71
Karin stapte het museum binnen, waar ze een afspraak met opzichter Mattias Bergström had. Hij was in de dertig, had een baard en ijsblauwe ogen. Ze had telefonisch de reden van haar bezoek al doorgegeven. Hij stelde voor dat ze in zijn kantoor zouden gaan zitten waar ze ongestoord konden praten. Het kantoor was klein en rommelig met overal kasten, boeken en papieren. Ze gingen ieder aan een kant van zijn overvolle bureau zitten en ze kreeg een kop koffie in haar hand gedrukt, zonder de vraag of ze melk of suiker wilde hebben.
'Dus het gaat hier om de moord op de man in de steengroeve in Slite,' zei hij, meer als een constatering dan als een vraag.
'Ja, klopt. Hij is hier afgelopen weekend kennelijk geweest. De dag daarna werd hij op zijn werk doodgeschoten. We willen nagaan of hij hier iemand heeft ontmoet of dat er iets is gebeurd wat de oorzaak van de moord kan zijn geweest.'
'Bah, wat een akelige geschiedenis. Ik heb gisteren nog met hem gesproken. Hij was hier al verschillende keren op het eiland geweest.'
'O. Kwam hij hier alleen of samen met iemand?'
'Ik geloof dat hij alleen was.'
'Weet u wanneer hij hier voor het eerst was?'
'Ja, dat kan ik wel nakijken.'
Mattias Bergström stond op en trok een archiefkast open.
'We bewaren hier alles over wie hier heeft gelogeerd en wanneer. Ja, we zijn een beetje ouderwets.'
Hij bladerde omstandig door de map.
'Eens kijken. L... van Larsson. Je begrijpt, we houden van iedereen een register bij op achternaam, meer niet. Als we maar een naam hebben, dan kunnen we zien wanneer de betreffende bezoeker hier is geweest, hoelang hij is gebleven en op welke wijze hij hier heeft overnacht, of hij tijdens zijn bezoek alleen is geweest of met andere mensen samen.'
'Op die manier.'
Karin voelde dat ze ongeduldig werd.
'Larsson, ja,' constateerde hij tevreden toen hij eindelijk de naam gevonden had. 'Morgan was hier in 1990 voor het eerst. Daarna is hij nog vele keren terug geweest.'
'O, hoe vaak?'
Mattias Bergström rekende het na.
'Vijf keer, ongeveer om de drie jaar. En altijd op dezelfde datum.'
Karin trok haar wenkbrauwen op, boog wat naar voren.
'Dezelfde datum, zei u. Wanneer dan?'
'Hij is hier op 21 juli gekomen en op 23 juli weer vertrokken. En dat was elke keer zo.'
'Merkwaardig, dat kan toch nauwelijks toeval zijn. Weet u waarom hij precies op die datum kwam?'
'Nee, geen idee. En daar kunnen we natuurlijk over blijven denken tot we een ons wegen. Het is nu helaas te laat om het te vragen.'
'Heeft hier ook ene Peter Bovide overnacht?'
De opzichter pakte een andere map en zocht naar de naam.
'We hebben Anette Bovide en Stig en Katarina Bovide, maar geen Peter.'
'Wanneer was dat?'
'Anette bezocht ons samen met haar man Anders Eriksson in juni drie jaar geleden, en Stig en Katarina hebben het eiland twee keer bezocht. De eerste keer was in augustus 1991 en de tweede keer vorig jaar, in mei.'
'Hebt u een lijst met wie hier de laatste keer tegelijk met Morgan Larsson waren?'
'Jazeker.'
Karin bekeek vluchtig de lijst met namen. Het zei haar niets. Ze vergeleek de lijst met Morgans eerdere bezoeken. Geen enkele naam leek vaker voor te komen.
'Kan ik hier een kopie van krijgen?'
'Een ogenblik.'
Hij stond op en verdween naar een aangrenzende kamer. Na wat geratel en gedreun kwam hij terug met een zwarte kopie.
'Bedankt,' zei Karin toen hij haar het vel papier overhandigde. 'Kunt u mij vertellen wat voor indruk u van Morgan Larsson had en wat hij deed als hij hier was?'
De opzichter leunde achterover en vouwde zijn handen.
'De keren dat ik hem heb gezien was hij altijd alleen. Mij is niets bijzonders opgevallen, behalve dan dat hij vrij introvert leek.' 'Gedroeg hij zich vreemd?'
'Nee, niet direct. Hoewel hij een echt gewoontemens leek te zijn. De ochtend na aankomst verliet hij altijd in alle vroegte het kamp met bepakking op zijn rug, dus ik neem aan dat hij, zoals zovelen hier doen, het eiland rond liep.'
'Hoeveel tijd neemt dat in beslag?'
'Tja, het eiland is ruim dertig kilometer in omtrek, dus niet iedereen loopt het hele eiland rond. Je hebt de keus uit verschillende mogelijkheden. Sommigen beginnen door het bos dwars over het eiland heen te lopen en nemen dan de weg langs het strand weer terug. Anderen beginnen bij de vuurtoren en lopen de kustweg af, slaan aan de andere kant af bij Tarnudden en nemen dan het pad door het bos terug.'
'Als je nu de kustweg rond het hele eiland neemt, hoelang ben je dan onderweg?'
'Negen, tien uur, zelfs als je gewend bent om voettochten te maken. Sommige stukken van het strand zijn lastig te belopen en op een aantal plekken moet je omlopen, zoals bij Säludden, dat een beschermd natuurgebied is.'
'Zijn daar zeehonden?'
'Ja, daar zie je bijna altijd zeehonden. De meeste kans heb je 's ochtends of 's avonds, wanneer ze op de stenen in het water liggen te rusten.'
'Weet u welke weg Morgan Larsson nam?'
'Afgelopen zaterdag ben ik hem vroeg in de ochtend tegengekomen op het pad dat dwars door het bos loopt naar het strand Las Palmas aan de oostkant. En ik weet van anderen dat ze hem tegen de avond hebben zien terugkomen vanuit het zuiden aan de westkant van het eiland. Aangezien hij zo'n uitgesproken gewoontemens leek te zijn, gok ik erop dat hij een van de gebruikelijke routes heeft genomen, die ongeveer zeven à acht uur duren.'
'Kunt u het me op de kaart aanwijzen?'
'Jazeker.'
Opnieuw stond hij op, liep naar een andere kamer en kwam terug met een kaart met daarop de tekst provinciaal bestuur. Hij wees de route aan.
'Als ik morgen dezelfde afstand wil lopen, waar moet ik dan aan denken?' 'Sta vroeg op en neem een stevig ontbijt. Zorg voor lichte bepakking, maar denk eraan dat je voor de hele dag water en eten mee moet nemen. Trek stevige wandelschoenen aan, een korte broek en zet een zonnehoed op. Neem je zwemkleding mee. Het kan vermoeiend worden als het net zo zonnig als vandaag wordt. Aan de zuidkant van het eiland, hier' - hij omcirkelde met een balpen een plek op de kaart - 'is een waterplaats met een pomp, het water daaruit is goed te drinken. Dan ben je ongeveer halverwege en kun je je flessen weer vullen.'
'Bedankt. Wat aardig. Is er nog iets anders dat u over Morgan Larsson kunt vertellen?'
'Ja, er was nog iets wat hij altijd deed. Hij bracht altijd een bezoek aan de kapel.'
'Is er een kapel op het eiland?' vroeg Karin verbaasd, en meteen schaamde ze zich voor haar onwetendheid.
'Ja, die ligt dicht bij het kamp, je komt erlangs als je deze weg neemt. De kapel is altijd open. En als je er vanavond naartoe wilt, om negen uur is er een avonddienst.'
'Bedankt.'
'Mocht je nog meer informatie willen hebben over het eiland, als je de trap op gaat kom je in het museum en de bibliotheek. Voel je vrij om rond te kijken,' stelde de opzichter hulpvaardig voor.
Karin bedankte hem en verliet de kamer.
Ze verheugde zich erop Morgan Larssons voetsporen te volgen.