10
Veronica loopt met Marie mee als ze Reidar zoekt in het grote huis. Ze lopen door kamers en zalen. Zijn jasje ligt op de trap naar de bovenverdieping en ze lopen naar boven. Het is donker, maar het spelende licht van het vuur is verder naar binnen in het huis te zien. In een grote kamer zit Reidar op de bank voor de haard. Zijn manchetknopen zijn verdwenen en zijn mouwen hangen over zijn handen. Op het lage boekenkastje naast hem staan vier flessen Château Cheval Blanc.
‘Ik wil alleen sorry zeggen,’ zegt Marie terwijl ze steun zoekt bij de deur.
‘Laat me toch,’ mompelt Reidar zonder zich om te draaien.
‘Het was stom van me om die pop naar buiten te slepen zonder het eerst te vragen,’ gaat Marie verder.
‘Wat mij betreft kunnen jullie al die oude zooi verbranden,’ antwoordt hij.
Veronica loopt naar hem toe, gaat op haar knieën zitten en kijkt glimlachend naar zijn gezicht.
‘Heb je Marie eigenlijk al begroet?’ vraagt ze. ‘Ze is de vriendin van David... geloof ik.’
Reidar proost naar de roodharige vrouw en neemt een ferme slok. Veronica pakt het glas van hem af, proeft de wijn en gaat zitten.
Ze doet haar schoenen uit, leunt achterover en legt haar blote voeten op zijn schoot.
Langzaam streelt hij haar kuit, over de blauwe plek van de nieuwe stijgbeugelriem van het zadel, langs de binnenkant van haar dijbeen en verder naar boven. Ze laat het gebeuren, trekt zich er niets van aan dat Marie nog in de kamer staat.
De vlammen laaien hoog op in de enorme haard. De warmte pulseert en zijn gezicht gloeit zozeer dat het bijna verbrandt.
Marie komt voorzichtig dichterbij. Reidar kijkt naar haar. Het rode haar is gaan krullen van de warmte in de kamer. De jurk met luipaardprint is gekreukt en vlekkerig.
‘Een bewonderaarster,’ zegt Veronica, en ze houdt het glas bij Reidar weg als hij erbij probeert te komen.
‘Ik ben dol op je boeken,’ zegt Marie.
‘Welke boeken?’ vraagt hij bruusk.
Hij staat op, haalt een nieuw glas uit de vitrinekast en schenkt wijn in. Marie begrijpt het gebaar verkeerd en steekt haar hand uit om het glas aan te pakken.
‘Ik ga ervan uit dat je naar de plee gaat als je moet pissen,’ zegt Reidar, en hij neemt een slok.
‘Je hoeft toch niet...’
‘En als je wijn wilt, drink dan verdomme wijn,’ onderbreekt hij haar met stemverheffing.
Marie wordt rood en hapt naar adem. Met trillende hand pakt ze de fles en schenkt zichzelf in. Reidar zucht zwaar en zegt dan op mildere toon: ‘Ik vind dit jaar tot de betere behoren.’
Hij neemt de fles mee en gaat weer zitten.
Glimlachend slaat hij Marie gade als ze naast hem komt zitten, het wijnglas draait en proeft.
Reidar lacht en vult haar glas bij, kijkt haar in de ogen, wordt ernstig en kust haar dan op haar mond.
‘Waar ben je mee bezig?’ fluistert ze.
Reidar kust Marie opnieuw heel zacht. Ze trekt haar hoofd weg, maar kan een glimlachje niet onderdrukken. Ze drinkt wat wijn, kijkt hem in de ogen, leunt naar voren en kust hem.
Hij streelt haar nek, langs de haargrens, verder over haar rechterschouder, en hij voelt hoe de smalle schouderbandjes in het vlees zijn gezonken.
Ze zet het glas weg, kust hem weer en bedenkt dat ze gek is als ze hem een borst laat strelen.
Reidar dwingt zijn tranen weg zodat het pijn doet in zijn keel als hij haar dijen onder haar jurk streelt, haar nicotinepleister voelt en verder omhooggaat over haar billen.
Marie duwt zijn hand weg als hij haar slipje omlaag probeert te trekken, staat op en veegt haar mond af.
‘We zouden misschien weer naar het feest moeten gaan,’ zegt ze in een poging neutraal te klinken.
‘Ja,’ zegt hij.
Veronica zit stil op de bank en ontwijkt haar zoekende ogen.
‘Gaan jullie mee?’
Reidar schudt zijn hoofd.
‘Oké,’ fluistert Marie en ze loopt naar de deur.
Haar jurk glanst als ze de kamer verlaat. Reidar staart door de deuropening. Het donker ziet eruit als vuil fluweel.
Veronica staat op, pakt haar wijnglas van tafel en drinkt. Ze heeft op haar jurk natte zweetplekken onder haar armen.
‘Je bent een smeerlap,’ zegt ze.
‘Ik probeer alleen zo veel mogelijk uit het leven te halen,’ antwoordt hij zacht.
Hij pakt haar hand en legt die tegen zijn wang, houdt hem daar en kijkt in haar verdrietige ogen.