Drie uitjes met Wim
Wim kende iemand die kaarten kon regelen voor het concert van Michael Jackson, in september 1996 in de Amsterdam ArenA.
‘Maike, Evie en Francis gaan mee. Willen jij en Mil ook mee?’ vroeg Wim.
‘Nou, heel graag,’ antwoordde ik. Miljuschka en ik maakten een vreugdedansje door de huiskamer. We gingen naar het concert van Michael Jackson! Ik had al geprobeerd kaarten te krijgen, maar alles was binnen drie uur uitverkocht.
‘Hoe krijgt hij het toch weer voor mekaar. Hij kent ook iedereen, hè?’ zei ik tegen Miljuschka. We spraken af dat hij ons bij mij thuis op zou halen.
We gingen met twee auto’s. Maike nam Francis mee en Wim nam Evie, Miljuschka en mij mee. Goedgehumeurd zaten we met z’n vieren in de auto, Evie en Miljuschka kakelden er vrolijk op los.
We reden de parkeergarage van de ArenA binnen en die was behoorlijk vol. We zagen niet direct een plekje en het gezicht van Wim betrok. ‘Wat een tyfuszooi. Nergens een plek,’ mopperde hij en de stemming in de auto veranderde van uitgelaten naar gespannen. We reden langs de parkeervakken, alles was vol.
‘Daar,’ zei hij en wees naar een plek tussen een paal en een gloednieuwe Porsche Carrera.
‘Volgens mij pas je daar niet tussen,’ zei ik bezorgd.
‘Jawel, hoor,’ zei hij en manoeuvreerde zijn auto behendig het parkeervak in.
‘Pas je wel op met je deur,’ zei ik, ‘want dat is een gloednieuwe Porsche.’
‘Wat loop je nou te zeiken?’ zei hij geïrriteerd.
Ik dacht dat de parkeerplek zijn humeur weer had doen opbeuren, maar daar had ik me in vergist.
‘Ga jij mij vertellen wat ik moet doen?’
‘Nee Wim, ik zeg het alleen maar,’ antwoordde ik.
‘O, want ik bepaal zelf wat ik doe, hè?’ Hij gooide de deur open, stapte uit en sloeg met zijn hand een enorme deuk in de gloednieuwe Porsche. ‘Huh, ik bepaal zelf wat ik doe!’ zei hij hardop.
Ik schrok van de manier waarop hij me duidelijk maakte dat ik beter niets had kunnen zeggen. Als ik niets had gezegd, zat er nu geen deuk in die auto. Ik keek om me heen of niemand het gezien had. Stel je voor, iemand zou er een opmerking over maken, dan ging die ook nog gestrekt.
***
Omdat Cor vastzat, wilde Wim met Francis haar zestiende verjaardag vieren.
‘Hij vraagt of jij ook meegaat,’ zei mijn moeder.
‘Wie gaan er allemaal mee dan?’
‘Nou, wij allemaal, Maike en haar moeder en Wim.’
‘Hmm, ik weet het niet. Je weet toch hoe hij doet.’
‘Ach, ga nou mee. Anders is hij weer beledigd. Maike’s moeder gaat ook mee, dan gedraagt hij zich wel. Doe het voor Francis.’
‘Oké, ik ga wel mee, maar ik ga niet bij Wim in de auto.’
Francis mocht van Wim kiezen waar ze wilde eten en het werd restaurant Terra in Bloemendaal. We hadden daar al vaker gegeten, de eigenaar was een vriendelijke man en altijd zeer attent. We zaten met z’n allen aan een tafel en Wim bestelde voor ons allemaal een drankje om een toost op Francis’ verjaardag uit te brengen. Hij hief het glas en nam het woord. ‘Op mijn lieve Frannie! Gefeliciteerd, liefie!’ zei hij vrolijk.
Op dat moment werd Sonja gebeld, en gaf ze de telefoon aan Francis. Cor was aan de lijn. Ze kletsten wat en namen afscheid.
‘Iedereen krijgt de groetjes van papa,’ zei ze. ‘Ik vind het zo jammer dat hij er niet bij kan zijn.’
‘Ja, dat is zijn eigen schuld, hè?’ zei Wim triomfantelijk.
De menukaart kwam en we bestelden allemaal een voorgerecht en een hoofdgerecht. Tegenover ons zaten een man en een vrouw aan tafel, en ik zag Wim al vanaf het begin naar die jongeman kijken, alsof hij in de gaten hield wat hij deed.
‘Wat zit die gozer steeds naar jou te kijken,’ zei hij tegen Maike.
‘Wie?’ vroeg Maike, die niet eens iets in de gaten had.
‘Die gozer! Hij zit de hele tijd naar je te kijken. Vind je hem leuk ofzo?’
‘Wim, ik heb die jongen nog nooit gezien. Kan ik er wat aan doen dat hij zit te kijken. Ik kijk toch niet?’
‘O nee, ik zie toch dat je kijkt. Nu kijkt ie weer.’
Wim stond woest op van tafel en liep op de jongeman af.
‘Wat zit je nou te kijken?’ riep hij luid en intimiderend.
De jongen keek op en zei: ‘Ik zit niet te kijken man, wat moet je nou?’
‘Wat moet jíj nou!’ schreeuwde Wim en dook op de jongen. Die viel met stoel en al op de grond, Wim lag bovenop hem. Hij sloeg hem waar hij hem raken kon, maar de jongen wist zich om te draaien. Samen rolden ze door het sjieke restaurant.
‘Wim, hou op! Hou op!’ schreeuwde ik.
Wim had zich weer boven op de jongen gedraaid, trok een pistool en zette dat op zijn hoofd.
‘Nee, Wim! Nee, niet doen! Hou op!’ gilde ik.
Mijn moeder rende naar Wim toe en trok zijn arm met het wapen bij het hoofd van de jongen weg. Tegelijkertijd sjorde Sonja aan zijn benen om hem van die jongen af te krijgen, en ging op Wim liggen om hem in bedwang te houden.
‘Wim, hou op! Straks komt de politie!’ schreeuwde ze.
Het woordje politie schudde Wim wakker. Hij werd rustig.
‘Ga weg hier. Snel, ga weg hier,’ zei Sonja.
‘Kut,’ zei Wim, ineens beseffend dat hij een probleem had. Hij liep naar de eigenaar en zei dreigend: ‘Jij kent mij niet. Hoor je me? Als de politie komt weet jij niet wie er is geweest.’ We renden allemaal achter Wim aan naar onze auto’s en scheurden weg.
‘Nou, het was weer gezellig, hè?’ zei Francis droog.
‘Ja, altijd feest met die man,’ zei ik.
‘Zullen we maar een patatje gaan halen?’ vroeg mijn moeder.
***
‘Wim wil dat jij er ook bij bent. Dan kun jij me halen en brengen,’ zei mijn moeder.
‘Maar mam, ik heb daar echt geen zin in. Weet je nog de laatste keer dat we met hem uit eten zijn geweest? Ik pieker er niet over. Nooit meer! Ik begrijp niet dat jij nog gaat.’
‘Ik zal wel moeten. Ik ben zijn moeder,’ zuchtte ze.
‘Dat vind ik heel erg voor je, maar ik ga niet. Vraag Gerard maar.’
‘Die wil niks meer met hem te maken hebben sinds dat gedoe met die ontvoering. Die gaat zeker niet. En trouwens, Wim wil dat jij komt. Hij heeft speciaal een jurk voor je gekocht,’ voegde ze eraan toe.
‘Geloof je het zelf, mam. Die zal hij wel voor een of ander mokkel hebben gekocht die ’m niet wilde hebben,’ antwoordde ik.
‘Nee, echt!’ zei mijn moeder. ‘Hij heeft ’m speciaal voor jou gekocht, zodat je iets moois hebt om te dragen op het feest.’
‘Alsof hij weet wat ik mooi vind! Mam, hij heeft iets gekocht wat hij zelf mooi vindt. Hij wil gewoon bepalen wat ik aantrek, omdat hij bang is dat hij anders voor schut staat met me,’ sneerde ik.
‘Hij bedoelt het goed,’ zei mijn moeder. ‘Hier, pas nou even.’
Mijn moeder gaf me een tas met daarin een luxe uitziende doos. Ik pakte de doos uit en hield een lange, zwart-elastische one-shoulder glitterjurk in mijn handen. ‘Mijn God, wat is dat nou? Gatverdamme! Dat ziet er toch niet uit! Glitter en blote schouders!’ walgde ik.
‘Het was een heel dure jurk,’ zei mijn moeder. ‘Ik geloof wel zevenhonderd gulden. Hij heeft ’m echt speciaal voor jou uit Parijs meegenomen.’
‘Ik haat blote schouders, mam, dat weet je. Geef die jurk maar terug. Ik ga echt niet.’
‘Doe het nou wel,’ smeekte mijn moeder, ‘anders is hij beledigd en dan krijg ik al dat gezeik weer over me heen. Alsjeblieft, hij doet die gekke dingen niet meer. Hij is daar de vorige keer toch ook van geschrokken? Bang dat de politie hem kwam halen en zo? Dat doet ie niet meer.’
Ik keek haar ongelovig aan, schudde mijn hoofd.
‘En wie moet me anders halen en brengen?’ gooide ze het over een andere boeg. ‘Dan blijven we toch niet zo lang? Laten we ons gezicht even zien, zodat hij weet dat we geweest zijn en dan gaan we weer. Alsjeblieft, doe het voor mij, anders ben ik daar helemaal alleen.’
‘Oké, ik ga wel weer mee,’ zei ik met de grootste tegenzin.
Ik deed het voor haar. Niet voor hem.
‘En As? Wil je dan alsjeblieft die jurk aantrekken?’
Op 31 december 1999 ging ik naar het huis van mijn moeder om haar op te halen voor het feest. ‘Hoi mam,’ zei ik en liep naar binnen. ‘Moet je kijken hoe ik eruitzie in die jurk,’ zei ik en deed mijn jas uit. ‘Ik ben net een drag queen.’
Mijn moeder begon te lachen.
‘Nee echt, moet je kijken mam, als ik me omdraai ben ik net Arnold Schwarzenegger in een baljurk.’
Ik draaide me om, zette mijn handen in mijn zij en spande mijn spieren aan. Mijn moeder gierde het uit. Ze zag precies wat ik bedoelde. Ik had de triceps en biceps van een bodybuilder. ‘Mam, kijk nou, van achteren ben ik net een kerel. En van voren een travestiet!’
Mijn moeder bleef lachen: ‘Je bent prachtig in die jurk!’ loog ze en probeerde zo serieus mogelijk te kijken, maar schoot weer onbedaarlijk in de lach toen ik vroeg: ‘Heb jij hier niet een sjawl ofzo, die ik over mijn schouders kan doen, zodat je die armen niet ziet?’
Mijn moeder pakte een zwarte doorzichtige sjawl, die ik over mijn schouders drapeerde. Onderweg naar het feest in IJmuiden zei mijn moeder: ‘Nou, we hebben in ieder geval al gelachen vanavond.’
Wim verwelkomde ons en wees ons waar we onze jassen op konden hangen. Hij zag er prachtig uit in zijn smoking. Van de overige aanwezigen herkende ik alleen Willem Endstra, zijn vrouw en de artiesten die deze avond zouden optreden.
‘Sjieke bedoening hier, hè?’ zei mijn moeder.
‘Zeker,’ zei ik, ‘gelukkig val ik niet uit de toon met die prachtige jurk.’
We waren allebei nog steeds melig en het woord ‘jurk’ was voldoende om mijn moeder het uit te laten gieren van de pret.
‘Ik zal Wim even “bedanken” voor de mooie jurk,’ zei ik jolig en de tranen liepen over mijn moeders wangen van het lachen. ‘Dat is wel zo aardig toch? Ik ben zo terug.’
Ik trof hem bij de lift in een triomfantelijke stemming, omringd door een aantal potige types die je liever niet in een donker steegje tegenkomt. Hij had net aan een ‘bijgoochem’ een paar klappen uitgedeeld, en het af laten maken door de ‘beveiliging’.
Het was hier toch niet zo’n sjieke bedoening als mijn moeder dacht, en het was zeker niet het moment om Wim in de maling te nemen met de jurk die hij voor me had gekocht.
Ik liep weer terug naar mijn moeder. Ze begon al te giechelen toen ze me aan zag komen lopen. ‘En? Vond ie het leuk, dat je hem kwam “bedanken”?’ lachte ze.
Ik had haar in tijden niet zoveel lol zien hebben en ik was niet van plan de stemming te bederven. ‘Jaaaa!’ loog ik en gaf haar een vette knipoog. ‘Hij was heel blij!’