Hoofdstuk 65

 

 

 

Toen Maggie vanuit Richmond terugreed, ging haar telefoon.

‘Hallo?’

‘O’Dell,’ zei Racine zo dringend, dat Maggie nog meer gestrest werd dan ze al was. ‘Waar zit je ergens?’

‘Ik zit op de I-95, richting DC’

‘We komen met zijn allen in Quantico bij elkaar.’

‘Oké, ik ben er over tien minuten.’

‘Mooi.’ Racine klonk opgelucht. ‘Je hebt Ganza nog niet gebeld.’

‘Shit! Vergeten. Is hij daar?’

‘Hij hangt hier wel ergens rond, maar ik weet niet precies waar.’

Uit de geluiden die Maggie hoorde, leidde ze af dat Racine aan het ijsberen was – een tic die Maggie meteen herkende. ‘Wat is er, Racine? Wat is er aan de hand? Heb je het aanhoudingsbevel?’

‘Dankzij Ganza is dat nu een meervoudig aanhoudingsbevel. Tully heeft een oude politiezaak onderzocht, van die verkrachting van die studente journalistiek, weet je wel?’

‘Dat is al meer dan twintig jaar geleden, en de aanklacht is ingetrokken.’

‘Kan wel zijn, maar in Rappahannock County hebben ze de gewoonte bewijsmateriaal in het archief te bewaren. Ik geloof dat Ganza een paar jongens op het kantoor van de sheriff daar kent, en die hebben een paar monsters naar hem toe gestuurd.’

‘Ik kan haast niet geloven dat hij zijn tijd verspilt aan die oude zaak. We kunnen Everett er niet voor oppakken, wat hij ook gevonden denkt te hebben. De aanklacht is ingetrokken, de zaak afgesloten. Bovendien kent verkrachting een verjaringstermijn van –’

‘Het monster was oud,’ vervolgde Racine alsof ze Maggie niet had gehoord, ‘en een beetje vergaan, en daardoor kan Ganza niet vaststellen of het exact hetzelfde is, zegt hij. Maar er zijn genoeg aanwijzingen dat het er heel dichtbij komt.’

‘Waar heb je het over?’

‘Dat monster dat Ganza van die oude zaak heeft gekregen. Dat monster van Everett. Het DNA komt overeen met het DNA-monster van de huid die onder Ginny Briers nagels is aangetroffen. Weet je nog dat je zei dat de meeste huid van haarzelf was, maar dat het haar ook was gelukt wat van haar belager te pakken te krijgen? Nou, reken maar dat ze wat van hem te pakken heeft gekregen. En Ganza zweert dat het van Everett afkomstig is.’

Maggie minderde vaart en stuurde haar auto naar de berm, wat haar een luid claxonconcert van achter haar opleverde. Dit was niet te geloven. Het kon Everett niet zijn. ‘Wacht even. En wat die hele groep gedaan heeft dan?’

‘Het past allemaal in elkaar, O’Dell. Misschien is het een of ander gestoord inwijdingsritueel. Wie weet hoe het werkt. Maar dit verklaart hoe het komt dat het sperma dat in Ginny Brier is aangetroffen niet overeenkomt met het DNA van de huid onder haar nagels. Een van Everetts jongens kan zich van die taak hebben gekweten, waarna Everett voor de rest zorgde.’

‘Het is niet te geloven.’

In plaats van opluchting voelde Maggie nog meer spanning. Waarom was ze niet opgelucht te horen dat Everett en zijn bende achter de moorden zaten? Wat zeurde er nog steeds in haar achterhoofd? Waarom leek dit allemaal veel te makkelijk te gaan? Ze kon zich Everett best voorstellen als de man die dit allemaal regisseerde, maar op de een of andere manier zag ze hem niet zijn handen vuilmaken of zo dichtbij komen, dat hij onder Ginny Briers nagels kon komen.

‘Cunningham is een beetje pissig omdat je er nog niet bent. Hij is naar je op zoek.’ Met zachte stem voegde ze eraan toe: ‘Eigenlijk lijkt hij me eerder ongerust dan pissig. Waar zei je ook alweer dat je was?’

‘Bijna bij afrit 148.’

‘Mooi. Er zijn al een Hostage Rescue Team en een stel agenten onderweg naar Everetts buitenverblijf. Daar ontmoeten ze de mensen van Rappahannock County. Misschien zijn ze er zelfs al.’

‘O, hemel! Ze zijn al onderweg naar het buitenverblijf?’ De paniek kwam naar buiten. ‘Racine, mijn moeder is lid van Everetts kerk,’ wist Maggie uit te brengen ondanks het brok dat haar keel afsloot. ‘Het is heel goed mogelijk dat ze in het buitenverblijf is.’

Verloren Zielen
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html