49
Carlos draait zich snel om en ziet Joona Linna in de deuropening staan. De zwarte jas van de lange commissaris glinstert van de sneeuw.
‘Joona heeft echt niet altijd gelijk, hoor,’ zegt Carlos. ‘Alhoewel, toegegeven... dit keer...’
‘Was Joona dan de enige die dacht dat Jurek Walter een medeplichtige had?’ vraagt Nathan Pollock.
‘Tja, eh...’
‘En bijna iedereen was geschokt toen hij vertelde dat het gezin van Samuel Mendel tot de slachtoffers behoorde,’ zegt Anja zacht.
‘Inderdaad,’ knikt Carlos. ‘Joona was briljant, zonder twijfel... Ik was nieuw als chef en luisterde misschien niet naar de juiste mensen, maar nu weten we het... en nu kunnen we doorgaan om...’
Hij zwijgt en kijkt naar Joona, die een stap de kamer in zet.
‘Ik kom net uit het Söder-ziekenhuis,’ zegt hij kort.
‘Heb ik iets verkeerds gezegd?’ vraagt Carlos.
‘Nee.’
‘Maar je vindt misschien dat ik meer zou moeten zeggen?’ vraagt Carlos met een opgelaten blik en hij kijkt naar de anderen. ‘Joona, het is dertien jaar geleden, er is sindsdien heel wat water naar de zee gestroomd...’
‘Ja.’
‘En je had toen absoluut gelijk, dat zeg ik toch.’
‘Waarin had ik eigenlijk gelijk?’ vraagt Joona op gedempte toon terwijl hij Carlos aankijkt.
‘Waarin?’ herhaalt Carlos schel. ‘In alles, Joona. Je had overal gelijk in. Is het nu genoeg? Ik vind het zo eigenlijk wel genoeg geweest...’
Joona glimlacht even en Carlos gaat zuchtend zitten.
‘De algemene gezondheidstoestand van Mikael Kohler-Frost is al veel beter, en ik heb een paar keer de gelegenheid gehad om vragen te stellen... Ik had natuurlijk gehoopt dat Mikael de medeplichtige zou kunnen identificeren.’
‘Dat is misschien te vroeg,’ zegt Nathan bedachtzaam.
‘Nee... Mikael heeft geen naam, geen signalement... zelfs geen stem, maar...’
‘Is hij getraumatiseerd?’ vraagt Magdalena Ronander.
‘Hij heeft hem simpelweg nooit gezien,’ zegt Joona terwijl hij haar aankijkt.
‘Dus we hebben helemaal niets?’ fluistert Carlos.
Joona loopt verder naar binnen en zijn schaduw valt over de kamer en de vergadertafel.
‘Mikael noemt zijn ontvoerder Zandman... Ik heb het nagevraagd bij Reidar Frost en hij heeft uitgelegd dat die naam uit een verhaaltje komt dat hun moeder voor het slapengaan aan de kinderen vertelde... De Zandman is dus een soort gepersonifieerde slaapbrenger die zand in de ogen van kinderen strooit zodat ze gaan slapen.’
‘Ja precies,’ zegt Magdalena en ze glimlacht. ‘De korrels in je ogen als je ’s ochtends wakker wordt zijn het bewijs dat het zandmannetje is geweest.’
‘De Zandman,’ zegt Nathan nadenkend, en hij schrijft iets in zijn zwarte notitieboek met gewaxte kaft.
Anja pakt Joona’s mobieltje aan en sluit het aan op het draadloze audiosysteem.
‘Mikael en Felicia Kohler-Frost zijn half Duits. Roseanna Kohler kwam op achtjarige leeftijd uit Schwabach naar Zweden,’ begint Joona.
‘Dat ligt ten zuiden van Neurenberg,’ zegt Carlos.
‘De Zandman is haar Klaas Vaak,’ vervolgt Joona. ‘En elke avond voor het slapengaan vertelde ze de kinderen een verhaaltje over hem... Door de jaren heen heeft ze het sprookje uit haar jeugd vermengd met veel eigen fantasieën en fragmenten uit de barometerverkoper en de mechanische meisjes van E.T.A. Hoffmann... Mikael en Felicia waren pas acht en tien jaar oud en ze dachten dat de Zandman hen had meegenomen.’
De mannen en vrouwen rond de tafel kijken toe terwijl Anja voorbereidingen treft voor het afspelen van Mikaels verhaal. Hun gezichten staan ernstig. Voor het eerst zullen ze het enige ontsnapte slachtoffer van Jurek Walter horen getuigen over wat er is gebeurd.
‘We kunnen de medeplichtige dus niet identificeren,’ zegt Joona. ‘Het enige wat ons rest is de plek... Als Mikael ons kan terugbrengen naar de plek, dan...’