Hoofdstuk 18
Mall of America
Asante had zijn kans gemist. Hij haatte losse draadjes.
Hij zag het meisje ontsnappen en zelfs nog verder een menigte in dringen, die als een kluwen naar de dichtstbijzijnde uitgang dromde. De jongeman die naar haar zwaaide, herkende Asante niet. Het was niet Dixon Lee.
Hier op de begane grond schreeuwden geüniformeerde agenten met geweren tegen mensen dat ze hun handen in de lucht moesten steken. De agenten droegen kogelvrije vesten en spijkerbroeken, hun insignes duidelijk zichtbaar, vastgemaakt aan hun armen of benen. Ze probeerden zich een weg te banen door een zwerm mensen bij de zijingang, die was bedoeld voor brandweerlieden en paramedici.
Echte paramedici.
Asante weerstond de neiging om zijn pet af te rukken en die in de weekendtas te stoppen. In plaats daarvan hield hij hem op, imiteerde de agenten en droeg de mensen op uit de weg te gaan. Alleen ging hijzelf de andere kant op. Hij haastte zich voor de tweede keer in het afgelopen uur naar de dienstuitgang achter in het gebouw, snel lopend, niet rennend, zich eerst met zijn schouders langs een grote groep mensen wringend en daarna midden door een andere. De dienstuitgang was niet gemarkeerd; dus had zich hier geen mensenmassa verzameld. Hij glipte de zware deur door. Het alarm, dat hij eerder onklaar had gemaakt, zweeg, hoewel het nu niet uitgemaakt zou hebben met het koor van sirenes en gefluit en geschreeuw.
Hij verborg zich achter de vuilniscontainers totdat hij goed om zich heen had kunnen kijken. Toen stak hij met een zelfverzekerde pas, die bij zijn pet hoorde, het parkeerterrein over. Er was zoveel chaos, dat niemand aandacht aan hem schonk. Het sneeuwde nu heviger. De wind was aangewakkerd. Het weer werd een onverwachte bonus.
Voordat hij de auto had bereikt, zette hij zijn headset aan en toetste verschillende cijfers in op de computer die aan de binnenkant van zijn arm zat vastgemaakt.
Binnen een paar seconden klonk er een stem, deze keer een vrouwenstem, kalm en vlot. ‘Ja?’
‘Ik download twee foto’s,’ zei hij, terwijl hij een handschoen uittrok en met een vinger over het touchscreen gleed. Toen hij op de roltrap had gestaan, had hij snel een paar foto’s met zijn mobiel genomen. ‘Het meisje kan met Drager 3 zijn binnengekomen,’ ging hij door. ‘Dat verklaart hoe ze aan zijn signaal gekomen moet zijn.’ Hij tikte even op het toetsenbord en scrolde daarna op het scherm door het menu om de foto’s te versturen. Zijn bekwame vingers wisten zonder te aarzelen wat ze moesten doen. ‘Ik wil dat je me vertelt wie deze twee zijn. Probeer achter zo veel mogelijk details te komen. Begin met het meisje. Ik wil alle basisinformatie: creditcards, rijbewijs, paspoort, hypotheek, doktersrecepten, ouders, zussen… alles.’
‘Geen probleem.’
‘Ik zal je laten weten welke foto’s volgens planning wanneer vrijgegeven moeten worden.’
‘Komt in orde. Nog iets anders?’
‘Ik moet een vliegtuig halen. Zorg ervoor dat Danko doorgaat met het volgen van het gps-signaal van Drager 3.’ Een snelle toetsaanslag liet het flikkerende lichtje van het gps-signaal op zijn scherm zien. Het leek achter in de mall vast te zitten. Hij stapte in zijn auto en bekeek de situatie aan de andere kant van de straat, zich afvragend of hij misschien hierbuiten een einde aan haar leven kon maken.
‘Sir, misschien weet ik iets beters.’
‘Pardon?’
‘Ik heb de recentste sms’jes van dat signaal recht voor mijn neus. Ik kan Danko precies vertellen waar het subject naar op weg is.’
Natuurlijk. Hoe had hij dat kunnen vergeten? Hij glimlachte. Dit losse draadje zou toch zonder veel moeite afgeknipt kunnen worden.
‘Waar?’
‘Saint Mary’s Hospital. Ze is de routebeschrijving op dit moment aan het googelen. In feite…’ Ze zweeg even. ‘…kan ik toegang krijgen tot alle sms’jes die via dat signaal zijn aangemaakt en ontvangen.’