Jane Boleyn, Hampton Court, oktober 1540
Ik had lady Margaret Douglas moeten zeggen dat ze zich niet moet inlaten met een man die haar vast en zeker in de problemen zal brengen, maar ik ging zo op in mijn taak om Catharina Howard de eerste dagen van haar huwelijk in het gareel te houden dat ik de hofdames niet zo goed in de gaten heb gehouden als had gemoeten. Bovendien is lady Margaret het nichtje van de koning, de dochter van zijn zus. Wie had kunnen denken dat zijn meedogenloze, argwanende blik op haar zou vallen? In de begindagen van zijn huwelijk al? Toen hij ons allemaal vertelde dat hij voor het eerst in zijn lange leven het geluk had gevonden? Hoe had ik in die wittebroodsweken kunnen denken dat hij de arrestatie van zijn eigen nichtje voorbereidde?
Omdat Hendrik zo nu eenmaal is – daarom. Omdat ik lang genoeg aan dit hof vertoef om te weten dat de dingen die hij over het hoofd ziet als hij achter een vrouw aan zit, verrekend zullen worden zodra hij haar te pakken heeft. De koning laat zich door niets erg lang van zijn argwanende angsten afleiden. Zodra hij weer op de been was, na zijn koorts, onderzocht hij wie zich aan het hof tijdens zijn afwezigheid had misdragen. Ik was zo bang dat hij de koningin en haar domme vriendinnen zou verdenken dat ik vergat om me om haar hofdames te bekommeren. Hoe dan ook, lady Margaret Douglas had toch niet naar me geluisterd, want zij is nu eenmaal totaal niet voor rede vatbaar. Alle Tudors volgen hun hart en bedenken daarna pas wat hun drijfveren waren, en lady Margaret is net zoals haar moeder vóór haar was, koningin Margaret van Schotland, die verliefd werd op een man die nergens op kon bogen, en nu heeft haar dochter hetzelfde gedaan. Een paar jaar geleden nog maar is lady Margaret met Thomas Howard, familie van me, getrouwd, in het geheim, en ze mocht toen slechts een paar dagen het genoegen van hun samenzijn smaken, want toen ontdekte de koning het paar en stuurde de jongeman vanwege zijn onbeschaamde gedrag naar de Tower. Binnen een paar maanden was hij dood en zij in ongenade gevallen. Natuurlijk! Natuurlijk! Daar hoef je toch niet verbaasd over te zijn? We kunnen niet hebben dat het nichtje van de koning zomaar trouwt waar ze wil en dat ze haar oog op een Howard laat vallen! We kunnen niet hebben dat een van de voornaamste families van Engeland, die zich door eigen toedoen dicht bij de troon bevindt, nog dichter nadert doordat een meisje van een duistere blik, een vrolijke glimlach en een zekere roekeloze levenshouding houdt. De koning heeft gezworen dat hij haar het respect zou bijbrengen dat bij haar positie hoort, en maandenlang was ze een weduwe met een gebroken hart.
Maar goed, dat is nu weer hersteld.
Ik wist dat er iets gaande was, en binnen een paar weken wisten alle anderen het ook. Toen de koning met koorts het bed hield, deed het jonge stel afstand van alle pogingen om hun verhouding geheim te houden. Iedereen met ogen in zijn hoofd kon zien dat het nichtje van de koning stapelverliefd was op de broer van de koningin, Charles.
Weer een Howard natuurlijk, en een gunsteling; een lid van de Geheime Raad en met veel gezag in de familie. Wat dacht hij van een dergelijke verloving wijzer te worden? De Howards zijn ambitieus, maar zelfs hij moet zich afgevraagd hebben of hij zijn hand hiermee niet overspeelde. Lieve hemel, dacht hij soms dat hij via dit meisje Schotland zou krijgen? Zag hij zichzelf al als prins-gemaal? En zij? Waarom zou zij niet zien welk gevaar ze liep? En wat is het toch met die Howards dat ze zo’n magnetische aantrekkingskracht voor de Tudors hebben? Je zou bijna denken dat het een soort alchemie is, zoals vruchtengelei voor wespen.
Maar ik had haar moeten waarschuwen dat ze ontdekt zou worden. Dat stond als een paal boven water. We leven in een glazen huis, alsof de Venetiaanse glasblazers van Murano een speciale marteling voor ons uitgevonden hadden. Aan dit hof kan geen geheim bewaard worden, kan geen gordijn iets verhullen, is er geen muur die niet doorzichtig is. Alles komt altijd aan het licht. Vroeg of laat weet iedereen alles. En zodra het bekend is, valt alles uiteen in duizenden scherpe scherven.
Ik ging naar mijn heer de hertog en trof zijn sloep klaar om uit te varen aan en hemzelf op de steiger. ‘Kan ik u even spreken?’
‘Problemen?’ vroeg hij. ‘Ik moet met het tij mee.’
‘Het gaat om lady Margaret Douglas,’ zeg ik kortaf. ‘Ze is verliefd op Charles Howard.’
‘Dat weet ik,’ zegt hij. ‘Zijn ze getrouwd?’
Zelfs ik schrik hiervan. ‘Als dat zo is, is hij ten dode opgeschreven.’
De gedachte dat de broer van de koningin, zijn eigen neef, moet sterven wegens verraad, doet hem niets. Maar ja, het is dan ook een bekend gegeven. ‘Tenzij de koning, nog in wittebroodsstemming, genegen is jeugdige liefde door de vingers te zien.’
‘Dat zou kunnen,’ beaam ik.
‘En als Catharina het eens aan hem zou vragen?’
‘Hij heeft haar tot nog toe niets geweigerd; maar ja, ze heeft dan ook alleen maar om sieraden en linten gevraagd,’ zeg ik. ‘Moet zij hem vragen of een lid van haar familie met een lid van de zijne mag trouwen? Krijgt hij dan geen argwaan?’
‘Argwaan? Waarvoor?’ vraagt hij minzaam.
Ik kijk om ons heen. De roeiers zijn te ver weg om ons te kunnen verstaan en de bedienden zijn allemaal in Norfolk-livrei gestoken. Toch zet ik een stap dichter naar hem toe. ‘De koning zal denken dat we een complot smeden om de troon over te nemen,’ zeg ik. ‘Kijk maar wat er met Henry Fitzroy is gebeurd toen hij met onze Mary getrouwd was. Kijk wat er met onze Thomas Howard is gebeurd toen hij getrouwd was met lady Margaret. Als er zo’n Howard-Tudor-huwelijk gesloten wordt, gaat er daarna altijd iemand dood.’
‘Maar als hij in een gulle bui is…’ begint de hertog.
‘U hebt dit op touw gezet!’ Plotseling begrijp ik het.
Hij glimlacht. ‘In het geheel niet; maar het kan volgens mij wel gunstig uitpakken als het ervan komt. We hebben een groot deel van het noorden van Engeland in bezit, dus het zou een groot genoegen zijn om een Howard op de troon van Schotland te zien zitten. Een erfgenaam van de familie Howard op de Schotse troon, een kleinzoon van de familie Howard op de Engelse troon. Dat is wel een risicootje waard, toch? Ik durf wel een gokje te wagen om te kijken of onze jongedame dat voor elkaar krijgt.’
Ik ben met stomheid geslagen door de reikwijdte van zijn ambitie. ‘De koning heeft dit vast door,’ weet ik er door mijn eigen angst met tegenzin uit te persen. ‘Hij is verliefd, maar hij is niet verblind door liefde. En hij is een zeer gevaarlijke vijand, heer. Dat weet u heel goed. Als hij denkt dat zijn erfenis bedreigd wordt is hij op z’n slechtst.’
De hertog knikt. ‘Gelukkig hebben we nog andere Howard-kinderen, mocht Charles ons ontnomen worden; en lady Margaret is een onnozel wicht dat nog wel een paar jaar in de Syon-abdij opgesloten kan worden. In het slechtste geval raken we niet eens zo heel veel kwijt.’
‘Moet Catharina hen proberen te redden?’ vraag ik.
‘Ja. Het is het proberen waard,’ zegt hij achteloos. ‘Het is een grote gok voor een grote prijs’, en dan loopt hij de loopplank op naar de gereedliggende sloep. Ik kijk hoe ze de trossen losgooien en dan zie ik de sloep de stroming in draaien. De roeiers houden de riemen omhoog, als lansen, en op het teken laten ze die in één soepele beweging in het groene water zakken. Het Norfolk-vaandel op de boeg wappert in de wind en als de riemen grip krijgen schiet de sloep naar voren. En weg is de hertog.