57
Zondag 23 juli
Knutas zat te wippen in zijn versleten eikenhouten bureaustoel met de van ouderdom glimmende leren zitting. De stoel stond in schril contrast met de rest van de inrichting van de kamer. Het politiebureau was een paar jaar eerder gerenoveerd en had een Scandinavisch uiterlijk gekregen met witte muren en strakke, eenvoudige, berkenhouten meubelen. Maar hij had geweigerd om zijn favoriete stoel weg te doen. Die stoel stimuleerde zijn gedachten. En de pijp die hij op dit moment zorgvuldig aan het stoppen was. Hij stak hem zelden aan, maar het prutsen en plukken aan de geurige tabak leidde zijn gedachten op het goede spoor.
Hoewel het zondagavond was, was hij naar het politiebureau gegaan om de verhoren die dat weekend waren afgenomen door te nemen bij de bemanning van het Russische schip. Het resultaat van de inval was mager geweest, vanuit zijn perspectief gezien. Weliswaar hadden ze honderden liters Russische wodka in beslag genomen en was er een aantal personen opgepakt op verdenking van illegale handel, maar het had niets nieuws opgeleverd wat het moordonderzoek betreft.
De zoektocht naar het wapen ging onverdroten voort. Iedereen die op Gotland woonde en een wapenvergunning had, was gecontroleerd, maar er was geen spoor van de Korovin die bij de moord was gebruikt. De politie wist heel goed dat er zich in de Zweedse huizen een grote hoeveelheid illegale wapenbezit bevond. Om de paar jaar werd er gedurende een aantal maanden amnestie voor wapenbezit verleend. Iedereen kon dan zijn wapen anoniem bij de politie inleveren zonder daarvoor een straf te riskeren. De laatste keer waren er in drie maanden tijd zeventienduizend wapens bij de politie ingeleverd.
Knutas drukte zijn handen tegen zijn voorhoofd. Er was iets structureel fout met het hele onderzoek. Hij kon er maar niet op komen wat.