15
De oude roekeloze Ginny zou zich begeven hebben in een of andere wilde en waarschijnlijk onverantwoordelijke escapade als uitlaat voor haar verwarde en bittere gevoelens, om te ontsnappen aan de pijn, die ze nog steeds voelde, wanneer ze aan Steve dacht. Maar prinses Sahrkanov werd met hoofdpijn wakker, nam een van haar poeders in een glas limonade met ijs en ging rijden met sir Eric Fotheringay, die meer en meer geïntrigeerd raakte door de vreemde paradox, die zij de wereld bood. Was het mogelijk dat een vrouw met een reputatie van een nogal bewogen leven in Mexico in de paar laatste jaren, werkelijk zó rustig en bescheiden kon zijn als deze scheen te zijn? Of was haar verlegen en gereserveerde manier van doen bestemd om hem aan het lijntje te houden? Ze kon toch niet onschuldig zijn om te denken, dat zijn belangstelling in haar zuiver platonisch was en het feit, dat haar echtgenoot zo bereidwillig had toegestaan, dat zij hier op bezoek kwam, eigenlijk zonder chaperonne, moest toch alle dwaze scrupules wegnemen, die ze maar mocht hebben.
Sir Eric liet zijn kille blauwe ogen rusten op de gestalte van de jonge vrouw, die gemakkelijk en gracieus naast hem reed. Ze reed als amazone, de plooien van haar elegante en naar maat gesneden rijkostuum lieten hoog dichtgeknoopte geitenleren laarzen zien, gemaakt van bronskleurig leer. Haar kostuum was van een beetje donkerder tint brons, dat haar koperkleurige haar volmaakt deed uitkomen; de strenge snit benadrukte slechts de heerlijke vrouwelijke vormen van haar borsten en heupen. Wat haar mond betreft: SI wat sir Eric kon doen, was zich in te prenten, dat hij geduld moest hebben. Die mond duidde op verborgen, smeulende hartstochten, wachtend op de juiste man om ze tot een laaiend vuur te doen opvlammen. Ja, hij kon zich bijna inbeelden hoe haar lippen onder de zijne zouden aanvoelen - lichtelijk geopend. En haar geheimzinnige scheefstaande ogen zouden zich in extase sluiten; de wimpers zouden als waaiers tegen haar blozende wangen liggen. Wanneer hij eenmaal haar terughoudendheid doorbroken zou hebben, zou hij haar bezitten.
Terwijl sir Eric de plannen smeedde voor haar verleiding, genoot Ginny van de bries, vermengd met de geuren uit het bos, die over haar gezicht spoelde. Wat een prachtig onbedorven land was dit nog! En ginds, naar het westen, achter die bergketens die zich tegen de horizon aftekenden, was de oceaan.
'Het herinnert me aan gedeelten van Engeland, dit deel van het land,' zei sir Eric, zijn pompeuze stem plonsde midden in haar voorbijgaand gevoel van welzijn.
'Ja, het is heel mooi,' antwoordde ze plichtmatig met moedwillig kleurloze stem.
En dat was de rol, waartoe Ginny besloten had om die avond te spelen. Kleurloos. Bescheiden. Die de mannen het gevoel zou geven dat ze vrijuit konden praten - en misschien zou sir Eric er dan niet zo'n punt van maken om haar op te merken; of om haar met zijn ogen te ontkleden.
Ginny stond doodstil voor de spiegel terwijl Delia, die kleine bewonderende geluidjes maakte, de diamanten tiara in haar kapsel bevestigde. Ze droeg geen andere juwelen. Haar japon, van donker dofgroen brokaat, was kunstig doorweven met zilverdraad, de kleur was zó donker, dat die bijna zwart leek tot het licht erop viel. Bijna grimmig in zijn eenvoud, miste de japon het diepe decolleté dat karakteristiek was voor de avondjaponnen van die tijd, haar schouders waren bloot behalve dan de twee smalle zilveren bandjes. Haar handschoenen waren van zilver lamé en de kleine avondschoentjes, die zichtbaar werden wanneer ze liep, waren eveneens van zilver met kleine diamanten knoopjes, die helemaal tot haar enkels kwamen.
'O, mevrouw!' zuchtte Delia. 'U ziet eruit - u ziet eruit als een plaatje uit de Lady's Rook! Of een schilderij van een prinses.' En dan, praktischer: 'Zal ik u nu een van die poeders geven? U zult u beter voelen, dat weet ik zeker. Mevrouw Crawford zei dat ik niet hoefde op te blijven, omdat u wel laat zou zijn - en er is ook een partijtje voor de bedienden. Weet u zeker dat het goed is...'
ik wil dat je plezier hebt, Delia. En het is onzin dat jij op mij zou wachten. Ik kan me zelf toch wel uitkleden!'
Hoeveel keer had ze dat niet gedaan? Of waren de kleren van haar lichaam gescheurd? Maar vanavond was het niet de tijd voor herinneringen. Vanavond was haar rol niet alleen die van prinses Sahrkanov maar ook die van gastvrouw voor sir Eric - de charmante dochter van zijn gedistingeerde vriend, haar aanwezigheid luisterde zijn anders zo sobere tafel op.
Het huis dat sir Eric in Tudorstijl had opgetrokken, ging prat op een enorme eetzaal, verlicht door kristallen kroonluchters en wandlampen. Dit was nauwelijks nog het rustige, intieme diner voor een paar goede vrienden, waarvan hij eerder gesproken had. Er waren gouden borden en zilveren eetgerei bij elk couvert en Venetiaanse roemers, waarvan de rijke kleuren het licht weerkaatsten, bestemd voor de prachtige wijnen van beroemde jaargangen, die bij elke gang geserveerd werden.
Ginny kreeg de gelegenheid niet om de laatkomers onder de gasten van sir Eric te ontmoeten; ze was speciaal benieuwd naar die Sam Murdock, over wie zoveel mensen spraken.
Het grootste gedeelte van de middag had ze zwaar geslapen, ze kwam laat binnen, ogenschijnlijk zich niet bewust van de stilte in de gesprekken - de ogen die op haar gericht werden. De vrouwen waren niet belangrijk, zoals ze van het begin af al vermoed had. Geen van de hier aanwezige mannen had zijn vrouw meegebracht en hun elegant geklede metgezellinnen waren zonder enige twijfel hun huidige maîtressen. Ginny probeerde namen te onthouden, toen ze aan de gasten werd voorgesteld.
Wie haar het meest opviel was Sam Murdock, die toevallig naast haar geplaatst was. Hij was de kalmste van allemaal, maar wanneer hij sprak wist hij het meest af van welk onderwerp dan ook. En toch was meneer Murdock niet half zo rijk gekleed als de andere mannen, die evenals hij zelf allemaal miljonair waren; hij droeg geen diamanten manchetknopen en evenmin een gouden nugget aan zijn horlogeketting. En hij was vrijgezel, ofschoon Ginny zich de sluwe opmerkingen herinnerde over zijn Spaanse pupil, waarvan iedereen zei dat het zijn maïtresse was.
Het vreemde was, dat Murdock bijzonder met haar ingenomen scheen te zijn en ze vond hem inderdaad aardig. Hij maakte geen overdreven complimentjes en evenmin sprak hij haar neerbuigend toe. Hij was vriendelijk maar niet overdreven, en bij een paar gelegenheden vroeg hij zelfs om haar mening. Hij had een heel licht Schots accent in zijn zachte, bijna verlegen stem.
Ginny merkte dat zij Sam Murdock bestudeerde, wanneer hij zich daarvan niet bewust was. Hij was lang en had brede schouders. Hij was minstens midden in de vijftig, maar hij was niet zo dik als de meeste mannen van zijn leeftijd. Zijn haar was ooit rood geweest, ofschoon de kleur nu verbleekt was en het was overvloedig met grijs doorschoten. Hij was glad geschoren, had zware bakkebaarden en zijn wenkbrauwen ontmoeten elkaar in het midden van zijn vierkante, sterke gezicht.
De mannen praatten vrijuit en de vrouwen waren nogal schril aan het giechelen tegen de tijd, dat de vijfde gang afgenomen was. Slechts Murdock, die maar heel spaarzaam aan zijn wijn nipte, bleef laconiek onmededeelzaam. Maar hij was zich niettemin van haar bewust. Ginny had genoeg ervaring met mannen en hun manier van doen om dit aan te voelen en het stelde haar voor een raadsel. Ze had inderdaad het gevoel dat hij haar even steels bestudeerde als zij hem, zelfs terwijl zijn manieren volslagen onberispelijk bleven.
Maar waarom keek hij naar haar? En hield haar bezig met beleefde conversatie, wanneer ze werd verondersteld om te luisteren naar de rest van de gesprekken - hoofdzakelijk gaande over zakelijke aangelegenheden - die rondom haar plaatsvonden?
Murdock was de enige van de gasten van sir Eric, die eerlijk genoeg was om haar rechtstreeks te vragen of ze van haar verblijf in Mexico genoten had. Zonder verbazing hoorde ze hem zeggen, dat hij daar ook belangen had.
'Natuurlijk ben ik gelukkiger geweest dan andere mensen, prinses. Ik heb daar een oude vriend - een soort compagnon. Er is een tijd geweest - meer jaren geleden dan ik eigenlijk prettig vind om aan te denken - toen we aan tegenovergestelde kanten stonden. Maar ik zal u niet vervelen met verhalen van de oorlogen, waarin ik gevochten heb. Vertel me eens, houdt u van Californië?'
'Natuurlijk houd ik van Californië, ofschoon ik moet bekennen dat ik er tot nu toe niet veel van gezien heb. Maar o,' en onbewust werd haar stem droefgeestig, 'ik hield zo van Mexico! Ik ...' en toen betrapte ze zich en dronk veel te snel uit de roemer met champagne naast haar bord.
Met zijn droge stem zei Murdock, alsof hij haar plotselinge aarzeling niet had opgemerkt: 'Maar dan moet u meer van Californië zien. Ik hoop dat uw echtgenoot u niet al te spoedig naar Rusland zal voeren.'
Als de poeder, die ze geslikt had, haar al een licht gevoel in het hoofd had gegeven, dan maakte al de wijn die ze gedronken had dat nog erger. Met een soort afschuw op een afstand hoorde zij zich giechelen.
'O, maar ik geloof, dat Ivan ook verliefd geworden is op Californië. Hij is naar Sacramento op de uitkijk naar landaankopen.'
'O ja? Ik hoop dat hij goed advies gekregen heeft. De waarde van land stijgt momenteel elk ogenblik.'
Ginny was sir Eric bijna vergeten, die van de andere kant van de tafel haar boos zat aan te kijken. Bah! Wat deed het ertoe? Ze werd verondersteld zijn gracieuze gastvrouw te zijn en Sam Murdock was een van zijn belangrijkste gasten. Sam Murdock was ook de enige die niet dodelijk vervelend was en hij behandelde haar als een persoon in plaats van als een ornament.
Zijn aanwezigheid bij haar elleboog en zijn rustige stem moedigden haar in haar conversatie aan en hielpen de avond vlugger voorbij te laten gaan. Ginny had bijna spijt toen ze als gastvrouw verplicht was om de andere vrouwen naar het overdekte terras te voeren, terwijl de mannen bleven zitten met hun sigaren en hun port.
'Ik voel me net een madame, die haar meisjes verzamelt voor de slag,' dacht Ginny wrang. Toen bracht een van de Chinese bedienden verschillende magnums champagnes voor de dames, 'met complimenten van de heren', en ze hield bijna op te denken toen ze roekeloos haar roemer leegdronk en zich opnieuw bij liet schenken.
Het gekakel van de lichtelijk bedronken 'dames' en hun schrille gelach, herinnerden Ginny aan haar eigen nogal onhoudbare positie hier. Wanneer de avond voorbij was en de gasten naar hun respectieve kamers verdwenen waren, verwachtte sir Eric dan om haar te vergezellen ? En had Ivan al die tijd geweten wat voor soort partij dit zou worden?
'Drink meer champagne ... denk er niet aan,' waarschuwde ze zich zelf; ze wenste dat ze naar haar suite kon sluipen om wat van die robijnrode drank in te nemen.
Er zou gedanst worden en Ginny was gedwongen om met sir Eric te dansen, die haar veel te vast hield, zijn hete adem blies op haar wang. De druk van zijn lendenen tegen haar dijen gaven maar al te zeer blijk van zijn bedoelingen.
Zonder eigenlijk te beseffen wat ze deed, keek Ginny uit naar Sam Murdock. Waarheen was hij verdwenen? Met wie danste hij? Sir Eric had scherpere ogen dan ze vermoed had. Zijn overhemd met diamanten knoopjes drukte tegen haar borst en hij liet plotseling een schorre lach horen.
'Jij kleine rakker! Je bent spitser dan ik dacht. Ik zag wel hoe je naar de oude Sam lonkte. Maar dan, hij is óók spits. Niet zo gemakkelijk te vangen als ik, en je weet dat je me aan de haak geslagen hebt, is het niet? Ik heb van het begin af al een oogje op je gehad en ik denk, dat je dat weet. Het is helemaal niet nodig om nu het spelletje te spelen van: moeilijk te krijgen.'
Zijn mollige vingers drukten de hare betekenisvol en zijn hand, die langs haar stijve rug gleed, stiet op haar tournure en bewoog zich weer omhoog om het onderste deel van haar rug tegen zich aan te drukken en haar heupen tegen de zijne te drukken.
In een poging om zich aan zijn omhelzing te onttrekken struikelde Ginny en ze hoorde een grof gelach toen haar lichaam onwillekeurig tegen het zijne drong.
'Dat is goed! Ik wist wel dat je verstandig genoeg zou zijn om geen tijd te verspillen met net te doen alsof je verlegen was. En ik heb er geen doekjes om gewonden wat ik voor je voel, is het wel? Tijd voor een wandelingetje en niemand zal ons missen. Niemand zal het zelfs maar weten, als je daarover in zit.'
De lucht van rijpe kaas in zijn adem was overweldigend en Ginny constateerde dat ze wild dacht: Over een minuut ben ik misselijk! Ze voelde een doffe pijn in haar slapen en ze werd helemaal koud.
Ze zei het eerste, dat bij baar opkwam en wat toevallig de waarheid was.
'Ik heb - ik heb een vreselijke hoofdpijn! Die krijg ik altijd - het soort dat de dokter migraine noemt. Alstublieft! Ik zou graag naar mijn kamer gaan en gaan liggen'. Ze ontworstelde zich aan zijn armen en gedreven door instinct, scheen ze de weg te vinden door de gangen bedekt met lopers, waar de lampen maar half brandden. Maar toen, o mijn God, stond sir Eric weer voor haar en versperde de toegang naar haar kamer.
'Je hebt haast om te gaan liggen, hè? Nou, dat is goed. Dat was ik zelf ook van plan.'
Hij ving haar in zijn armen op en perste zijn vochtige, dikke lippen over haar mond, terwijl golven van onpasselijkheid haar verstikten en haar hoofd duizelig deden tollen.
Ze leunde tegen de deur, zijn lichaam drukte zwaar tegen het hare.
'Maak je vanavond maar geen zorgen over je kamenier! Ik heb mevrouw Crawford voor haar laten zorgen. Ze zal zonder enige twijfel als een roos slapen en we zullen haar niet wakker maken, is het wel? Ik kleedje uit... dat heb ik altijd al willen doen, sinds ik voor het eerst naar je keek. Lief klein ding...!'
Ginny hoorde hoe ze als een gevangen dier kreunde en dan ... dankbaar, bijna niet te geloven - voelde ze, dat ze losgelaten werd, terwijl ze haar handen voor haar mond sloeg om het verstikkende, ziekmakende gevoel te verdringen, dat haar nog steeds dreigde te overspoelen.
Alsof het uit de verte kwam hoorde ze de droge, onbewogen stem van Sam Murdock.
'O, bent u daar, sir Eric! Ik was naar u op zoek om te zeggen, dat ik er maar in wilde kruipen.' En daarna, terwijl zijn stem een wat hardere klank aannam: 'Het lijkt me dat de prinses er niet al te goed uitziet. Voelt u zich wel goed, mevrouw?'
Zwijgend, praten durfde ze niet, schudde Ginny haar hoofd en zelfs die lichte beweging veroorzaakte een pijn, die van haar slapen doorschoot tot in haar nek.
'Ik wilde me even overtuigen, dat ze haar kamer gevonden had en veilig in bed kwam.' De stem van sir Eric was vol onderdrukte woede, waardoor hij schor werd. 'Alle bedienden zijn op een feestje, weet u. Ik zou niet willen dat iemand hier binnendwaalde en bij vergissing de prinses zou storen.'
'Ach, als dat alles is waar u mee inzit: ik kan een van mijn lijfwachten voor haar deur posteren. Die hebben niet gedronken, zoals de rest.'
'Dat zal niet nodig zijn! Verdorie, Sam ...'
'Eigenlijk had ik ook nog een paar zaken, die ik met je wilde bespreken. Eerder heb ik geen kans gezien. Wanneer je althans vrij bent?'
Zijn helderblauwe ogen vestigden zich op het bleke gezicht van Ginny met een bijzonder intense blik, daarna maakte Sam Murdock een beleefde buiging in haar richting.
'Mag ik u een aangename nacht toewensen, mevrouw? U ziet eruit alsof u rust nodig hebt. Weet u zeker, dat u weer in orde bent?'
Op een of andere manier vond ze de kracht om te knikken en onder de onheilspellende blik van sir Eric stuntelde ze met de deurknop en slaagde er ternauwernood in de deur achter zich te sluiten voor ze door de kamer holde en ellendig en heftig overgaf in de gestileerde koperen waskom.
Ginny vond dat er in de wereld geen beroerder gevoel bestond. 'Ik zal nooit meer een druppel champagne aanraken, nooit, nooit!' Haar huid voelde ijzig en klam aan en telkens, wanneer ze haar ogen sloot, begon de hele kamer rondom haar te draaien. Ze dacht dat haar misselijkheid nooit zou overgaan, dat ze binnenste buiten gekeerd werd. Zwak, klemde zij zich vast aan een hoek van de met marmer bedekte wastafel en wenste dat ze dood was, liever dan zich zo ellendig te voelen.
Na een poosje - ze had geen idee hoe lang dat was - zag Ginny kans om haar bed te bereiken. Ze was slap en beefde nog van de spiertrekkingen van afschuw, waardoor al haar spieren pijn deden en probeerde zich te ontkleden, maar zoals ze zich nu voelde, viel er niet aan te denken. Maar het moment, dat ze zich op het bed liet neervallen, kwamen de duizelingen terug en ze had een gevoel alsof ze op een reusachtige schommel zat.
Kreunend hief Ginny zich weer overeind. Misschien zou ze zich beter voelen als ze wat frisse lucht kreeg. De lucht in de kamer rook duf en vunzig.
Met moeite dwong ze zich om te gaan staan, ze smeet haar schoenen uit en ging op blote voeten lichtelijk zwaaiend naar de grote openslaande deuren die toegang tot het terras gaven. Morrelend aan de sluiting kreeg ze die eindelijk open en de nachtlucht, met een vleugje kou erin, werkte alsof ze een glas koud water in haar gezicht kreeg. Dankbaar leunde Ginny tegen een stenen balustrade, vlak bij een aantal treden, die naar een ander terras leidden.
Ze voelde zich al beter - ze voelde zich echt een beetje beter! Ze huiverde nu, gedeeltelijk door de kou en gedeeltelijk door afschuw van zich zelf.
Waartoe had ze zich laten verleiden ? Ze herinnerde zich de scherpe, blauwe ogen van Sam Murdock, die alles in zich leken op te nemen - de nare kleine scène met sir Eric, haar eigen dronken, hulpeloze staat. Afschuwelijk. Ordinair. Hoe kon hij dat niet gedacht hebben? Wat moest hij van haar denken? Maar Sam Murdock, niettegenstaande dat ze zeiden, dat hij in zaken onmeedogend was, was ook een heer. Hij had haar gered en de ouderwetse beleefdheid van zijn optreden was onveranderd gebleven. Maar hoe zou hij haar niet gezien kunnen hebben zoals ze eruit zag, zoals ze inderdaad was? Waarom had ze zich veroorloofd zoveel te drinken? Om het voor sir Eric gemakkelijker te maken haar te verleiden? En dat zou hij zeker gedaan hebben als Sam Murdock niet te juister tijd was komen opdagen.
Ginny sloot haar ogen en ademde diep. Een zwak, schrapend geluid achter haar, maakte dat Ginny zich omdraaide en haar ogen sperden zich open door schok en afkeer.
Daar stond sir Eric Fotheringay, lichtelijk zwaaiend, omlijst door het open raam dat toegang gaf tot haar slaapkamer. Hij deed een stap naar voren en ze zag, dat hij zich had omgekleed in een militairachtig aandoende kamerjas. Hij grinnikte naar haar.
'Je hebt zeker op me gewacht, is het niet? Je dacht dat ik nog wel zou komen - een onafgemaakte zaak, hè? Maar je had je moeten uitkleden - of wilde je die taak voor mij bewaren?'
Ze zou achteruit gedeinsd zijn, indien de stenen muur niet in haar rug gedrukt had en haar gevangen hield.
Wild rond zich heen kijkend kon Ginny geen manier van ontsnappen vinden, tenzij ze de treden probeerde - en ze wist niet zeker of haar benen wel genoeg kracht hadden haar te dragen.
'Wat is er aan de hand, dametje? Je bent toch niet verlegen? Het is te Iaat om dat spelletje nu nog te spelen - en waarom doe je alsof? We weten allebei waarom je hier bent. Kom nu ...' Hij ging op haar toe, sprak overredend, maar hield zijn kleine glimmende oogjes strak op haar gericht. En niettegenstaande zijn zwalkende onvaste manier van lopen, leek hij enorm sterk.
'Kom mee,' herhaalde hij. 'Je wilt toch geen kou vatten? In bed zullen we het lekker warm hebben.'
'Houd op!' barstte Ginny uit, plotseling en heftig. 'Als je eens wist hoe belachelijk je eruit ziet - en hoe ergerlijk je bent. Ik ben helemaal niet van plan om met je naar bed te gaan en ik houd er niet van om verkracht te worden. Wil je nu alsjeblieft weggaan?'
Zijn kleine uitpuilende ogen keken haar kwaad aan toen hij zijn hoofd tussen zijn schouders naar voren stak.
'Plotseling hooghartig, is het niet? En dat na de manier waarop je mij aan het lijntje gehouden hebt en beweer maar niet, dat je dat niet gedaan hebt, liefste! Je hebt niet te hard tegengesparteld toen ik je kuste, is het wel? Je bent een klein heet stuk, ondanks je boze blikken en denk maar niet, dat ik dat van het begin af niet gevoeld heb. Kom nou maar hier en vergeet die spelletjes. Daar hebben we later nog wel tijd voor.'
Zonder waarschuwing deed hij een graai naar haar. Ofschoon ze zijn greep trachtte te ontwijken, hoorde ze de stof van haar japon scheuren, waardoor een schouder bloot kwam.
Hij gniffelde - een begerig, gulzig geluid. En zijn handen strekten zich opnieuw naar haar uit, ze trokken ruw aan haar japon en bevoelden haar borsten. Hij was een beestmens - hij was als al die andere bronstige dieren, die haar gedwongen hadden en haar lichaam misbruikt hadden zonder enige consideratie voor haar gevoelens.
Gegrepen door een hartstocht van woede en afschuw begon Ginny luidkeels te roepen. Ze duwde met beide handen tegen zijn dikke lichaam, ze gaf hem een hevige zet en gebruikte alle kracht waarover ze beschikte. En met een gegrom van verrassing waggelde sir Eric, die onverhoeds aangevallen werd, achteruit.
Zijn armen zwaaiden wild in het rond en zijn mond ging open - en toen viel hij met een klap, die als een donderslag in de oren van Ginny klonk. Hij lag half in en half buiten de slaapkamer, met grote hoekige stukken glas rondom hem, want door de vaart van haar heftige stoot was hij door de ruit van een van de openslaande deuren gevallen.
'O God! Ik heb hem vermoord!' dacht Ginny misselijk. En gedreven door een blinde paniek, draaide ze zich om en begon te lopen. De treden ... ze moest vluchten ... Ze was roekeloos naar beneden gehold toen ze tegen iemand opbotste, die naar boven kwam en een paar sterke armen sloegen zich om haar heen. De schok en de angst deden haar bijna hardop roepen, tot ze de stem van Sam Murdock herkende - kalm en sussend, helemaal ter zake.
ik heb altijd geleerd, dat het ontlopen van moeilijkheden altijd erger is dan ze onder het oog te zien. Sir Eric?'
Ze kon vaag de witte glans van zijn overhemd zien; ze knikte sprakeloos. En de manier waarop hij haar bleef vasthouden, zonder hartstocht, hielp mee om haar weer aan het denken te zetten.
'Dat lawaai zal iedereen op een holletje hier brengen - voor zover ze al niet van de kaart zijn of op een andere manier bezig zijn,' zei Sam Murdock. Toen liet hij haar los en klopte haar verstrooid op de schouder. Ginny voelde zich getroost door de kalme, zelfverzekerde, langzame stem.
'Kom maar met mij mee - en laat mij het gesprek maar voeren. Je hoeft je geen zorgen te maken - niemand van de heren hier wil een schandaal en minst van allemaal: sir Eric.'
'Maar ik ... ik denk dat ik hem vermoord heb! Hij zag er zo ... hij zag er zo dóód uit!'
Murdock liet een kort, vreugdeloos gegrinnik horen.
'Dat betwijfel ik! En als het zo is, dan is het zijn eigen schuld, is het niet? Nu, denk eraan - u laat dit mij behandelen. U bent ontdaan en niemand zal u iets verwijten. Huil maar, als u dat liever doet. Ik heb gehoord dat het sommige vrouwen helpt. Maar blijf eraan denken, dat u zich nergens zorgen over hoeft te maken.'
Het vreemde was dat ze deze man vertrouwde, die voor haar een vreemdeling was. En er was iets in zijn kalme kracht en zijn zelfverzekerde optreden, dat haar zonder een enkel woord deed gehoorzamen.
Koel, volslagen nuchter en meester van zich zelf, nam Sam Murdock de leiding, zoals hij beloofd had. Zijn tijdige verschijning had haar gered van een instorting en terwijl ze met een deel van haar aandacht naar zijn laconieke ongeëmotioneerde verklaring luisterde, trachtte Ginny het trillen van haar handen te bedwingen. Delia kwam ergens vandaan, haar ogen dik van de slaap. En weer was het Sam Murdock die met scherper wordende stem commandeerde en de komende hysterische aanval van het meisje pareerde en haar opdracht gaf om iets te drinken te halen voor haar meesteres.
'Water is goed. En iets om haar zenuwen te kalmeren.'
Gesterkt door een van haar hoofdpijnpoeders, was Ginny in staat om de rest te doorstaan - het gefluister en de zijdelingse blikken, de kleine verschrikte kreetjes van de vrouwen. Zoals Murdock haar verzekerd had in een cynisch terzijde, waren de aanwezige mannen meer bezorgd met het beschermen van hun eigen reputaties dan met het 'ongeluk' van hun gastheer. Want zó zou het genoemd worden. Een te betreuren ongeluk.
Thomas Durant, die dokter geweest was vóór hij financier werd, onderzocht de ongelukkige sir Eric en stelde vast, dat zijn toestand niet ernstig was, hoewel hij op verscheidene plaatsen lelijk gesneden was door de glassplinters. Gelukkig was zijn hoofd terechtgekomen op het vloerkleed van de slaapkamer.
Nog steeds bewusteloos, maar zwaar ademhalend, werd sir Eric naar zijn eigen slaapkamer gebracht; zijn wonden werden gedesinfecteerd en verbonden.
'Ik zal zelf wel met hem praten,' beloofde Collis Huntington. 'Er zal over deze ongelukkige episode niets meer gehoord worden.'
'Maar ik kan hier niet blijven!' zei Ginny met opgewonden stem, ondanks de voorbijgaande rust, die de poeder haar gegeven had. 'Dat begrijpt u toch wel? Ik wil hem niet meer zien. Dat zou ondraaglijk zijn.'
Ze was weer met Sam Murdock alleen en ofschoon de dageraad de oostelijke hemel reeds kleurde met bleke lichtstrepen, voelde ze zich niet langer slaperig.
'Dat hoeft ook niet.' Hij had nog steeds de leiding, ook over haar leek het wel. ik heb mijn mannen al gezegd, dat we over een uur vertrekken. En uw kamenier is voor u aan het pakken.'
'Maar...'
In het zwakke licht ving ze de vage glimlach op, die om een van zijn mondhoeken krulde.
ik heb al de indruk gekregen dat u een onafhankelijke jonge vrouw bent. Ik neem u dus niet mee naar mijn eigen huis ofschoon dat minder dan twintig mijl hiervandaan is. Ik dacht dat u eerst uw vader en stiefmoeder in Belmont zou willen zien. Zeg hun, dat er een verandering in uw plannen is gekomen. Ik zal natuurlijk nog een formele invitatie doen wanneer ik hen ontmoet. Ik zou me gevleid voelen, indien u allemaal vanavond mijn gasten zoudt willen zijn. Noem het een instuif als u wilt. Mijn huis is pas een paar weken geleden klaar gekomen en ik had al een paar vrienden en kennissen uitgenodigd. Wilt u komen?' Zijn heldere blauwe ogen straalden niets anders dan vriendelijkheid uit. 'Er zullen een paar bekende gezichten van gisteravond zijn natuurlijk, maar daarover hoeft u zich geen zorgen te maken. En misschien, wanneer uw echtgenoot vroeg genoeg terug is, wil hij zich ook bij ons voegen.'
Ivan - ze was hem bijna vergeten. En de plotselinge herinnering was niet prettig. Hij had het geweten ... natuurlijk had hij het geweten! Misschien zou sir Eric later een onaangenaam ongeluk gekregen hebben; maar eerst werd zij verondersteld dat zij de man haar had laten verleiden, zoals ze misschien gedaan zou hebben indien Sam Murdock niet op tijd tussenbeide gekomen was.
Ginny was zich bewust dat de man haar gadesloeg zonder dat ogenschijnlijk te willen - en dat zij, niettegenstaande alles, hem nog steeds vertrouwde.
'Wel dan,' zei Murdock opgewekt alsof ze haar toestemming al gegeven had, 'denkt u dat u binnen een uur gekleed kunt zijn, prinses?'