Kandy Highsmith en Ross Barrow namen de I-84 door het ravijn van de Columbia River tot ze bij de afslag naar een binnenweg kwamen. Aan beide zijden van de brede rivier verrees een steile rotswand. Tussen de bomen door zagen ze af en toe een waterval. Het uitzicht was adembenemend, maar Barrow had het te druk met turen door de stromende regen om ervan te kunnen genieten. De windvlagen die door het ravijn raasden, duwden hun auto opzij. Barrow probeerde de macht over het stuur te bewaren en slaagde erin de auto in de bocht recht op de weg te houden.

Ze waren op het platteland. Bossen, velden. De bomen zorgden voor enige beschutting tegen de regen, maar Barrow moest nog steeds voorover leunen om de tekst op de de schaarse straatnaamborden ontcijferen.

'Daar,' schreeuwde Randy Highsmith, terwijl hij naar een brievenbus wees waarop het adres in goedkope, lichtgevende cijfers geplakt stond. Barrow maakte een scherpe bocht en de achterwielen slipten door het grind. De huisbaas van wie Samuel Oberhurst het huis gehuurd had, had gezegd dat ze een paar honderd meter over de onverharde weg zouden moeten rijden. Hij had het huis een bungalow genoemd, maar het was misschien een haar beter dan een keet. Afgezien van de afgelegen ligging en dus de privacy, zag Highsmith niet wat er zo aantrekkelijk aan was. Het huis was vierkant met een puntdak. Misschien was het ooit rood geverfd, maar dan was het tot een roestbruinige kleur verweerd. Voor de deur stond een aftandse Pontiac. Het gras was in geen weken gemaaid. Het trapje naar de voordeur bestond uit sintelblokken. Naast het trapje stonden twee lege bierblikjes en er stak een leeg pakje sigaretten uit een kier tussen twee blokken.

Barrow parkeerde de auto zo dicht mogelijk bij de voordeur en Highsmith sprong er ineengedoken uit, alsof dat hem tegen de regen kon beschermen. Hij bonkte op de deur, wachtte even en bonkte toen weer.

'Ik probeer het aan de zijkant,' schreeuwde hij tegen Barrow. De rechercheur zette de motor af en volgde hem. De gordijnen aan de voorzijde waren gesloten. Highsmith en Barrow liepen door het natte gras aan de oostkant van het huis en ontdekten dat er aan die kant geen ramen waren en dat de rolgordijnen aan de

achterkant dicht waren. Barrow tuurde door een klein raampje aan de westzijde.

'Verdomme, wat een beestenbende,' zei Barrow.

'Er is niemand thuis. Dat lijkt me wel duidelijk.'

'En de auto dan?'

Highsmith haalde zijn schouders op. 'Kom, dan proberen we de voordeur.'

Het water droop van Highsmith's gezicht en hij kon door zijn bril nauwelijks iets zien. De voordeur zat niet op slot. Barrow deed hem open. Binnen zette Highsmith zijn bril af en droogde de glazen met een zakdoek. Barrow deed het licht aan.

'Jezus!'

'Highsmith zette zijn bril op. Op een laag tafeltje onder het voorkamerraam stond een televisie. Aan de andere kant een oude bank. Hij hing scheef en op sommige plekken zaten er scheuren in de bekleding waar de vulling uitpuilde. Op de bank lag een volledig stel herenkleding. Highsmith zag een jasje, ondergoed, een broek. In de hoek naast de tv stond een oude, grijze archiefkast. Alle laden waren uitgetrokken en overal in de kamer lagen papieren. Plotseling werd Highsmith van de chaos in de voorkamer afgeleid. Hij snoof eens.

'Wat is dat voor lucht?'

Barrow antwoordde niet. Hij concentreerde zich op een zware stoel die op zijn kant midden in de kamer lag. Hij liep eromheen en zag bloedvlekken op de stoel en op de grond ernaast. Aan de stoelpoten kleefden grote stukken tape, die gebruikt konden zijn om iemands benen vast te binden.

Op de tafel vlak bij de stoel lag een met bloed besmeurd keukenmes.

'Heb je een stevige maag?' vroeg Barrow. 'Hier is een misdrijf gepleegd en ik wil niet dat je je hele ontbijt erover uitstort.'

'Ik heb wel vaker misdrijven gezien, Ross. Ik ben ook op het bouwterrein geweest, weet je nog?'

'Dal zal dan wel. Nou, kijk hier maar eens even naar.'Naast het mes stond een plastic soepkom. Highsmith keek erin en werd groen. Er lagen drie vingers in de soepkom.

'De onbekende,' zei Barrow zacht.

Highsmith liep om de stoel heen en keek naar de zitting. Die zat onder het bloed. Hij voelde zich onpasselijk worden. Naast de drie vingers ontbraken ook de geslachtsdelen van de onbekende en Randy voelde er niets voor ze te vinden.

'Ik weet niet zeker onder wiens jurisdictie dit gebied valt,' zei Barrow, terwijl hij om de stoel heen liep. 'Bel de politie van Oregon maar.'

Highsmith knikte. Hij keek om zich heen waar de telefoon stond. Niet in de voorkamer. Aan de achterkant waren nog twee vertrekken. Het ene was een badkamer. Langzaam deed Highsmith de deur van de andere kamer open, bang voor wat hij er zou aantreffen. Er was nauwelijks genoeg ruimte in de kamer voor een eenpersoonsbed, een ladenkast en een bijzettafeltje. De telefoon stond op het bijzettafeltje.

'Hé, Ross, kom eens kijken.'

Barrow kwam binnen. Highsmith wees naar het antwoordapparaat dat met de telefoon verbonden was. Het rode lampje flikkerde ten teken dat er gebeld was. Highsmith ging snel door de berichten heen, totdat hij er een hoorde waar hij aandachtig naar luisterde.

'Meneer Oberhurst, met Betsy Tannenbaum. Ik heb al drie keer gebeld. Kunt u mij op mijn kantoor bellen? Het nummer is 555-1763. Het is dringend. Ik heb toestemming van Lisa Darius om met u over haar zaak te praten. Neem contact op wanneer u wilt. Ik heb een telefoondienst die me thuis kan bereiken als u 's avonds of in het weekend belt.'

Het apparaat piepte. Highsmith en Barrow keken elkaar aan.

'Oberhurst werkt voor Lisa Darius, daarna wordt hij gemarteld en zijn lijk wordt gevonden in het graf op het bouwterrein van Darius,' zei Barrow.

'Waarom heeft Lisa Darius hem ingehuurd?'Barrow keek door de deur naar de openstaande archiefkast.

'Ik vraag me af of Darius dat zocht. Het dossier over zijn vrouw.'

'Wacht even, Ross. We weten niet of Darius dit heeft gedaan.'

'Randy, stel dat Darius had ontdekt wat er in het dossier over zijn vrouw stond en stel dat die informatie hem kon benadelen. Ik bedoel, als hij dit heeft gedaan, als hij Oberhurst heeft gemarteld, en zijn vingers en zijn pik eraf heeft gesneden, dan was dat omdat er in dat dossier iets stond dat hem de kop kon kosten. Misschien iets waaruit bleek dat Darius de rozenmoordenaar is.'

'Waar wil je heen... O, shit. Lisa Darius. Hij kon haar eerst niet te pakken krijgen, omdat hij in de gevangenis heeft gezeten sinds we de lijken hebben gevonden.'

Barrow pakte de telefoon en koos een nummer.