Hoofdstuk 73
Taylor nam gas terug en doofde haar koplampen, draaide de lange oprit op van de bungalow. Er stonden geen auto’s op de oprit en de verlichting was uit. Ze speurde om zich heen naar een beschutte plek, zag toen een smal weggetje dat naar rechts afboog. Het was onverhard en overwoekerd door onkruid.
‘Dit moet een fortuin waard zijn.’ Met een begerige blik zat Fitz het land op te nemen. ‘Het huis lijkt wel wat klein, maar de grond zou minstens een half miljoen opbrengen. Man, ik zou een moord doen voor zo’n stuk land.’
Glimlachend trok Taylor een wenkbrauw op. ‘Vast wel. Ik neem dit weggetje. Moet het pad naar een oude schuur zijn. Het was een en al paardenwei hier voordat ze het volbouwden. Gelukkig voor ons is het de perfecte plek om de auto te verstoppen.’
Ze hobbelde het weggetje af en ramde bijna een patrouillewagen. Agenten Miller en Wills waren blijkbaar op hetzelfde idee gekomen. Ze stopte achter hun wagen en klikte de achterklep open, zodat ze hun uitrusting eruit konden halen. Zij en Fitz stapten uit in de koele avondlucht.
De twee agenten stapten ook uit hun auto’s. Ze zagen er angstaanjagend uit, van top tot teen gehuld in hun zwarte SWAT-tenues, met wapens die alle kanten uitstaken.
‘Goed dat jullie er zijn,’ zei Miller. ‘We zagen geen auto’s op de oprit toen we aankwamen, dus zijn we hier maar in gedoken.’ Hij grijnsde naar Taylor, waarbij zijn witte tanden blonken in het maanlicht. ‘Hoorde jullie radioverkeer. Jullie hebben een DNA-match voor deze, hè?’
‘Bijna. Er is een match tussen de bloedgroep van deze gast en het sperma gevonden op de eerste pd. Dat is voorlopig goed genoeg. Zijn andere twee adressen zijn gecheckt. Het West End-pand is verhuurd. Jullie hoorden Marcus’ bericht – het ziet ernaar uit dat hij de meiden vermoordde op het Granny White-adres. Waarmee deze plek overblijft als zijn schuilplaats. Marcus en Baldwin zullen hier zo opduiken, dus schiet ze niet neer. Hebben jullie de foto gezien van het meisje dat we zoeken?’
‘Ja, Jill Gates. We hebben ook een kiekje van die Gabriel Lucas. Hoe wil je het aanpakken?’
Taylor schoot haar kogelwerende vest aan, en Fitz stond de patronen te controleren in een jachtgeweer dat hij uit haar kofferbak had gehaald. ‘Fitz en ik nemen de voorkant, jullie de achterkant. Zodra jullie horen dat de deur wordt opengebroken, gaan jullie naar binnen. Wij gaan op zoek naar Jill. Jullie gaan op zoek naar Lucas. Duidelijk?’
‘Duidelijk.’ Hun eenstemmige reactie weergalmde door het donker.
‘Goed. Hij zal Jill en de baby beschermen. Hij zal er waarschijnlijk van uitgaan dat we haar iets willen aandoen en er alles aan doen om haar te verdedigen – maar hij is ziek en vermoedelijk te zwak om het fysiek tegen ons op te nemen. Dus wees bedacht op wapens.’
Na een laatste controle van hun wapens glipten ze geruisloos het donker in.
Het huis lag een eind van de weg af, op een stuk land dat minstens een paar hectare besloeg. Hoewel er andere huizen in de buurt waren, stonden die zo ver weg dat nieuwsgierige buren hen niet door het gras zouden zien sluipen.
Gebukt slopen ze naar het huis om hun posities in te nemen. Door een raam aan de oostzijde van het huis kwam een straaltje licht. Bij het raam aangekomen, stak Taylor vliegensvlug haar hoofd omhoog en zag dat het de keuken was. Daar was niemand, zo te zien. Ze gebaarde naar Miller en Wills om achterom te gaan. Zij en Fitz begaven zich naar de voorkant van het huis, daarna naar de veranda. Ze voelde Fitz een rukje aan haar shirt geven. Dus bleef ze staan en draaide zich om, wenkbrauwen vragend opgetrokken. ‘Voorzichtig nu,’ fluisterde hij. Ze blies haar adem uit en knikte. Op hun tenen bereikten ze de voordeur.
Een kort ogenblik kwam de gedachte bij Taylor op om gewoon aan te bellen, en ze grinnikte in zichzelf. Een rationeel denkend man als Gabriel Lucas zou hen vast beleefd binnenvragen om hun arrestatie te verrichten. Ze deed een laatste schietgebedje op het moment dat Fitz voor haar ging staan, met zijn vingers aftelde tot drie, waarna hij ‘Politie!’ schreeuwde en de deur intrapte.
Binnen stuitten ze op doodse stilte. Ze zagen Miller en Wills door de achterdeur binnenkomen. Die zat niet op slot; ze hadden gewoon de knop omgedraaid en de deur ging open. Beide ingangen kwamen uit op een donkere woonkamer. Aan weerszijden van de kamer bevond zich een gang. De ene leidde naar de keuken; de bron van het zwakke lichtschijnsel dat ze door het raam had gezien, was het lampje van het fornuis. De andere gang was donker.
Fitz maakte een hoofdgebaar naar Miller, die Wills op zijn schouder tikte en naar de keuken gebaarde. Hij knikte naar Taylor en wees naar de in duister gehulde gang. Taylor ging voorop, Fitz volgde, wapens getrokken.
Er waren twee deuren in de gang. De deur aan het eind stond open. Op de deur aan het begin was een grendel aan de buitenkant bevestigd.
Als Jill in het huis was, zou dit de beste plek voor haar zijn, bedacht Taylor. Ze bleef staan en legde haar oor tegen de deur, terwijl Fitz verder de gang in liep. Hij dook de andere slaapkamer in, gebaarde vervolgens naar haar dat daar niks was. Hij kwam teruglopen.
Zachtjes, voorzichtig, schoof ze de grendel opzij en draaide de knop om.
Achter de deur was het stikdonker. Toen haar ogen zich geleidelijk aanpasten, zag Taylor dat er amper iets in de kamer stond – afgezien van een bed. Fitz tikte op haar schouder en wees naar het lichtknopje. Met haar wapen gericht op het midden van de donkere kamer, knipte ze het licht aan.
Er lag een vrouw vastgebonden, armen en benen wijd, precies in het midden van het bed. Haar bolle buik getuigde van een vergevorderde zwangerschap.
‘Jill? Jill Gates?’
De vrouw reageerde niet onmiddellijk en bewoog ook niet.
We zijn te laat, verdomme, we zijn te laat. Maar voordat ze een stap had gezet, hoorde Taylor een zachte kreun. Jill leefde nog. Er spoelde een golf van opluchting door haar heen, en ze snelde op het meisje af.
Jill was vastgeketend aan het bed, haar handen met boeien aan het hoofdeinde, de enkels met touw aan het voeteneinde. Ze leek nauwelijks bij kennis. Maar toen Taylor zich over het meisje boog en geruststellende woordjes mompelde, opende ze haar ogen en keek ze Taylor aan. De tranen begonnen over haar gezicht te stromen.
‘Is hij weg? Gabriel? Is hij weg? Heb je hem gedood?’
‘Sst. We gaan je hier weghalen.’
‘Zijn jullie van de politie?’
‘Ja, liefje, wij zijn van de politie.’ Ze maakte de handboeien los en liep toen naar het voeteneinde om haar enkels te bevrijden.
Jill jammerde: ‘Goddank. Goddank dat jullie er zijn. Hij gaat me vermoorden – hij is krankzinnig. Haal me hier alsjeblieft weg.’
Fitz kwam naar het bed en hielp Jill rechtop te gaan zitten. Ze was duidelijk een tikje daas, maar ze moesten zoveel mogelijk informatie uit haar zien te krijgen als ze Gabriel wilden vinden. ‘Weet je waar hij is, Jill? Is hij in dit huis?’
‘Dat weet ik niet. Hij heeft me de hele tijd opgesloten gehouden in deze kamer. Hoelang ben ik hier al?’
‘Minstens vijf dagen, denken wij, misschien langer. Maar nu ben je veilig, liefje – wij zijn er. Kun je staan?’ Hij hielp haar overeind, wierp een blik op haar bolle buik. ‘Hoe ver ben je, Jill?’ vroeg hij.
‘Acht maanden. Zijn mijn ouders hier? Gaat het goed met ze? O hemel, die moeten het besterven.’
Taylor klopte haar op de schouder. ‘Ze zijn hier in de stad, Jill. Ze kwamen zodra ze hoorden dat je vermist werd. Ze zullen dolblij zijn om je te zien. Kun je ons nog meer vertellen over Gabriel Lucas?’
Jill verloor haar evenwicht toen ze ging staan en viel tegen Taylor aan.
‘Oeps, ik heb je. Ga eerst maar weer even zitten.’
Gegeneerd plofte Jill op het bed en glimlachte flauwtjes naar Taylor. ‘Het gaat wel. Mijn voeten slapen alleen. Mijn ouders dóén me wat als ze zien dat ik zwanger ben.’
‘Geloof me, je ouders zullen een gat in de lucht springen dat ze je weer terug hebben, jou en de baby. Vertel me zoveel je kunt, oké?’
Jill schudde haar hoofd. ‘Ik kan me niet veel herinneren. Ik heb wel geprobeerd na te denken. Ik weet dat het een poosje geleden is dat hij hier was. Vlak voor het donker werd ik wakker. Meestal komt hij binnen en geeft me een shot van het een of ander zodra hij hoort dat ik wakker ben. Hij vertelt me verhalen terwijl ik wegzak, gebazel waar ik geen touw aan vast kan knopen, over vrouwen en hun ‘symboliek’, dingen over de Bijbel. Van die shots val ik bijna meteen in slaap. En ik had steeds van die maffe hallucinaties. Als ik wakker was, zat hij van die wartaal uit te slaan.’ Beschermend legde ze een hand op haar buik. ‘Hij bleef maar zeggen dat ik zwanger was van de Messias. Hij is hartstikke gek.’
Taylor knikte en keek naar Fitz. ‘De morfine-injecties.’ Vervolgens draaide ze zich weer om naar Jill. ‘Wij denken dat hij je morfine gaf. Heeft hij je verteld dat hij kanker heeft?’
‘Wat? Nee.’
‘Hij heeft een hersentumor. Wij denken dat die zijn brein zo heeft aangetast dat hij niet meer rationeel kan denken. Hij heeft de afgelopen paar weken een hoop mensen kwaad gedaan.’
‘Een hersentumor? Mij morfine gegeven? Jezus, wat was hij van plan mij aan te doen?’
Fitz stak een hand uit. ‘Volgens ons was hij van plan jou op een veilige plek te houden. Hij wilde niet dat jou of zijn baby iets overkwam. Denk je dat je nu kunt staan?’
Nadat hij haar opnieuw overeind had geholpen, schuifelden ze naar de woonkamer. Tussen de kamer en de keuken bevond zich een ontbijtbarretje met krukken. Hij liet haar plaatsnemen en ging toen poolshoogte nemen bij de rest van hun team. ‘Iets gevonden?’
Wills hield de wacht bij de voordeur. ‘Hier is hij niet, en verder is er ook weinig waar we wijzer van worden. Het ziet er niet naar uit dat hij hier woont – het is alleen een veilige plek om het meisje vast te houden. We blijven verder zoeken.’
‘Oké. Zorg dat jullie op alles voorbereid zijn. Op een gegeven moment komt hij terug voor haar. Zodra hij ziet dat we haar gevonden hebben, zal hij vermoedelijk compleet doordraaien. Ik kan niet voorspellen wat hij dan doet, maar ik wil dat jullie klaar zijn om in actie te komen.’
Ze knikten en gingen op in de achtergrond. Fitz bleef een ogenblik staan kijken terwijl ze hun posities innamen. Zodra hij ervan overtuigd was dat ze niet zouden worden verrast, richtte hij zijn aandacht weer op Taylor en Jill.
Taylor was aan de radio. ‘Veertien voor basis. We hebben het pakketje. Ze is alleen, herhaling, niemand anders aangetroffen. Begrepen?’
‘Begrepen, veertien. Achttien is onderweg, nog vijf minuten.’
‘Begrepen. Basis, we hebben hier een busje nodig. Geen LS. Begrepen?’
‘Begrepen, veertien. Bus, geen LS. Over en sluiten.’
Taylor glimlachte naar Fitz. Er was een ambulance onderweg voor Jill. Marcus en Baldwin hadden voldoende bewijsmateriaal gevonden op het Granny White-adres om Gabriel Lucas achter slot en grendel te zetten. Maar ze konden nog geen feestje vieren. Ze waren pas halverwege. Nu moesten ze Lucas nog vinden.
‘Zo te zien woont hij hier niet, maar bewaart hij hier alleen het allernoodzakelijkste om Jill niet te laten verhongeren. Ik heb ook geen drugs of injectienaalden gevonden. Die moet hij bij zich houden,’ zei ze.
Intussen begon Fitz kastjes en lades in de keuken open te trekken.
Taylor liep naar het raam. Daarvandaan kon ze een schuur zien, op zo’n driehonderd meter van het huis, tegen de rand van het bos. Ze draaide zich om naar Fitz, die zich om Jill bekommerde en haar een glas water gaf. ‘Hé, Fitz, verderop is een schuur. Ik ga er een kijkje nemen.’
‘Miller zit daar buiten. Zorg dat hij weet dat jij het bent.’
‘Doe ik.’ Ze ging door de voordeur naar buiten, waar ze schril floot. Miller kwam tevoorschijn aan de zijkant van het huis, en ze wees naar de schuur. Hij knikte, loste weer op in het donker.
Ze legde de paar honderd meter naar de schuur af. Die was oud en krakkemikkig, leek niet bestand tegen een flinke storm. Zodra Miller vanaf de achterkant om de schuur heen glipte, namen ze hun standaardposities aan weerszijden van de deur in.
Taylor gaf hem een knikje, trapte hem toen open.