62
Maggie reed zomaar wat rond, in de hoop iets van die toenemende woede kwijt te raken.
Na een uur stopte ze op de drukke parkeerplaats van een pannenkoekenrestaurant. Misschien zouden haar zenuwen en haar maag tot rust komen als ze iets at. Ze was al bij de deur van het restaurant, had haar hand al op de klink, toen ze zich abrupt omdraaide en bijna tegen twee andere bezoekers op botste. Snel ging ze terug naar haar auto. Ze kon het risico niet nemen. Ze kon niet het leven van een volgende serveerster op het spel zetten.
Terug op de weg keek ze goed om zich heen, in de achteruitkijkspiegel en naar elke auto die haar passeerde. Ze verliet de Interstate, reed een aantal kilometers over een verlaten tweebaansweg en ging vervolgens de Interstate weer op. Een paar kilometer verder draaide ze een parkeerplaats op, reed rond, parkeerde, wachtte even en ging toen terug naar de Interstate.
'Kom op, Stucky,' zei ze. 'Waar blijf je nou? Ben je daar ergens? Achtervolg je me?'
Ze pakte haar mobiele telefoon en probeerde Nick te bereiken, maar die was blijkbaar al naar Boston vertrokken. Uit een wanhopige behoefte aan afleiding, in welke vorm ook, toetste ze het nummer van haar moeder in. Misschien kon ze naar Richmond rijden. Dat zou beslist haar aandacht van Stucky afleiden. Na vier keer overgaan, kreeg ze een antwoordapparaat.
'Ik kan nu niet aan de telefoon komen,' klonk een opgewekte stem, die Maggie meteen deed denken dat ze een verkeerd nummer had gebeld. 'Bel alsjeblieft een andere keer terug, en vergeet niet dat God zorgt voor hen die niet voor zichzelf kunnen zorgen.'
Maggie klikte het toestel dicht. Lieve hemel. Ze wenste dat het niet de stem van haar moeder was geweest, dat ze inderdaad een verkeerd nummer had gebeld. Maar ondanks de onechte vrolijkheid had ze de door sigaretten hees geworden stem herkend. Opeens schoot haar te binnen dat Greg had verteld dat haar moeder de stad uit was. Met de Eerwaarde Everett, wie dat ook mocht zijn. Ze waren naar Las Vegas. Waar moesten manisch-depressieve alcoholisten anders heen om God te vinden?
Omdat haar tank bijna leeg was, stopte ze bij een tankstation aan de Interstate. Ze was juist bezig de benzinedop eraf te draaien, toen ze zag dat de pomp geen creditcards accepteerde. Ze keek naar het winkeltje. Zodra ze de blonde krullen van de vrouwelijke bediende zag, draaide ze de dop er weer op en stapte in haar auto. Pas twee tankstations later en zo'n dertig kilometer verder vond ze er een waar ze aan de pomp kon betalen. Inmiddels was ze op van de zenuwen. Haar hoofd deed zeer, en ze was misselijk. Ze kon nergens heen. Weglopen zou niets oplossen, en ze kon Stucky ook niet overhalen achter haar aan te komen.