18

'Ik geloof, dat ik me dat allemaal verbeeld,' dacht Ginny wild. Er moest iets in de wijn gezeten hebben. Ze sloot haar ogen met verwarde onsamenhangende gedachten, die door haar brein spookten. Het leek eenvoudigweg onmogelijk! En de armen van Steve hielden haar op zo'n stijve formele manier, alsof ze juist aan elkaar waren voorgesteld. Het was onmogelijk ...

Bijna bang deed Ginny haar ogen weer open en deze keer voelde zij zijn armen steviger om haar heen, terwijl ze struikelde omdat haar voeten het begaven. Haar adem ging zó onregelmatig en ze voelde zich zó duizelig, dat ze geen woord kon uitbrengen toen ze hem in de ogen keek.

'Voel je je wel goed - prinses?' Behalve de licht spottende intonatie die hij aan het laatste woord gaf, klonk zijn stem koel onbewogen. 'Wil je niet liever gaan zitten?'

'Steve!' Haar lippen vormden zijn naam, maar er kwam geen geluid uit.

'Wil je niet liever gaan zitten ? Het spijt me als mijn plotselinge verschijning hier je van streek gemaakt heeft, maar ik vrees dat ik me niet met goed fatsoen onder de andere gasten kon mengen, voor het geval je vader het idee zou krijgen om zich die grote premie te besparen die hij voor mijn... eh, verdelging heeft uitgeloofd.'

Ginny bleef hem aanstaren, zich ternauwernood bewust van het belang van zijn woorden. Al wat ze opmerkte, was, dat ze plotseling geheel alleen waren en dat in de stem van Steve de oude, sarcastische stembuiging klonk, die ze eens zo gehaat had. Waarom kon ze niet spreken - of bewegen?

In plaats daarvan: 'Hij is hier, hij is hier!' bonsde het in haar hoofd, dat verder alles buitensloot; en toen ze op haar voeten wankelde, ving Steve haar op, sloeg een arm rond haar middel. Plotseling leunde ze tegen hem aan en vroeg zich vaag af, waarom hij haar niet steviger vasthield, waarom of hij nog niet begonnen was haar te kussen.

Maar het zag er naar uit dat hij dat helemaal niet van plan was - en dat hij haar niet in zijn armen genomen had omdat hij dat wilde, maar omdat hij bang was dat ze zou flauwvallen.

Nog steeds duizelig voelde Ginny hoe ze, geheel onpersoonlijk, neergezet werd op een buitengewoon harde stenen bank. En Steve hield een glas met iets kouds aan haar lippen.

'Hier - ik ben bang dat dit alles is, wat ik kan vinden, dus je moet het er maar mee doen. Christus, is het weerzien van mij in levende lijve werkelijk zo'n schok?'

Ze verslikte zich in de wijn, maar slikte die door vóór die in haar hals droop. Onbewust, terwijl ze het lege glas van zich afduwde, had Ginny's zachte mond een hardere uitdrukking aangenomen, die voor haar ongewoon was. Een nogal cynische uitdrukking. Haar ogen, toen ze die van Steve weer ontmoetten, hadden iets van de glazige blik verloren, ofschoon ze nog steeds ongewoon groot en briljant waren.

Hij kon haar terugtrekkende beweging voelen, waar ze nog maar enkele seconden geleden haar bevende lichaam zacht en hulpeloos tegen het zijne gevleid had. Hij had al zijn zelfbeheersing nodig gehad om geen munt te slaan uit haar zwakheid, om haar lichaam tegen het zijne te drukken en haar zacht te horen huilen, terwijl haar hoofd achterover ging, haar lippen zich openden in afwachting van zijn kussen. In plaats daarvan had hij haar laten zitten en toen hij haar de wijn gaf, maakte hij van de gelegenheid gebruik om zelf ook een glas naar binnen te slaan. En nu, terwijl hij weer naar haar koude, uitdagende gezicht keek, trokken de zwarte wenkbrauwen van Steve zich samen in een onwillekeurige frons, terwijl hij de woede en bitterheid weer voelde opkomen, waarvan hij dacht dat hij geleerd had, dat ze hem niet meer zouden overheersen.

Daardoor klonk haar stem rauw, ofschoon ze niet wist waarom; ze stak haar kin naar voren met dat koppige gebaar, dat hij zich maar al te goed herinnerde.

'Voel je je nu beter?' En toen, nog vóór ze kon antwoorden: 'Vind je het goed, wanneer ik even naast je ga zitten?' Hij liet zich naast haar neervallen, stak zijn lange benen voor zich uit en Ginny had alle mogelijke moeite om hem niet aan te raken. Hoe kon hij doen alsof ze vreemden voor elkaar waren? Hoe kon zij?

'Wat doe jij hier? Waarom ben je gekomen? En meneer Murdock ...'

'Dat is een verdomd fijne manier om een oude kennis te ontmoeten, is het wel, prinses?' teemde hij, waarbij één wenkbrauw hatelijk omhoog ging toen zijn kille ogen op haar bleven rusten.

'O!' Bij de smaad in haar stem werd de zijne kalmerend en wekte op een of andere manier nog meer haar woede op.

'Luister - ik ben niet hier gekomen om met jou te ruziën. Wat heeft het voor zin? En ik maak mijn excuses voor mijn ruwheid. Je kunt het geloven of niet, maar ik ben niet hier gekomen om de dingen voor jou te ruïneren, evenmin om in je nieuwe leven tussenbeide te komen.' Hij keek haar recht aan en haalde zijn schouders op, zijn gezichtsuitdrukking was ondoorgrondelijk en bij zijn effen, onverschillige woorden voelde Ginny een voortkruipende kilte van haar brein naar haar borst.

ik geef toe dat ik boos was, jaloers zelfs - dat wil zeggen: in het begin. Maar later toen ik tijd genoeg gehad had om na te denken, verdomme, Ginny, ik geloof dat we elkaar voor de gek gehouden hebben en dachten dat het zo kon blijven. Oorlogen en gevechten hebben de neiging om de dingen uit hun perspectief te halen, vooral wanneer je alleen maar van dag tot dag leeft. En wat had ik je eigenlijk aan te bieden ? Een bed onder een kar, een hoop gedoe rondom, ik kan het je werkelijk niet kwalijk nemen dat je de kans hebt aangegrepen om er beter van te worden. Ik vermoed dat ik zelf precies zo gedaan zou hebben. En nu ik je zie, in de goede kleren, tegen de juiste achtergrond, besef ik hoe gek ik was om je weg te halen uit dat wat je gewend was.' Ze zweeg, ze wilde huilen, ze wilde het uitschreeuwen om die vlakke, ongeëmotioneerde stem af te wijzen, terwijl hij voortging: 'Wat ik werkelijk probeer te zeggen is, dat ik me verwijten maak, dat ik je hele leven geruïneerd heb en ook voor de slechte tijden, die ik je bezorgd heb. En ik voel me min of meer verantwoordelijk om te verzekeren, dat alles nu in orde met je is, hoe gek dat ook mag klinken.'

Ze kon het niet verdragen nog langer te luisteren. Haar stem werd weer ademloos, toen ze boos uitriep: 'O, houd op! Ga niet verder. Zoals je zelf zei, het is niet nodig. En wat betreft de ... de ... nou, je kunt zelf zien hoe ik ben, is het niet? Je hebt me zo'n schok bezorgd ..En toen, ze pakte het eerste excuus aan dat in haar brein opkwam: 'Wanneer werd je een van de lijfwachten van meneer Murdock? Hoe heb je ..

Hij lachte kort.

'Ik ben blij te zien, dat je je zó snel kunt herstellen uit een shocktoestand, prinses. En wat mijn aanwezigheid hier betreft - Ik moet toegeven, dat het van mijn kant gedeeltelijk nieuwsgierigheid was en gedeeltelijk ook, omdat ik - om het plat te zeggen - iets te doen moest hebben, omdat de oorlog voorbij is. Ik ken Sam Murdock al een hele tijd en hij betaalt goed. Het is het soort werk waar ik goed in ben, zoals zelfs jij zult toegeven!'

'Je revolver verhuren, wanneer het niet nodig is - je vindt het gewoon plezierig om je huis te riskeren, is het niet, Steve Morgan ? Of heb je soms niet gehoord dat de helft van de premiejagers in het land achter je aan zitten?' Nu flitsten haar ogen boos, haar wangen vertoonden een lichte blos. 'Ik wou dat ik wist wat je werkelijk van plan bent! Wat is er met jou, dat je de moeilijkheden moedwillig zoekt?'

Plotseling, terwijl de muziek aan de andere kant van de muur luider werd, en er geschreeuw en opgetogen 'Ole's' van aanmoediging weerklonken, doemde in de geest van Ginny het beeld van Concepción op en luidkeels hijgde ze: 'Concepción! Waarom heb ik dat niet eerder geraden? Zij is nu je maitresse, is het niet? Jij bent hier om bij haar te zijn ... die ... die ...'

'Beste prinses, je was toch niet echt van plan om die ondamesachtige taal te gebruiken, waar je vroeger zo dol op was?'

Hij had de brutaliteit om haar spottend aan te grijnzen, terwijl hij zijn lange benen behaaglijk over elkaar sloeg.

Eén ogenblik waren ze terug in het verleden, terwijl pure woede door Ginny's aderen schoot, die haar deden verlangen om haar nagels te gebruiken op dat donkere gezicht van hem. Ze had inderdaad haar hand al opgeheven, de vingers gekromd, toen hij haar pols greep.

'Voorzichtig, prinses. Of ben je vergeten dat je nu een andere echtgenoot hebt?'

Zijn woorden, op die sarcastische toon, hadden de uitwerking van een klap. Ginny voelde al het vuur en alle kwaadheid in haar naar buiten komen en ze staarde hem aan, bijna alsof ze het niet kon geloven. Hoe kon ze dat vergeten hebben? Al die maanden met hen beiden, al die wanbegrippen - en nu, hij deed werkelijk alsof hij blij was dat zij hem niet meer tot last was. Haar handen vielen terug en met het ophalen van zijn schouders liet hij haar pols vallen.

'Waarom laten we Concepción er niet buiten ? Zoals je me zo pas herinnerd hebt, zijn we heel lang vrienden geweest, zij en ik. Maar ongelukkig genoeg ben ik nog niet zo lang in deze buurt geweest om veel oude vriendschappen te vernieuwen. Ik ben op reis geweest, eigenlijk ben ik juist teruggekomen van Virginia City en ik ben duivels moe. Maar toen ik hoorde, dat jij hier was door een toevallige samenloop ...'

Of ze nu de gedachte haatte of niet: zij kende Steve. Had hem gekend. De manier waarop zijn gedachten konden werken - hoe volslagen gewetenloos hij kon zijn wanneer hij achter iets aanzat. Ze geloofde ook niet, dat zijn aanwezigheid hier een zuivere coïncidentie was.

Maar nu was Ginny langzamerhand zo moe, dat ze bijna niet meer kon denken. Ze was de hele avond al gespannen geweest en de laatste twee uur waren het alleen maar de boosheid en de schok geweest, die haar overeind gehouden hadden. Nu, plotseling, had ze een gevoel of ze leeg was. Emoties - gevoelens - zelfs verdriet.

'Waarom je dan ook werkelijk hier bent, Steve, ik vermoed, dat ik dat vroeg of laat wel zal ontdekken. En nu, wanneer je me wilt excuseren: ik ben werkelijk erg moe. Mijn hoofd doet zo'n pijn.'

O, mijn God, wat ben ik moe, wat ben ik ziek! Maar ze probeerde op te staan, ze moest een poging doen om normaal te lijken. Zonder te weten dat ze dat gedaan had, sloot Ginny haar ogen. Even later voelde ze ruwe, ongeduldige handen op haar schouders.

'Ginny, in 's hemelsnaam, wat mankeer je?'

Ondanks de bittere en teleurgestelde boosheid die in hem woedde, kon Steve er niets aan doen dat hij schrok van haar plotselinge bleekheid; de tegenstelling tussen haar uiterlijk nu en dat van enkele ogenblikken geleden was enorm. Hij schudde haar lichtjes om haar weer tot leven te brengen, hij bedwong nog steeds de neiging om haar in plaats daarvan in zijn armen te nemen, haar te kwetsen, haar te straffen omdat ze zo'n wispelturige, oppervlakkige teef geworden was.

'Ginny. Verdomme ...'

Waarom schreeuwde hij haar toe? Waarom was zijn stem zo rauw en zo hatelijk? Ze probeerde zich aan zijn ruwe greep te onttrekken.

'Schei uit! Waarom laatje me niet met rust? Waarom moest je terugkomen? Ik ben niet langer jouw verantwoordelijkheid, ik ben niet je ... ik ben niets voor je. Ik wil naar bed. Als ik maar mijn medicijn voor die hoofdpijn kon krijgen ...'

Ze hoorde hem zacht en heftig vloeken, binnensmonds, en zij vroeg zich af waarom hij zo kwaad op haar was. En het volgende ogenblik voelde ze dat ze opgetild werd, in zijn armen genomen, waarbij haar hoofd nolens volens tegen zijn schouder lag.

'Nee! Ik wil niet...'

'Je hebt zelfs de kracht niet om te vechten. Maar maak je geen zorgen, prinses. Ik ben niet van plan om je te verkrachten, wanneer je daar soms bang voor bent.'

Ze wilde antwoorden dat ze niet bang was - dat het haar niet langer kon schelen, wat er met haar gebeurde - maar haar tong was te zwaar, evenals haar ogen. En hoe dan ook, op de meest vreemde en tegenstrijdige wijze was het prettig om weer in zijn sterke armen te liggen, zelfs al was Steve dan boos. Ze herinnerde zich hoe hij haar de met een loper bedekte trap had opgedragen van het liefdeshuis van Lila in El Paso en hoe ze hem bevochten en gehaat had. Maar nu was ze te moe voor wat dan ook - voor angst, voor ongeluk, zelfs voor haat.

Delia liet een kreetje van schrik horen toen de deur zonder plichtplegingen opengetrapt werd en een lange, gebaarde man, gekleed in het zwart, met een revolver die nauwelijks verborgen werd door zijn jas, haar meesteres de kamer indroeg.

'Haal die sprei van het bed. En schei uit met net te doen alsof je door een slang gebeten bent. Zij - de prinses, voelt zich niet al te goed, Weet je zeker, wat je doen moet?'

'Maar ...' De blauwe ogen schenen donkerder te worden en Delia slikte eens. 'Ja, meneer. Ze moet wat tonicum hebben. Dat maakt haar altijd een heleboel beter en het is al lang geleden, sedert ze een hoofdpijnpoeder genomen heeft. Ik kan nu wel voor haar zorgen, meneer.'

Hij liet haar verbluffend zacht op het bed zakken en Ginny opende haar ogen en knipperde tegen het lamplicht.

'Steve ...?' begon ze te zeggen, maar haar stem klonk onduidelijk en bijna onsamenhangend. En hij keek nog steeds naar Delia.

'Ik denk dat je haar nu beter eerst dat medicijn kunt geven waarover je het had. En wanneer er iets gevraagd wordt - ik werk voor meneer Murdock. Die heeft me hierheen gestuurd.'

'O nee, meneer! Ik zal geen woord zeggen tegen wie dan ook. Juffrouw Ginny zou dat helemaal niet prettig vinden. Ik zou het trouwens toch nooit doen.'

'Slaap lekker, prinses.'