6

Sheriff Williams kwam even langs op het kantoor van King & Maxwell, dat gevestigd was in een herenhuis met één verdieping in het hart van het kleine maar chique centrum van Wrightsburg. Het was het kantoorpand waarin King ooit zijn advocatenpraktijk had gehad. De sheriff zat met zijn hoed op schoot en terwijl hij King en Michelle over de gruwelijke dubbele moord vertelde, lag er een gespannen uitdrukking op zijn gezicht en leken zijn ogen wel uit hun kassen te puilen.

‘Ik ben bij de politie van Norfolk weggegaan om niet meer met dit soort ellende geconfronteerd te worden,’ begon hij. ‘Mijn ex wist me zover te krijgen om hierheen te komen, voor de rust en vrede. God, wat zat dat mens ernaast. Geen wonder dat we gescheiden zijn.’

King gaf hem een kop koffie en nam toen tegenover hem plaats terwijl Michelle op de rand van een leren bank bleef zitten. ‘Als de kranten hiervan horen zijn de rapen gaar. En die arme Sylvia. Ze had net een lijkschouwing gedaan op dat meisje en toen moest ze er nog twee doen.’

‘Wie waren het?’ vroeg King.

‘Twee leerlingen van de Wrightsburg Highschool: Steve Canney en Janice Pembroke. Zij is in de rug geschoten, hij recht in zijn gezicht. Hagel. Toen ik dat autoportier opentrok, ging ik meteen over mijn nek. Zonde van mijn ontbijt.’

‘Geen getuigen?’

‘Voor zover we weten niet. Het was een regenachtige nacht. Er waren geen andere bandensporen.’

Michelle ging rechtop zitten. ‘Juist, het regende. Dus als jullie geen bandensporen hebben gezien, moet de moordenaar naar de auto toe zijn gelopen. Hebben jullie dáár geen sporen van gevonden?’

‘Het meeste was al weggespoeld. Er stond verdomme meer dan twee centimeter water in die auto. Steve Canney was een van de meest geliefde jongens van de school. Een football -ster en zo.’

‘En het meisje?’ vroeg Michelle.

Williams aarzelde. ‘Janice Pembroke had onder de jongens nogal een reputatie.’

‘Als iemand die gemakkelijk... te krijgen was?’ vroeg King.

‘Ja.’

‘Is er iets weggenomen? Zou het een roofmoord kunnen zijn?’

‘Waarschijnlijk niet, al worden er wel twee dingen vermist. Een ring die Janice Pembroke meestal omhad en Canneys medaille van St.-Christoffel. Het is niet bekend of de moordenaar die heeft meegenomen.’

‘Je zei dat Sylvia al klaar is met de lijkschouwingen. Ik neem aan dat je daarbij bent geweest.’

Er verscheen een gegeneerde uitdrukking op Williams’ gezicht. ‘Toen ze met die onbekende vrouw bezig was, kreeg ik ineens een probleempje en tijdens de andere twee lijkschouwingen had ik dringende bezigheden elders. Ik wacht nog op Sylvia’s verslagen,’ voegde hij daar haastig aan toe. ‘We hebben hier geen officiële rechercheur Moordzaken, en dus dacht ik dat het misschien geen kwaad zou kunnen als ik hier even langsging om te vragen wat jullie ervan denken.’

‘Zijn er aanwijzingen?’ vroeg Michelle.

‘Bij de eerste moordzaak niet. En we zijn er ook nog steeds niet achter wie die vrouw is. Het is ons wel gelukt om vingerafdrukken te maken, en die hebben we rondgestuurd, maar tot nu toe zonder resultaat. We hebben ook een montagefoto rondgestuurd.’

‘Enige reden om te denken dat die twee moorden onderling verband houden?’ vroeg Michelle.

Williams schudde zijn hoofd. ‘Janice Pembroke en Steve Canney zullen wel deel hebben uitgemaakt van de een of andere driehoeksverhouding. Die jongelui van tegenwoordig maken je binnen een paar seconden van kant, en denk maar niet dat ze daar ook maar een ogenblik mee zitten. Dat komt door al die gewelddadige troep op televisie.’

King en Michelle keken elkaar eens aan en de sheriff ging verder: ‘Bij de eerste moord zijn er maar een paar mogelijkheden: óf de moordenaar heeft de vrouw het bos in gelokt of haar gedwongen met hem het bos in te gaan, óf hij heeft haar ergens anders vermoord en haar daarna dat bos in gedragen.’

Michelle knikte. ‘In het laatste geval moet het een sterke vent zijn geweest. Bij de moord op de twee tieners kan de moordenaar hen gevolgd zijn of hen boven aan de helling hebben opgewacht.’

‘Tja, het is een plek waar veel stelletjes naartoe gaan om te vrijen, als ze het tegenwoordig tenminste nog zo noemen,’ zei de sheriff. ‘Beide slachtoffers waren naakt. Daarom denk ik dat de dader misschien een jongen is die door Janice is gedumpt of iemand die jaloers was op Steve. De zaak van de onbekende vrouw in het bos zal moeilijker op te lossen zijn. Daar zal ik jullie hulp bij nodig hebben.’

King staarde een tijdje peinzend voor zich uit en zei toen: ‘Het horloge van die eerste moord – is je dat écht opgevallen, Todd?’

‘Nou, het leek me nogal groot en zwaar voor zo’n meisje.’

‘Sylvia zei dat de arm waar het horloge om zat, opzettelijk in zo’n houding was geplaatst dat hij omhoog leek te wijzen.’

‘Dat weet ze niet zeker.’

‘Ik heb gezien dat dat horloge op één uur stond,’ zei King.

‘Dat klopt, maar het liep niet meer, of de instelknop was uitgetrokken.’

King keek snel even naar Michelle. ‘Is het merk van het horloge je opgevallen?’

Williams wierp hem een wat bevreemde blik toe. ‘Het merk?’

‘Het was een Zodiac: een cirkel met kruisdraden erdoorheen.’

Williams morste bijna koffie over zijn uniform. ‘Een Zodiac!’

King knikte. ‘En het was inderdaad een herenhorloge. Ik denk dat de moordenaar het om haar pols heeft gedaan.’

‘Een Zodiac,’ herhaalde Williams. ‘Wil je daarmee zeggen dat...?’

‘De oorspronkelijke Zodiac-moordenaar was actief in 1968 en 1969, in de baai van San Francisco,’ zei King. ‘Ik denk dat die inmiddels wel een beetje te oud is voor dit soort dingen, maar er zijn minstens twee gevallen geweest van copycat -moorden, waarbij de moordenaars de Zodiac-moordenaar probeerden na te doen: de een in New York en de ander in de Japanse stad Kobe. De Zodiac-moordenaar uit San Francisco droeg een zwarte beulskap met een logo met twee kruisdraden in een cirkel erop, hetzelfde symbool als op het Zodiac-horloge. Hij heeft ook een horloge achtergelaten op zijn laatste slachtoffer, een taxichauffeur als ik me niet vergis, al was dat geen Zodiac. De man die verdacht werd van de moorden in San Francisco had echter wél een Zodiac-horloge in zijn bezit. Er wordt vermoed dat hij daar het idee van het logo met die kruisdraden in een cirkel vandaan had: het logo dat hij op zijn kap had staan en waaraan hij zijn bijnaam te danken had. De zaak is nooit opgelost.’

Williams zat nu voorovergebogen in zijn stoel en keek heel ongerust. ‘Hoor eens, dit is allemaal speculatie. En ik wil niet dat hier ook maar iets over uitlekt.’

Michelle keek snel even naar haar partner. ‘Sean, denk je echt dat we hier met een copycat -moordenaar te maken hebben?’

King haalde zijn schouders op. ‘Als er al twee mensen het origineel hebben geïmiteerd, waarom zou het daar dan bij blijven? De Zodiac-moordenaar uit San Francisco stuurde codeberichten aan de kranten – en na verloop van tijd wisten ze die code te kraken. De gecodeerde brieven brachten aan het licht dat de moordenaar werd geïnspireerd door een kort verhaal dat The Most Dangerous Game heette, oftewel “Het allergevaarlijkste spel”. Het is een verhaal over jagen op mensen.’

‘Een spel over jagen op mensen?’ zei Michelle langzaam.

‘Had een van de lijken in de auto een horloge om?’ vroeg King.

Williams’ gezicht betrok. ‘Wacht eens even, Sean, zoals ik net al zei, gaat het hier om twee volkomen verschillende zaken. Die tieners zijn vermoord met een jachtgeweer – en, tja, ik weet nog steeds niet hoe die onbekende vrouw om het leven is gebracht, maar het was in elk geval niet met een schot hagel.’

‘Maar hoe zit het nou met die horloges?’

‘Oké, ze hadden allebei een horloge om. En wat dan nog? Dat is toch geen misdrijf?’

‘En je hebt niet gezien of een van die horloges een Zodiac was?’

‘Nee, dat heb ik niet gezien, maar dat was me bij die onbekende vrouw ook niet opgevallen.’ Hij zweeg even en dacht duidelijk ergens over na. ‘Hoewel Steve Canneys arm wel min of meer tegen het dashboard aan leek te liggen.’

‘Alsof die met opzet omhoog werd gehouden, bedoel je?’

‘Zou kunnen,’ zei Williams behoedzaam. ‘Maar Steve heeft een schot hagel recht in zijn gezicht gekregen. Ik heb geen idee hoe ver hij daardoor naar achteren is gesmeten.’

‘Liepen die horloges nog?’

‘Nee.’

‘Hoe laat was het op het horloge van Janice?’

‘Twee uur.’

‘Twee uur precies?’

‘Volgens mij wel, ja.’

‘En op het horloge van Steve?’

Williams pakte zijn notitieboekje en sloeg een paar bladzijden om totdat hij het had gevonden.

‘Drie uur,’ zei hij nerveus.

‘Is zijn horloge getroffen door de hagelkorrels?’

‘Dat weet ik niet,’ zei Williams. ‘Maar ik denk dat Sylvia ons dat wel kan vertellen.’

‘En het horloge van het meisje?’

‘Dat is geraakt door een stukje glas uit de voorruit.’

‘Maar toch stond haar horloge op twee uur en dat van Canney op drie uur,’ zei Michelle. ‘Als het horloge van dat meisje is blijven stilstaan om twee uur, toen ze met een jachtgeweer werd doodgeschoten, hoe kan het dan dat het horloge van die jongen precies om drie uur is blijven stilstaan zonder dat het door iets is geraakt?’

Williams gaf zich echter nog niet gewonnen. ‘Hoor eens, behalve dan dat gedoe met die horloges, wat ik eigenlijk helemaal niet zo overtuigend vind, zie ik nog steeds geen enkel verband tussen deze twee zaken.’

Michelle schudde haar hoofd. ‘De eerste moord was nummer één, de moord op Janice Pembroke was nummer twee en die op Steve Canney was nummer drie. Dat kan geen toeval zijn.’

‘Je moet echt even kijken of Steve Canney en Janice Pembroke Zodiac-horloges omhadden,’ zei King met een dringende klank in zijn stem.

Williams pakte zijn mobieltje en belde de ouders van Steve en Janice. Toen hij klaar was, had hij een wat verwarde blik in zijn ogen.

‘Het waren geen van beide Zodiacs. Het horloge dat Janice omhad, was van haarzelf, maar de vader van Steve zei dat zijn zoon geen horloge had.’

King fronste zijn wenkbrauwen. ‘Het horloge dat Steve om zijn pols had, was dus geen Zodiac-horloge, maar het is hem misschien wél omgedaan door de moordenaar, net zoals dat waarschijnlijk bij de eerste moord het geval was. Voor zover ik me kan herinneren heeft de Zodiac-moordenaar ook een vrijend stelletje vermoord. De meeste of misschien zelfs wel alle moorden die hij heeft gepleegd, vonden plaats bij open water of plekken die naar water waren genoemd.’

‘Het klif waarop Steve en Janice zijn vermoord, keek uit op Cardinal Lake,’ gaf Williams met duidelijke tegenzin toe.

‘En de onbekende vrouw lag niet ver van het meer,’ zei Michelle. ‘Je hoeft daar alleen maar even de heuvel over te steken om bij een baai te komen.’

‘Als ik jou was, Todd,’ zei King, ‘zou ik maar eens werk maken van de connectie met de Zodiac-moorden. De moordenaar moet dat horloge toch ergens vandaan hebben gehaald. En laat het horloge dat Canney omhad ook maar eens controleren. Daar zou ook weleens iets merkwaardigs mee aan de hand kunnen zijn.’

Williams zat met gefronste wenkbrauwen naar zijn handen te turen.

‘Wat is er?’ vroeg Michelle.

‘We hebben een hondenhalsband op de vloer van Canneys auto gevonden. We gingen ervan uit dat die van Canney was, maar zijn vader vertelde me net dat ze geen hond hebben.’

‘Zou die van de familie Pembroke geweest kunnen zijn?’ vroeg King, maar Williams schudde zijn hoofd.

Ze zaten daar allemaal over te denken toen de telefoon van het kantoor ging. King liep de kamer in om op te nemen en kwam terug met een verheugde uitdrukking op zijn gezicht. ‘Dat was Harry Carrick, een gepensioneerde rechter van het hooggerechtshof van Virginia die zich heeft gevestigd als plattelandsadvocaat. Hij heeft een cliënt die van een paar ernstige misdrijven wordt beschuldigd en hij heeft onze hulp nodig. Hij zei er niet bij om wie of wat het gaat.’

Williams stond op en schraapte zijn keel. ‘Mm-mm, het zal Junior Deaver wel zijn.’

‘Junior Deaver?’ vroeg King.

‘Ja. Hij heeft een paar klusjes gedaan voor de Battles. Dat valt buiten mijn jurisdictie. Hij zit op dit moment in de districtsgevangenis.’

‘Wat heeft hij gedaan?’ vroeg King.

‘Dat moet je Harry maar vragen.’ Hij liep naar de deur. ‘Ik haal de staatspolitie er ook bij. Daar hebben ze échte rechercheurs Moordzaken.’

‘Misschien moet je er ook maar eens over denken om de fbi erbij te halen,’ zei Michelle. ‘Als dit een seriemoordenaar is, kan het vicap een profiel van hem maken.’ Die afkorting stond voor Violent Criminal Apprehension Program, het Programma voor de Arrestatie van Gewelddadige Criminelen.

‘Ik had nooit gedacht dat ik in Wrightsburg nog eens een vicap -formulier zou moeten invullen.’

‘Ze hebben de procedure inmiddels heel wat eenvoudiger gemaakt,’ zei Michelle behulpzaam.

Nadat de sheriff was vertrokken, keek Michelle King eens aan. ‘Ik heb met hem te doen.’

‘We zullen hem zo veel mogelijk helpen.’

Ze leunde achterover. ‘Wie zijn Junior Deaver en de Battles?’

‘Junior is iemand die hier al zijn hele leven woont, maar dan wel aan de zelfkant. De Battles zijn heel anders. Ze zijn de rijkste familie in de wijde omtrek en zijn precies wat je van een goede, oude familie uit het zuiden van de Verenigde Staten zou verwachten.’

‘Wat wil je daar precies mee zeggen?’

‘Nou, dat ze, eh... charmant zijn, en grillig, en... je weet wel, een beetje excentriek.’

‘Gestoord dus?’

‘Nou...’

‘Elke familie is gestoord,’ zei Michelle. ‘Maar de ene familie laat dat wat duidelijker merken dan de andere.’

‘Ik denk dat je tot de conclusie zult komen dat de Battles in dat opzicht helemaal boven aan het klassement staan.’

Het uur van de zonde / druk 1
titlepage.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_0.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_1.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_2.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_3.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_4.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_5.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_6.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_7.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_8.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_9.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_10.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_11.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_12.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_13.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_14.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_15.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_16.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_17.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_18.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_19.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_20.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_21.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_22.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_23.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_24.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_25.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_26.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_27.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_28.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_29.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_30.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_31.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_32.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_33.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_34.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_35.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_36.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_37.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_38.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_39.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_40.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_41.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_42.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_43.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_44.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_45.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_46.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_47.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_48.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_49.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_50.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_51.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_52.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_53.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_54.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_55.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_56.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_57.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_58.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_59.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_60.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_61.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_62.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_63.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_64.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_65.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_66.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_67.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_68.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_69.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_70.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_71.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_72.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_73.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_74.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_75.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_76.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_77.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_78.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_79.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_80.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_81.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_82.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_83.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_84.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_85.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_86.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_87.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_88.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_89.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_90.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_91.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_92.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_93.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_94.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_95.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_96.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_97.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_98.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_99.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_100.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_101.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_102.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_103.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_104.xhtml