Hoofdstuk 55

 

 

 

Het was al laat toen Ben in het Ritz-Carlton terugkwam. Hij wist de personeelsingang in het steegje aan de achterzijde te vinden en nam de goederenlift naar de veertiende verdieping.

Die ochtend had hij met de receptionist geruzied omdat hij naar een andere verdieping wilde verhuizen. Al veranderde je het nummer, de veertiende verdieping was en bleef de dertiende verdieping. Er was heus nog wel een andere hoeksuite beschikbaar.

Maar dat deed er nu allemaal niet meer toe. Zijn geluk was terug. Niets kon nog verkeerd gaan. Zodra deze foto’s in de kiosken verschenen, lag de wereld weer aan zijn voeten.

Toen hij op zijn kamer was, gooide hij zijn plunjezak op het bed en trok al zijn kleren uit. Hij stopte ze in een van de plastic waszakken van het hotel en smeet die naast het andere afval waar hij zich de volgende ochtend van wilde ontdoen. Zijn laarzen zette hij in het bubbelbad – die zou hij later wel schoonmaken – en hij trok de zachte badjas aan die het geweldige personeel fris en schoon aan de deur van zijn badkamer had gehangen.

Hij had zijn ontwikkeltank bij zich en voldoende chemicaliën om de film te ontwikkelen. Hij kon een contactafdruk maken van de opnamen die hij wilde verkopen. Zodoende hoefde hij er niet mee naar zo’n vierentwintiguurs-fotozaak in de buurt, waar een of andere puisterige puber meteen over de rooie zou gaan van wat hij te zien kreeg.

Nadat hij alles wat hij nodig had tevoorschijn had gehaald, belde hij voor roomservice. Hij bestelde de geroosterde eend met frambozen-chocoladekwarktaart en de duurste fles sangiovese op de wijnkaart. Vervolgens belde hij zijn eigen nummer om te horen of er nog berichten waren. De National Enquirer was inmiddels uit, en hij verwachtte gebeld te worden door nieuwsredacteuren van wie hij in geen jaren had gehoord en die opeens weer zouden doen of ze dikke maatjes waren.

Hij had gelijk; er waren vijftien berichten. Dat stomme apparaat van hem had maar ruimte voor achttien. Hij greep het schrijfblok met het logo van het hotel erop en luisterde ze allemaal af. Hij kon een glimlach niet onderdrukken en lachte ten slotte hardop om de twee berichten van Curtis, die eerst wilde weten waarom hij de exclusieve rechten niet aan hem had verkocht en in het tweede bericht meldde dat hij meer bood dan alle anderen voor wat Ben verder nog had.

Ja, het leven was weer mooi. Heel mooi.

Een van de berichten was van zijn goede vriendin, rechercheur Julia Racine. Hij had al gehoopt van haar te horen. In tegenstelling tot de anderen verspilde Racine geen energie met hem stroop om de mond te smeren of met hem aan te pappen. Nee, ze dreigde hem te arresteren en hem van belemmering van een politieonderzoek te beschuldigen.

Allemachtig, haar stem alleen al wond hem op, vooral als ze vuile taal uitsloeg. Ze hoefde maar te roepen dat hij haar genaaid had, of hij kreeg al een ongelofelijke stijve. Hij draaide haar bericht nog eens af, alleen om ervan te genieten. Toen besloot hij, in plaats van het te wissen, het voor toekomstig gebruik te bewaren.

Terwijl hij door zijn kleine zwarte boekje bladerde, bedacht hij dat hij het rechercheur Racine misschien wel kon terugbetalen. Hoe prettig hij het ook vond haar te horen zeggen dat hij haar genaaid had, hij voelde er best voor eens een van die tegenprestaties te ontvangen waarom ze zo beroemd was. Aan haar stem te horen had dat arme mens al een hele poos geen goede beurt gehad – van een man óf van een vrouw. En hij moest toegeven dat hij door deze avond wel een beetje in de stemming was gekomen. Hij was er haast zeker van dat hij met een voorstel kon komen dat zowel voor Racine als voor hemzelf interessante mogelijkheden opleverde.

Eindelijk vond hij het telefoonnummer dat hij zocht. Hij toetste Bratt Harwoods nummer bij de Boston Globe in. Ondanks het late uur had hij besloten toch maar te bellen. Hij zou wel een bericht achterlaten. Hij wilde die gozer best een eerste blik op zijn exclusieve materiaal gunnen. Glimlachend stelde hij zich Harwoods gezicht voor wanneer hij hem de contactafdruk zou laten zien van een stuk of tien van die brave christelijke jongens die midden in de Boston Common vrouwen mishandelden en de kleren van het lijf rukten.

Verloren Zielen
CoverPage.html
section-0001.html
section-0002.html
section-0003.html
section-0004.html
section-0005.html
section-0006.html
section-0007.html
section-0008.html
section-0009.html
section-0010.html
section-0011.html
section-0012.html
section-0013.html
section-0014.html
section-0015.html
section-0016.html
section-0017.html
section-0018.html
section-0019.html
section-0020.html
section-0021.html
section-0022.html
section-0023.html
section-0024.html
section-0025.html
section-0026.html
section-0027.html
section-0028.html
section-0029.html
section-0030.html
section-0031.html
section-0032.html
section-0033.html
section-0034.html
section-0035.html
section-0036.html
section-0037.html
section-0038.html
section-0039.html
section-0040.html
section-0041.html
section-0042.html
section-0043.html
section-0044.html
section-0045.html
section-0046.html
section-0047.html
section-0048.html
section-0049.html
section-0050.html
section-0051.html
section-0052.html
section-0053.html
section-0054.html
section-0055.html
section-0056.html
section-0057.html
section-0058.html
section-0059.html
section-0060.html
section-0061.html
section-0062.html
section-0063.html
section-0064.html
section-0065.html
section-0066.html
section-0067.html
section-0068.html
section-0069.html
section-0070.html
section-0071.html
section-0072.html
section-0073.html
section-0074.html
section-0075.html
section-0076.html
section-0077.html
section-0078.html
section-0079.html
section-0080.html
section-0081.html
section-0082.html
section-0083.html
section-0084.html