Hoofdstuk 31
Reston, Virginia
R.J. hoopte maar dat zijn intuïtie niet klopte. Hij hoopte dat hij gewoon een overbeschermende vader was die veel te heftig reageerde. Toch maakte hij voor hij het mortuarium verliet een kopie van Virginia Briers rijbewijs, die hij in zijn achterzak stopte.
Hij had Emma gebeld om haar te laten weten dat het nog even zou duren voor hij thuiskwam, maar dat als ze met eten wilde wachten, hij een pizza zou meebrengen. Tot zijn genoegen had ze om extra pepperoni op haar helft gevraagd. Dat hield in dat ze in elk geval samen zouden eten, en misschien zou het nog een gezellige maaltijd worden ook. Hun gezamenlijke culinaire vaardigheden gingen niet veel verder dan tosti’s en soep. Soms, als hij een avontuurlijke bui had, gooide R.J. een paar lappen vlees op de grill, maar jammer genoeg was hij er nooit achter gekomen hoe je kon voorkomen dat die in verschrompelde, verkoolde schoenzolen veranderden – niet bepaald een traktatie.
Hun kleine bungalow in Reston, Virginia, was iets heel anders dan het koloniale huis met zijn twee verdiepingen waarin ze in Cleveland hadden gewoond. Caroline had de woning per se willen houden. Opeens vroeg R.J. zich af of Emma nog wel terug zou willen komen nadat ze de Thanksgivingvakantie in haar oude kamer had doorgebracht. Hun huis hier voelde nog maar sinds kort als een thuis, terwijl ze er toch echt al bijna een jaar woonden.
Maar hoe hij ook over dat lastige opvoeden liep te klagen, hij kon zich het huis, de verhuizing, de nieuwe woonplaats en zijn nieuwe baan niet voorstellen zonder Emma. Dankzij zijn dochter zag de woning er niet uit als een vrijgezellenflat en rook het er ook niet zo. Al vroeg R.J. zich, wanneer hij tussen de troep in de woonkamer door naar de troep in de keuken liep, wel af of er überhaupt verschil was tussen vrijgezellenrotzooi en tienerrotzooi. Misschien had hij gewoon graag wat vrouwelijke spullen om zich heen, zelfs al waren de roze lavalamp op de boekenkast, de paarse rolschaatsen die onder de bank uit staken en de smiley-magneetjes op de koelkast niet echt zijn smaak.
‘Hoi, pap.’
Hij was de voordeur nog niet door, of Emma kwam tevoorschijn. Hij hoefde zich niet wijs te maken dat ze naar haar liefhebbende vader had uitgekeken; het was haar om de pizza te doen.
‘Hoi, mop.’ Hij gaf haar een kus op haar wang, een gebaar dat ze verdroeg wanneer ze alleen waren.
Ze had haar hoofdtelefoon om haar nek hangen – een compromis dat heel wat oefening en voortdurende herinneringen had gekost, maar dat dat zeker waard was, ook al kon hij de muziek nog steeds tekeer horen gaan. Trouwens, over muziek kon hij niet moeilijk doen, want zelf mocht hij zo af en toe graag wat stevige rock-’n-roll horen, maar dan van The Rolling Stones of The Doors.
Emma haalde kartonnen bordjes en plastic bekers uit een keukenkastje. Een hele poos geleden hadden ze afgesproken die te gebruiken bij afhaalmaaltijden. Wat had het immers voor zin iemand anders je eten te laten klaarmaken als je wel zelf moest afwassen?
Terwijl hij pizzapunten uitdeelde en toekeek terwijl zijn dochter cola inschonk, vroeg hij zich af wat het beste moment zou zijn om over het dode meisje te beginnen.
‘Keuken of woonkamer?’ Ze pakte haar bord en haar beker.
‘Woonkamer, maar geen tv.’
‘Oké.’
Hij volgde haar naar de kamer, en toen ze besloot op de vloer te gaan zitten, deed hij ondanks zijn gevoelige bovenbeen hetzelfde.
O’Dell klaagde nooit over háár litteken; een aandenken van de legendarische seriemoordenaar Albert Stucky. Hoewel R.J. het nooit had gezien, wist hij uit verhalen dat dat litteken dwars over haar buik liep, haast alsof de man had geprobeerd haar ingewanden eruit te halen.
Nu hadden O’Dell en hij iets gemeen. Hijzelf had ook een litteken, een voortdurende herinnering aan de kogel die Stucky hem dat voorjaar had bezorgd toen O’Dell en hij hadden getracht hem gevangen te nemen. De kogel had wel wat schade aangericht, maar R.J. weigerde zich daardoor van zijn dagelijkse rituele stuk hardlopen te laten afbrengen. Ergerlijk genoeg was het de laatste tijd meer joggen dan hardlopen. Die ene kogel had heel wat verpest; R.J. kon niet eens meer in kleermakerszit op de grond zitten zonder zijn spieren te voelen prikken en trekken. Sommige dingen waren echter wel een beetje pijn waard, en samen met zijn dochter op de vloer pizza zitten eten hoorde daarbij.
‘Mama heeft gebeld,’ deelde Emma hem mee alsof dat dagelijks gebeurde. ‘Ze zei dat ze het met jou over Thanksgiving had gehad en dat jij het allemaal goed vond.’ Ze streek een lange blonde lok uit haar gezicht om die uit de buurt van de pizza te houden.
Hij klemde zijn kaken op elkaar. Hij vond het helemaal niet allemaal goed, maar dat hoefde Emma niet te weten. ‘Vind je het leuk om Thanksgiving in Cleveland te vieren?’
‘Mij best.’
Het leek een typische Emma-reactie: een vleugje onverschilligheid vermengd met zo’n daar-begrijp-jij-toch-niks-van-gebaar met haar schouders. Waarom had niemand hem ooit verteld dat je een graad in psychologie nodig had om vader van een tiener te kunnen zijn? Best mogelijk dat hij zijn werk daarom zo prettig vond; het uitpuzzelen hoe seriemoordenaars in elkaar zaten leek een fluitje van een cent vergeleken bij het uitpuzzelen hoe tienermeisjes in elkaar zaten.
‘Als je geen zin hebt, hoef je niet te gaan.’ Hij nam een grote slok cola en probeerde net zo nonchalant te lijken als zijn dochter.
‘Ze heeft het al helemaal gepland en zo.’
‘Dat maakt niet uit.’
‘Ik hoop alleen maar dat ze hem niet uitnodigt.’
R.J. was er niet helemaal zeker van wie de nieuwste ‘hem’ in het leven van zijn ex was. Wellicht wilde hij dat ook niet weten. Er waren er al verschillenden geweest sinds hun scheiding.
‘Je moet één ding goed begrijpen, Emma. Als je moeder een nieuwe vriend heeft, zal ze die er met Thanksgiving wel bij willen hebben.’
Lieve hemel! Wat bezielde hem om Carolines recht met alweer een andere vent het bed in te duiken te verdedigen? De gedachte alleen al maakte hem woest. Erger nog: die bedierf zijn eetlust.
Op een dag, twee jaar geleden, had zijn vrouw besloten dat ze niet meer verliefd op hem was, dat de hartstocht uit hun huwelijk was verdwenen en dat ze haar eigen weg wilde gaan. Geen betere manier om het ego van een man kapot te maken dan hem vertellen dat je je eigen weg wilt gaan en dat hij, nu hij geen hartstocht of verliefdheid meer opwekt, wordt afgedankt.
‘Maar jij dan?’
Even wist R.J. niet meer waar ze het over hadden. ‘Hoe bedoel je?’
‘Wat doe jij dan met Thanksgiving?’
Toen hij merkte dat hij haar zat aan te staren, pakte hij snel een nieuwe punt pizza. Het viel hem zwaar onverschillig te blijven doen nu zijn dochter zich zorgen leek te maken dat hij met Thanksgiving alleen zou zitten. Onwillekeurig glimlachte hij. ‘Ik ben van plan de hele dag leuke dingen te gaan doen. Lekker in mijn ondergoed de hele middag football kijken.’
Ze fronste haar voorhoofd. ‘Je houdt helemaal niet van football.’
‘Nou, misschien ga ik dan wel naar de film.’
Daar moest ze van giechelen, zo erg dat ze haar cola moest neerzetten om niet te morsen.
‘Wat is daar zo grappig aan?’
‘Jij in je eentje naar de film? Kom nou, pap. Echt niet.’
‘Ik zal wel moeten werken, denk ik. We zijn met een nogal belangrijke zaak bezig. Daar wilde ik het eigenlijk juist met je over hebben.’ Hij haalde de fotokopie uit zijn broekzak, vouwde die open en gaf haar aan Emma. ‘Ken je dit meisje? Ze heet Virginia Brier.’
Na de kopie uitvoerig te hebben bekeken, legde ze die opzij en pakte nog een stuk pizza. ‘Zit ze in moeilijkheden of zo?’
‘Nee, dat niet.’ Een golf van opluchting ging door hem heen. Zo te zien herkende Emma het meisje niet. Het was natuurlijk ook idioot van hem geweest dat te denken. Er waren die zaterdagavond honderden mensen bij de monumenten geweest.
Maar voor hij zich echt kon ontspannen, merkte Emma op: ‘Ze vindt het niet leuk als iemand haar Virginia noemt.’
‘Wat?’
‘Ze noemt zichzelf Ginny.’
Allemachtig! Zijn misselijkheid keerde in alle hevigheid terug. ‘Dus je kent haar wel?’
‘Nou, Alesha en ik hebben haar pas zaterdag leren kennen, toen we op excursie waren. Zaterdagavond was ze er ook. We ergerden ons een beetje aan haar, omdat ze flirtte met een jongen waar Alesha helemaal weg van was. Hij was supercool en scheen het best naar zijn zin te hebben met ons tot die predikant bij Ginny ging zitten slijmen.’
‘Wacht even. Wie was die jongen?’
‘Hij heet Brandon. Hij hoorde bij Alice en Justin en die predikant. Of wat het ook was.’
R.J. stond op om zijn windjack te pakken. Hij zocht in zijn zakken tot hij het pamflet vond dat hij bij het FDR Memorial had opgeraapt. Dat gaf hij aan Emma, en hij wees naar de kleurenfoto achterop. ‘Is dit die predikant?’
‘Eerwaarde Everett,’ las ze van het pamflet. ‘Ja, dat is ’m. Alleen noemden ze hem allemaal Father. Dat klonk een beetje geschift. Ik bedoel, als hij nou hun echte vader was…’
‘Zo geschift is dat niet. Katholieken noemen de priester zo. Het is een soort titel, net als Eerwaarde of Excellentie.’
‘Ja, maar het klonk niet alsof ze het als titel gebruikten. Ze hadden het echt allemaal over hem alsof hij hun vader was. Omdat hij hun leider is. Alsof hij weet wat goed voor ze is en zo.’
‘Die Brandon, heb je die met Ginny zien weglopen?’
‘Om met zijn tweeën te zijn, bedoel je?’
‘Ja.’
‘Pap, er waren daar massa’s mensen. En trouwens, Alesha en ik zijn weggegaan voor die bijeenkomst afgelopen was. Het was zo tam, al dat zingen en klappen.’
‘Denk je dat je een nauwkeurige beschrijving van Brandon zou kunnen geven?’
Ze keek hem aan alsof nu pas tot haar doordrong dat er een verband zou kunnen bestaan tussen zijn vragen over Ginny en zijn werk als FBI-agent. ‘Ja, dat denk ik wel.’ Haar achteloosheid maakte plaats voor ongerustheid. ‘Ik dacht dat je zei dat Ginny niet in moeilijkheden zat.’
Hij aarzelde, onzeker over wat hij haar kon vertellen. Ze was geen klein meisje meer, en de kans was groot dat ze er binnenkort iets over zou zien op tv. Hoe graag hij haar, als vader, ook wilde beschermen, hij kon haar niet tegen de waarheid behoeden. En ze zou het hem kwalijk nemen als hij loog.
Hij stak zijn hand naar haar uit en pakte de hare. Toen zei hij: ‘Ginny is dood. Iemand heeft haar op zaterdagavond vermoord.’