39
Mike Greene was opgegroeid in Los Angeles, getrouwd met zijn schoolvriendinnetje en had rechten gestudeerd aan de UCLA. Alles was van een leien dakje gegaan en zijn toekomst had er rooskleurig uitgezien. Totdat Mike in zijn vierde jaar als aanklager in Los Angeles tijdens de lunch een bedorven burrito had gegeten. Hij was te ziek geweest om te werken en de rechter had de zitting verdaagd. Mike had even overwogen zijn vrouw, Debbie, te bellen, maar hij had haar niet ongerust willen maken, daarom had hij een uurtje rust genomen en was vervolgens naar huis gereden.
Mike, die vroeger was thuisgekomen dan gewoonlijk, had Debbie boven op zijn buurman aangetroffen. Hij was met stomheid geslagen in de slaapkamerdeur blijven staan en terwijl het overspelige stel haastig de kleren bijeen had geraapt, had hij zich omgedraaid om vervolgens zonder een woord te zeggen te vertrekken.
Greene was tijdelijk ingetrokken bij een collega-officier van justitie totdat hij een smoezelig, gemeubileerd appartementje had gevonden. Hij had zoveel van zijn vrouw gehouden dat hij zichzelf de schuld had gegeven van haar ontrouw. De scheiding was in een wip achter de rug geweest. Debbie had het huis gekregen, het grootste gedeelte van hun spaargeld en al het andere wat ze had willen hebben, want Mike had niet de energie gehad om te vechten. Na de scheiding had Mike geprobeerd zich op zijn werk te storten, maar hij was zo depressief geweest dat zijn prestaties eronder waren gaan lijden. Zijn chef had hem geadviseerd een tijdje verlof te nemen. Mike was nooit verder geweest dan Californië, afgezien van zijn huwelijksreis naar Hawaï en een paar vakanties in Mexico. Hij had zijn auto verkocht en was met het vliegtuig naar Londen gegaan.
Na zes maanden Europa, inclusief een korte doch hevige affaire met een oogverblindende Israëlische toeriste, had Mike alles weer wat helderder gezien. Hij had besloten dat Debbies buitenhuwelijkse seksuele uitspattingen niet zijn schuld waren en dat het tijd was om verder te gaan met zijn leven. Een vriend op het kantoor van de officier van justitie in Multnomah County had voor hem een sollicitatiegesprek geregeld en tegenwoordig woonde Mike in de buurt van de Broadway Bridge aan de Willamette in een eigen appartement met uitzicht op de Rose Garden waar de Trailblazers speelden.
Terwijl Greene vanaf het Justitieel Centrum naar het gerechtsgebouw van Multnomah County liep, fantaseerde hij over een douche, een lichte maaltijd en een dutje op de flanellen lakens van zijn kingsize bed. Maar die droom ging in rook op toen hij Sean McCarthy trof, die in een boek verdiept op hem zat te wachten bij de receptie.
'Een smeris die Steinbeck leest,' zei Greene. 'Kun je daar niet voor worden ontslagen?'
McCarthy keek geamuseerd op. Hij was nog even mager als hij vier jaar geleden was geweest, maar zijn rode haar was dunner.
'Hoe staan de zaken, Mike?'
'Breek me de bek niet open. Als ik niet snel wat slaap krijg, mag jij straks mijn dood onderzoeken.'
McCarthy sloeg The Grapes of Wrath dicht en volgde Greene via een laag klapdeurtje en een smalle gang naar zijn kantoor. Aan een van de muren hing éen poster waarop het Mount Hood Jazz Festival werd aangekondigd. Er waren een tenorsax en een besneeuwde berg op te zien. Mike had tijdens het festival een set gespeeld met een lokaal trio. Onder Greenes raam stond een lage kast met daarop een schaakspel. De hulpofficier van justitie bracht zijn vrije momenten door met het bestuderen van de Indiase verdediging en het bord gaf aan welke positie White na dertien zetten had bereikt.
Sean McCarthy ging op een stoel tegenover Mikes bureau zitten. Greene sloot de deur van zijn kantoor en liet zich in zijn stoel vallen.
'Een jaar of vier geleden is een arts, een zekere Vincent Cardoni, beschuldigd van het martelen van een aantal slachtoffers in een huis in Milton County. Dat was toch jouw zaak?'
'Het was een zaak die in Milton County speelde, maar ik heb alleen geassisteerd.'
'Frank Jaffe heeft Cardoni vertegenwoordigd. Zijn dochter Amanda verdedigt momenteel Justine Castle, Cardoni's ex-vrouw, in een zaak die nogal wat overeenkomsten vertoont met die andere. Amanda denkt dat Cardoni haar cliënt de schuld in de schoenen probeert te schuiven.'
'Cardoni is dood.'
'Dat zegt Alex De Vore, maar volgens Amanda is er nooit een lichaam gevonden.'
'Dat is waar.'
'Dus...?'
McCarthy zweeg even. 'In hoeverre lijken de locaties waar de misdrijven zijn gepleegd op elkaar?'
'Volgens Amanda zijn ze vrijwel identiek.'
'Werkelijk? In welk opzicht?'
Greene haalde de foto's tevoorschijn en overhandigde ze aan McCarthy. De rechercheur bestudeerde ze aandachtig. Hij hield één foto en legde de rest op Greenes bureau.
'Wat denk jij?' vroeg de hulpofficier van justitie.
McCarthy overhandigde hem de foto die hij in zijn hand had. Hij toonde de halfvolle koffiemok die in de keuken van de boerderij was gevonden in het afdruiprek.
'Heeft het lab de vingerafdrukken van Justine Casde op deze mok gevonden?' vroeg McCarthy.
Greene knikte. 'Ze zaten ook op het scalpel met het bloed van een van de slachtoffers.'
'Dat is vreemd.'
'Hoezo?'
'Vier jaar geleden hebben we in de blokhut in Milton County min of meer hetzelfde gevonden. Het verhaal van het scalpel heeft in alle kranten gestaan, maar we hebben nooit iets gezegd over die koffiemok.'
'En dat verzoek tot uitsluiting?'
'Er is een lijst overlegd met de voorwerpen die zijn aangetroffen, maar er is nooit bij gezegd dat er vingerafdrukken op zijn gevonden.'
'Dus jij denkt dat iemand die het verhaal van die mok kende Justine Castle voor de moorden wil laten opdraaien?'
'Of ze heeft tijdens het werk een bak koffie gedronken. Ongeveer een jaar nadat Cardoni is verdwenen heb ik met Frank Jaffe een borrel gedronken. Op een gegeven moment kregen we het over de zaak-Cardoni. Frank zei dat Cardoni de mok cadeau had gekregen van Justine Castle en dat Cardoni had beweerd dat de mok was gestolen uit zijn kantoor in het Medisch Centrum St. Francis. Cardoni had het gevoel dat Justine Castle de mok en het scalpel had gebruikt om hem erin te luizen.'