Hoofdstuk 25
Baldwin haalde een hand door zijn haar, waardoor de te lange plukken rechtop bleven staan als de stekels van een stekelvarken. De dossiers over de dode meisjes had hij twee keer doorgelezen en er geen woord van onthouden. Hij stond op en begon door de vergaderzaal te drentelen, op zoek naar iets om gedachteloos mee te spelen. Hij vond alleen een handje paperclips en een plakbandhouder. Ze hadden de cel van de veroordeelde leeggehaald. Eenmaal weer achter de tafel glimlachte hij zuur naar de muur, pakte een paperclip op en begon het ding recht te buigen. Zodra hij daarmee klaar was, pakte hij er nog een, en nog een, totdat er een krakkemikkig stukje gaas voor hem op tafel lag.
Wie probeerde hij nou in de maling te nemen? Hij had hier niets te zoeken. Garrett en Price wisten dat. Toch zetten ze hem onder druk om terug te keren naar het land der levenden, terwijl hij er helemaal niet zeker van was of hij dat wel wilde. Desondanks zat hij hier, dossiers opengeslagen vóór zich, twee beeldschone meisjes dood – en hij kon slechts een oppervlakkige nieuwsgierigheid opbrengen naar hoe het zover met hen had kunnen komen. Zijn oude ik zou elk woord van elk dossier allang hebben ontleed, het zou al een idee hebben van met wie ze te maken hadden. Destijds zou hij al plannen aan het opstellen zijn om te voorkomen dat de moordenaar opnieuw toesloeg. Maar nu, tja…
Hij sloeg met zijn vuist op tafel, waardoor de barricade van paperclips alle kanten op vloog. Ongeduldig veegde hij ze van tafel, zag ze in willekeurige patronen op de vloer vallen. Hij staarde ernaar, in een poging een aanwijzing te vinden in de metalen lijnen, maar zag niets. Een toepasselijke reactie voor iemand in wiens hoofd het een verdwaasde chaos was.
Hij had het niet meer in de vingers.
Met een zucht trok hij het dossier van Jordan Blake naar zich toe en begon van voren af aan.
De deur van de vergaderzaal ging open, waardoor licht vanuit de gang naar binnen viel. Het was de vrouw, Jackson, het licht als een halo om haar hoofd. Ze leek een engel der wrake.
‘Mr., eh… Baldwin? Fitz en ik gaan een hapje eten. Heb je zin om mee te gaan? Samantha Owens, onze patholoog, komt ook, hopelijk met de resultaten van het toxicologisch onderzoek op de twee vermoorde meisjes. Je zei dat je haar graag wilde spreken.’
Baldwin keek door het raam naar buiten, verbaasd dat het al donker was. Hij had de hele dag opgesloten gezeten in deze ruimte, zonder pauze. Toen hij op zijn horloge keek, zag hij dat het over zevenen was. Op slag begon zijn maag te knorren. Hij keek Taylor schaapachtig aan. ‘Sorry, ik was de tijd uit het oog verloren. Weet je zeker dat het goed is als ik meega?’
Taylor glimlachte. ‘Iedereen moet eten. Trouwens, zo te zien kun je wel een stevige maaltijd gebruiken. We gaan naar Mulligan’s Pub aan Second. Kom op. Een wandelingetje zal je goed doen.’
Baldwin dacht even na. Waarom niet? Hij had niets beters te doen. Niets beters ook om naartoe te gaan. ‘Goed, dan. Als je het zeker weet.’
Hij liep achter haar aan de deur uit, bleef toen staan en liep terug naar zijn nieuwe kantoor, waar hij hoofdschuddend de dossiers in zijn aftandse leren rugzak propte. De zaak had hem in zijn greep, en zo snel wilde hij het niet opgeven. Trouwens, hij wilde ook zijn aantekeningen niet laten slingeren.
Taylor nam hem aandachtig op. Hij liep er slonzig bij, met haar dat rechtovereind stond, ongeschoren, met verfomfaaide kleren. Hij zag er haast gevaarlijk uit, en veel gemotiveerder dan die ochtend. Tot haar verbazing voelde ze even iets kriebelen in haar buik. Hij had iets wat haar intrigeerde. De hele middag had ze zich zitten afvragen wat er met hem aan de hand was.
Kap daarmee, snauwde ze zichzelf toe. Je hebt zelf al genoeg problemen, je hoeft die van hem er niet ook nog eens bij te nemen.