Hoofdstuk 48
Maggie was nog niet ver gekomen, toen haar telefoon overging. Ze herkende het nummer niet. Het netnummer was lokaal. Zou Patrick uit een telefooncel bellen? Of misschien een telefoon van een vriend gebruiken?
‘Met Maggie O’Dell.’
Stilte.
Toen zei een schorre mannenstem: ‘Speciaal agent Margaret O’Dell?’
Zo was ze in de televisieuitzendingen genoemd. Ze verschoof haar gewicht naar haar andere been, kruiste haar armen, terwijl uitputting plaatsmaakte voor paniek. Het was iemand die haar beruchte achtervolging had gezien. Iemand die haar via haar geheime nummer had weten te bereiken.
‘Wie bent u?’ vroeg ze kortaf.
‘Ik heb informatie over het incident… in de mall. Wat daar is gebeurd.’
De beller klonk buiten adem, moe, aarzelend. Vanwege zijn stem gokte Maggie dat hij ouder was dan de jonge mannen van studentenleeftijd van wie de nieuwsmedia beweerden dat ze verantwoordelijk waren voor het ‘incident’.
‘Wilt u zeggen dat u hebt gezien wat er is gebeurd?’
‘Nee.’
‘Maar u was in de mall.’
‘Nee… Nee, ik was daar niet.’
Hij raakte gefrustreerd, hoorde ze. Ze moest wachten. Mensen onthulden meer tijdens stiltes dan na vragen.
‘Ik weet dingen.’
Weer een stilte.
‘Ik luister,’ zei ze uiteindelijk, toen ze dacht dat hij zou gaan ophangen.
‘Ik heb informatie. Dat is alles wat u op het moment hoeft te weten.’ Hij klonk bijna kwaad, maar ook fysiek uitgeput. ‘Luister, mijn vrouw is net geopereerd. Ik ben een beetje moe.’
Geen verontschuldiging, dacht Maggie, maar meer een manier om zichzelf tot bedaren te brengen.
‘Ik zal u alles vertellen wat ik weet. Alleen aan u. Aan niemand anders. U bent degene die die jongen heeft gered, toch?’
Voordat ze kon antwoorden, vervolgde hij: ‘Maar u moet naar mij toe komen. U moet naar de plek gaan die ik opgeef, zodat ik weet dat ze niet meeluisteren.’
‘Goed,’ zei ze. Had hij echt informatie? Of was hij zo’n gek die dol is op complottheorieën en de aandacht naar zichzelf probeert toe te trekken? En hoe was hij aan haar telefoonnummer gekomen?
‘Ze hebben mijn kleinzoon,’ barstte hij los. ‘Dat is waar de schoften te ver zijn gegaan.’
Ze wist dat de vraag wie ‘ze’ waren haar niets zou opleveren. Hij wilde zelfs zijn naam niet geven, maar vertelde haar wel precies waar hij haar wilde ontmoeten. Ze had geen moeite met de plek of zijn waslijst aan instructies, hoewel ze niet zeker wist hoe ze het voor elkaar moest krijgen. Beslist niet met A.D. Kunzes hulp. Tegen de tijd dat de man had opgehangen, wist ze wie ze wel in de arm kon nemen: de gouverneurs rechterhand.
Ze vond David Ceimo in de keuken van het restaurant, met zijn mobiel zo hard tegen zijn gezicht gedrukt, dat er een rode afdruk op zijn wang zat.
‘Ik wil weten waar ze deze informatie vandaan hebben. Anoniem pik ik niet!’ schreeuwde hij over het gekletter van potten en pannen heen. ‘Het kan me niet schelen. Kom erachter!’
Toen Ceimo haar zag, haalde hij zijn schouders op en deed een poging tot een glimlach. Ze drukte zich tegen een stalen rek, zodat de chef-kok zich tussen hen door kon wurmen.
‘Ben je iets wijzer geworden?’
‘De foto’s zijn anoniem ge-e-maild naar iemand van het tv-station.’ Hij veegde een lok van zijn dikke bruine haar van zijn voorhoofd, maar die viel meteen weer terug. Zijn vingers deden een tweede weinig succesvolle poging. ‘Ze beweren dat twee bronnen het hebben bevestigd.’
‘Bronnen nauw betrokken bij het onderzoek?’
‘Niet uit wat ik begrijp. Alleen “twee onafhankelijke bronnen”.’ Met zijn vingers maakte hij aanhalingstekens in de lucht. ‘Hoe zijn we zo ver gekomen, dat onze nieuwsmedia alleen maar sensatieverhalen maken van het nieuws in plaats van het te verslaan?’
Ze moesten weer uit de weg voor een ober die een blad uit de koelkast wilde pakken. De keuken was brandschoon, maar er was weinig ruimte voor extra personeel. Maggie verplaatste zich naar de andere kant van een smalle lange tafel, die op een uitgebreide variant van de desserttrolley van die avond leek.
‘Ik heb net een interessant telefoontje ontvangen,’ vertelde ze David, een blik werpend op de tiramisu en kwarktaart tussen hen in. ‘Met een interessant verzoek.’
Ceimo vernauwde zijn ogen terwijl hij haar aankeek. Hij was beter in het buitensluiten van de activiteiten in de keuken. Door Maggies opleiding tot FBI-agent bleven haar ogen heen en weer schieten, voortdurend alert en pogend alles op te merken wat er gebeurde. Haar maag herinnerde haar er echter aan dat ze geen kans had gehad om wat te eten, waardoor haar blik telkens weer naar de toetjes werd getrokken.
‘En dat is?’ Ceimo was ongeduldig.
‘De beller beweerde dat hij informatie had.’
‘Wat voor soort informatie?’
‘Dat wil hij niet door de telefoon vertellen. En hij wil alleen met mij praten.’
‘Hij heeft je op tv gezien,’ zei Ceimo, haar verrassend. Het hulpje van de gouverneur had meer in zich dan ze had verwacht. Nick Morelli had David Ceimo geïntroduceerd als een vroegere footballrivaal. Door zijn knappe uiterlijk en charme – niet heel verschillend van die van Nick – had ze zijn intelligentie verkeerd ingeschat, precies zoals ze zichzelf erop had betrapt dat ze bij Nick deed.
‘Stel dat hij gewoon de een of andere gestoorde idioot is?’
‘Gestoorde idioten zijn mijn specialiteit,’ zei ze, en ze begon hem de details te geven.