Hoofdstuk 60

 

 

 

Toen Maggie belde, was Nick knoppen aan het indrukken in de kamer met de monitors, pogend de volgorde aan te houden die Jerry Yarden hem had geleerd. Een paar minuten daarvoor had hij Yarden eindelijk overtuigd naar huis te gaan, naar zijn gezin, zodat hij een beetje kon uitrusten, hoewel Nick op dat moment nog in de veronderstelling had verkeerd dat thuis voor Yarden een kleine studio betekende en zijn gezin waarschijnlijk uit een kat bestond, of misschien wel twee katten. Hij had geprobeerd zijn verbazing te verbergen toen Yarden – bescheiden maar trots – zijn portemonnee had geopend om Nick zijn gezin te laten zien: een prachtige brunette, drie knappe jongens en een klein donzig hondje op zijn echtgenotes schoot. Nick had er zelfs naast gezeten wat de kat betrof.

‘Weet je zeker dat het geen probleem is?’ waren Yardens woorden ter afscheid geweest, vergezeld van een blik op het paneel van toetsenborden en de monitors.

Nick vroeg zich af of Yarden zich zorgen had gemaakt over het feit dat hij Nick alleen achterliet of over het feit hij zijn surveillanceapparatuur alleen met Nick achterbleef.

‘Geen probleem. Ga je vrouw en kinderen een knuffel geven, Jerry. Je hebt goed werk geleverd, heel goed. Als ik je nodig heb, bel ik je.’

Nick had het gevoel dat er niet veel meer was wat hij kon doen. Hij was uitgeput, maar wilde niet naar zijn hotelkamer. Voordat hij in Minnesota was aangekomen, had hij een kamer gereserveerd in hetzelfde hotel waar zich nu het commandocentrum bevond, maar hij had geen kans gehad daarnaar terug te keren of zelfs maar zijn koffer open te maken. Voortdurend keek hij op zijn horloge. Hij had zijn baas, Al Banoff, gebeld om hem op de hoogte te brengen. Het was te laat, of liever gezegd, te vroeg in de ochtend om Christine te bellen en te vragen hoe het met zijn vader ging.

In plaats van naar zijn hotelkamer was Nick dus teruggegaan naar de mall en het beveiligingskantoor, waar hij beeld na beeld van de derde aanslagpleger had bekeken. Patrick Murphy’s uiterlijk zat nu in zijn hoofd gestampt, en hij wilde kijken of de derde aanslagpleger, of de vriend van de aanslagpleger, Murphy zou kunnen zijn. Maar op alle videobeelden die ze hadden gevonden, verdwenen de twee jonge mannen en het meisje in het eetgedeelte en dus uit het zicht van de camera’s, zodra ze van de roltrap op de tweede verdieping stapten.

Toen belde Maggie.

Oké, het was stom, maar hij voelde een nieuwe golf adrenaline door zijn lichaam stromen, alleen al bij het horen van haar stem. Dat ze hem om hulp vroeg, was een extraatje. De uitnodiging om naar haar hotelkamer te komen…

Dit is een zaak, berispte hij zichzelf. Ze werkten samen aan een zaak – een afschuwelijke, treurige, angstaanjagende zaak. Dus waarom ging zijn hart dan een beetje sneller kloppen? Waarom sneden de windvlagen die aan zijn jas trokken, hem niet door merg en been? Toen hij de hotellobby binnen kwam, na het stuk vanaf de mall gelopen te hebben, trok hij zijn leren handschoenen uit en merkte dat zijn handpalmen zweetten. Hij had werkelijk natte handen. Het was belachelijk. Hij was belachelijk.

Hij liep even langs zijn eigen kamer om zijn laptop op te halen, het enige verzoek dat Maggie hem had gedaan. Eenmaal in zijn kamer, deed hij zijn jas uit, wierp één blik op zichzelf in de spiegel, trok daarna ook zijn schoenen, sokken, broek en overhemd uit en deed zijn stropdas af. Hij zou een paar minuten later komen, maar hij had iets nodig om hem weer op krachten te laten komen. Hij had een douche nodig.

Zwarte Vrijdag
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html
section-0085.html
section-0086.html
section-0087.html
section-0088.html
section-0089.html