42
Datum:
26 augustus 2003, 15:00 uur
Locatie:
Grensceromonie Pakistan-India, Pakistan
MICHEL
Onze volgende bestemming is Amritsar in India, dat op twee uur rijden van Lahore ligt. We leggen de directrice uit dat we ongeveer vier weken in India blijven en dan weer terugkomen. De directrice kijkt op de kalender en begint te stralen. Over vier weken is er een bruiloft in het dorp, waar ze ons voor uitnodigt.
In de namiddag rijden we naar de grens met India. We moeten ons haasten, omdat de grens maar tot een bepaalde tijd open is en dan ceremonieel wordt gesloten. We hadden al iets gehoord over een vlaggenceremonie en hopen er nog een glimp van op te vangen. Helaas blijken we al te laat te zijn om de grens nog te kunnen passeren.
We parkeren de bus bij een huisje op een paar honderd meter van de grens, pakken onze camera’s en lopen naar het grote hek dat de grens tussen Pakistan en India markeert. Daar heeft zich een enorme menigte verzameld. De speciaal gebouwde tribunes zijn overvol. We weten een plekje vooraan te bemachtigen, zodat we goed kunnen zien wat er allemaal gaat gebeuren. De menigte heeft er zin in. Onder aanvoering van een opa met een grote Pakistaanse vlag schreeuwen ze onophoudelijk: “Pakistan, Pakistan!” Aan Indiase zijde speelt zich hetzelfde af en beide menigten proberen elkaar te overschreeuwen.
Dan horen we tromgeroffel en begint de ceremonie. Een tiental grensbeambten heeft zich speciaal in grijze uniforms gehesen en marcheert met veel bravoure naar de grens. Daar salueren ze naar hun superieuren om vervolgens weer terug te marcheren. De menigte wordt gekker en gekker en de opa met zijn vlag doet hard mee. Een halfuur lang voeren de mannen een soort vertoning op waaruit hun kracht en hun macht moeten blijken. Ze zwaaien met hun armen en benen alsof hun leven er vanaf hangt. Dan worden na een uurtje de vlaggen van Pakistan en India naar beneden gehaald. Het hek tussen de beide landen wordt met een grote klap dichtgeslagen.
De hele tijd voelen we de spanning tussen beide landen en als de ceremonie voorbij is rent de menigte naar het gesloten hek om hun nationalisme te tonen aan de horde aan de andere kant. Zwaar bewapende rangers houden beide groepen op afstand van elkaar. Na een paar minuten gejoel gaan de mensen naar huis.
Het heeft geen zin om weer terug te rijden naar Labore, dus besluiten we in een oud en vervallen hotel naast de douanepost te overnachten. We parkeren de bus en lopen naar binnen. Binnen hangt een vreemde lucht. Het ruikt alsof er al in geen tijden meer is schoongemaakt. Veel klanten zien ze waarschijnlijk niet, want het personeel staat verschrikt te kijken als we opeens voor ze staan. We checken in en krijgen een kamer met een ruime, smerige badkamer toegewezen. Ook de kamer zelf verkeert in vervallen staat en de gordijnen zijn zo vies dat we ze niet aan durven te raken. Gelukkig komt er schoon water uit de kraan en kunnen we even douchen. Nadat we ons opgefrist hebben vragen we aan de eigenaar of we ook wat kunnen eten. Dit levert een hoop stress bij de man op, want van de gerechten op de kaart blijkt de man alleen maar linzen te hebben.
De dahl, een typisch Pakistaans gerecht van linzen en kruiden, is uiteindelijk ontzettend lekker. We eten onze vingers erbij op, vooral met het zalige zelfgemaakte chapatibrood erbij. De eigenaar kijkt van een afstandje opgelucht toe.
‘s-Nachts schrik ik wakker als ik Elles hysterisch hoor gillen. In de deuropening staat een man die ons die ons verschrikt aankijkt. Ik schreeuw vanuit mijn tenen dat hij weg moet gaan. “I am really sorry,” stamelt de man. “I just want to go to toilet” Elles hoort het niet eens, haar eigen gegil overstemt het gemompel van de man volledig. De man gaat er als een speer vandoor.
Met moeite vind ik het lichtknopje en als het licht eindelijk aan is, zie ik dat Elles behoorlijk overstuur is. Een paar jaar eerder heeft ze een soortgelijke situatie meegemaakt in Indonesië. Ook die persoon wist ze weg te jagen door hard te schreeuwen. Dit keer heeft ze niet alleen die kerel aan het schrikken gebracht, maar ook mij. Ik loop naar de gang. Daar tref ik het verontruste personeel aan. De dader blijkt een personeelslid geweest te zijn dat altijd de wc op onze kamer gebruikt. Omdat er kennelijk weinig gasten zijn in het hotel had de man in zijn wc-routine niet opgelet of de kamer bezet was. Als ik de dader nog zie trillen van de schrik, moet ik lachen. We bieden beiden onze excuses aan, de man voor het verstoren van de nachtrust, ik voor het feit dat Elles zo tekeerging. Om herhaling te voorkomen plaatsen we een stoel voor de deur, maar echt lekker slapen lukt niet meer.
We vertrekken vroeg in de ochtend, zodat we lekker op tijd in India zijn. De grenswachten die de avond ervoor de hele show hebben opgevoerd zijn erg geïnteresseerd in onze filmopnames en digitale foto’s. We parkeren de bus en laten onder grote belangstelling zien wat we hebben vastgelegd. Wij krijgen hierdoor de mogelijkheid om gade te slaan wat er zich allemaal bij de Pakistaans-Indiase grens afspeelt. Een vrachtwagen wordt aan Pakistaanse kant gelost. Vrachtwagens mogen de grens met India niet passeren, de vracht wel. Dus staan er tientallen mannen in groene en rode uniformen klaar om de dozen richting grens te brengen waar vervolgens weer tientallen mannen in het blauw de dozen op een Indiase vrachtwagen zetten. De gekleurde uniformen moeten ervoor zorgen dat de mannen niet stiekem de grens oversteken. Gelukkig mag onze bus wel de grens over en krijgen we zonder al te veel moeite alle verplichte stempels.
Een kennelijk verveelde Indiase grensbeambte weet het hele ritueel nog wat te rekken, omdat hij eerst het fijne van Nederland wil weten voordat hij alle papieren goedkeurt. Hij is vooral geïnteresseerd in de Nederlandse gewoontes op het gebied van trouwen, en wat er daarvoor allemaal uitgespookt mag worden, of niet. Hier in India werkt het wel wat anders dan in Nederland. Zo’n romantisch huwelijksaanzoek als ik heb gedaan komt zelden voor. De man vraagt de vader om de hand van zijn dochter. Als het meisje geluk heeft, mag ze zelf beslissen. Elkaar even rustig leren kennen zit er helaas niet in. Er mag een gesprekje worden gevoerd onder toeziend oog van de familie. Maar daarna wordt er zo snel mogelijk getrouwd. Na het huwelijk begint het proces van elkaar leren kennen en begrijpen pas. Dat laatste blijkt een moeilijke opgave, aldus de grensbeambte.