Hoofdstuk 19

 

 

 

Mall of America

Bloomington, Minnesota

 

Nick Morelli volgde zijn beveiligingsescorte, terwijl ze zich naar de vooringang van de mall begaven. Hij veegde de sneeuw van zijn regenjas en haalde een in handschoen gestoken hand door zijn haar.

Laarzen. Hij had laarzen mee moeten nemen. In zijn haast had hij die vergeten in te pakken. In Omaha had het niet gesneeuwd.

De begeleider, die zich op de luchthaven aan Nick had voorgesteld als Jerry Yarden, hield vol dat het geen zware sneeuwbui was. Hij deed het voorkomen alsof twaalf tot vijftien centimeter niets voorstelde. Dit was Minnesota, tenslotte.

‘Over een uur is het opgehouden,’ vertelde hij Nick, die Yarden maar met moeite kon bijhouden.

Nick was bijna een hoofd groter, maar de kleine man liep kwiek door de sneeuw over het parkeerterrein van de mall. Dat kwam doordat Jerry laarzen had.

Op een gegeven moment hield Nick bewust zijn pas in om Yarden vooruit te laten gaan naar de volgende politiebarricade. Dit was hun derde al. Terwijl Yarden zijn legitimatiebewijs openklapte, kwam Nick voorzichtig dichterbij. Zijn leren instappers waren nu geheel bedekt met sneeuw. Hij was bang dat hij uit zou glijden en zichzelf voor gek zou zetten. Na zijn beurt te hebben afgewacht, liet hij zwijgend zijn insigne en verdere legitimatie zien aan weer een andere politieagent bij de deur. Deze had zijn eigen insigne aan zijn dijbeen vastzitten. Aan zijn schouder zat een walkietalkie vastgemaakt. Hij droeg een zwarte muts en een kogelvrij vest, beide met POLICE in witte letters op de voorkant. In één hand had hij een geweer, en hij nam Nicks legitimatiebewijs in de andere, het tot ooghoogte opheffend, zodat hij zijn hoofd geen seconde hoefde te buigen en hij niets miste van wat er om hem heen gebeurde.

Met een scherpe blik bestudeerde hij Nick, niet alleen de foto met Nicks gezicht vergelijkend, maar bijna alsof hij wilde zien of hij hem kon breken, een zwakte, een leugen aan het licht kon brengen, voordat hij hem voorbij zijn wachtpost liet. Nick wilde de agent vertellen dat hij de grondige inspectie op prijs stelde, maar door dat te zeggen, zou hij impliceren dat hij iets minders had verwacht. Dus zweeg hij en nam zijn legitimatiebewijs, toen hij dat terugkreeg, met slechts een knikje aan. Zodra de politieagent Nick en Yarden doorgelaten had, richtte de man zijn blik op iets anders, klaar voor de volgende bedreiging.

Hoewel men aannam dat alle bommen op de tweede verdieping waren ontploft, toonde zelfs de begane grond tekenen van de explosies. Serpentines van puin bungelden aan een enorme kerstkrans. De kerstboom in het midden van het atrium was bedolven onder allerlei dingen waarvan Nick kon zien dat ze daar niet hoorden, sommige glinsterend, andere dof.

Hier beneden waren de sproeiers niet aangegaan, maar er hing een vochtige kou. Zodanig dat hij naar de kraag van zijn regenjas greep, hoewel hij zichzelf ervan weerhield deze op te zetten.

Aan de zijkant, voor de ingang van Macy’s, brulden twee groepen hulpverleners verzoeken en bevelen, terwijl ze dekens uitdeelden en gewonden verzorgden. Nicks blik ging echter omhoog, aangezien hij het drie verdiepingen hoge atrium wilde bestuderen. Sluipschutters, in het zwart gekleed, met kogelvrije vesten en helmen, waren boven aan de stilstaande roltrappen gestationeerd, wapens op hun schouders en klaar om te gebruiken. De overweldigende stank van rook en zwavel doordrenkte de lucht. Geschreeuw echode naar beneden.

‘We hoeven niet naar boven,’ zei Yarden, alsof hij Nick een dienst bewees.

Nick wierp een blik op de kleine man. Het verwijderen van zijn muts had Yardens grote oren bevrijd en zijn rode haar recht overeind doen staan. Daardoor, samen met zijn blozende wangen, leek hij bijna een kabouter. Wat de situatie nog krankzinniger maakte.

‘Ons beveiligingskantoor zit daar,’ zei Yarden, in de desbetreffende richting wijzend. ‘De districtspolitie heeft het afgesloten. Mr. Banoff heeft hen ervan overtuigd alles te laten zoals het is, totdat jij er zou zijn.’

‘Heeft niemand nog naar de banden gekeken?’

Yarden schudde zijn hoofd. ‘Ze hadden belangrijkere dingen te doen.’ Hij stond plotseling stil, wendde zich tot Nick en keek om zich heen om te zien of iemand hen in de gaten hield. ‘Mr. Banoff heeft hen ervan overtuigd dat het in hun voordeel is als wij het beeldmateriaal ziften. Het spaart tijd uit, en wij kennen de apparatuur, dus kunnen we precies bepalen vanuit welke hoek het beeld is opgenomen, enzovoort.’ Daarna wenkte hij Nick dichterbij. ‘Je begrijpt toch wat Mr. Banoff bedoelt wanneer hij zegt “zíften”?’

Voor de eerste keer sinds Nick de mall was binnen gegaan, kromp zijn maag enigszins ineen. Dat zijn nieuwe werkgever zich op een moment als dit simpelweg alleen zorgen maakte over zijn eigen aansprakelijkheid, was een vreselijke gedachte. Nick gaf Yarden geen antwoord, maar knikte slechts.

Zwarte Vrijdag
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html
section-0085.html
section-0086.html
section-0087.html
section-0088.html
section-0089.html