27
De rest van de middag en het begin van de avond gingen als een wervelende caleidoscoop van indrukken voorbij, die geen van alle lang genoeg duurden om een blijvend beeld in Ginny's brein achter te laten. Mensen - ze had zoveel mensen ontmoet, dat ze op het laatst niemand meer kon herinneren. Daarna had ze in een kleine, wiebelende boot gestaan, met de handen van Steve om haar middel, die haar ondersteunden, terwijl ze een magnum champagne tegen de zijkant van het schip wierp, ze hoorde de toejuichingen vermengd met het gekrijs van de zeemeeuwen en Ginny probeerde opzettelijk om haar geest volkomen leeg te laten blijven.
Tegen de tijd dat het allemaal voorbij was en ze op de terugweg naar San Francisco waren, alle zeilen gehesen zodat het schip over het oppervlak van het water leek te scheren, was Ginny bijna verdoofd door een mengeling van kwaadheid en bezorgdheid.
'Wil je hier aan dek blijven of teruggaan naar de kajuit en nog wat champagne drinken ?' Hoe kon hij zo kalm doen, zo zakelijk praten ? Alsof... alsof...
In een plotselinge aanval van woede keerde Ginny zich naar hem toe en wenste intussen dat ze niet zo'n hoofdpijn had.
'Ben je geslaagd in dat wat je van plan was te doen? Heb jij dan helemaal geen geweten? Champagne! Ik heb zoveel champagne gehad, dat mijn hoofd een gevoel heeft of het zal splijten en je hebt me nog steeds geen verklaring gegeven voor je gedrag van vandaag - de manier waarop je mij erin hebt laten lopen.'
De stem van Steve werd harder en hij pakte haar polsen in een greep, die haar ineen deed krimpen.
'Wanneer je van plan bent om nu een scène te maken, Ginny, dan kunnen we beter teruggaan naar de kajuit. Dan kun je daar je verklaring krijgen - als je zeker weet, dat dat alles is wat je wilt.'
Ze zou hem geslagen hebben, als hij niet nog steeds haar polsen had vastgehouden en haar met zich mee sleurde op zijn typerende eigenmachtige wijze. En Ginny had de tijd om zich af te vragen, toen hij haar als het ware in een stoel gesmeten had en begonnen was om twee glazen champagne in te schenken zonder een woord te zeggen, waarom haar gevoelens voor Steve altijd in zo'n toestand van hevige beroering verkeerden. Ze had hem liefgehad, hem gehaat, en gedacht dat ze hem opnieuw liefhad. En nu - nu was ze nergens zeker van!
'Hier, drink je champagne. Een glas méér zal je geen kwaad doen en misschien verdwijnt dan die knorrige uitdrukking van je gezicht. Ik dacht dat je van verrassingen hield, Ginny. Dat heb je me gisteren nog gezegd.'
'Ik wéét wat ik gisteren gezegd heb! En wat jij gezegd hebt. Maar vandaag - waarom, Steve? Wat probeer je te bewijzen? Hoe komt het...'
'Ik dacht dat dat wel duidelijk was. Ik heb geprobeerd je te overtuigen, dat ik een maitresse kan onderhouden - zelfs wanneer ze toevallig de dochter van tsaar van Rusland is.' Tegenover haar verblufte stilzwijgen, maakte hij spottend een halve buiging, dronk haar toe met zijn champagneglas vóór hij het leegdronk. 'Nu ik erover denk, is de situatie toch nog al ironisch, vind je niet? Is dat het, waar je over in zit, mijn lief? Maak je geen zorg - we zullen er beiden wel aan wennen. Tenslotte is het niet alsof we vreemden voor elkaar zijn en weet hoe goed je je kunt aanpassen. Ik herinner me in feite een gelegenheid, waarbij je me zei, dat het een ambitie van je was om zoveel rijke minnaars te krijgen als je maar hebben wilde. Je wilt me nu toch zeker niet vertellen, dat je van gedachten veranderd bent?'
'Hij haat me echt,' dacht Ginny dof. 'Hij wil me alleen maar hebben omdat hij me nog meer wil kwetsen dan hij al gedaan heeft. Om me zijn maitresse te maken met inbegrip van het idee, dat ik niets anders ben dan een duur-betaalde hoer ... Oh, ik kan het niet uitstaan!'
Maar hij zou het haar laten verduren - had hij al niet getoond hoe weinig scrupuleus hij was? En was het nodig, dat zij zich herinnerde hoe zwak zij was? Zoals nu, op ditzelfde ogenblik - durfde zij zijn ogen niet te ontmoeten omdat ze bang was, dat hij maar al te gemakkelijk kon lezen wat ze in gedachten had. En als hij haar ook maar even aanraakte - als hij, in plaats van daar midden in de kamer te staan, wijdbeens, en haar bestudeerde met die wrede en toch vreemd nieuwsgierige blik - haar maar even in zijn armen zou nemen ... O, nee! Steve verachtte zwakheid. Ze had hem in de eerste plaats geïntrigeerd, omdat ze nooit opgehouden had hem te bevechten, hem te dwingen haar als een individu met eigen rechten te zien. Nu moest ze niet toegeven.
'En?' hoorde ze hem zeggen en toen met die sardonische aanstellerige stem: ik moet zeggen dat het nauwelijks complimenteus is, dat jij in dagdromen wegzinkt, wanneer ik probeer om de zaken tussen ons te effenen. Of zat je te denken, welke uitvluchten je moet verzinnen voor je echtgenoot, wanneer die uit Sacramento terugkomt?'
Eindelijk hief ze haar hoofd op en keek hem een beetje verwilderd aan, haar ogen glansden met de schittering van de smaragd, die ze tussen haar borsten droeg.
'Sacramento? Maar hoe wist jij dat? Hij heeft mij zelfs niet gezegd waar hij heen ging.'
Het gezicht van Steve leek plotseling gesloten en kil, alsof er een houten rolluik voorgerold was. Maar zijn stem bleef onveranderd.
'Wat onattent van hem, dat is vast! Vertelt hij je ooit waar hij heen gaat of hoe lang hij denkt weg te blijven?'
Zij verbeeldde zich dat er iets waakzaams in zijn ogen was en ze trilde van boosheid, die haar zelfs haar hoofdpijn een ogenblik deed vergeten.
'Waarom stel je mij die vragen? Wat gaat het jou aan?'
'Maar schattebout, alles wat jou aangaat, gaat mij ook aan - natuurlijk! Wat is er aan de hand? Maakt het je in de war wanneer wij over jouw echtgenoot spreken? Kan het zijn, dat je werkelijk enige schuld voelt?'
Hij leunde met zijn schouder tegen de lambrizering en bekeek haar alsof ze een vreemdelinge was.
'Jij bent de enige vrouw die ik gekend heb, die mijn geduld zó op de proef kan stellen. En me mijn humeur laten verliezen in die mate, dat ik bijna mijn gezonde verstand verlies! Godzijdank zijn we niet langer getrouwd - op deze manier, als minnaars, kunnen we het beste uit ons verleden nog bewaren! Je bent altijd een opwindende en ongeremde maïtresse geweest, Ginny. Wanneer ik met jou in bed lig, vergeet ik helemaal wat een intrigerende, trouweloze teef jij bent. Het is een opluchting, dat dat nu een zaak voor jouw echtgenoot is.'
'O, mijn God! Jij bent ook helemaal niet veranderd, is het wel? Jij bent nog steeds even wreed en even zelfzuchtig en even gewend om je zin te krijgen, ongeacht wie je daarvoor onder de voet moet lopen! Waarom heb je me hier gebracht? Was het om me dit alles te zeggen? Om je zo op mij te wreken?'
'Wreken?' Hij trok een wenkbrauw op en zijn stem werd bijtend. 'Waarom zou ik me op jou willen wreken ? We zijn beiden gelukkig ontsnapt, jij en ik, want vermoedelijk zouden we een ellendig kat-en-hondbestaan geleid hebben, als we aan elkaar gebonden waren gebleven. Geloof me, ik ben je bijna dankbaar dat je je hersens gebruikt hebt en de grote kans gegrepen hebt, toen die zich voordeed. Een prinses verdient een prins - en jij, mijn liefste, gloeit als een juweel in de goede zetting. En omdat jouw man zo dikwijls op reis is, zullen we zeeën van tijd hebben om onze ... kennismaking te vernieuwen. Waarom houd je niet op met pruilen en geef je de waarheid toe van wat ik gezegd heb? Ik heb je tenslotte toch niet hoeven te verkrachten.'
'O, houd op!' Ginny sprong overeind als een opgejaagd dier, haar tot vuisten gebalde handen in haar zij. 'Hoe kun je zo ... zo koelbloedig praten? Waarom blijf je me steeds kwellen? Jij begrijpt het niet! Je hebt me niets verteld, waarom je besloot hier te komen; waarom je zulke risico's wilde lopen, zowel met je eigen leven als met... met mijn reputatie! Ja, je kunt lachen. Wat kan het jou tenslotte schelen? Jij weet niet hoe Ivan is, maar jullie hebben één ding gemeen, jij en hij - jullie hebben allebei totaal geen geweten of scrupules! Hij zal je laten vermoorden en wanneer hij ontdekt, wie jij bent...'
Met lange passen als van een tijger, stak Steve de kleine ruimte over die hen scheidde, zijn vingers grepen in Ginny's schouders; hij schudde haar licht heen en weer als om haar te tonen hoezeer hij haar plotselinge hysterie verachtte.
'Denk je dat ik bang voor hem ben? Of van zijn gehuurde geweldenaars? Of ben je misschien bang om hem? Ik houd er niet van, Ginny, om kwijt te raken wat van mij is en ik heb de tijd niet gehad om genoeg te krijgen van jouw hartstochtelijke lichaampje vóór hij jou wegtoverde. Ik besef wel, dat geen enkele man jou geheel en al zal bezitten, omdat het niet in jouw aard ligt om trouw te zijn, evenmin als in de mijne. Ik geloof dat we daarom altijd zo goed met elkaar hebben kunnen opschieten - althans in bed! Zeg me nou niet, dat je in dit late stadium hypocriet geworden bent.'
Hij trok haar tegen zich aan en kuste haar. Maar na haar eerste, bijna gedachteloze overgave begon Ginny zich te verzetten. Ze begreep niet helemaal waarom - misschien was het wegens zijn verachtende, snijdende woorden of misschien omdat hij haar kuste alsof hij haar haatte; het was het soort kus die een man aan een hoer zou geven, die eerst weerzin gepretendeerd had maar eindelijk had toegegeven. Hij mocht haar dan al begeren, maar hij verachtte haar ook - dat had hij wel duidelijk gemaakt.
'Niet doen - niet doen!' fluisterde ze buiten zichzelf en wendde haar hoofd af. 'Alsjeblieft, Steve! Ik voel me niet goed, mijn hoofd doet zo'n pijn.'
'Christus!' Hij liet haar zo plotseling los, dat ze achteruit stommelde en tegen een stoel bleef staan. 'Ben je nu ook nog een hypochonder geworden? Blijft je man daarom zo dikwijls van je weg? Goed, Ginny, ik zal me niet aan je opdringen, als de gedachte daaraan je zo van streek maakt, dat je er hoofdpijn van krijgt.'
Ze liet zich in de stoel vallen en drukte haar vingers tegen haar slapen, haar gehele lichaam begon te huiveren en de stem van Steve, die plotseling iets menselijks gekregen had, scheen van heel ver weg te komen.
'Ginny! Mijn God - wat is er? Ben je echt ziek? Was het de champagne?'
'Mijn ... ik moet een hoofdpijnpoeder hebben ... alsjeblieft, alsjeblieft, ik kan de pijn niet verdragen! In mijn ... ik had er een in mijn reticule.'
Zonder een enkel argument, zonder een ander woord, behalve die, welke hij ook gebruikt zou kunnen hebben tegen een vreemde vrouw die hem in verlegenheid gebracht had door plotseling ziek te worden, bracht hij haar wat ze nodig had. De poeder - een glas koud water - en daarna, niettegenstaande haar gesmoorde half uitgesproken protesten, droeg hij haar naar het bed.
'Lig stil, in 's hemelsnaam! Ik zal je niet aanvallen! Hoe lang duurt het vóór die poeder begint te werken?'
ik ... ik kan niet denken. Het is er een van die jij mij gestuurd hebt. Die van Ivan zijn sterker, maar hij heeft er maar vier voor me overgelaten - tot hij terugkwam, zei hij. Ik weet niet wat er met me gebeurt! Maar graaf Chernikoff zegt, dat het gewoon zenuwen zijn.'
'Ginny ...' Ze dacht - ze verbeeldde zich - dat hij zuchtte. 'Doe je ogen dicht. Houd op met nadenken, als je dat kunt.' En het moest vast haar verbeelding geweest zijn, dat ze dacht dat ze hem bij zich zelf hoorde zeggen: 'Het spijt me. Ik liet mijn driftbuien weer de overhand krijgen.' Steve maakt nooit excuses, dat moest ze dus natuurlijk gedroomd hebben.
Later, toen ze tot de werkelijkheid terugkeerde, zag ze dat het donker was en voelde zij zich ontspannen en veel sterker.
Steve zat aan de tafel, de fles champagne was verwisseld voor een kristallen karaf die half gevuld was met een geelbruine vloeistof. Zijn ogen vingen de hare op en hielden die vast. Waarom had hij haar zo intens gadegeslagen? Hij zat met gefronste wenkbrauwen, maar zijn stem klonk, toen hij overeind kwam en op haar toeliep, volkomen onpersoonlijk.
'Voel je je beter?'
'O ja, dank je wel.'
Wat klonk dat belachelijk formeel!.
'Voel je je goed genoeg om een paar vragen te beantwoorden?'
Haar ogen gingen wijd open. Dat was het laatste, dat ze verwacht had, vooral van Steve.
'Vragen, alweer?' zei ze en vroeg zich af waarom hij bleef staan om op haar neer te kijken; het zwakke licht achter hem maakte dat uit zijn gezicht niets viel af te leiden.
'Ja, vragen!' Zijn stem had weer de bekende, halfsarcastische toon, waarmee ze maar al te vertrouwd was en dat hielp haar om zich tegen hem te wapenen. 'Kijk niet zo, Ginny. Ik ga niet in een zeemonster veranderen om je aan te vallen. Maar vóór ik je terugbreng, vind ik dat er een paar dingen zijn, die we omtrent elkaar moeten ontdekken. Wanneer we die uit de weg kunnen ruimen, kunnen we misschien een vlottere en minder ingewikkelde betrekking tot elkaar krijgen. Wie weet, misschien eindigen we zelfs als vrienden.'
'Zoals jij en Concepción, veronderstel ik?' Ze kon de stekelige opmerking niet weerstaan en ze zag zijn lippen vertrekken in een halve grijns.
'Ja ... zoiets.'
Hij ging naast haar zitten en deed net of hij haar instinctmatige verstijving niet opmerkte.
ik vertrouw jou niet,' zei ze eerlijk. 'Hoe kan ik dat ook? Van het begin af heb je me bedrogen en voorgelogen. Je hebt voorgewend ...'
'Verdomme! Ik probeer niet opnieuw mijn humeur te verliezen. Zie je dan niet dat ik juist bezig ben om daar een eind aan te maken ?' En toen, plotseling, de vraag die haar deed opschrikken doordat ze hem in het geheel niet verwacht had. 'Houd jij van die nieuwe echtgenoot van je? Heb je hem daarom getrouwd?'
Ginny gaf antwoord zonder na te denken.
'Nee! Nee - ik mag hem zelfs niet! Dat heb ik nooit gedaan, van het begin af. Maar hij - ik herinner me zelfs niet hoe het gebeurd is, daar! Er was Carl - en daarvóór de schok door wat ze me verteld hadden. Ik weet niet precies hoe ik aan boord van dat schip gekomen ben - ik herinner me zelfs niet hoe we getrouwd geraakt zijn! Dat gebeurde toen graaf Chernikoff me medicijnen gaf, omdat hij zei, dat ik nog steeds leed onder de gevolgen van de schok ...'
Het was raar om dit alles zo maar aan Steve te vertellen. Het gevoel te hebben, dat, omdat hij aandachtig zonder enige emotie luisterde, haar af en toe op weg hielp, hij iemand was die ze nauwelijks kende.
'Probeer jij me te vertellen, dat je in dat huwelijk verlokt bent? Precies zoals Hoskins jou in zijn greep lokte? Prins Sahrkanov moet wel dolverliefd op je zijn geworden in de korte tijd, dat jullie elkaar kenden! Ten eerste: jouw kapitein wordt dood in een kelder aangetroffen met een afgesneden keel; en het volgende dat men van je hoort, is, dat je op weg naar Amerika, met een Russische prins. Zijn vrouw. Hij moet wel erg ongeduldig geweest zijn om je tot de zijne te maken en ik veronderstel, dat toen jij het eenmaal ontdekt had, besloot om er maar het beste van te maken? Is het zó gegaan?'
Ginny ging recht overeind zitten en staarde hem met felle blikken aan.
'Jij bent helemaal geen lijfwacht van Sam Murdock, is het wel?' zei Ginny plotseling. 'Hij heeft me verteld dat hij je vader nog gekend heeft en dat hij bevriend is met jouw grootvader - hoe heb je hem kunnen overhalen om jou te helpen bij je schandalige plannen? Hoe kon jij dit schip een andere naam geven, juist als een gril?'
'O, Ginny! Wat heb jij toch een afdwalende geest! Zoals je je zult herinneren, heb ik je al eerder gezegd dat een van de redenen waarom ik hier ben, mijn nieuwsgierigheid was om te ontdekken hoe het met je gegaan was. En toen ontdekte ik dat je nog niets van jouw aantrekkelijkheid voor mij verloren had. Kom nu ...' zijn stem veranderde, werd harder, ongeduldiger. 'We moesten liever opschieten vóór ze reddingsploegen uitsturen om je te zoeken. Wanneer we hier blijven, zou ik je alsnog kunnen verkrachten.'
Ze huilde bijna van woede en onmacht.
'Is dat alles wat je te zeggen hebt? Jij moest alles over mij ontdekken, wat er maar te ontdekken viel - zelfs over mijn vader en Ivan. En jij, jij vertelt me niets!' Haar vingers probeerden het zware juweel rond haar hals weg te trekken. 'Hoe heb je dit kunnen betalen? Heb je het gestolen of heb je het alleen maar geleend voor deze gelegenheid? En die opalen ...'
'Vroeger kon ik het niet betalen om jou kostbare snuisterijen te geven maar nu wél. Zie je, ik ben ... gelukkig geweest met speculeren. Voor de eerste keer in mijn leven bevind ik mij in een positie van geheel rechtmatig verkregen rijkdom. Sam Murdock en ik zijn tussen twee haakjes deelgenoten. Bevredigt dat jouw nieuwsgierigheid?'
Deze keer was het schip recht de baai binnengevaren en lag gemeerd aan een van de steigers van dat gedeelte, dat bekend stond als de Embarcadero.
Ginny was hier vroeger al eens heen gereden om de schepen te zien en de zoute zeelucht op te snuiven, die gemengd leek te zijn met alle kruiderijen, die uit het Verre Oosten hierheen gebracht werden. Overdag was hier een en al activiteit; het geroep van de dokwerkers en de zeelieden, het kraken van het hout van de schepen en het ratelende gegier van de windassen, als de lading aan land gebracht werd.
Maar 's avonds - hoe stil was het nu, wat een contrast. En het was bovendien vrij koud geworden. Ginny was blij met de warme zijden en fluwelen mantel, die Steve om haar schouders geslagen had en die hij ook te voorschijn gehaald had uit de ruime hangkast in de kajuit, die ze enkele minuten eerder nog gebruikt hadden.
'Ik vermoed, dat ik je niet tot zó laat had moeten ophouden, maar je bent in slaap gevallen, alsof iemand je een dreun op je hoofd gegeven had. Hoe lang neem je die poeders al, Ginny? Heb je er enig idee van wat er in zit?'
'Al wat ik weet is, dat ze maken dat ik me ... ze verdrijven mijn hoofdpijnen en maken me sterker. Wanneer ik ze niet inneem, dan begin ik me zó ziek te voelen - waarom kijk je me op die manier aan?'
'Vroeger kreeg je nooit hoofdpijn, behalve wanneer je te veel gedronken had. En ik herinner me, dat je huid een gouden perzikkleur had - over je hele lichaam. Kom je nooit meer in de zon?'
Ze maakte zich kwaad over zijn voortdurende gevraag en hij kon haar opstandige gedachten aanvoelen. Ze voelde de greep op haar schouder verstevigen en hij liet een kort, tamelijk rauw gelach horen.
'Je bent althans niet vergeten, hoe je moet redetwisten! Of om uitvluchten te verzinnen voor je gedrag. Ik hoop, dat je een aannemelijk verhaal klaar hebt om je ouders te vertellen, wanneer je thuiskomt - of zal ik met je meegaan en het uitleggen?'
'Uitleggen ...' Ze werd helemaal bleek. Wat moest ze in 's hemelsnaam zeggen? En als Ivan teruggekomen was, zou het alleen maar erger zijn. Ja, hoe moest ze haar lange afwezigheid verklaren - de verandering van haar toilet?
Steve bundelde haar al in het rijtuig, dat uit het niet te voorschijn was gekomen, de paarden werden door dezelfde man geleid, die hen uitgereden had.
'Hebt u prettig gezeild, meneer? Ik neem aan, dat u wilt, dat ik nu rijd?'
De mantel had een capuchon, die Steve heel galant over haar verwaaide haren schikte.
Hij zat naast haar, veel te dicht; uit gewoonte liet hij zijn arm om haar middel glijden toen ze wegreden.
Ginny wendde zich tot hem, haar gezicht een witte vlek in de duisternis.
'Het is allemaal goed en wel om over verklaringen te praten, maar als je met mij het huis binnenkomt, zou mijn vader... ik geloof, dat hij zelf je zou neerschieten! Jij bent degene die zo uitgeslapen is voor bedrog, waarom verzin jij niet iets?'
Ze had het gevoel, dat hij niet echt naar haar luisterde. Dat hij alweer aan iets anders dacht. Zijn stem klonk afwezig.
'Zeg hun, dat je bij Sam geweest bent - wasje dat oorspronkelijk ook niet van plan? En maak je geen zorgen: je man is nog niet terug. Ik vermoed, dat zijn zaken een beetje meer tijd in beslag nemen dan hij verwacht had.'