43
‘Hell Week? Is dat een ontgroening of zo? Dat meen je niet. Ik bedoel, waarom zou je bij een club gaan die jou een week lang wil treiteren?’
‘Dat schept een onderlinge band,’ zei Nicole, en Craig verslikte zich bijna in zijn milkshake. De manier waarop ze het zei, zo lief en volslagen naïef. ‘Zo word je echt zusters van elkaar,’ voegde ze eraan toe.
‘Nicole, dat hadden jullie toch al gedaan in de introductiemaand? Ik bedoel, als je nog geen onderlinge band krijgt als je vier weken lang dezelfde onderbroek moet dragen, wat kan Hell Week daar dan nog aan veranderen?’
‘Toe, Craig. Je had beloofd daar geen grapjes over te maken.’
Hij knikte. Daar had ze gelijk in. Hij had álles wel willen beloven om te horen waarom ze zo afstandelijk was geweest in november. Hij dacht dat ze hem wilde dumpen, omdat ze steeds bij hem wegdraaide als hij haar kuste en zelfs in de kantine zo ver bij hem vandaan zat als technisch mogelijk was terwijl je zogenaamd met iemand lunchte. Op een dinsdagavond, na een van haar ‘geheime ontmoetingen’, was hij voor de deur van Omega Theta Tau verschenen met een bos rode rozen, waarop ze in tranen was uitgebarsten en weggerend. Tegen de tijd dat hij haar eindelijk inhaalde, een halve straat verder, liep hij zelf ook te huilen. Hij greep haar arm, maar ze rukte zich los en smeekte: ‘Alsjeblieft, alsjeblieft, blijf nog een paar dagen bij me uit de buurt.’
‘Waarom? Nicole, ik hou van je. Wat is er nou?’
Ze rende nog een eindje door, maar zonder veel overtuiging, alsof ze er de wilskracht niet voor had. Ten slotte trok hij haar een steegje in tussen een slijterij en een sushitent. De rozen had hij al op een bankje in het park gesmeten. Hij pakte haar handen in de zijne en trok haar tegen zich aan. Ze snikte en liet zich slap tegen hem aan zakken toen hij haar niet wilde loslaten. ‘Alsjeblieft, Nicole,’ mompelde hij in haar haar. ‘Ik kan hier niet meer tegen. Ik hou van je. Vertel het me nou.’
‘Je zult me háten!’ zei ze, nog altijd snikkend. ‘Je zult me zo stóm vinden. Zo... smérig. Je zult me uitlachen of het tegen andere mensen zeggen. Je...’
‘Vertel me niet wat ik zal doen, Nicole! Ik zou je nooit kunnen haten. Je nooit verraden. Je bent de kostbaarste, meest...’
‘Oké! Oké! Mijn onderbroek!’ riep ze. Een man die langs het steegje liep, keek abrupt op. Nicole kromp ineen, begroef haar hoofd in haar handen en herhaalde fluisterend en met bevende stem: ‘Mijn ónderbroek.’ En nog eens: ‘Mijn ónderbroek.’
‘Wat?’ Een opeenvolgende reeks van korte, krankzinnige beelden flitste door Craigs hoofd. Hij zag een footballteam dat Nicoles broekje over een veld heen en weer gooide, haar broekje wapperend aan een vlaggenmast, haar broekje te koop op eBay, foto’s van haar broekje op een prikbord... En Nicole zei: ‘Mijn onderbroek is vuil! Zeg nou maar hoe stóm ik ben!’
Het kostte een heleboel tijd in dat steegje, heel wat tranen die tegen zijn corduroy jasje werden vergoten, voordat hij het verhaal eindelijk te horen kreeg. Ze moest haar onderbroek nog drie dagen aanhouden, om het smerige ding op zaterdag aan de presidente van Omega Theta Tau te overhandigen in een soort rituele viering van het zusterschap. Daarna kon ze eindelijk een schone aantrekken.
‘Ik kan het rúíken!’ snikte Nicole.
Het was moeilijk om niet te lachen, maar nog moeilijker om haar niet de les te lezen.
‘Dit is absurd, Nicole. Je gaat niet bij het leger of zoiets. Je hoeft toch niet van die rare dingen te doen om in een groot huis te mogen wonen met zo’n stel verwaande wijven!’
‘Ik wist wel dat je...’
‘Oké, oké,’ had Craig gezegd, en zijn mond gesloten door zijn lippen tegen haar voorhoofd te drukken.
Dat was in november geweest. Nu, in de eerste week van maart, vertelde ze hem dat ze de hele Hell Week opgesloten zou zitten in de kelder van Omega Theta Tau. Ze mocht er alleen uit om college te volgen.
‘En wat moet je daar doen?’
‘Dat vertellen ze je niet. Maar de meisjes van vorig jaar zeiden dat het verschillende projecten waren. Spullen maken voor feesten. Vragen beantwoorden over het dispuut en de stichters.’ Ze haalde haar schouders op.
‘Wat een ongelooflijk gezeik,’ zei Craig. ‘Waarom moet je daarvoor in een kelder worden opgesloten?’
‘Het is een test.’ Nicole stak haar kin naar voren en hij zag dat ze beefde. ‘Een traditie.’ Ze haalde heel even haar schouders op. ‘Het kan misschien wel leuk zijn.’
‘Leuk?’
‘Jij bent geen lid van het corps, Craig. Ik denk niet dat het jou aanspreekt om... om...’
‘Nee, zeker niet,’ zei Craig.
De dienster kwam naar hun tafeltje en wilde Nicoles bord weghalen, hoewel ze haar kaastosti nog niet had aangeraakt.
Craig stak een hand op en wuifde de dienster weg. ‘Ze is nog bezig,’ zei hij.
‘O, neem me niet kwalijk,’ zei de dienster zonder een spoor van sarcasme, en ze hield beschermend haar handen voor zich uit, alsof hij haar wilde slaan. Ze was zo iemand die haar vriendelijkheid als wapen gebruikte. Je zag die types wel vaker, hier in het Midwesten – vrouwen van middelbare leeftijd, heel irritant. Ze had hun al complimentjes gegeven voordat ze nog hun bestelling had opgenomen: O, wat een énige jas, een énige sweater, wat zit je haar leuk, wat heb je een práchtige ring, wat een móóie laarzen! Craig had zwijgend op de menukaart zitten staren, terwijl hij zich voorstelde hoe zijn moeder de vrouw zou hebben weggestuurd: Bedankt hoor, we vinden jou ook énig.
Maar Nicole was er enthousiast op ingegaan en had de dienster verteld dat de sweater van Gap kwam, Craigs jas van het Leger des Heils (!), dat haar zus haar haar had gedaan, dat de laarzen Uggs waren en dat de ring... Craig had haar de ring gegeven.
Op dat moment verdween de grimas van Craigs gezicht en keek hij op naar dienster, die de ring aan Nicoles rechterhand inspecteerde. Nicole hield hem omhoog als een koningin die er een kus op verwachtte.
‘Wauw,’ zei de dienster, terwijl ze Nicoles vingers in haar hand nam en ze naar het licht draaide om de ring beter te kunnen zien. ‘Goh! Het is sáp, of zoiets. Toch? Er... zit iets in.’ Ze boog zich eroverheen.
‘Een fruitvliegje,’ zei Nicole trots. ‘Misschien is het wel veertig miljoen jaar oud.’
Dat had Craig haar verteld.
Zijn natuurkundeleraar in de zesde klas van Fredonia Middle had een kleine collectie gehad van barnsteen met insluitingen: een spin, een kikker, een paar muggen. Hij had zelfs een stuk barnsteen waarin een lange zwarte haar leek te zweven, en een waarin twee zielige kleine mieren over elkaar heen kropen om te ontsnappen voordat ze voorgoed in het spul gevangen zouden raken. Craig had gegriezeld toen meneer Barfield uitlegde dat ze in eerste instantie waarschijnlijk door de kleverige massa waren aangelokt. Stel je voor, dacht hij, dat de bewijzen van je stommiteit miljoenen jaren in amber zichtbaar zouden blijven.
‘Het is geen sap,’ zei Craig tegen de dienster, ‘maar hars.’
De vrouw knikte, alsof ze nog nooit zoiets interessants had gehoord, liep eindelijk bij hun tafeltje vandaan, gooide het velletje met hun bestelling naar de kok toe en verdween. Later liet ze het blad wel tien minuten onder de rode lampen op de bar tussen de keuken en de eetzaal staan. Toen ze de tosti’s eindelijk naar hun tafeltje bracht, waren ze koud en keihard.
‘Waarom moet je altijd zo negatief doen?’ vroeg Nicole toen de dienster was vertrokken. ‘Wat maakt het uit? Als je bij het corps zat, had jij nu ook een ontgroening en zou ik daar begrip voor hebben.’
‘Hoor eens, Nicole, je doet maar. Ik vind het best. Hell Week, of wat dan ook. Maar je kunt niet van mij verwachten dat ik blij ben als ik je een hele week niet zie. Ik bedoel, als je nou een week naar Spanje ging of zoiets, maar... onderleggertjes borduren in een kelder?’
De tranen die al in Nicoles ogen prikten sinds hij de dienster had weggewuifd, begonnen nu te stromen. Toen ze pathetisch langs haar neus biggelden en eentje zelfs over haar bovenlip lekte, sprong Craig overeind. Hij kwam haastig naar haar toe, sloeg zijn armen om haar hen en kuste de traan weg.
‘Laat maar! Ik heb niets gezegd. Ik ben een zeikerd, het spijt me,’ zei hij, terwijl hij haar nog eens kuste. En nog eens. ‘Maak je onderleggertjes maar. Als je maar bij me terugkomt. Ik red het niet zonder jou.’ Hij nam haar gezicht tussen zijn handen en keek haar aan.
Nicole haalde bevend adem, probeerde te lachen, maar legde toen haar hoofd op zijn schouder en begon nog harder te huilen.
‘Je zult het nooit begrijpen. Dit zal altijd tussen ons in staan. Je zult me altijd uitlachen. En ik kan gewoon niet...’
‘Bedoel je dat je het wilt uitmaken?’ Craig had moeite niet te schreeuwen. Hij verstijfde, zich pijnlijk bewust van de dienster die weer achter hem langs slenterde en in de buurt zou blijven totdat ze genoeg van het gesprek had gevolgd om te weten wat het probleem was. Dus liet hij zijn stem dalen en vervolgde: ‘Wil je me dumpen voor zo’n achterlijke corpsbal? Is dat het?’ Hij deinsde terug, maar Nicole stak een hand uit, greep hem bij een revers van zijn corduroy-jasje, en verfrommelde die in haar vuist zoals een baby zou doen. Toen hij zag hoe haar kleine, zachte hand zich aan zijn jasje van de kringloop vastklampte, barstte hij bijna in tranen uit. Nicole had het voor hem gekocht. Ze was samen met haar dispuutvriendinnen naar de winkel van het Leger des Heils gegaan om kostuums te kopen voor een feestje dat ze moesten plannen, en daar had ze het zien hangen. ‘Ik wist dat het je zo schattig zou staan! En het was ook nog je maat!’
‘Nee, Craig. Nee. Ik wil alleen jou, maar...’
‘Ik heb het je toch gezegd, Nicole? Ik zal erover nadenken. Dit jaar kan ik toch geen lid meer worden. Volgend jaar, oké? Volgend jaar zal ik erover denken.’
Ze knikte niet en zweeg, nog steeds met zijn jasje in haar hand geklemd en haar gezicht tegen zijn schouder.
‘Oké?’
Ze snotterde even en zei toen: ‘Nee. Dat doe je toch niet. Je zou het vreselijk vinden.’
Craig wilde proberen dat te ontkennen, maar Nicole keek naar hem op met een klein lachje op haar gezicht, een weemoedig, spijtig lachje dat hij nog nooit van haar had gezien – misschien wel van niemand.
‘Je zou het vreselijk vinden,’ zei ze nog eens, en toen moest ze lachen. ‘Ik zie het al voor me!’ Ze zat nu bijna te schateren, en hij lachte met haar mee. Ze keken elkaar aan en Craig besefte wat het was, die uitdrukking op haar gezicht: dat ze hem herkende, dat ze precies wist hoe hij in elkaar zat, en dat ze daar vrolijk van werd.
Ondanks alles beviel het haar wat ze zag.
Misschien was ze wel echt verliefd op wat ze zag. Hij las het in haar ogen. Had iemand ooit op die manier naar hem gekeken?
Craig had het gevoel dat hij van glas was, dat een hoge noot van een viool of een fluit hem in duizend scherven kon laten breken. Hij merkte dat hij zat te beven, met zijn handen in haar haar, terwijl hij probeerde niet hardop te snikken. Op dat moment, maar niet voor het eerst, nam hij zich heilig voor om alles te doen wat ze wilde, alles wat nodig was om haar zijn hele leven – en het hare – bij zich te houden.
Op dat ogenblik blies er een ijzig koude wind over hun tafeltje. Instinctief draaide hij zich om naar de deur van het eettentje. Er kwam iemand binnen, een silhouet tegen de deuropening, niet goed zichtbaar door de tranen in Craigs ogen. De gedaante bleef een paar seconden op de drempel staan voordat Craig met zijn ogen knipperde en de man nog net herkende voordat hij zich omdraaide en weer naar buiten stapte.
Craig maakte zich van Nicole los en knikte naar de deur. ‘Dat was hem,’ zei hij.
‘Wie?’
‘Die vent, Nicole. Die avp-verpleger, of ziekenbroeder, of wat hij ook mag zijn, verdomme! Hij ging er meteen vandoor toen hij ons zag.’
‘Welke avp-verpleger?’ vroeg Nicole, terwijl ze met haar servetje haar betraande ogen droogde. ‘Waar heb je het over?’
‘Ik heb hem wel vijf keer bij jullie huis gezien. Dat zei ik je toch? Weet je het niet meer? Ik zei dat ik hem steeds tegenkwam. Wie is het?’
‘Ik heb geen idee wat je bedoelt, Craig. Ik weet niet eens wat avp betekent.’
Craig nam niet de moeite haar tegen te spreken of uit te leggen waar avp voor stond. Hij staarde naar de grote ruit om te zien of de man nog voorbij zou komen, maar blijkbaar was hij de andere kant op gelopen. Om het raam te ontwijken? Om niet door Craig gezien te worden?
Craig stond op alsof hij de man wilde volgen, hoewel hij niet wist wat hij moest doen als hij hem zou inhalen. Bovendien pakte Nicole hem bij zijn mouw, trok hem weer naar zich toe, sloeg haar armen om zijn hals en kuste hem zo lief en zo lang dat zelfs de dienster, die hen in de gaten had gehouden, zich blijkbaar geneerde en verdween.