ontgaan, en dan zouden ze haar weer gaan prijzen. Op die manier zou ze de gang van zaken weer kunnen sturen, controle over haar leven krijgen.
Na verloop van tijd begonnen verschillende mensen van het modellenbureau haar erop te wijzen dat ze te dun was, dat ze meer moest eten. Agnes begreep hun reactie absoluut niet. Het einde van het liedje was dat het modellenbureau haar buitensloot omdat ze anorectisch was.
De teleurstelling was enorm. Wat ze ook deed, ze waren niet tevreden. Zelf dacht ze nog steeds dat ze dunner kon worden.
Daarna ging het snel bergafwaarts. Haar gewicht bleef maar afnemen. Achteraf verweet haar vader zichzelf dat hij niet gemerkt had hoe ziek ze was in die tijd, hoeveel ze sportte en hoe weinig ze at. Zelf vond Agnes dat niet zo vreemd.
Aangezien hij timmerman in de bouw was, begon hij vroeg en ging hij ’s ochtends al om zes uur het huis uit. Hij wist niet dat zijn dochter opstond zodra hij de deur achter zich dicht had gedaan en dan een wandeling van twee uur maakte voordat ze naar school ging. Ontbijten deed ze niet. Bij de lunch in de schoolkantine schepte ze altijd veel eten op haar bord, maar at met lange tanden alleen wat sla en gooide de rest weg. De warme maaltijd was het allermoeilijkst om aan te ontkomen. Het begon ermee dat ze gezonder eten eiste, zalm en bulgur in plaats van pannenkoeken. Ze werd vegetariër en weigerde snelle koolhydraten te eten. Geen brood, pasta of aardappelen. Steeds vaker zorgde ze ervoor dat ze rond die maaltijd een lange wandeling maakte.
Agnes ging over naar de volgende klas, maar kreeg steeds meer concentratieproblemen op school, ze was voortdurend moe. Ze trok zich terug van haar vriendinnen en sloot zich steeds meer op in zichzelf. Af en toe ging ze zelfs zover dat ze ’s nachts opstond en gymnastiekoefeningen deed of stiekem naar buiten ging om daar in het aardedonker te gaan hardlopen. Ze droeg altijd wijde kleding en haar vader zag niet hoe dun ze was geworden.
Die zomer ging het duidelijk slechter met haar. Haar vader greep elke gelegenheid aan om extra geld te verdienen, aangezien de zomergasten die een huisje op Gotland hadden steeds maar weer bezig waren met het opknappen van hun huisjes en er een tekort was aan ambachtslieden. Als hij niet aan het werk was, dan zat hij wel in Stockholm bij Katarina. Agnes was daardoor vaak alleen thuis. Ze loog hem voor en verzon verschillende dingen die ze samen met haar vriendinnen ondernam. In werkelijkheid was ze altijd moederziel alleen.
In de herfst begon ze in de bovenbouw van de middelbare school, maar al na een paar weken stortte ze in. Ze werd per ambulance naar het ziekenhuis gebracht en van daaruit verder naar het vasteland, naar de anorexiakliniek buiten Stockholm.
Ze is hier nu drie maanden en het personeel klaagt dat ze niet genoeg aankomt. Onlangs waarschuwde haar arts dat ze overwegen om de hoeveelheid eten die ze dagelijks moet innemen te verhogen, wat het ergste is wat je kan overkomen.
Haar buik is nog steeds te dik en haar heupen zijn te breed.
Buiten begint het te schemeren. Agnes rekt zich uit om de lamp naast de bank aan te doen. Ze ziet het vet op haar bovenarm lillen. Het was vandaag een slechte dag wat smokkelen betreft. Ze heeft alles opgegeten wat er op haar bord lag. De verpleegkundigen waren vandaag net haviken.
Morgen moet ze alerter zijn.