84

Datum:

26 november 2003, 10:20 uur

Locatie:

Eindbestemming Beijing, China

MICHEL EN ELLES

Als we ‘s-morgens op de kilometerteller kijken, realiseren we ons dat we meer dan dertigduizend kilometer gereden zullen hebben als we Beijing, de hoofdstad van China, in rijden.

Zullen we het echt zonder ongelukken volbrengen? En zullen we de eindbestemming van de expeditie zonder een lekke band zien te halen? Het laatste stuk, zo hebben we gehoord, is een goede tolweg die net een paar jaar open is. “Geen hobbelige wegen meer!” juichen we als we wegrijden bij het hotel.

Maar daar waren we iets te vroeg mee. Als we bij de snelweg aankomen, blijkt deze te zijn gesloten vanwege dichte mist. We moeten alsnog de drukke, slecht geasfalteerde B-weg nemen. Vanaf de eerste dag in China was het wegdek steeds weer een teleurstelling. Zo ook vandaag. Langzaam rijden we tussen de vrachtwagens in de richting van Beijing.

Pas tegen de drukke avondspits rijden we de nieuwe ringweg van Beijing op. Heb je in Parijs één ringweg, hier heb je er vijf! Alle drie concentreren we ons op de verkeersborden om de weg naar het centrum te vinden. We moeten, net als de andere weggebruikers, vechten om een plekje. Ons einddoel is Tiananmenplein, het grote plein midden in de stad. Beijing is de woonplaats van Jason en we verwachten eigenlijk dat hij de weg weet. Maar ook hier, in zijn eigen stad, weet hij verwarring te zaaien. Pas na een uur of wat rijden door de drukte van de wereldstad zien we ineens in de verte het plein en de verboden stad liggen. Mao lacht ons vanaf een groot billboard boven de ingang toe.

We kunnen het bijna niet geloven maar we hebben het gehaald! Duizenden verschillende emoties komen los. We hebben een jaar voorbereiding, keihard werken en zeven maanden van rijden door tien verschillende landen achter de rug en hebben het gehaald!

Het voelt geweldig om over het Tiananmenplein te rijden. Niet alleen omdat het een mooi plein is, dat grenst aan de verboden stad. Maar ook omdat we dit plein tot symbolisch eindpunt van de reis hadden gekozen. We kunnen het nog niet geloven. We hebben het gehaald, zonder een lekke band, zonder ook maar één ongeluk en zonder al te grote problemen. Tranen vloeien en alle spanning valt van ons af.

Hippie, het is je gelukt! Het is ons gelukt! Na een paar feestelijke rondjes te hebben gereden rijden we door naar een guesthouse.

Beijing is synoniem aan shopping. En wat ons betreft is er geen stad in de wereld die in dit opzicht aan Beijing kan tippen. Er zijn trendy straten met mooie design-kleding, een parel- en zijdemarkt en allerlei winkeltjes voor allerlei hebbedingetjes. Maar daarnaast is er ook heel veel te zien in Beijing. Je kunt er makkelijk een week vullen zonder je een seconde te vervelen. De beroemdste man uit China, Voorzitter Mao, verblijft nog steeds in Beijing. Hij heeft zijn laatste rustplaats uitgezocht midden op het Tiananmenplein. En net als sommige Russische leiders en zijn Vietnamese buurman Ho Chi Minh, ligt ook Mao in een glazen kist. Aanhangers en andere bezoekers kunnen langskomen om hem te zien. Dat mogen wij natuurlijk niet missen!

We nemen de volgende dag plaats in een rij op zo’n driehonderd meter afstand van de ingang. Drie mensen met luidsprekers zorgen ervoor dat iedereen netjes in de rij blijft staan. We wachten vol spanning af. Als er genoeg mensen zijn, mogen we al marcherend naar het grote gebouw. Iets verderop mogen we weer stilstaan. Iedereen krijgt het verzoek om zijn respect voor Mao te tonen middels een bosje nepbloemen. De Chinezen rennen massaal naar de bloemenstal. Voor een of twee yuan krijgen ze een felgekleurd boeketje in een cellofaantje mee. We snappen niet waar de haast vandaan komt. Zo druk is het niet en Mao heeft volgens ons ook geen andere plannen.

We betreden de eerste hal en lopen tegen een enorm beeld van Mao aan. De mensen die bloemen hebben gekocht, wordt verzocht ze hier weer in te leveren. Voor het beeld staat een enorme bak op wieltjes. Nadat onze groep in de volgende ruimte is gearriveerd, wordt deze bak naar buiten gereden en aan de volgende bezoekers verkocht. Goeie business, Mao! We lopen, nog steeds in een vlot tempo, door naar de laatste ruimte van het pand.

Dit is het, de ruimte waar Mao ligt, fluisteren we zachtjes. We betreden de ruimte en zien de glazen kist met het lichaam. Het ziet er maar vreemd uit. De enorme tl-lamp boven zijn hoofd geeft een witte gloed op het strakgetrokken gebalsemde lichaam. Het lijkt meer op een wassen beeld uit Madame Tussaud. We hebben het gevoel nog maar net binnen te zijn, als we een seintje krijgen dat we moeten gaan. De volgende groep wil graag naar binnen.

Zodra we een stap buiten het mausoleum hebben gezet, worden we omringd door mensen die Mao-prullaria verkopen. Mao-kalenders, -horloges, -ringen, -aanstekers, -klokken, -posters, -stickers, -thee, enzovoort. Noem het maar en het ligt er in een Mao-uitvoering. Is Mao toch nog commercieel geworden!

Via ChinaDaily.com, de grootste Engelstalige online krant van China, hebben we de dag erna om tien uur een persconferentie geregeld. We mogen vertellen over onze reis en ons doel om SOS-Kinderdorpen te bezoeken. Drie grote kranten zullen aanwezig zijn, zodat we hopelijk veel publiciteit creëren. Ook de directeur van SOS-Kinderdorpen China is erbij aanwezig.

Jason ligt met koorts op bed, dus we zullen alleen moeten rijden. We krijgen aanwijzingen van de receptioniste van ons hotel en vertrekken ruim op tijd. Het verkeer kan nogal een drama zijn, dus we nemen de tijd. We hopen dat we niet van de weg gehaald worden, want zonder gids door Beijing rijden is volgens de Chinese wet voor ons illegaal. Maar de locatie is niet ver van ons hotel vandaan. Het zou dus wel goed moeten komen.

Maar als we rond tienen zijn aangekomen op de plek waar China-Daily zou moeten zijn, zien we alleen maar woonhuizen. Dit kan niet goed zijn. De stress schiet er een beetje in, omdat we de journalisten niet te lang willen laten wachten. Dus spreken we een paar mensen op straat aan, en laten we het briefje zien waar we China-Daily en het adres in het Chinees op hebben laten zetten. Dat vonden we nog zo slim bedacht. Ook al kan het niet ver weg zijn volgens de kaart, niemand op straat lijkt het te herkennen. We hebben het al zonder succes aan zes verschillende personen gevraagd als er een auto voor ons stopt met een jong stelletje. In gebroken Engels vragen ze of ze ons kunnen helpen. Als we het briefje hebben laten zien, geven ze aan dat we hun auto mogen volgen. Na een tijdje slaat de twijfel toe. Volgens onze informatie zaten we aardig in de goede richting, maar we rijden nu op de snelweg. Dit stel brengt ons naar de andere kant van Beijing. Het is ondertussen al twintig over tien en het stel blijft maar doorrijden. We geven een seintje dat ze moeten stoppen en vragen of het meisje met onze contactpersoon bij China-Daily wil bellen. Dan blijkt dat de receptioniste ons een compleet verkeerde richting uit heeft gestuurd. Na nog eens tien minuten zien we inderdaad het prachtige pand van China-Daily liggen. Wat een mazzel dat het stel de moeite heeft genomen om voor ons uit te rijden. Anders hadden we het nooit gevonden. De journalisten hebben gelukkig gewacht, dus om half elf kan de persconferentie beginnen.

We krijgen ontzettend veel vragen op ons afgevuurd en krijgen voldoende tijd om ons verhaal te vertellen. Uiteraard vertellen we uitgebreid over onze ervaringen in de SOS-Kinderdorpen. Op die manier hopen we meer mensen over te halen donateur te worden. Nadat we een uur hebben volgekletst, is het tijd voor de fotoreportage. Buiten, voor de bus, worden we uitgebreid op de foto gezet. Even voelen we ons ontzettend stoer!

Nadat we ‘s-ochtends probleemloos zonder gids hebben gereden, hebben we de smaak te pakken. We besluiten door te rijden naar het Zomerpaleis. Dit paleis, gebouwd aan een prachtig meer, is een van de hoogtepunten van Beijing. We weten het vlot te vinden, we parkeren de bus en betalen de twintig yuan voor het buitengedeelte. We zijn te laat om het paleis nog vanbinnen te bekijken. Maar buiten is er al genoeg te zien. We lopen heerlijk langs het water. De zon gaat bijna onder, maar wordt nog net weerspiegeld in het grote meer.

Na zo’n anderhalf uur op deze prachtige plek te hebben rondgelopen, rijden we weer terug naar ons hotel. We blijken net de spitstijd te hebben uitgezocht en maken de nachtmerrie van de avonddrukte van Beijing mee. Gelukkig maken de kerstlichtjes rond het Tiananmenplein veel goed. Wat een plaatje!

De volgende morgen slapen we lekker uit en gaan pas rond een uurtje of twaalf de stad in. We laten de bus staan om een bekeuring te voorkomen en nemen een taxi. Aangezien de Olympische Spelen in 2008 in Beijing gehouden worden, moeten alle taxichauffeurs nu al op een cursus Engels. De meeste taxichauffeurs hebben niet lang in de schoolbanken gezeten, horen we van Jason. Ook onze taxichauffeur heeft er moeite mee gehad (of heeft gespiekt tijdens het examen), want als we hem vragen naar de Temple of Heaven te rijden (de op twee na belangrijkste toeristische attractie in Beijing) kijkt hij ons aan met een blik van puur onbegrip. Gelukkig heeft hij nog een kleine vier jaar voordat de Spelen beginnen.

De Temple of Heaven is een hemelse plek waar veel oude Chinezen komen om lekker muziek te maken, te vliegeren, te zingen of hun tai-chi-oefeningen te doen. Overal zien we bejaarden Chinezen genieten van het heerlijke zonnetje. Wat oudere mannen zijn aan het kaarten. Hoewel ze met ‘Iraqi’s Most Wanted’ Cards spelen, zien ze eruit of ze geen idee hebben wat er zich buiten dit park afspeelt. Dit is hun wereld, dit is China in zijn puurste vorm. En het mooie is dat niemand schaamtegevoelens heeft. Het maakt niet uit hoe slecht je zingt, hoe raar je dansbewegingen zijn of hoe ongecontroleerd je tai-chi-oefeningen. Iedereen geniet gewoon van zijn eigen dingen.

In het park staan meerdere tempels. De tempel van de oogst is de beroemdste. Het is een mooi gebouw, waar de keizer vroeger naartoe ging om voor een goede oogst te bidden. Ernaast ligt een echomuur, die in een cirkel is gebouwd en waar je, als je aan de ene kant iets zegt, het aan de andere kant zou moeten horen. Helaas zijn alle Chinezen zo fanatiek aan het schreeuwen, dat het onmogelijk is om er een echo uit te pikken.

Een van de andere dingen die je niet mag missen in Beijing is een acrobatische show. Zo’n show klinkt natuurlijk bijzonder toeristisch, maar er is ons verteld dat het de moeite waard is. Dus gaan we vroeg in de avond bijzonder flexibele Chinezen bekijken. Maar wanneer we de oude theaterzaal inlopen, hebben we het gevoel dat we niet op de juiste plek zijn. Het is vijf minuten voor aanvang en de zaal is nog helemaal leeg. We zijn de enige bezoekers. We nemen plaats op de voorste rij en wachten tot het begint. Gelukkig worden er op het laatste moment nog twee bussen vol Chinezen afgezet en kan de voorstelling beginnen. De show begint met wat dametjes met draaiende bordjes op stokken. We vragen ons af of de bordjes zijn vastgelijmd, maar het ziet er best grappig uit. Na deze act begint het pas echt. Zeven jongens halen de meest fantastische acrobatische toeren uit. Ze springen door kokers, klimmen als apen in hoge stokken en doen een act met metershoge klimtouwen (waar ze in klimmen en van alles op hoogte opvoeren). Naast dit is de hoofdact met een bijzonder flexibele (rubberen) vrouw fantastisch. De vrouw neemt zulke rare houdingen aan, dat we ons bijna ongemakkelijk voelen als we ernaar kijken. Ze buigt achterover, legt haar hoofd tegen haar kuiten en weet vervolgens een been van voren naar achteren te bewegen terwijl ze wat kopjes met water horizontaal in haar mond houdt. Het is ongelofelijk wat ze met haar lichaam kan doen. Een show om nooit meer te vergeten.