35
Boston, Massachusetts
Donderdag 2 april
Will Finley kon niet stilzitten. De hele ochtend al was hij onrustig, en nu zwierf hij door de gangen van het gerechtsgebouw.
Hij haalde zijn hand over zijn gezicht. Te veel cafeïne, daar kwam het door. Dat en slaapgebrek. Wat het er niet beter op maakte, was dat Tess McGowan niet had gereageerd op zijn telefoontjes. En nu was het al donderdag. Sinds maandag had hij boodschappen achtergelaten op haar antwoordapparaat en op haar werk. Hij nam althans aan dat het haar werk was, want hij had een van haar visitekaartjes meegenomen van het antieke bureau in haar slaapkamer. Anders had hij niet eens haar telefoonnummer thuis geweten, of haar achternaam. Hij had zelfs geprobeerd boodschappen voor haar achter te laten bij Louie's, tot die potige eigenaar had gezegd dat hij 'Tess met rust moest laten en moest opsodemieteren'.
Waarom deed hij dat dan niet gewoon? Waarom kon hij alleen maar aan haar denken? Nog nooit was hij zo bezeten geweest van een vrouw. Waarom nu opeens wel? Zelfs Melissa had gemerkt dat hij afwezig was, maar ze had zijn verklaring dat hij het vreselijk druk had met zijn nieuwe baan en gespannen was door alles wat nog op het nippertje voor het huwelijk geregeld moest worden, geaccepteerd.
Wat het er ook niet makkelijker op maakte, was dat hij sinds die nacht met Tess had vermeden met zijn aanstaande te slapen. Verdorie, het was pas drie nachten, en toch was hij bang dat Melissa het zou merken. Vooral gisteravond, toen ze duidelijk had laten merken dat ze wel bij hem wilde blijven overnachten. Hij had haar zo ongeveer de deur uitgezet met het slappe excuus dat hij zijn nachtrust nodig had voor het grote proces van de volgende dag. Wat bezielde hem? Was hij heus bang dat Melissa achter zijn verraad zou komen doordat hij haar anders aanraakte? Of wilde hij gewoon de herinneringen aan die nacht met Tess niet uitwissen? Die nacht met Tess had hij in gedachten zo vaak opnieuw beleefd dat hij de herinneringen zonder enige moeite kon bovenhalen.
Shit, hij zat echt goed in de problemen.
Toen hij de hoek naar het archief omsloeg, botste hij tegen Nick Morelli op. De inhoud van Wills map belandde op de vloer, en hij zat al op zijn hurken voor Nick doorhad wat er was gebeurd.
'Hé, waarom heb je zo'n haast?' Nick hurkte naast hem neer.
Zonder acht te slaan op de verspreid liggende paperassen die ze onder hun schoenzolen verkreukelden, liepen anderen langs hen heen.
Toen ze weer rechtop stonden, overhandigde Nick hem de papieren die hij had opgeraapt.
Will keek goed rond om te zien of hij echt alles had. Dat ontbrak er nog maar aan, dat hij iets kwijtraakte waardoor de verdediging in het voordeel zou zijn!
'Waarom heb je nou zo'n haast?' Vragend keek Nick hem aan.
'Ik heb geen haast' Hij stapelde zijn papieren netjes op en haalde zijn vingers door zijn haar. Zou Nick zien dat zijn hand beefde? Beiden werkten ze pas kort op het kantoor van het Openbaar Ministerie, maar Nick was een van Wills docenten geweest tijdens zijn rechtenstudie aan de University of Nebraska. Nog steeds zag hij Nick eerder als mentor dan als collega. En hij, wist dat Nick hem min of meer onder zijn hoede had genomen en hem wilde helpen wennen aan het jachtige Boston.
'Je ziet er belabberd uit.' Nick keek bezorgd. 'Voel je je wel goed?'
'Ja, hoor. Best.'
Nick leek niet overtuigd. Kort keek hij op zijn horloge. 'Bijna lunchtijd. Zullen we samen een hamburger gaan eten, hier verderop? Ik betaal.'
'Oké. Ja, hoor. Als jij betaalt.' Allemachtig, hij kon niet eens meer normaal praten! 'Even deze spullen bij het archief afleveren.'
Hoewel het vrij warm was, droegen ze allebei een colbert. Will bedacht dat, als die vochtige plekken onder zijn armen net zo zichtbaar waren als ze aanvoelden, hij het zijne de rest van de dag aan zou moeten houden. Misschien waren het alleen maar de zenuwen. Tenslotte was het huwelijk nog maar zo'n drie of vier weken weg. Goede genade! Zo kort nog maar?
Om de bezorgde blik van zijn voormalige docent te ontwijken, hield Will het gesprek gaande met saaie verhalen over de processen die Nick had gemist toen hij naar Kansas City was.
Nick luisterde beleefd. Pas toen Will zijn mond vol frites had, vroeg hij: 'En vertel je me nu dan eindelijk wat je in vredesnaam dwarszit?'
Will veegde wat ketchup van zijn mondhoek en slikte zijn eten door, in plaats van rustig door te kauwen. Met wat cola spoelde hij de hap weg die in zijn keel dreigde te blijven steken. 'Hoe kom je erbij dat er iets mis is?' vroeg hij toen.
'Iets mis? Dat zei ik niet. Ik vroeg wat je dwarszat.'
'O.' Om tijd te rekken veegde hij zijn mond nogmaals af. Echt iets voor een jurist om over de juiste formulering te bekvechten.
'Wat is er nou aan de hand?'
Will schoof zijn bord opzij. Hij had een halve hamburger en bijna al zijn frites naar binnen weten te werken voor Nick een tweede hap had kunnen nemen. Het zuur brandde al in zijn slokdarm. Dat kon er ook nog wel bij. 'Ik vrees dat ik er een zootje van heb gemaakt.'
Nick nam een hap en keek hem over zijn hamburger, die hij met twee handen vasthield, aan. 'Toch niet de zaak Prucello, hè?' vroeg hij ten slotte.
'Nee. Nee, het heeft niks met het werk te maken.'
Even leek Nick opgelucht, maar toen trok hij zijn wenkbrauwen weer op. 'Zenuwen voor je huwelijk?'
Will goot de rest van zijn cola naar binnen en wenkte de ober voor een nieuwe. Kon hij maar iets sterkers nemen. 'Misschien. Ik weet het niet.' Hij schoof zijn stoel naar voren en leunde over de tafel, zodat hij ondanks het kabaal in het drukke restaurant zacht kon praten. Aan twee van de tafeltjes in de buurt zaten mensen die hij van de rechtbank kende. 'Vrijdagavond heb ik een vrouw ontmoet. Allemachtig, Nick, ze was... ongelooflijk. Ik kan haar niet meer uit mijn hoofd krijgen.'
Kauwend keek Nick hem aan, alsof hij zijn woorden op een goudschaaltje woog.
Als iemand het begreep, dan toch Nick Morelli wel. Will wist dat al die praatjes, jaren geleden op de campus, over Nick en een paar studentes - en ook wat docentes - niet uit de lucht gegrepen waren geweest. Nick had de nodige ervaring met avontuurtjes. Zelfs Platte City te worden, had zijn reputatie hem achtervolgd.
'Die vrouw,' zei Nick langzaam, 'was dat een hoer?'
Bijna verslikte Will zich. 'Allemachtig, nee!' Snel blikte hij om zich heen, om te zien of iemand hem had gehoord. Maar zijn agitatie leek niemand te boeien.;
'De jongens - Mickey, Rob, Bennet - hadden me zo'n beetje uitgedaagd haar te versieren toen we in een bar waren. Ze was ongelooflijk sexy en heel... ik weet niet, ongeremd. Maar ze is geen hoer, zeg!' Hij stopte toen hij twee vrouwen aan het tafeltje naast hen naar hem zag kijken. 'Ze is wat ouder, ongeveer van jouw leeftijd, denk ik. Heel aantrekkelijk en ontzettend... sensueel. Maar wel op een beschaafde manier. Niet, eh... dellerig of zo. Volgens mij is ze makelaar of zoiets.'
De ober bracht zijn nieuwe cola.
Will liet zich onderuit zakken, pakte het glas en dronk het in één teug halfleeg.
Nick bleef rustig dooreten, of het verhaal niks voorstelde, wat Will ongerust en een beetje kwaad maakte. Verdorie, hij had zijn ziel en zaligheid op tafel gelegd, maar Nick leek meer geïnteresseerd in de rest van zijn hamburger!
'Wat je eigenlijk wilt zeggen, is dat ze ongelooflijk was in bed?'
'Allemachtig, Nick!'
'Nou? Draait het daar niet allemaal om?'
'Man, als iemand dit zou begrijpen, dan jij wel, dacht ik. Maar laat maar. Vergeet maar wat ik heb gezegd.' Hij trok zijn bord weer naar zich toe en propte zijn mond vol patat, zonder Nick aan te kijken. Een van de vrouwen aan het tafeltje naast hen glimlachte naar hem. Die wist duidelijk niet dat hij een idioot was.
'Kom nou, Will. Wees eens even redelijk.' Nick wachtte tot Will hem aankeek. 'Wil je heus drie, vier jaar met Melissa weggooien voor één ongelooflijke nacht?'
'Nee, natuurlijk niet.' Hij frunnikte aan de knoop van zijn das. ik weet niet wat ik moet.'
'Hoor eens, Will. Ik heb heel wat vrouwen gehad. Fantastische vrouwen. Maar je kunt je leven niet laten bepalen door één ongelooflijke nacht.' Na die woorden nam hij weer een hap.
Will ging rechtop zitten en leunde over de tafel. Toen pas merkte hij dat zijn mouw was besmeurd met ketchup. Shit! De laatste tijd leek hij meer geld aan de stomerij uit te geven dan aan eten. 'Het was niet alleen maar de seks, Nick.' Hij voelde de behoefte het uit te leggen, al wist hij niet eens of hij het zelf wel begreep.
'Er was nog iets, ik weet niet wat. Ze had iets. Ik kan haar niet uit mijn hoofd zetten. Maar het was niet alleen maar de seks. Ik bedoel, ze was sterk, hartstochtelijk, sexy en onafhankelijk, maar tegelijkertijd... Shit, ik weet niet... Kwetsbaar en lief en grappig en... en echt. Ik weet wel dat we allebei te veel hadden gedronken en dat we elkaar nauwelijks kennen, maar... ik kan alleen nog maar aan haar denken.'
Nick haalde een paar gloednieuwe bankbiljetten te voorschijn en legde die met de bon op het plastic dienblad. Had hij er verkeerd aan gedaan het aan iemand te vertellen, vroeg Will zich af. Had hij het beter voor zich kunnen houden?
'Goed, en wat wil je eraan doen?'
'Dat weet ik niet,' bekende Will, terwijl hij de ketchup van zijn mouw probeerde te vegen. 'Ik wil haar terugzien, denk ik, gewoon met haar praten, om te zien... Verdorie, ik weet het niet, Nick.'
'Bel haar dan op. Wat let je?'
'Dat heb ik geprobeerd, maar ze belt niet terug.'
'Ga dan gewoon bij haar langs, neem haar mee uit lunchen. Vrouwen houden wel van een man die actie onderneemt en niet alleen maar praat.'
'Zo makkelijk is dat niet. Het is vijf uur rijden. Ze woont in een plaatsje net buiten DC In Newton... Newberry... Newburgh. Ja, Newburgh, geloof ik.'
'Wacht eens even. Vlak bij DC? Newburgh Heights?
'Ja. Ken je het?'
'Ik geloof dat een vriendin van me daar net een huis heeft gekocht.'
'De wereld is klein.'
Nick leek opeens wat afwezig.
'Denk je dat ze elkaar kennen?' vroeg Will.
'Dat betwijfel ik. Maggie werkt bij de FBI.'
'Is dat soms diezelfde Maggie die je met die zaak heeft geholpen van afgelopen herfst?' Feitelijk hoefde Will geen antwoord op die vraag. Hij kon zo wel zien dat het om dezelfde vrouw ging. Al maanden geleden was hem opgevallen dat Nick helemaal van slag raakte wanneer ze ter sprake kwam. Misschien was zij Nicks obsessie. 'Waarom heb jij die Maggie nooit gebeld of opgezocht?'
'Nou, onder andere omdat ik pas een paar dagen geleden heb ontdekt dat ze met een echtscheiding bezig is.'
'Een paar dagen geleden? Was ze soms bij dat gedoe in Kansas City?'
'Ja, ze was bij dat gedoe in Kansas City. Ze was een van de sprekers.'
'En?'
'En niks.'
Nick leek gefrustreerd en geïrriteerd. Ja hoor, hij was weer helemaal van slag. 'Maar je hebt haar wel gezien? Je hebt haar gesproken?'
'Ja, zeker. We hebben samen een middag in afval zitten wroeten.'
'Wat? Is dat een nieuwe term voor voorspel?'
'Nee, dat is het niet!' snauwde Nick. Kennelijk was hij niet in de stemming voor Wills poging tot humor.
'Kom op, we moesten weer eens aan het werk.' Hij stond op, trok zijn das recht en knoopte zijn jasje dicht. Een duidelijk signaal dat het gesprek, wat hem betrof, was beëindigd.
Will liet echter niet af. 'Het klinkt of die Maggie jouw Tess is.'
'Allemachtig, man, wat wil je daar nou weer mee zeggen?'
Uit Nicks blik maakte Will echter op dat hij gelijk had. 'Die Maggie maakt jou net zo gek als Tess mij. Misschien moeten we allebéi eens een ritje naar Newburgh Heights maken.'