Lena
Lena
Ik bleef heel lang onder de douche staan, het water zo heet als ik maar kon verdragen. Ik wilde mijn huid zuiveren, ik wilde de afgelopen dag en nacht en week en maand van me afspoelen. Ik wilde hém van me afspoelen, zijn smerige huis en zijn vuisten en zijn stank, zijn adem, zijn bloed.
Julia was lief toen ik thuiskwam. Ze deed niet alsof, ze was oprecht blij dat ik er weer was, ze had zich zorgen om me gemaakt. Ze scheen te denken dat Mark me had verkracht, alsof hij een of andere viezerik was die zijn handen niet van tienermeisjes af kon houden. Ik moet hem wel nageven dat hij in één ding gelijk had gehad: mensen begrepen niet wat Katie en hij samen hadden gehad, en ze zouden het ook nooit begrijpen.
(Ergens, diep vanbinnen, wilde ik bijna dat ik in een leven na de dood geloofde, zodat ze in het hiernamaals samen konden zijn en dat het dan goed zou gaan en zij gelukkig zou zijn. Ik mag hém dan uit de grond van mijn hart hebben gehaat, toch zou ik willen dat Katie op de een of andere manier gelukkig zou zijn.)
Toen ik me weer schoon voelde, in elk geval zo schoon als mogelijk was, liep ik naar mijn kamer en nam ik plaats in het raamkozijn, want daar zit ik graag als ik ergens over na moet denken. Ik stak een sigaret op en piekerde over wat ik nu moest doen. Ik had het heel graag aan mijn moeder gevraagd, maar daar moest ik nu niet bij stilstaan, want dan zou ik weer gaan huilen en daar had ze helemaal niets aan. Ik wist niet of ik Julia moest vertellen wat Mark had gezegd. Of ik erop kon vertrouwen dat ze de juiste stappen zou ondernemen.
Misschien wel. Toen ik namelijk tegen Julia zei dat mama niet was gesprongen, had ik eigenlijk verwacht dat ze zou zeggen dat ik het mis had, of dat ik gek was geworden of zo, maar ze nam het voetstoots aan. Alsof ze het al wist. Alsof ze het altijd al had geweten.
Ik weet niet eens of wat Mark me heeft verteld wel waar is, hoewel het wel heel gek zou zijn als hij het allemaal had verzonnen. Waarom zou je mevrouw Townsend als schuldige aanwijzen als er zoveel andere mensen waren die je de schuld kon geven? Zoals Louise. Maar misschien voelde hij zich al rot genoeg over de Whittakers na wat hij hun had aangedaan.
Ik weet niet of hij zat te liegen of de waarheid vertelde, maar hoe het ook zij, hij verdiende wat ik tegen hem heb gezegd, wat ik heb gedaan. Het was zijn verdiende loon.