***

Op archiefstellingen stonden de buurtboeken. Ze dateerden uit de late Middeleeuwen en deden nauwkeurig verslag van zeden en gewoonten in deze streek: dorpsgerichten, oude logementen, geneeskrachtige bronnen op het landgoed Kernhem die in vergetelheid waren geraakt. Casper had de redactie op zich genomen van het kwijnende 'Ambt en Heerlijkheid', het orgaan van de plaatselijke oudheidkundige kring.

In de lunchpauze trof hij Harry minder. Zijn vriend had een ongunstig lesrooster. Dan zat Casper alleen op dat heel provinciale terrasje, onder het zonnescherm, zijn gedachten bij zijn schoonzusje en Gabrielle. Hij zag Ymke scherp voor zich, die nacht, tussen het koele blauw van de pilaren. Haar kleding en uitstraling accentueerden haar tweeslachtigheid - een knappe, een tikkeltje hooghartige vrouw voor wie haar niet kende, uit het burgermilieu, waardig én geneigd tot het kwaad. Hij wist zeker dat alleen deze vrouw hem gelukkig zou kunnen maken. Ze was van zijn broer.

Bervoets bracht hem een omelet en een glas bier. Gisteren had hij zijn moeder een dagje mee uit genomen. Ze had nogal geklaagd de laatste tijd. Ze kon dit niet meer, dat niet meer, ze werd, zoals ze zei, echt een ouwe theetante. Tegen alles kon ze zo opzien, tegen gewone dingen die ze altijd met plezier had gedaan: ramen zemen, boodschappen voor het weekend in huis halen. Op een ochtend had ze Casper op zijn werk gebeld. Ze voelde zich niet goed, had lopen klappertanden, rilde over het hele lijf alsof ze koorts had, voelde haar benen helemaal niet. Casper was direct naar Velp gegaan en had de huisarts gebeld. Die had hen verwezen naar een internist. Moeder leed aan angina pectoris. Ze kreeg bloedverdunnende pilletjes die ze haar verdere leven zou moeten blijven slikken. Ze hoefde zich niet ongerust te maken. Het was een aandoening waarmee je oud kon worden. Na een dag of tien had ze zich al beter gevoeld. Hij had haar mee naar Den Haag genomen, als verzetje. Moeder had de zee nog nooit gezien. Na een bezoek aan het Binnenhof en aan Panorama Mesdag waren ze naar Scheveningen gegaan. Het was op de boulevard zo druk dat ze in zuidelijke richting waren gereden. In Kijkduin was het rustig geweest. Ze hadden geluncht op het terras van 'Klein Seinpost'. Moeder had genoten. Een garnalenboot voer voorbij. Kleine beweeglijke vogeltjes keken vanaf de windschermen, hun kop schuin, naar je bord. Casper en zijn moeder hadden genoeglijk zitten praten. Gabrielle was zo'n heerlijk meisje en een pittig ding. Volgens moeder ging ze met dat scherpe kinnetje steeds meer op Casper lijken. Jammer dat Lucas zo weinig van zijn dochter genoot. Hij was zo vaak weg, en druk, of zijn leven ervan afhing. Maar zo was hij altijd geweest. Over Ymke niets dan lof. Zoals ze haar huis had ingericht, hoe ze Gabrielle kleedde. Voor het vertaalwerk had ze alle belangstelling verloren. Een kind was oneindig veel belangrijker. Terwijl hij naar zijn moeder keek, blij dat ze die somberheid kwijt was en er een stuk beter uitzag, dacht hij aan Ymkes telefoontje: Lieve Cas, ik ben zwanger van Lucas, het kind is van Lucas. Ik wil niet dat je me er ooit over aanspreekt. Maak het me niet moeilijk.

Hij had woord gehouden.

Zijn omelet had hij koud laten worden. Van het bier had hij nog niet gedronken. Hij wilde met het eten beginnen toen een jonge vrouw het terras opkwam. Ze droeg rinkelende, uitbundig grote oorhangers, ze droeg haar touwschoenen in haar handen. Een kunstzinnig meisje, waarschijnlijk net afgestudeerd aan een van de kunstacademies in het land. Maar waarom was ze hier in Ede verdwaald? Kunstzinnigheid paste niet bij deze plaats. Wat deed ze hier? Ze bestelde een espresso en keek al gauw zijn kant op.

Na enkele happen liet hij de omelet weghalen en keek haar

richting uit. De lome oogopslag trof hem.

Casper stond op om af te rekenen.

'Jammer,' zei ze.

'O, ik heb niet echt haast.' Hij was weer gaan zitten en ze was bij hem gekomen. Ze vertelde dat ze uit Leiden kwam, maar enkele dagen bij haar tante in Ede logeerde. Ze had Casper al eens gezien in het centrum en had gehoopt een keer kennis met hem te kunnen maken.

Bervoets bracht een fles witte huiswijn.

'Je kleedt je opvallend.'

Hij bestreed dat. Het was waar dat hij zich nog steeds met grote zorg kleedde, maar minder voyant. Dat was de invloed van deze omgeving.

Ze wilde weten wat hij deed.

'Iets heel banaals. Ik werk op het gemeentearchief.' Ze was teleurgesteld, had iets anders verwacht.

'En jij?'

Dat was juist haar probleem. Zij deed helemaal niets. Had geen school afgemaakt en wilde iets met grafische vormgeving gaan doen. Of iets met kleding. Ze had een erg dominante moeder en was daardoor haar 'midden' kwijtgeraakt, waar alle 'vuur' zat. Ze had haar kern verloren. Daarom was ze voor een tijdje hier. Ze overwoog een cursus parachutespringen te gaan doen op de Ginkelse hei, maar ze was ook bang zichzelf terug te vinden.

Haar gekkigheid trof hem. Er was een strenge limiet aan zijn gevoelens voor vrouwen buiten dat drietal om: moeder, schoonzusje en Gabrielle. Dit meisje herinnerde hem aan de vrouwen die hij gekend had, maar deze was jong. Hij dacht aan de woorden die zijn broer hem, op de dag dat Lucas hem had ingeschreven voor het avondcollege, had toegevoegd: Nu had hij weer wat in zijn leven. En daaromheen ging hij alles weer opbouwen. Gefascineerd keek hij dit meisje met het zwarte gemillimeterde haar aan. Ging zij voor korte tijd een rol in zijn leven spelen? Was hij, ongemerkt, op zoek naar een hersenschimmige compensatie? Maar hij had zin. Uit haar ogen sprak hetzelfde. Haar kleine borsten herhaalden dezelfde gedachte.

Ze zei dat ze geïnteresseerd was en wel eens op het archief wilde kijken. Zou hij haar meenemen naar zijn werk?

De fles wijn was leeg.

Ze liepen de kant van het gemeentehuis op. Intussen vertelde hij bezig te zijn met een onderzoekje naar het landgoed Kern- hem dat in de achttiende eeuw een drukbezocht kuuroord was. Op oude kadastrale kaarten had hij de ligging van de bronnen gevonden.

'O, ik wil die kaarten graag zien.'

In de archiefkelder bogen ze zich over de oude kaarten. Casper had met rood de exacte ligging aangegeven. Toen duwde ze de kaarten weg. Hem wilde ze. Nu meteen. De zeer kortstondige illusie van het paradijs. Met dit verschil dat hij er nu niet voor betaald werd. Hij haalde zijn schouders op. Ze zou nog drie dagen in Ede blijven. Daarna zou hij haar niet meer zien.

Engelen van het duister
titlepage.xhtml
content002.xhtml
content003.xhtml
content004.xhtml
content005.xhtml
content006.xhtml
content007.xhtml
content008.xhtml
content009.xhtml
content010.xhtml
content011.xhtml
content012.xhtml
content013.xhtml
content014.xhtml
content015.xhtml
content016.xhtml
content017.xhtml
content018.xhtml
content019.xhtml
content020.xhtml
content021.xhtml
content022.xhtml
content023.xhtml
content024.xhtml
content025.xhtml
content026.xhtml
content027.xhtml
content028.xhtml
content029.xhtml
content030.xhtml
content031.xhtml
content032.xhtml
content033.xhtml
content034.xhtml
content035.xhtml
content036.xhtml
content037.xhtml
content038.xhtml
content039.xhtml
content040.xhtml
content041.xhtml
content042.xhtml
content043.xhtml
content044.xhtml
content045.xhtml
content046.xhtml
content047.xhtml
content048.xhtml
content049.xhtml
content050.xhtml
content051.xhtml
content052.xhtml
content053.xhtml
content054.xhtml
content055.xhtml
content056.xhtml
content057.xhtml
content058.xhtml
content059.xhtml
content060.xhtml
content061.xhtml
content062.xhtml
content063.xhtml
content064.xhtml
content065.xhtml
content066.xhtml
content067.xhtml
content068.xhtml
content069.xhtml
content070.xhtml
content071.xhtml
content072.xhtml
content073.xhtml
content074.xhtml
content075.xhtml
content076.xhtml
content077.xhtml
content078.xhtml
content079.xhtml
content080.xhtml
content081.xhtml
content082.xhtml
content083.xhtml
content084.xhtml
content085.xhtml
content086.xhtml
content087.xhtml
content088.xhtml
content089.xhtml
content090.xhtml
content091.xhtml
content092.xhtml
content093.xhtml
content094.xhtml
content095.xhtml
content096.xhtml
content097.xhtml
content098.xhtml
content099.xhtml