38

Decker, Brown, Bogart, Jamison en Milligan zaten aan een vergadertafel in het wfo.

Midden op de tafel lag alles wat Decker en Brown in de opslag hadden gevonden en in bewijszakjes hadden gestopt. Alle objecten waren gecontroleerd op vingerafdrukken en ander forensisch bewijs, maar de uitslag van de tests was negatief.

Bogart pakte de pop en bekeek het geheime vakje.

Milligan trok de securitybadge naar zich toe en bekeek hem. ‘Maar je zei toch dat je het hebt gecheckt en dat Berkshire, of hoe haar echte naam ook was, nooit voor de dia heeft gewerkt?’

‘Dat klopt,’ zei Brown. ‘Dan was ze grondig nagetrokken, was er een backgroundcheck uitgevoerd en waren haar vingerafdrukken genomen en in onze database bewaard. Daar zit ze niet in.’

Bogart legde de pop neer, schraapte zijn keel en zei: ‘We hebben al onze databases bekeken en kunnen niets over haar vinden. Als ze voor een Amerikaanse inlichtingendienst werkte of als contractor waarvoor een security clearance vereist was, zouden haar vingerafdrukken zijn opgeslagen. Dat was niet het geval.’

Decker zat naar zijn handen te staren.

Jamison keek naar hem. ‘Wat denk jij, Amos?’

‘Ik denk dat op het deel van de badge dat eruit is gehaald de naam van iemand anders stond.’

‘Als het een rfid-badge was,’ zei Milligan, waarmee ze verwees naar identificatie met radiogolven, ‘zou die volstaan met data over de houder, tenzij die informatie was gewist.’

‘Maar dat is niet zo,’ zei Decker. ‘Deze is duidelijk uitgereikt voordat die technologie werd gebruikt, in elk geval door de dia.’

Brown zei: ‘Berkshire had de handler kunnen zijn van een mol. Dan hoefde ze niet in een database te zitten en had ze ook geen badge nodig. De interne betrokkene natuurlijk wel. Maar misschien instrueerde Berkshire de informant alleen en verzamelde ze de geheime informatie.’

‘Dat is veel waarschijnlijker,’ zei Decker. ‘We hoeven alleen maar te achterhalen wie dat is.’

‘Maar denk je dat Berkshire nog steeds als handler fungeerde?’ vroeg Milligan. ‘Ik bedoel, die oude badge, die floppydisk en dat kgb-document uit de jaren tachtig, komen allemaal uit een ander tijdperk.’

Bogart zei: ‘Dat is een goed punt. Misschien is ze ermee opgehouden en besloot ze iets anders te gaan doen met haar leven.’

‘Goed werk doen, bedoel je,’ zei Jamison. ‘Misschien om goed te maken wat ze in het verleden had gedaan.’

‘Maar hoe komt ze dan aan dat geld?’ vroeg Brown. ‘Handlers verdienen echt geen vermogen. En als ze voor de Russen werkte, waarom ging ze dan niet terug toen ze ermee ophield?’

‘Misschien kon ze dat niet,’ zei Decker.

Nu keken ze allemaal naar hem.

‘Waarom zou ze dat niet kunnen?’ vroeg Brown.

‘Waarom zou een voormalige Russische spion niet welkom zijn in Rusland?’ vroeg Decker.

‘Omdat ze zich tegen haar eigen land had gekeerd,’ antwoordde Brown.

‘Wil je zeggen dat Berkshire een dubbelagent was?’ vroeg Bogart.

‘Ik zeg dat het mogelijk is dat ze een spion was en vervolgens de andere kant koos.’

‘Maar als dat zo was, zou daar dan niet ergens een bewijs voor zijn?’ vroeg Milligan. ‘Een dossier?’

‘Tja, gezien het feit dat we die mogelijkheid nog maar net hebben ontdekt, moeten we die vraag aan de juiste mensen voorleggen.’

‘Als het meer dan dertig jaar geleden was, zal het moeilijk zijn om de juiste mensen te vinden aan wie we dat kunnen vragen,’ zei Bogart.

Decker keek Brown aan. ‘Jij kent deze wereld beter dan wij. Waar zou jij op zoek gaan?’

‘Er zijn heel veel inlichtingendiensten, Amos, met een overlap. Met honderdduizenden informanten verspreid over tweehonderd landen.’

‘Een naald in een hooiberg dus,’ zei Jamison.

‘Plus het feit dat de inlichtingenwereld het niet prettig vindt om vragen over welk onderwerp dan ook te beantwoorden,’ zei Brown.

‘En als we het vragen, vertellen ze ons misschien toch de waarheid niet,’ zei Milligan.

‘Daar zou ik inderdaad niet van uitgaan,’ zei Brown.

Decker zei: ‘Als zij de handler was van een informant binnen de dia of een van de andere inlichtingendiensten, loopt die informant misschien nog steeds rond. Berkshire was er misschien wel mee opgehouden, maar dat betekent niet dat die informant er ook mee was gestopt.’

‘Dat is zo,’ zei Brown.

‘Maar waar komt haar geld vandaan, denk je?’ vroeg Jamison.

‘Als ze naar ons is overgelopen en ons heeft geholpen, zou het geld daar dan vandaan zijn gekomen?’ vroeg Decker terwijl hij Brown aankeek.

‘Dat hangt ervan af hoe belangrijk die hulp was. Maar als ze een spion was, is ze waarschijnlijk voor de keus gesteld: je helpt ons of je gaat naar de gevangenis, niet naar een penthouse.’

‘Maar als ze niet is betrapt, maar zich vrijwillig meldde?’ vroeg Decker. ‘Misschien vertelde ze niet dat ze een spion was, maar zei dat ze een burger was met bepaalde kennis die hulp zocht?’

Brown dacht daarover na. ‘Ik weet niet hoe waarschijnlijk dat zou zijn.’

Bogart zei: ‘Het probleem is: hoe organiseren we een onderzoek hiernaar? We hebben hier vier objecten en een dode vrouw die wel of geen spion of handler of iets anders is geweest.’

Decker zei: ‘Het eerste wat we moeten doen is achterhalen wie Anne Berkshire echt is. Of was.’

‘Wat denk je verdomme dat we hebben geprobeerd te doen, Amos?’ riep Milligan.

‘Maar nu hebben we meer om mee te werken. Als ze een Russin was, dan is dat iets wat kan worden gecontroleerd. Als ze de handler voor een spion binnen de overheid was, dan kan dat ook worden uitgezocht. We hebben nu aanknopingspunten, dus die hoeven we alleen nog na te trekken.’

Bogart zei: ‘Als ze dit land heeft geholpen en daar een heleboel geld voor heeft gekregen, dan zouden we dat moeten kunnen achterhalen.’

‘Maar hoe verklaart dat dan waarom Dabney haar vermoordde?’ vroeg Jamison. ‘We weten dat Dabney geheimen heeft gestolen, maar dat was heel recent.’ Ze keek naar Brown. ‘Heb jij er bewijzen voor dat Dabney en Berkshire samenwerkten?’

Brown aarzelde.

‘Lieve help, je kunt ten minste knikken of je hoofd schudden,’ riep Jamison opgewonden.

Brown schudde haar hoofd.

Jamison vroeg aan Decker: ‘Oké, wat was de relatie dan?’

‘Ik weet het niet,’ gaf Decker toe. ‘Maar als we het antwoord op één vraag vinden, denk ik dat we het antwoord op alle vragen zullen vinden.’

Brown pakte de securitybadge. ‘Ik kan wel nagaan wanneer deze soort badges bij de dia werden gebruikt. We veranderen ze regelmatig, dus dan weten we meer.’

‘En er moet een reden voor zijn dat ze dat kgb-document heeft bewaard,’ zei Decker.

Brown knikte. ‘Ik ga het van begin tot eind doorlezen. Misschien staan er bepaalde aanwijzingen in.’

‘En die floppydisk?’ vroeg Jamison.

Bogart pakte hem. ‘Het is al een tijdje geleden dat een van ons dit soort dingen heeft gezien. We hebben het lab ernaar laten kijken, maar wat er ook op heeft gestaan staat er nu niet meer op. In elk geval niets begrijpelijks.’

‘Was het Russisch?’ vroeg Jamison.

‘Het waren computernullen en -enen,’ antwoordde Bogart. ‘Dat sloeg nergens op.’

Decker pakte de pop.

Milligan zei: ‘Je verwacht toch zeker niet dat je daar iets mee opschiet?’

Decker wreef over het haar van de pop. ‘Ik verwacht helemaal niets. Ik ga alleen daarnaartoe waar dingen me naartoe leiden.’

Zijn telefoon zoemde; een herinnering aan hun afspraak met Nancy Billings.

Decker stond op. ‘Zoals nu. Kom mee, Alex.’