Ayla vroeg zich af of het gepast zou zijn als zij een opmerking maakte. 'Zelandoni,' zei ze weifelend, 'mag ik iets zeggen?' Iedereen keek haar aan, en ze had niet het idee dat alle zelandonia even blij waren met haar verzoek.

'Natuurlijk, Ayla,' zei de Zelandoni die Eerste was. 'Jondalar en ik hebben op onze Tocht de Losaduniërs bezocht. We hebben Losaduna en zijn gezellin een paar vuurmaakstenen gegeven... voor de hele Grot... Ze waren bijzonder vriendelijk en behulpzaam,' zei Ayla, waarna ze even aarzelde. 'Ja?' moedigde Zelandoni haar aan.

'Toen zij een ceremonie hielden om de vuurmaakstenen te presenteren, deden ze dat met twee vuurplaatsen,' vervolgde Ayla. 'Een daarvan was klaar om aangestoken te worden, maar koud. De andere brandde. Die hebben ze op een gegeven moment gedoofd. Het was opeens zo donker dat je niet eens degene die naast je zat kon zien, en het was duidelijk dat er in de eerste vuurplaats geen enkel stukje gloeiende houtskool lag. Toen heb ik vuur gemaakt in de tweede vuurplaats.'

Het bleef even stil.

'Dank je, Ayla,' zei Zelandoni. 'Dat lijkt me een goed idee. Misschien kunnen we iets dergelijks doen. Het zou een uiterst indrukwekkende demonstratie opleveren.'

'Ja, mij lijkt het ook een goed idee,' zei de zelandoni van de Derde. 'Op die manier kunnen we toch aan het begin het ceremoniële vuur aanmaken.'

'En een koude vuurplaats die klaarligt om aangestoken te worden zal de nieuwsgierigheid van de aanwezigen wekken. Ze zullen zich afvragen waarvoor dat is, en dat zou de spanning opvoeren,' zei de zelandoni van de Westtak van de Negenentwintigste. 'Hoe zullen we het vuur doven? Met water, waardoor een dichte stoomwolk ontstaat?' zei de Elfde. 'Of met aarde, waardoor het vuur onmiddellijk uitgaat?'

'Of met modder?' stelde een van de anderen voor, die Ayla niet eerder had ontmoet. 'Daardoor krijg je een beetje stoom, terwijl de houtskool wordt gedoofd.'

 

'Ik voel meer voor water en een dichte wolk stoom,' zei een ander die Ayla niet kende. 'Dat zou veel meer indruk maken.' 'Nee, het lijkt me veel indrukwekkender als het vuur onmiddellijk wordt gedoofd. Het ene moment licht, het volgende volslagen duisternis.'

Ze had nog niet met alle aanwezige zelandonia kennisgemaakt en naarmate de discussie levendiger werd, spraken ze elkaar minder formeel aan, waardoor ze niet in staat was hen te identificeren. Ze had er geen idee van gehad dat er zoveel planning en overleg kwam kijken bij het voorbereiden van een ceremonie. Ze had altijd gedacht dat het spontane gebeurtenissen waren, dat de zelandonia en anderen die zich bezighielden met de geestenwereld niet meer dan instrumenten waren van die onzichtbare krachten. Ze spraken vrijuit met elkaar en Ayla begon te begrijpen waarom sommigen bezwaar hadden gemaakt tegen haar aanwezigheid, maar terwijl ze alles tot in de kleinste kleinigheden bespraken, begonnen Ayla's gedachten af te dwalen. Ze vroeg zich af of de mog-urs van de Stam hun ceremonies met evenveel zorg voor detail hadden voorbereid. Waarschijnlijk wel, dacht ze, maar toch zou het niet helemaal hetzelfde zijn geweest. Ceremonies van de Stam waren oeroud en verliepen op dezelfde manier als de voorgaande ceremonies, zo niet precies hetzelfde, dan toch bij benadering. Ze begon nu in te zien voor welk een groot dilemma Creb, de mog-ur, zich geplaatst had gezien toen hij haar een belangrijke rol had toebedeeld in een van hun meest heilige ceremonies. Ze keek om zich heen in de grote, ronde zomerhut van de zelandonia. De dubbelwandige ronde constructie van verticale panelen die de ruimte omsloot, was vergelijkbaar met de slaaphutten in het kamp van de Negende Grot, maar groter. De verplaatsbare binnenpanelen waarmee het inwendige in aparte ruimten verdeeld kon worden, waren opgestapeld tussen de slaapplaatsen bij de buitenmuren, waardoor er één grote ruimte was ontstaan. Ze zag dat de slaapplaatsen dicht bij elkaar waren geplaatst en dat die allemaal verhoogd waren, en ze herinnerde zich dat ze in Zelandoni's onderkomen in de Negende Grot ook verhoogd waren. Ze vroeg zich af waarom en bedacht toen dat dit waarschijnlijk was gedaan omdat het op die manier makkelijker was om voor de patiënten te zorgen die naar de hut van de zelandonia moesten worden gebracht.

De grond was bedekt met matten, waarvan vele met ingewikkelde, prachtige ingeweven patronen, en kussens en krukjes die gebruikt werden als zitplaatsen lagen en stonden her en der verspreid in de buurt van een aantal lage tafels van verschillende grootte. Op de

 

meeste tafels stonden zand- of kalkstenen olielampen, vele met meer dan één lont, die doorgaans dag en nacht brandden in de raamloze schuilplaats. Voor het merendeel waren de lampen fraai van vorm, glad afgewerkt en versierd, maar net als de lampen in Marthona's onderkomen waren sommige van ruwe steen met natuurlijke of ruw uitgehakte uithollingen voor de gesmolten talg. Naast veel van de lampen zag ze vrouwenbeeldjes staan, neergezet in geweven kommen met zand. Alle beeldjes leken op elkaar, maar toch verschilden ze onderling. Ze had al eerder zulke beeldjes gezien en wist dat ze de Grote Aardmoeder voorstelden. Jondalar had haar verteld dat ze donii werden genoemd.

De donii varieerden in grootte van tien tot twintig centimeter, maar ze konden stuk voor stuk in de hand worden gehouden. Sommige lichaamsdelen waren abstract weergegeven en andere aangedikt. De armen en handen waren vaag vormgegeven en de benen zonder voeten liepen uit in een punt, zodat de beeldjes rechtop in de grond of in een kom zand konden worden gestoken. De beeldjes stelden nooit een bepaalde persoon voor en ze hadden geen herkenbare trekken, al had de kunstenaar misschien het lichaam gemodelleerd naar het voorbeeld van een vrouw die hij kende. Het was geen begeerlijke jonge vrouw met hoge, stevige borsten, die aan het begin van volwassenheid stond, en evenmin had ze het magere lichaam van een vrouw die elke dag noodgedwongen grote afstanden te voet aflegde, voortdurend op zoek naar voedsel.

Een donii stelde een vrouw voor met weelderige vormen, een vrouw met levenservaring. Ze was niet zwanger, maar was dat wel geweest. Ze had brede heupen en enorme hangende borsten boven de vlezige, ietwat uitgerekte buik van een vrouw die verscheidene kinderen ter wereld had gebracht en had gezoogd. Ze had het gevulde lichaam van een ervaren, oudere vrouw, een moeder, maar haar figuur vormde het zinnebeeld voor meer dan alleen vruchtbaarheid en voortplanting. Een vrouw werd alleen dik als er voedsel in overvloed was en zij een leven leidde dat weinig lichaamsbeweging vereiste. Het beeldje stelde een weldoorvoede, welvarende moeder voor, die voorzag in de levensbehoeften van haar kinderen. Ze was het symbool van overvloed en vrijgevigheid.

Dit was niet ver van de werkelijkheid. Sommige jaren waren slechter dan andere, maar over het algemeen had niemand iets te klagen. Er waren beslist dikke vrouwen in de gemeenschap; de maker van de beeldjes moest weten hoe een dikke vrouw eruitzag om haar zo waarheidsgetrouw te kunnen afbeelden. Het eind van het voorjaar, als de

 

wintervoorraad voedsel bijna uitgeput was en de nieuwe planten amper waren uitgelopen, was vaak een schrale tijd. Hetzelfde gold voor dieren; in het voorjaar waren die broodmager; hun vlees was draderig en taai, en ze hadden zo weinig vet dat zelfs het merg in hun beenderen was uitgeput. Al moesten de Zelandoniërs het in die periode zonder bepaalde voedingsmiddelen stellen, ze kwamen niet om van de honger, doorgaans niet tenminste.

Voor hen die leefden van het land, op jacht gingen en verzamelden wat ze nodig hadden om te overleven, was de aarde als een moeder die haar kinderen voedde. Ze voorzag in hun levensbehoeften. Ze hoefden niet te zaaien, aanplant te verzorgen, het land te bewerken of te besproeien; ze hoefden evenmin dieren te houden en te beschermen tegen roofdieren of wintervoer voor ze te verzamelen. Alles lag voor het grijpen voor degenen die wisten waar ze het konden vinden en hoe ze moesten oogsten. Maar ze konden dit niet als vanzelfsprekend aannemen, omdat hun dit alles soms werd onthouden. Elke donii die ze maakten was ontvankelijk voor de Geest van de Grote Aardmoeder en een zichtbaar zinnebeeld om de onzichtbare krachten die hun leven beheersten te laten weten wat ze nodig hadden om te overleven. Ze was een voorwerp van sympathetische magie, bedoeld om de Moeder te laten weten waarnaar ze verlangden en dat zo bij Haar af te smeken. De donii was een uiting van de hoop op een weelde aan eetbare planten, gemakkelijk te vinden en te verzamelen, op een overvloed aan dieren waarop gemakkelijk jacht kon worden gemaakt. Ze was een symbool van en een smeekbede om een genereuze wereld, een rijk land, voedsel in overvloed en een goed leven. De donii was een geïdealiseerd beeld, een evocatie van de door hen gewenste omstandigheden. 'Ik zou Ayla willen bedanken...'

Ze werd uit haar dagdroom gerukt toen ze haar naam hoorde noemen. Ze kon zich niet eens meer herinneren waaraan ze had zitten denken.

'... voor haar bereidheid om deze nieuwe manier van vuur maken aan de zelandonia te demonstreren en voor haar geduld met sommigen van ons die er iets langer voor nodig hadden om zich de techniek eigen te maken,' zei de Ene Die Eerste Was.

Van overal klonken instemmende geluiden op; zelfs de zelandoni van de Veertiende Grot leek oprecht in haar waardering. Toen begonnen ze de details te bespreken voor de rest van de ceremonie waarmee de Zomerbijeenkomst van dit jaar zou worden ingeluid, en andere ceremoniële gelegenheden, met name de Verbintenisceremonie. Ayla had

 

daar graag meer over gehoord, maar ze spraken hoofdzakelijk over wanneer ze weer bij elkaar zouden komen om dit verder uit te werken. Vervolgens verschoof de aandacht van de bespreking naar de acolieten.

Zelandoni Die Eerste Was stond op. 'De zelandonia zijn degenen die de verantwoordelijkheid dragen voor de overlevering van de geschiedenis van het volk.' Ze keek naar de zelandonia in opleiding, de acolieten, maar Ayla had het gevoel dat Zelandoni ook haar daaronder begreep.

'Een van de onderdelen van de opleiding tot acoliet is het uit het hoofd leren van de Oude Legenden en de Geschiedverhalen. Daarin wordt verklaard wie de Zelandoniërs zijn en waar het Volk vandaan komt. Uit het hoofd leren is een hulpmiddel bij het leren en een acoliet moet nu eenmaal veel leren. Laten we deze bijeenkomst afsluiten met Haar Legende, het Lied van de Moeder.'

Ze zweeg even en haar blik leek zich naar binnen te keren terwijl ze uit het diepst van haar gedachten een verhaal naar boven haalde dat ze lang geleden in haar geheugen had opgeslagen. Het was de belangrijkste van alle Oude Legenden, omdat dit het verhaal was van het prille begin van de geschiedenis. Om het onthouden van de legenden te vergemakkelijken waren ze op rijm gezet, en soms was er door mensen die over de gave beschikten om muziek te componeren een melodie aan toegevoegd, waardoor het voor de meesten leuker werd om de legende uit het hoofd te leren. Sommige van de liederen waren oeroud en zo vertrouwd dat de melodie vaak genoeg was om het verhaal naar boven te brengen.

Zelandoni Die Eerste Was had een eigen melodie bedacht voor het Lied van de Moeder en velen leerden dat al aardig. Ze begon te zingen, a capella, met haar zuivere, krachtige, welluidende stem:

'Uit de chaos van tijd, vóór het eerste ochtendgloren,

Werd uit de wervelwind de verheven Moeder geboren.

Zij besefte terstond: het leven had grote waarde.

Maar de donkere leegte griefde de Grote Moeder der Aarde.'

'De Moeder was alleen. Verder was er geen een.'

Ayla ervoer een huivering van herkenning toen de Eerste het lied inzette en zong mee met de anderen die de laatste regel als een antwoord of refrein met de Ene Die Eerste Was opzeiden of zongen:

 

'Uit het stof van Haar geboorte schiep toen de Moeder, Een bleek stralende vriend, een metgezel, een broeder. Tezamen groeiden zij op, leerden liefde en kommernis, En toen Zij daarvoor rijp was, volgde een Verbintenis.'

'Hij koesterde Haar. Een bleek stralende minnaar.'


Jean M Aeul - Vuurplaats in Steen
titlepage.xhtml
Section0002.xhtml
Section0003.xhtml
Section0004.xhtml
Section0005_split_000.xhtml
Section0005.xhtml
Section0006.xhtml
Section0007.xhtml
Section0008.xhtml
Section0009.xhtml
Section0010.xhtml
Section0011.xhtml
Section0012.xhtml
Section0013.xhtml
Section0014.xhtml
Section0015.xhtml
Section0005_split_001.xhtml
Section0016.xhtml
Section0017.xhtml
Section0018.xhtml
Section0019.xhtml
Section0020.xhtml
Section0021.xhtml
Section0022.xhtml
Section0023.xhtml
Section0024.xhtml
Section0005_split_002.xhtml
Section0025.xhtml
Section0026.xhtml
Section0027.xhtml
Section0028.xhtml
Section0029.xhtml
Section0030.xhtml
Section0031.xhtml
Section0032.xhtml
Section0033.xhtml
Section0034.xhtml
Section0035.xhtml
Section0036.xhtml
Section0037.xhtml
Section0038.xhtml
Section0039.xhtml
Section0040.xhtml
Section0041.xhtml
Section0042.xhtml
Section0005_split_003.xhtml
Section0043.xhtml
Section0044.xhtml
Section0045.xhtml
Section0046.xhtml
Section0047.xhtml
Section0048.xhtml
Section0049.xhtml
Section0050.xhtml
Section0051.xhtml
Section0052.xhtml
Section0053.xhtml
Section0054.xhtml
Section0055.xhtml
Section0056.xhtml
Section0057.xhtml
Section0058.xhtml
Section0059.xhtml
Section0060.xhtml
Section0061.xhtml
Section0005_split_004.xhtml
Section0062.xhtml
Section0063.xhtml
Section0064.xhtml
Section0065.xhtml
Section0066.xhtml
Section0067.xhtml
Section0068.xhtml
Section0069.xhtml
Section0070.xhtml
Section0071.xhtml
Section0072.xhtml
Section0073.xhtml
Section0074.xhtml
Section0075.xhtml
Section0076.xhtml
Section0077.xhtml
Section0078.xhtml
Section0079.xhtml
Section0005_split_005.xhtml
Section0080.xhtml
Section0081.xhtml
Section0082.xhtml
Section0083.xhtml
Section0084.xhtml
Section0085.xhtml
Section0086.xhtml
Section0087.xhtml
Section0088.xhtml
Section0089.xhtml
Section0090.xhtml
Section0091.xhtml
Section0005_split_006.xhtml
Section0092.xhtml
Section0093.xhtml
Section0094.xhtml
Section0095.xhtml
Section0096.xhtml
Section0097.xhtml
Section0098.xhtml
Section0099.xhtml
Section0100.xhtml
Section0101.xhtml
Section0005_split_007.xhtml
Section0102.xhtml
Section0103.xhtml
Section0104.xhtml
Section0105.xhtml
Section0106.xhtml
Section0107.xhtml
Section0108.xhtml
Section0109.xhtml
Section0110.xhtml
Section0111.xhtml
Section0005_split_008.xhtml
Section0112.xhtml
Section0113.xhtml
Section0114.xhtml
Section0115.xhtml
Section0116.xhtml
Section0117.xhtml
Section0118.xhtml
Section0119.xhtml
Section0120.xhtml
Section0005_split_009.xhtml
Section0121.xhtml
Section0122.xhtml
Section0123.xhtml
Section0124.xhtml
Section0125.xhtml
Section0126.xhtml
Section0127.xhtml
Section0128.xhtml
Section0129.xhtml
Section0130.xhtml
Section0131.xhtml
Section0005_split_010.xhtml
Section0132.xhtml
Section0133.xhtml
Section0134.xhtml
Section0135.xhtml
Section0136.xhtml
Section0137.xhtml
Section0138.xhtml
Section0139.xhtml
Section0140.xhtml
Section0141.xhtml
Section0142.xhtml
Section0005_split_011.xhtml
Section0001.xhtml
Section0143.xhtml
Section0144.xhtml
Section0145.xhtml
Section0146.xhtml
Section0147.xhtml
Section0148.xhtml
Section0149.xhtml
Section0150.xhtml
Section0151.xhtml
Section0152.xhtml
Section0153.xhtml
Section0154.xhtml
Section0155.xhtml
Section0156.xhtml
Section0157.xhtml