Hoofdstuk 60

 

 

 

Gwen ging op de plek bij het raampje zitten, terwijl Tully hun tassen in het vak boven hun hoofd legde.

Tijdens de taxirit naar het Logan International Airport waren ze erin geslaagd de ongemakkelijke stiltes te verbreken met opmerkingen over het weer en de nieuwe moord. Tot nu toe hadden ze vermeden over de avond daarvoor te praten en over wat Nick Morrelli’s telefoontje had onderbroken.

Gwen betrapte zich op de gedachte dat het misschien maar het beste was te doen alsof er helemaal niets was gebeurd. Direct daarop bedacht ze hoe dom het was zoiets, als psycholoog, zelfs maar te overwegen. Oké, ze was er dus niet erg goed in haar eigen lessen in de praktijk te brengen.

Tully, die intussen naast haar was komen zitten, hanneste met zijn gordel en bekeek de andere passagiers die het vliegtuig in kwamen.

Zo te zien was het toestel niet volgeboekt. Als er niemand op de derde stoel naast hen kwam zitten, zouden ze de gelegenheid hebben om te praten. Geweldig!

Tully had gezegd dat hij pas tegen zonsopgang in het hotel terug was gekomen. Misschien wilde hij wel slapen. Ze was er werkelijk nog niet aan toe te praten over wat er tussen hen was gebeurd.

Ze wist dat het wel vaker voorkwam dat twee mensen die zojuist een crisis hadden doorgemaakt zich tot elkaar aangetrokken voelden op een manier waarvan onder normale omstandigheden geen sprake zou zijn. En de aanslag op haar leven kon je echt wel een crisis noemen. Natuurlijk, dat verklaarde alles.

Toen de stewardessen de noodprocedures uitlegden, luisterde Tully alsof hij nog nooit eerder had gevlogen en het allemaal reuze interessant vond; een overduidelijk teken dat hij zich evenmin erg op zijn gemak voelde. Had ze maar een pocket gekocht in de boekwinkel op het vliegveld. Op deze manier kon het uur dat de vlucht kostte wel eens heel lang gaan duren.

Zodra ze waren opgestegen, trok Tully zijn aktetas onder zijn stoel vandaan. Met zijn tas op schoot leek hij zich ineens meer op zijn gemak te voelen, alsof het apparaat aangaf dat hun reisje louter zakelijk was. ‘Ik heb O’Dell gesproken,’ zei hij, terwijl hij een stapel papieren doorbladerde en pennen, een planner en een bos paperclips opzijschoof.

Gwen betwijfelde of hij die planner ook echt gebruikte. Onwillekeurig vroeg ze zich af wat Maggie ervan zou denken als ze erachter kwam wat er de avond daarvoor was gebeurd. Dat Gwen haar eigen vuistregel – nooit iets beginnen met een man met wie je samenwerkt – had geschonden. Maar er was niets gebeurd. Ze hadden geen tijd gehad om… iets te doen.

Tully haalde een paar kopieën van plaats-delictfoto’s tevoorschijn en wees overeenkomsten aan. ‘O’Dell zei dat die fotograaf – de man die die foto’s aan de Enquirer heeft verkocht – ook foto’s had van jongens van Everett terwijl ze gisteren in de Boston Common vrouwen aan het molesteren waren.’

Dat trok haar aandacht. ‘Dat meen je niet. Gisteren? Wel heel toevallig dat hij juist in Boston was.’

‘Hij schijnt iets over een inwijdingsritueel te hebben gehoord terwijl hij die gebedsbijeenkomst in DC aan het fotograferen was. Volgens O’Dell is het slachtoffer van gisteravond een van die vrouwen en zouden die jongens makkelijk te identificeren moeten zijn. Een paar van hen staan met Everett samen op de foto tijdens de gebedsbijeenkomst, dus daar heb je het verband dat we zochten.’

‘Het klinkt mij allemaal een beetje te makkelijk. Als Everetts jongens bij de moorden betrokken zijn, waarom zou Everett dan toestaan dat ze worden gefotografeerd?’

‘Misschien wist hij er niets van.’

‘Hoe heeft Maggie die foto’s van Garrison te pakken gekregen?’

Tully schudde zijn hoofd, en Gwen zag hem glimlachen.

‘Dat weet ik niet precies, en ik wil het niet weten ook.’

Gwen schoot in de lach. ‘Daar maak ik uit op dat je mijn vriendin al aardig kent.’

‘Laat ik het er maar op houden dat ze iets meer bereid is van de regels af te wijken dan ik.’

‘Jij bent meer iemand voor netjes-volgens-de-regels?’

‘Dat probeer ik wel te zijn, ja. Is dat erg dan?’

‘Dat hoor je mij niet zeggen.’

Hij keek haar aan alsof hij een uitvoeriger verklaring verwachtte en zei toen: ‘Het klonk anders of je er een “maar” aan vast ging plakken.’

‘Nee hoor, helemaal niet. Ik zat me alleen maar af te vragen hoe gisteravond in dat netjes-volgens-de-regels paste.’

Hij werd zowaar een beetje rood en wendde snel zijn blik af.

Gwen volgde zijn voorbeeld en keek de andere kant op, naar buiten. Schitterende zet, Patterson, zei ze bestraffend tegen zichzelf. Wie zou ooit denken dat jij een psycholoog bent.

‘Ik neem aan dat we het erover moeten hebben. Over gisteravond,’ zei Tully uiteindelijk.

‘Dat is nergens voor nodig,’ hoorde ze zichzelf zeggen, terwijl ze tegelijkertijd dacht dat ze dat juist wél moesten doen. Wat bezielde haar toch? ‘Ik wil alleen niet dat het onze samenwerking in de weg staat.’ Lieve help, wat klonk dat dramatisch! Waar haalde ze het vandaan? Hoewel ze wist dat ze beter haar mond kon houden, voegde ze eraan toe: ‘Het kwam gewoon door de crisis.’

Hij keek haar slechts aan. Afwachtend.

Ze had niet gedacht dat ze het uit hoefde te leggen, maar kennelijk was dat toch nodig. ‘In een crisis doen mensen soms dingen die ze anders nooit zouden doen,’ zei ze daarom.

‘Op dat moment zaten we niet midden in een crisis.’

‘Nee, natuurlijk niet. Het hoeft ook niet tíjdens de crisis te zijn. Het gaat om het effect van de crisis.’

Hij richtte zijn aandacht weer op zijn laptop en drukte op een paar toetsen om het document af te sluiten dat hij net had geopend. Zonder haar aan te kijken zei hij: ‘Dus je hebt liever dat we doen alsof er niets gebeurd is.’

Op zijn gezicht speurde ze naar een teken waaruit bleek wat híj wilde. Hij keek echter recht voor zich uit, naar het computerscherm en toen naar de stewardess die met haar karretje door het gangpad naar hen toe kwam. Je zou haast denken dat hij niet kon wachten tot hij zijn drankje en zijn zakje pinda’s kreeg.

‘Hoor eens, Tully, ik moet toegeven…’ Opeens bedacht ze zich iets. ‘Heb je liever dat ik R.J. zeg? Waar staat R.J. eigenlijk voor?’

Hij trok een gezicht.

Alweer iets verkeerds gezegd. Nee, ze was echt geweldig op dreef.

‘Mijn vrienden noemen me Tully.’

Ze wachtte, tot ze begreep dat het daarbij zou blijven. Hoezo, intimiteit. De avond daarvoor had het dus enkel om seks gedraaid. Dat zou haar niet moeten verbazen; daar was het haar toch ook alleen maar om gegaan? Gelukkig maar dat Morrelli hen had gestoord.

‘Wat wilde je toegeven?’ vroeg hij. Hij keek haar weer aan. ‘Je zei dat je iets moest toegeven.’

‘Alleen maar dat ik niet goed wist hoe ik je moest noemen. Meer niet.’ Wat kon zij liegen, zeg. Maar ze kon toch moeilijk toegeven dat de vorige avond verbazingwekkend en ongelofelijk was geweest en dan zeggen ‘en laten we het daar maar bij laten’? Al jaren slaagde ze erin haar leven vrij van complicaties te houden. Het leek zo zonde dat voor één verrassend prettig samenzijn overboord te gooien.

‘Dus we schrijven het maar toe aan de crisis?’ Hoewel hij nonchalant zijn schouders ophaalde, was hij niet helemaal in staat te verbergen wat hij voelde. Teleurstelling? Sarcasme?

‘Ja, dat lijkt me het verstandigste,’ antwoordde ze. Ze stelde zich zo voor dat Freud een perfecte term zou hebben voor wat ze deed, voor wat ze zich wijsmaakte, voor hoe ze met de situatie omging.

Anderzijds kon ze zich niet goed indenken dat Freud het woord ‘bullshit’ hardop zou hebben gezegd.

Verloren Zielen
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html