13
Datum:
6 juni 2003, 11:00 uur
Locatie:
Venetië, Italië
ELLES
Na een treinrit van twee uur komen we aan op het station van Venetië. De aandacht van Michel wordt al vrij snel afgeleid door een pizzastand.
“Jij verandert nog eens in een pizza!”
“Beter nog: als ik reïncarneer, kom ik terug als een pizza. Niet als een quattro stagioni van de pizzeria, maar als een ordinaire margarita van 1,99 van de Appie op de hoek.”
“Je bent gek, wist je dat?”
“Ja, klopt. Op jou!”
Voor ik het weet heeft hij een pizzapunt bemachtigd en ook ik ga overstag bij de lekkere geur.
“Bestel jij er een voor mij, Michel, dan ga ik even naar de wc.”
“Welke wil je hebben? De margarita?”
“Kijk maar, wat jij lekker vindt.”
Maar als ik terugkom van de wc zie ik geen pizza. Michel kijkt me schaapachtig aan.
“Je hebt toch niet…” De sporen van tomatensaus op zijn wang verklappen genoeg.
“Eh, tja, kan ik er wat aan doen dat jij zo lang wegblijft? Opeens zat hij zomaar in mijn mond! Ik kon er niets aan doen. Het gebeurde heel onverwachts,” zegt hij flauw, al zie ik in zijn ogen dat hij zich betrapt voelt.
“Jij bent onverbeterlijk, wist je dat? Bestel er gauw nog maar één.”
Ik kan hem geen ongelijk geven, want als ik eindelijk mijn eigen punt krijg, smaakt hij zó lekker dat ook ik er bijna nog een neem. Maar aangezien ik een slanke dame wil blijven, besluit ik het niet te doen. Ik moet per slot van rekening wel aantrekkelijk blijven voor Michel, anders vraagt hij me natuurlijk nooit ten huwelijk. Ik vraag me sowieso af of hij dat tijdens deze reis zal doen. Misschien wacht hij tot het eind en vraagt hij me in Beijing. Dan is het als een beloning voor goed gedrag nadat ik zeven maanden lang aardig ben geweest onder de meest erbarmelijke omstandigheden. Maar misschien doet hij het wel vandaag, in het romantische Venetië. Ik droom weg bij het zien van de gondeltjes. Sprookjesachtig varen door de nauwe straatjes met een zingende Italiaan. Zoenen onder de bruggetjes en wegzwijmelen in zijn armen. Zou het vandaag gebeuren?
“Zullen we de ferry nemen naar het San Marcoplein?”
Meteen sta ik weer met beide benen op de grond. Geen romantisch gondeltje, maar een ordinaire ferryboot. Niet lekker wegdromen met z’n tweet jes op het water, maar samengeperst op een paar vierkante meters boot tussen toeristen, koelboxen en fototoestellen. De drukte op het water voor het station is ook niet ideaal voor een romantische peddeltocht. De ferry neemt ons mee over het Canal Grande langs schitterende panden en legt na een half uur vlak bij het beroemde San Marcoplein aan. Het is de meest toeristische plek van Venetië en misschien wel van heel Italië. Naast de prachtige kerk zijn ook de duiven een trekpleister. Of eigenlijk zijn de toeristen een trekpleister voor de duiven. Trek hebben de duiven in ieder geval wel, want als we wat brood uit onze rugzak halen, zitten er binnen een paar seconden vier duiven op de armen en een op het hoofd van Michel. “Als ze maar niet poepen!” roept Michel nog, maar het kwaad is al geschied. Een grote klodder druipt zijn mouw af. Michel schudt verwoedt de duiven van zich af. Een ijszaak biedt uitkomst en met een paar servetten weten we de schade terug te brengen tot minimale proporties.
De prachtige kerk van San Marco is verplichte kost. Geduldig nemen we plaats in de lange rij. Als we na een kwartier naar binnen kunnen, blijkt dat dit het wachten waard was. Het interieur is oogverblindend en de vele mozaïeken zijn een lust voor het oog. Achter in de kerk worden we tegengehouden en wordt er een kleine bijdrage gevraagd. Een snelle blik in de gids vertelt dat het gaat om een gouden altaarstuk, dat zich achter het graf van Sint Marcus bevindt en met juwelen is ingelegd. We betalen de € 1,55 per persoon en gaan kijken. Ook al is € 1,55 niet echt veel, het blijkt het niet waard. Misschien voor een verdwaalde historicus, maar niet voor twee nuchtere Hollanders op zoek naar wat avontuur. In een naastgelegen kapel vinden we wel een aantal interessante relikwieën. Michel, die niet gelovig is maar wel geïnteresseerd in de verschillende overtuigingen, is gefascineerd door een doorn die uit de kroon van Jezus zou komen. Sceptisch als hij normaal is, staat hij nu bijna met zijn neus tegen het glas aangedrukt.
“Michel, het glas wordt vies!”
“Wat?”
“Je neus…Je neus geeft vette strepen op het glas!”
Ook de bewaker heeft het door en komt aangesneld. Na wat gegrom in het Italiaans wordt Michel opzij gedrukt en pakt de man een lapje en begint theatraal het raam schoon te vegen. Zonder iets te zeggen verlaten we de ruimte en lopen daarna gierend van het lachen de kerk uit.
In een van de straatjes achter het San Marcoplein halen we een brood. Met ons potje pindakaas uit de rugzak en het verse brood ploffen we neer naast de fontein op het prachtige plein. Net als ik een lik pindakaas op mijn boterham heb gesmeerd en een hap van deze Hollands-Italiaanse lekkernij wil nemen, komt er een politieagent aan. Wild gebarend blaft hij iets in het Italiaans tegen ons. We concluderen maar dat we daar niet mogen zitten. Wat jammer, het is zo’n mooi plekje. Het zal wel te maken hebben met de handel van de cafeetjes en terrasjes aan dit plein. Of het ontbreken daarvan, want op de terrasjes blijft het verdacht leeg. We lopen verder en komen bij een kanaaltje uit waar een aantal gondels ligt. Daar worden we aangesproken door Fabrizio, een charmante gondelier die Michel ervan probeert te overtuigen om een bootritje te maken. Als ik merk dat Michel wel interesse heeft begint mijn hart sneller te kloppen. Maar mijn hart slaat drie keer over en blijft bijna stilstaan als ik de prijs hoor. Vijfenzeventig dollar voor een halfuurtje peddelen. Michel, die hard aan het onderhandelen is, ziet me slikken. Ik probeer zo onopvallend mogelijk te gebaren dat ik het een belachelijk hoog bedrag vind. Een paar verwoede onderhandelingpogingen helpen niet. De prijs is al laag, krijgen we te horen. De aanslagen van 11 september in Amerika hebben het toerisme een klap van jewelste gegeven. Het zijn vooral de Amerikanen die gek zijn op dit soort boottochtjes en de gondeliers moeten het hebben van de fooien die de Amerikanen geven. Nu de economie in Europa slecht gaat en de Amerikanen er niet reislustiger op zijn geworden, kunnen ze die fooien vergeten.
Een tochtje zit er voor ons dus helaas niet in. Dan maar op zoek naar het huis van Marco Polo, onze grote voorganger op de Zijderoute. Deze beroemde wereldreiziger begon zijn reis naar China in Venetië. Na een halfuurtje zoeken en een paar keer vragen komen we aan bij het pleintje waar hij gewoond heeft. We vinden een bordje waar zijn naam op staat en gaan ervoor staan om deze bijzondere plek op de gevoelige plaat vast te leggen. Als we de foto genomen hebben, zien we Fabrizio langsvaren met twee dikke Engelsen die bijna niet in zijn gondeltje passen. Zijn blik zegt: ‘je moet toch wat tegenwoordig’ en al lachend vaart hij verder. De rest van de middag slenteren we door het oude gedeelte van de stad en kijken we nog even in een zaakje waar ze de beroemde Venetiaanse carnavalsmaskers maken.