Hoofdstuk 14
Mall of America
Patrick zag Rebecca op het moment dat hij beneden voor het eerst hoorde roepen: ‘Politie, handen in de lucht!’ Ze zat in elkaar gedoken tegen de balustrade die de open ruimte van het atrium scheidde van wat vroeger het eetgedeelte was geweest. Kapotte tafels en stoelen lagen ondersteboven, versplinterd alsof er een tornado langs was gekomen. Ze was bij bewustzijn, maar hield haar linkerarm tegen haar lichaam geklemd. En er stond een man over haar heen gebogen. Iemand die probeerde te helpen.
Waarom had deze man speciaal Rebecca uitgekozen?
Hij herinnerde zich dat hij de moeder had geholpen haar kind uit het wandelwagentje te krijgen en wilde zichzelf een trap verkopen vanwege zijn paranoia. Natuurlijk hielpen mensen elkaar.
Toen Patrick dichterbij kwam, kon hij de witte letters op de honkbalpet van de man zien. Paramedicus? Vreemd, hij had niet gedacht dat er al hulpverleners ter plekke zouden zijn. Hij keek over de balustrade. Twee geüniformeerde politieagenten worstelden met de mensenmassa bij de ingang naar de mall twee verdiepingen lager. Zij waren de eerste hulpverleners die Patrick had gehoord of gezien, hoewel hij aannam dat het zeker mogelijk was dat er meer waren zonder dat het hem was opgevallen.
Blauwe spijkerbroek, wandelschoenen, weekendtas.
Patrick was nog steeds niet gerustgesteld. En er zat iets in de hand van de man dat eruitzag als een… Verdraaid, het zag eruit als een injectiespuit. Geen van de vrijwillige reddingswerkers en brandweerlieden met wie Patrick had gewerkt, zouden ooit een gewonde met een spuit in hun handen benaderen.
‘Hé!’ schreeuwde Patrick, maar zijn stem werd gesmoord door het lawaai om hen heen.
‘Rebecca!’ riep hij. Op hetzelfde moment zag hij haar lichaam omhoogschieten. Maar dat was niet in reactie op zijn geroep.
In één snelle beweging sprong ze overeind, trapte tegen een tafelpoot en zond die in de richting van de zogenaamde paramedicus, voordat ze de andere kant op sprintte. De man struikelde slechts even. Daarna stak hij de spuit in zijn zak en rende achter Rebecca aan, een paar tienermeisjes uit de weg duwend. In de chaos merkte niemand het op.
Patrick volgde hen beiden.
Wat gebeurde hier in vredesnaam?