25
Ze bleef zich voorhouden, dat ze droomde. Dat ze een nachtmerrie had. Ze ging met enige moeite rechtop zitten en voelde de matras onder haar gewicht inzakken. Buiten haar wil, drukten haar vingers tegen haar slapen. 'Nee! Je probeert om te ...'
'Ik probeer niet om iets te doen, in godsnaam. Behalve enige verstandige taal te spreken. Jij bent in de markt, liefje, en ik wil wel kopen. Wat wil je? Juwelen? Een discreet appartement voor je zelf? Een bankrekening? Wanneer ik geen bod doe, zal een ander het zeker doen. En ik heb liever geen intermediair, zoals jouw echtgenoot bijvoorbeeld. Wat zeg je daarop?'
Maïtresse! Hij wilde dat zij zijn maïtresse werd, notabene! Hij vróég het haar, in plaats van het tot een hard feit te maken door harde gebruikmaking van zijn lichaam, zoals hij dat in het verleden gedaan had. Maar de gedachte was monsterlijk - nu schoten er pijnscheuten door haar slapen, die haar verzwakten.
'Je bent helemaal gek. Ik ben niet te koop. Als Ivan het wist, alleen maar dit zelfs ...'
'Zou hij me dan voor een andere Frank Julius houden, denk je? Of een kalfachtige, verliefde jongen? Wat moet er nu, Ginny? Zal ik in plaats daarvan met hem onderhandelen?'
Ze ontwapende hem door plotseling achterover te gaan liggen met gesloten ogen.
'O - waarom maak je zoveel omslag? Je kunt doen wat je wilt met mij. Tenslotte ben ik een slet. Waarom doe je moeite voor iets dat je ook gratis kunt nemen?'
Weer had ze hem verslagen. Wat mankeerde haar? Hij had bij zich zelf de belofte afgelegd dat hij geduldig en tactvol zou zijn; dat hij bij haar een soort weerklank zou vinden. En in plaats daarvan lag ze hier nu als een martelares, die volledig verwachtte verkracht te worden en ze berustte in het vooruitzicht. Al wat er nodig geweest was, was een toespeling op haar echtgenoot.
Steve vloekte, met afschuw en hartgrondig, haar ogen sperden zich open om hem aan te staren met een blik van een verre verrassing.
'Waarom ben je zo kwaad? Wat heb ik tenslotte voor keus? Ik ga ermee akkoord.'
'Akkoord!' Hij was zo van zijn stuk gebracht, zo woedend, dat hij haar de woorden bijna toeschreeuwde: 'Je gaat akkoord met wat? Heb je begrepen wat ik je zo juist gevraagd heb?'
'Hoe zou ik dat niet kunnen, gezien de manier waarop jij tegen me geschreeuwd hebt? Wanneer je mij werkelijk als jouw maïtresse wil, Steve, dan ga ik daarmee akkoord.' Ze zuchtte, ik ben zo doodmoe van dat doorlopende kwellen! Om voortdurend aangevallen te worden en in stukken gescheurd te worden door jouw woorden en jouw beschuldigingen. Indien je me inderdaad wilt hebben, dan kun je me krijgen. En je hoeft me niet eens om te kopen - alleen maar hartelijk te zijn, als je tenminste dat gevoel nog kunt opbrengen.'
'God in de hemel!' zei Steve tussen zijn tanden. En toen, nog steeds op die zachte, lelijke toon: 'Sta op! Christus, geef je altijd zo gedwee toe aan elke man die jou wenst te nemen? Zelfs een goede hoer sluit eerst nog een overeenkomst.'
Ruw trok hij haar overeind tot ze op haar voeten stond en hij liet haar even plotseling weer los, alsof hij het niet kon verdragen om haar nog langer aan te raken. Toen werd Ginny één ogenblik bekoord door een zwakheid - of, om het op een andere manier te zeggen - door de behoefte om haar eigen kracht te toetsen, door zich tegen hem aan te werpen en hem te dwingen haar opnieuw te kussen.
In plaats daarvan wierp ze haar hoofd achterover en zei met een stem, die even hard was als de zijne: 'Maar waarom zou ik me zelf moeite bezorgen door een koop te sluiten? Ik weet zeker dat het gevoel van verantwoordelijkheid, waarover je gesproken hebt en je aanzienlijke ervaring met hoeren, wel zal maken dat je me edelmoedig behandelt. Je kunt het je toch veroorloven om er een maïtresse op na te houden, hoop ik?'
'Ik denk, dat ik wel rond kan komen,' teemde hij met een harde starre glimlach, waarin zijn saffierblauwe ogen niet meededen. Zijn blik gleed langs haar lichaam, van haar mond tot haar dijen, scherp afgetekend door het strak gedrapeerde materiaal van haar japon - een langzame, moedwillig onbeschaamde inspectie, die een kwade blos in haar wangen deed opstijgen. 'Tenslotte weet ik wat ik krijg en ik moet toegeven, dat je het waard bent, dat ik me tot de bedelstaf breng, vooral als onze overeenkomst ook insluit de aankoop van een zekere mate van trouw. Geen Eric Fotheringay's meer, alsjeblieft!' Plotseling plaatste hij, tot haar schrik, zijn vingers onder haar kin en tilde haar gezicht op naar het zijne; zijn aanraking was bijna een liefkozing. 'Zeg me eens, schat, zou je een bewijs willen hebben van mijn - mijn dolle hartstocht voor jou, om onze afspraak te bezegelen? Wat zou je willen hebben?'
Kwaad liep ze naar de spiegel toe om haar kapsel in orde te brengen en zei: 'Laat het een verrassing zijn, schat. Ik houd van verrassingen.'
'Ik vermoed dat de manier waarop je nu aan je haar zit te friemelen betekent, dat je vooruit betaald wilt worden?' Hoezeer wenste ze dat Steve eens zou ophouden met die bijtende toon te gebruiken; het leek alsof hij zijn woorden opzettelijk koos om haar te kwetsen. En toch - het leek alsof hij werkelijk serieus was betreffende zijn infame voorstel! Waarom wilde hij haar hebben? Ginny bleef zich die raadselachtige vraag stellen en kon geen antwoord vinden, dat gezond en logisch leek. Tenzij ...
Die avond kostte het Ginny geen voorwendsel om te acteren alsof ze ver heen was en tamelijk lusteloos. Ivan had haar zowaar een hoofdpijnpoeder gegeven om in te nemen vóór ze vertrokken naar het vrijgezellenappartement van graaf Chernikoff - om haar manier van doen wat levendiger te maken, had hij sarcastisch opgemerkt.
'Men hoeft je allen maar te vergelijken met de exotische en levendige senorita Sanchez om je bewust te worden van het contrast tussen jullie beiden. Kom, schat, je wilt toch niet dat de graaf denkt dat je ongelukkig bent? We zijn nog niet lang genoeg getrouwd om de verveling al te hebben opgeroepen. En, bovendien, verveel je me nog lang niet - je windt me op, zoals je dat in het begin deed!'
Hoe haatte ze de overdreven bloemrijke manier van doen, die hij soms aannam. Zijn fletse, koude ogen bestudeerden haar al die tijd, dat hij sprak en verloochenden zijn woorden. En zijn gestage, koelbloedige achtervolging van haar bewees alleen, dat de redenen voor hun huwelijk niets te maken hadden met hartstocht.
'Wat raar, dat ik ontrouw tegenover Ivan zou zijn met Steve notabene!' dacht Ginny dromerig, toen het grote, behaaglijk-verende rijtuig hen door de met gas verlichte straten van San Francisco voerde.
Steve had hen die middag teruggereden naar het huis van haar vader - en was nog de stal in gegaan om naar de paarden te kijken, nadat hij haar en Concepción uit het rijtuig geholpen had. Sonya was net teruggekomen van haar ronde van bezoeken en winkelen en had er terloops iets van gezegd.
'Dat was toch zeker niet de man, die jij"Rode Snor" noemde? Het leek alsof hij donker was, toen ik zo juist een glimp van hem opving.'
'O, dat was "Zwartbaard", de zeerover - hij is veel woester en gevaarlijker dan "Rode Snor", die vanmiddag vrij was.' Het was Concepción die haar dit luchtige antwoord gegeven had, haar reticule bengelde aan haar pols. 'Hij is degene, die voor het huis zorgt.'
'O - misschien heb ik hem dan al eerder gezien. Er was iets bekends in de manier waarop hij liep.'
Om haar stiefmoeder tot zwijgen te brengen, begon Ginny te babbelen over het huis van meneer Murdock en hoe groots het was. Haar hoofd deed nu verschrikkelijk pijn en ze wist ternauwernood wat ze zei. Misschien merkte Sonya dat op, want haar lippen tuitten lichtelijk.
'Je ziet eruit alsof je rust nódig hebt, mijn lieve. Ga een poosje liggen! Je man is nog niet terug, dus je hebt tijd genoeg.'
Die avond leek Concepción in een uitzonderlijk goed humeur te zijn, afwisselend plagerig en flirtend. Zelfs graaf Chernikoff ontdooide ietwat en beantwoordde haar licht gekeuvel met een glimlach. Concepción deed moeite om de oude man te onderhouden, terwijl Ivan, naast Ginny op de divan gezeten, de toegewijde echtgenoot uithing - hij speelde met een lok van haar haar; zijn vingers streken langs haar blote schouders.
'Dus je wilt nog niet naar Rusland komen?'
Het diner was afgelopen en eindelijk begon de graaf aandacht te schenken aan de stilste van zijn gasten.
'Maar u moet het Virginie niet kwalijk nemen,' antwoordde Ivan gladjes. 'Ze is pas onlangs weer verenigd met de senator en zijn charmante vrouw. En ze vindt San Francisco een onstuimige en opwindende stad, is het niet, mijn schat? Ik wil haar niet forceren tot iets wat ze niet wil doen.'
'O!' Concepción sperde grote onschuldige ogen open. 'Maar ik dacht dat je ernaar verlangde om Rusland te zien en naar Europa terug te gaan. Ik, ik kan nauwelijks wachten om met een schip op reis te gaan. Sam zegt dat hij me binnenkort mee zal nemen, om een bezoek aan Spanje te brengen.'
ik vertrek over twee weken.' Graaf Chernikoff wierp een vragende blik op Ginny, op Ivan, wiens gezicht niet in het minst van uitdrukking was veranderd. 'Wanneer jullie van gedachten veranderen ...'
'Is het mogelijk, dat je van gedachten veranderd bent, liefste? Al die uitnodigingen, die we voor de volgende twee maanden aangenomen hebben - je had het me moeten zeggen, want je weet hoe ik ernaar uitkijk om je Rusland te laten zien.'
Allemaal keken ze haar aan; Concepción met een kwaadaardige blik. Ginny zag kans lichtjes haar schouders op te halen.
'Natuurlijk ben ik benieuwd om Rusland te zien. En er zijn soms ogenblikken dat ik gewoon ongeduldig ben. Maar er valt in San Francisco zo verschrikkelijk veel te doen - ik denk, dat ik een typische vrouw ben, die van de ene op de andere dag van gedachte verandert!'
'Ze liegt,' dacht de graaf. En hij vroeg zich af waarom, hoewel zijn gezicht zonder uitdrukking bleef en hij van onderwerp veranderde.
Weldra werd het tijd voor hen om te vertrekken. Graaf Chernikoff boog zich over de koude hand van Ginny en kuste die.
'Denk eraan - indien u van gedachten zoudt veranderen ..En toen zei hij met een ferme stem, zijn ogen op haar gericht: 'Ik hoop dat u me weldra weer komt bezoeken. U kunt misschien toch wel een beetje tijd voor een oude man vinden? Ivan moet u zien over te halen.'
Buiten was de nacht ongewoon helder en warm voor San Francisco.
'O, maar het is nog zo vroeg,' pruilde Concepción. 'Moeten we al terug? Het zou zo prettig zijn om langs de oceaan te rijden.'
Voor de verandering ging Ivan Sahrkanov niet in op haar geplaag met zijn gewone glimlachende charme. Bij het licht van een straatlantaarn zag Ginny, dat zijn gezicht strakker stond dan gewoonlijk, alsof zijn gedachten hem in beslag namen.
'Misschien een andere avond, ofschoon ik het haat een zo lieftallige dame als u te moeten teleurstellen. Maar ik moet me aan een afspraak houden.'
Beleefd hielp hij hen in het rijtuig. Eerst Concepción, die haar lippen tuitte van teleurstelling en die ook niet verborg. Daarna Ginny, die zich nu vermoeid genoeg voelde door de spanningen van die dag om op staande voet in slaap te vallen.
Ivan wendde zich tot de koetsier, zijn hand op de deurknop.
'We gaan nu terug naar huis.'
Op dat moment begon een van de paarden te snuiven en te steigeren, en daardoor, zo veronderstelde Ginny later, werd de prins gewaarschuwd. Uit de schaduwen verscheen een man, een eindje verder de straat in, die zich naar hen toe begaf met merkwaardig lange stappen. Toen ze de onderdrukte kreet van Concepción hoorde, ontdekte Ginny dat ze naar een man staarde en zich afvroeg waarom hij maar bleef rennen, waarbij zijn lange vlecht heen en weer zwaaide. Hij had een starre grijns op zijn gezicht, zijn lippen waren teruggetrokken van zijn tanden. In het flakkerende gaslicht kon ze zien dat hij de zwarte nogal slonzige kleding van een typische Chinees droeg, zoals zij er op straat al zoveel gezien had.
'Meneer! Kijk uit!' riep de koetsier dringend, zijn handen bezig met de teugels om de verschrikte paarden in bedwang te houden. Waarom sprong de man niet opzij? Hij kon gemakkelijk overreden worden. Maar in plaats daarvan begon hij iets te zeggen met een schrille, halfzangerige toon; het klonk alsof hij dezelfde woorden telkens opnieuw herhaalde en Concepción begon in Spaans te mompelen: 'Ah, Dios! Ik denk, dat hij dronken of gek is. O, kijk eens!'
Alles bij elkaar moet het maar een paar seconden geduurd hebben, maar het kwam Ginny voor alsof alles erg langzaam plaatsvond, zoals in een van haar dromen, waarbij ze trachtte te hollen in het zand.
Ze hoorde Ivan laag en vreugdeloos lachen. Hij stond, geheel onaangedaan, terwijl het gaslicht zijn glanzende haar bescheen, rechtop met één arm uitgestrekt. Er klonk een scherpe knal, toen nog een, en de Chinees, die bij het eerste schot al wankelde, viel neer, een onappetijtelijke marionet, waar alle vulling uit het lichaam gelopen was. Tegelijkertijd viel er iets kletterend op de bestrating - en toen Ivan er rustig naar toe liep, waarbij hij het lichaam van de man verachtelijk opzij schopte, en het opraapte, zagen de beide vrouwen de glans van metaal.
Een bijl! Ivan bleef nog steeds volslagen, bijna onmenselijk, onbewogen met uitzondering van de harde kille glans in zijn ogen, toen hij naar het rijtuig terugliep.
'Een geliefkoosd wapen bij die heidenen. Zien jullie het?'
'Het was maar goed, dat u dat kleine pistool bij u droeg,' zei Concepción met een onderdrukte klank van opwinding in haar stem, ze rekte zich om beter te kunnen zien. En toen, zachter: 'Ik vraag me af wat hij wilde?'
'Roof, ongetwijfeld. Ik denk, dat de man krankzinnig was, te veel opium, of misschien wilde hij geld om nog meer te kunnen kopen. In elk geval: hij is nu dood, dus is het niet meer belangrijk. Laten we doorrijden, Jameson.'
'Maar... je kunt hem hier toch niet zo maar laten liggen? Is het niet vreemd, dat er niemand kwam kijken waar alle opschudding over ging? Ivan, moesten we niet...'
'Liefste, probeer kalm te blijven. Ik zal die goede Jameson jullie twee dames thuis laten brengen en daarna zal ik naar het politiebureau gaan, waar ik hun dit kleine souvenir zal geven en zeggen, wat er gebeurd is. Daarna is de rest hun zorg.'
Ivan, die tegenover de twee jonge vrouwen zat, boog zich voorover en legde een hand op Ginny's knie, toen het rijtuig met veel hoefgekletter weer op gang kwam. Het was bedoeld om eruit te zien als de troostende liefkozing van een echtgenoot, maar Ginny moest op haar lippen bijten om niet terug te deinzen; zijn vingers beten in haar vlees door de dunne stof van haar zijden japon.
Zij verviel in stilzwijgen en liet Concepción de spaarzame conversatie gaande houden, tot ze uiteindelijk voorreden tot de deur van het huis van de senator.
'U bent een uitstekende schutter. U hebt hem beide keren geraakt, is het niet, en dan bij zulk slecht licht, met zo’n klein pistool. Hoe kon u daar zo rustig blijven staan en afwachten tot hij u zou aanvallen?'
Ivan antwoordde beleefd maar verstrooid. Het dwaze, ratelende schepsel! Maar hij had tenminste Virginie stil gekregen - ze had geen woord meer gezegd. De geest van Ivan Sahrkanov was druk bezig en bewoog op en neer, langs rijen namen, bij sommige waarvan hij gezichten kon plaatsen. Wie? Was de man een 'Boo How Doy' - een lijfwacht van een of andere rijke mandarijn - of was hij door iemand anders gestuurd, die een grief tegen hem had? Die vervloekte Chinezen, het waren niet eens burgers - ze hadden geen rechten - behalve om te werken en genoeg geld te maken om ervan te kunnen leven en te doen wat hun gezegd werd. Er waren er maar weinig, die slim waren - zeker niet degene, die deze stuntelige moordenaar in spe gestuurd had, waarmee hij zo snel had afgerekend.
Maar - in het donker fronste Ivan zijn wenkbrauwen - wie? Wie wist genoeg af van zijn bewegingen en van zijn doen en laten? Dat zou hij moeten ontdekken en maatregelen nemen, en wel snel. Hij moest nu geen zwakheid of besluiteloosheid tonen.
Toen ze het huis bereikt hadden begeleidde Ivan zijn vrouw naar boven en in haar slaapkamer, hij glimlachte op haar piekerende en nogal nerveuze blik.
'Wat scheelt eraan, mijn schat? Wanneer ik je niet beter kende, zou ik zeggen dat je een bijna schuldige trek op je gezicht hebt. Je hebt toch geen minnaar die mij probeert te vermoorden, is het wel?'
'Als ik die had, weet ik zeker, dat jij hem eerst al te pakken zou hebben gekregen,' antwoordde ze en verblufte hem door haar plotselinge vertoon van geest. Hij zou haar moeten herinneren - maar nu niet. Later, wanneer hij tijd had.
'Ja, daar heb je gelijk in,' zei Ivan vlot. Hij streelde opzettelijk haar blote schouders, liet zijn vingers langs de welving van haar borsten glijden om beloond te worden door haar verschrikte, opengespalkte groene ogen. 'Ik wilde dat ik vanavond in staat was om te tonen hoezeer ik je op prijs stel, jij lief klein ding. Maar helaas - ik moet naar de politie, en ik sta op het punt om een eindje de stad uit te rijden. Een dringende zakelijke aangelegenheid, die me juist te binnen is geschoten - maar die hoeft niet zo lang te duren. Je zult me missen, is het niet? En goed zijn? Ik zal hier bij je achterlaten - laat eens kijken - zes poeders? Je kijkt zo gretig. Ik wil niet dat je er al te veel aan gewend raakt om ze in te nemen - alle te veel is nadelig voor je. Laten we dus maar zeggen - vier. En in ruil daarvoor...'
Hij sloeg een arm rond haar stugge middel en trok haar mee naar de driedelige spiegel van de kaptafel.
'Kom, schat, doe niet zo koel. Ben je boos omdat ik je alleen laat? Zal ik er de tijd voor nemen om je te bewijzen, vóór ik wegga, hoezeer ik je op prijs stel?' Hij keek nauwkeurig naar haar gezicht op de bijna roofzuchtige manier, met toegeknepen ogen, die haar altijd deed huiveren. 'Vanavond niet,' wilde Ginny's geest uitschreeuwen, maar ze had de kracht om zich te dwingen zich niet los te maken van zijn strelende liefkozende vingers, die nu langs haar heupen gleden. Omdat ze nu wist, dat hij eigenlijk stond te wachten tot ze ineen zou krimpen, stond ze nu stil en begon haar halssnoer los te maken met vingers, waarvan ze hoopte, dat die niet al te zichtbaar trilden.
'Ik ben je vrouw, Ivan. En daar je me getrouwd hebt, veronderstel ik dat dat was omdat je mij begeerde.'
Hij lachte kort en toen pakte hij, verbluffend genoeg, haar halssnoer op, terwijl hij zich van haar terugtrok en hield het peinzend tegen het licht.
'Natuurlijk begeerde ik je. Dat heb ik je in het eerste begin al gezegd, is het niet? Een kleine zigeunerin, daaraan herinnerde je me. Zo blozend en liefelijk en wild. Ik legde bij me zelf de belofte af, dat ik de man zou zijn om jou te temmen. Maar ben ik daarin al geslaagd?'
Plotseling liet hij een uitroep horen en fronste zijn wenkbrauwen.
'Zeg ... de sluiting is helemaal los. Het had elk ogenblik los kunnen raken en dan zou je deze liefelijke juwelen verloren hebben, deze smaragden, die zo goed bij je ogen kleuren. Laat mij het meenemen, liefste. Ik zal het voor je laten repareren en het zal klaar zijn wanneer ik terugkom.'
'Dat heeft hij van het begin gewild,' dacht Ginny. 'De smaragden! Ik vraag me af waarom?'
Maar hardop zei ze enkel met een bedeesde stem: 'Dank je wel, Ivan. Ik zou het gehaat hebben, wanneer ik jouw cadeau aan mij verloren zou hebben.'