Hoofdstuk 46

 

 

 

R.J. hield zijn Glock op het hoofd van de jongen gericht. Vanaf zijn positie was het een makkelijk schot. Hij kon het doen, maar één onverhoedse beweging, en dat stomme joch zou het potlood alsnog in Pattersons hals steken. Allemachtig, waarom had hij niet aan dat stomme potlood gedacht?

‘Kom op, Eric.’ Morrelli probeerde de jongen tot rede te brengen, maar aan Pratts verdwaasde blik zag R.J. dat er niet met hem te praten viel. Desondanks bleef Morrelli doorgaan. ‘Hier bereik je niets mee, Eric. Je zit al genoeg in moeilijkheden. Wij kunnen je helpen, maar niet –’

‘Hou op! Hou verdomme je kop!’ schreeuwde de jongen. Hij rukte Pattersons hoofd naar achteren, zodat haar hals nog kwetsbaarder werd.

Doordat hij handboeien om had, kon hij alleen maar een bos haar van Patterson vasthouden en moest hij haar dicht tegen zich aan drukken om met zijn andere hand het potlood vast te kunnen houden, met de vlijmscherpe punt in haar huid gedrukt. R.J. zag nog geen bloed, maar één flinke duw, en het werd een bloedbad, wist hij. Lieve hemel!

Hij probeerde te zien hoe Patterson precies lag, zonder Pratt uit het oog te verliezen. Een van haar benen lag onder haar lichaam. Instinctief had ze de arm van haar aanvaller gegrepen, en ze klemde de mouw van zijn oranje overall tussen haar vingers. Pratt merkte het niet, of het kon hem niet schelen. Mooi zo. Ze had het gevoel dat ze nog enige macht had, al had ze de arm te pakken waarmee hij haar haren vasthield, niet het potlood. R.J. keek naar haar gezicht. Ze scheen kalm. Toen kruiste haar blik de zijne en zag hij de angst. Angst was niet erg. Paniek wel.

‘Wat wil je dat we doen, Eric?’ vroeg Morrelli.

Het was duidelijk dat hij het joch alleen maar op de zenuwen werkte, maar hij leidde hem tenminste af. R.J. was onder de indruk van Morrelli’s houding; zijn handen hingen rustig langs zijn zijden, ook al stond hij tussen twee mannen met getrokken revolvers. Hij sprak tegen de jongen alsof hij iemand die van een flatgebouw dreigde te springen van gedachten wilde doen veranderen.

‘Zeg eens wat, Eric. Vertel ons maar wat je wilt.’

‘Eric,’ zei Patterson rustig, ‘je weet best dat je me geen pijn wilt doen.’ Ze praatte langzaam, deed merkbaar haar best de woorden uit te spreken zonder te bewegen of te slikken, en kreeg het voor elkaar zonder een spoor van angst.

Onwillekeurig vroeg R.J. zich af of ze zoiets al eens eerder had meegemaakt.

‘Nee, ik wil u geen pijn doen,’ zei Pratt, maar voor ze zich konden ontspannen voegde hij eraan toe: ‘Ik moet u doden.’

Vanuit zijn ooghoek zag R.J. Morrelli bewegen, en hij hoopte maar dat de man niet van plan was iets stoms te doen. Hij keek weer naar Patterson en probeerde haar blik te vangen. Toen ze hem aankeek, knikte hij kort en haast onzichtbaar, in de hoop dat ze hem zou begrijpen.

Ze keek naar zijn gezicht en toen via zijn arm naar beneden, naar zijn vinger om de trekker.

‘Eric,’ zei Morrelli, ‘tot nu toe ben je nog niet van moord beschuldigd. Alleen van wapenbezit. Hier bereik je echt niets mee. Dokter Patterson wil je alleen maar helpen. Ze is hier niet om je kwaad te doen.’

R.J. richtte zijn wapen en hield het stil. Zijn vinger jeukte om de trekker over te halen. Terwijl R.J. wachtte, keek hij naar Pattersons vingers om de oranje mouw.

‘Ze is Satan,’ fluisterde Pratt. ‘Zien jullie dat dan niet? Father Everett heeft haar gestuurd.’ Hij pakte het potlood anders vast, waardoor de punt in de huid drong en er bloed verscheen. ‘Ze is hier om mij te doden. Daarom moet ik haar eerst doden.’

R.J. hoorde Burts veiligheidspal los klikken. Verdorie! Doordat Morrelli tussen hen in stond, kon hij de bewaker geen seintje geven. Opnieuw keek hij naar Pattersons ogen. Ze was er klaar voor, zo bang als ze was. Hij knikte weer even.

‘Ik moet haar doden,’ vervolgde Pratt. Iets in zijn stem maakte R.J. duidelijk dat hij het meende. ‘Ik moet haar doden voor ze mij vermoordt. Ik moet wel. Ik heb geen keus. Als ik het niet doe, word ik zelf gedood.’

Pattersons vingers verstrakten zich om de oranje mouw. Mooi, dacht R.J., zo had ze meer grip. Langs zijn Glock kijkend, hield hij haar vingers in de gaten.

Plotseling trok ze de mouw met een harde ruk omlaag. Doordat Pratt haar haren niet losliet, draaide haar hoofd door de beweging naar beneden, weg van het potlood.

R.J. verspilde geen tijd, haalde de trekker over en verbrijzelde Pratts linkerschouder.

De vingers van de jongen lieten het potlood los.

Met haar elleboog sloeg Patterson tegen zijn borst, zodat hij haar haren moest loslaten. Op handen en voeten maakte ze dat ze wegkwam.

Onmiddellijk dook Burt boven op Pratt en drukte hem met zijn gezicht tegen de vloer. De nijdige bewaker zette zijn grote zwarte laars op Pratts bloedende schouder en drukte zijn revolver tegen diens slaap.

‘Rustig aan, Burt.’ Morrelli kwam naast hem staan om ervoor te zorgen dat hij niet te ver ging.

Na een korte aarzeling ging R.J. naar Patterson toe. Ze zat nog op haar knieën, alsof ze kracht moest verzamelen om op te staan. Toen hij tegenover haar op zijn hurken ging zitten, keek ze hem niet aan. Hij raakte haar wang aan, nam haar kaak in zijn hand en tilde die voorzichtig een stukje op, om haar hals te kunnen bekijken. Ze hield nu zijn blik vast en greep zijn arm beet alsof ze hem nooit meer los wilde laten. Hij veegde de bloeddruppels weg. De punt van het potlood had alleen de huid beschadigd. ‘Dat wordt een pracht van een blauwe plek, dok.’ In haar ogen zocht hij de angst die ze al aan het wegstoppen was. Tenminste, dat probeerde ze.

‘We moeten even met je langs de Eerste Hulp,’ klonk Morrelli’s stem achter hem.

‘Nergens voor nodig.’ Patterson schonk R.J. een snelle glimlach voor ze zich van hem losmaakte, haar hand van zijn arm haalde. Zonder te protesteren liet ze zich door hem overeind helpen.

‘Ze is Satan! Ze is de duivel! Father Everett heeft haar gestuurd om mij te doden!’ schreeuwde Pratt. ‘Waarom zien jullie dat dan niet?’

‘Haal hem alsjeblieft hier weg,’ zei Morrelli tegen Burt, die de jongen overeind sleurde en voor zich uit duwde. Toen Pratt weer begon te roepen, duwde de bewaker hem nog harder.

R.J. raapte de klapstoel op en bracht die naar Patterson toe.

Maar ze wuifde hem weg en keek de kamer rond om te zien waar haar schoenen waren gebleven. Tijdens de schermutseling was ze die kwijtgeraakt.

Een lag onder de tafel, zag R.J., en hij kroop eronder. Toen hij weer tevoorschijn kwam, zat Morrelli geknield voor haar en schoof haar andere schoen aan haar voet. Zoals hij haar enkel vasthield, leek hij net de prins met Assepoester. Wat R.J. eraan herinnerde dat hij de man niet kon uitstaan en überhaupt een hekel had aan mannen als Morrelli.

Morrelli keek om en wenkte dat hij de andere schoen wilde.

Er zat niets anders op dan de man de schoen te overhandigen.

Maar toen R.J. naar Pattersons gezicht keek, zag hij dat ze hém aankeek, en niet Morrelli.

Verloren Zielen
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html