49

Jamison sliep nog toen Decker na zijn bezoekje aan Brown thuiskwam.

Decker ging ook een paar uur slapen en nadat hij was opgestaan, nam hij een douche en trok hij schone kleren aan. Daarna liep hij naar de keuken.

Jamison was ook al op en zat aan de keukentafel.

‘Je moet wat eten,’ zei Decker. ‘En ik ook. Kom mee.’

Ze reden naar een restaurant in de buurt en bestelden een ontbijt als lunch.

Een halfuur later nam Jamison het laatste hapje van haar roerei, terwijl Decker zijn derde kop koffie leegdronk.

Hij keek haar aandachtig aan. ‘Hoe gaat het echt met je?’

‘Beter dan ik had verwacht. Waardoor ik me schuldig voel.’

‘Sommige mensen vragen er gewoon om, en dat geldt dus ook voor die man van gisteravond, Alex. Maar ik ben natuurlijk bevooroordeeld, omdat je mijn leven hebt gered.’

Ze keek hem met een moedeloze blik aan. ‘Misschien ben ik hier gewoon niet geschikt voor. Ik dacht al eerder dat ik misschien iets anders moest gaan doen.’

‘Misschien hoef je daar nu niet over na te denken.’

‘Maar dat doe ik wel, Amos. Ik word er niet jonger op en ik moet beslissingen nemen over hoe ik mijn leven wil inrichten.’

‘Je bent een uitstekende onderzoeker. Ross zou je er nooit bij hebben gehaald als hij dat niet vond.’

‘Kom op, Amos, Ross heeft me er alleen maar bij gehaald ter wille van jou.’

‘Waarom had hij dat moeten doen? En jij was degene die tot de conclusie kwam dat Dabney misschien al heel lang een spion was, doordat hij al zo snel iemand vond die zijn geheimen wilde kopen. Zelfs als dat niet het geval blijkt, was ik niet op dat idee gekomen, net zomin als Ross of Todd.’

‘Ik zeg ook niet dat ik nooit een goed idee heb.’

‘Dat komt vaker voor, Alex. Luister, als je ermee wilt kappen en iets anders wilt gaan doen, prima. Maar dat moet je niet doen omdat je denkt dat je hier niet geschikt voor bent, want dat ben je wel.’

Ze keek hem met een hoopvolle blik aan. ‘Vind je dat echt? Zeg je dat niet alleen om mij een beter gevoel te geven?’

‘Jij weet beter dan wie ook dat ik zo niet in elkaar zit.’

‘Maar ik heb een man gedood,’ zei ze, alweer somber. ‘Ik vraag me af of ik dat nog een keer aankan.’

‘Vuurgevechten horen niet bij ons werk. Alvarez had niets te maken met ons werk voor de fbi. Dus de kans is heel groot dat dit de eerste en enige keer was dat jij je wapen moest trekken.’

‘Waarschijnlijk niet als ik met jou blijf omgaan.’

‘Je moet het uit je hoofd zetten. Het is maar goed dat we een heel complexe zaak moeten oplossen.’

‘Hé, wil je Melvin bellen en hem vragen met ons mee te gaan? Hij had ook een paar heel goede ideeën.’

Decker aarzelde zo lang dat ze hem argwanend aankeek. ‘Wat is er?’

‘Niets.’

‘Kom op!’

‘Het is niets.’

‘Amos, je bent een slechte leugenaar.’

‘Ik denk dat we Melvin maar moeten laten uitslapen.’

‘Waarom?’

‘Dat weet ik niet, gewoon een gevoel.’

‘Amos!’

‘Hij heeft een zware nacht achter de rug.’

‘Wat bedoel je daarmee? Hij ging tegelijk met...’ Ze zweeg en keek hem met grote ogen aan. ‘Lieve god, vertel je me niet wat ik denk dat je me niet vertelt?’

‘Alex, ik heb geen idee hoe ik die vraag moet beantwoorden.’

‘Dan zal ik je een eenvoudiger vraag stellen. Is Melvin met Harper Brown naar bed geweest?’ Haar stem klonk nu zo schril dat mensen aan twee andere tafeltjes naar hen keken.

‘Waarom denk je dat?’

‘Waarom ik dat denk?! Hallo, het had niet duidelijker kunnen zijn dat ze hem wilde.’

‘Nee?’

‘Toe nou toch, voor een man die niets ontgaat heb je soms echt een blinde vlek!’

Decker keek zenuwachtig om zich heen en richtte zijn blik toen weer op haar. ‘Wat zij doen gaat je niets aan.’

‘Je moet me alles vertellen, nu.’

‘Waarom?’

‘Omdat ik feitelijk voor Melvin werk.’

‘Nou en?’

‘Amos, ik zweer het, als je het me niet vertelt, schop ik hier en nu een enorme scène!’

Decker ging rechtop zitten. ‘Oké, oké. Ja, ja... ze waren een tijdje samen in Melvins hotel.’

‘Hoe weet je dat?’

‘Omdat ik gisteravond laat naar Melvins hotel ben gereden, of eigenlijk was het heel vroeg in de ochtend. Ik had hem een paar keer gebeld, maar hij nam niet op.’

Ze keek hem vol ongeloof aan. ‘O ja? En was je toen ongerust?’

‘Oké, oké, dat heb ik verdiend.’

‘Wat gebeurde er toen?’

‘Toen zag ik Harper het hotel uit komen. Ik reed achter haar aan naar haar huis en toen... hebben we gepraat.’

‘Jullie hebben gepraat over wat zij hadden gedaan?’

‘Nee. Ik bedoel, niet echt. Het kwam wel ter sprake, maar het was niet zo dat ik de details wilde horen. Ze zijn volwassen, dus kunnen ze doen wat ze willen.’

‘Ze kenden elkaar nog maar een paar uur!’

‘Alex, wat wil je dat ik zeg?’

‘Wat zei Brown?’

‘Ze zei, nou ja, dat ze zich aangetrokken voelden tot elkaar. En dat het alleen maar... je weet wel, alleen maar seks was,’ voegde hij er niet op zijn gemak aan toe.

‘Duikt ze altijd meteen in bed met iemand die ze net kent?’

‘Zij zegt van niet.’

‘En jij geloofde haar?’

‘Ik was echt niet van plan haar daarover aan een kruisverhoor te onderwerpen,’ zei hij verhit.

‘Ze werkt bij de dia. Ze zit in de contraspionage. Hebben ze daar geen regels die dit soort dingen verbieden?’

‘Dat weet ik niet. Had ik je dit maar nooit verteld.’

‘Melvin is je vriend. Ben je niet bang dat hij gekwetst wordt?’

‘Ja, dat ben ik wel. Dat heb ik ook tegen Brown gezegd.’

‘En wat zei Brown toen?’

‘Dat ze hem niet wilde kwetsen. Dat ze misschien een relatie konden hebben.’

‘Kom nou toch! Ze gaat hem dumpen.’

‘Dat weet je niet.’

‘Ja, dat weet ik wel. Zie jij het gebeuren dat ze bij elkaar blijven?’

‘En ook al is dat niet zo? Misschien had Melvin ook alleen maar zin in seks.’

‘Melvin is anders.’

‘Misschien wel. Maar hij is ook een volwassen man die z’n eigen beslissingen kan nemen.’

‘Je gaat dus niets doen?’

Hij keek haar verbaasd aan. ‘Wat wil je precies dat ik doe? Hun vertellen dat ze elkaar niet kunnen zien, omdat ik dat zeg? Jezus, Alex. Luister eens naar jezelf, straks wil je nog dat ik hem briefjes doorgeef, zoals op de basisschool.’

Jamison liet zich achterover in haar stoel zakken en keek een andere kant op. ‘Hier klopt helemaal niets van.’

‘Luister, ik weet wel dat je een probleem hebt met Harper Brown.’

‘En het verbaast me dat jij niet ziet dat zij maar tegen ons blijft liegen.’

‘Dat hoort bij haar werk.’

‘O, geweldig, dus nu verdedig je haar ook nog? Alweer!’

‘Ik verdedig niemand, ik constateer alleen een feit.’

‘Wat hebben feiten hiermee te maken?’ snauwde ze.

Een oudere man in pak met een vilten hoed op, die aan het tafeltje naast hen had gezeten, liep langs hun tafeltje naar de uitgang. ‘Mijn lieve overleden vrouw en ik ruzieden ook vaak zo. Elk huwelijk heeft zo zijn ups-and-downs. Maar wees niet bang, jullie komen er wel weer uit.’ Daarna liep hij weg.

Decker en Jamison keken elkaar met open mond aan.

‘Geweldig, nu klinken we dus als een oud getrouwd stel!’ riep Jamison ongelovig uit.

Decker stond snel op. ‘Ik ga afrekenen.’