76
King en Michelle wensten Harry welterusten en reden weg. Het was nog steeds warm genoeg om de kap niet omhoog te doen, maar Michelle trok haar omslagdoek wel wat dichter om haar schouders.
‘Ik kan het dak er wel op doen als je wilt,’ zei King toen hij die beweging opmerkte.
‘Nee, de wind voelt heerlijk aan en het ruikt hier zo lekker.’
‘De lente is nergens zo mooi als in Virginia.’
‘Ik heb het gevoel dat we vanavond echt voortgang hebben geboekt.’
‘In elk geval hebben we de tijd genomen om alle verschillende invalshoeken eens uitgebreid door te spreken. Dat kan nooit kwaad.’
Ze wierp hem een achterdochtige blik toe. ‘Je laat zoals gebruikelijk niet het achterste van je tong zien.’
Hij deed alsof hij door die opmerking beledigd was, maar zijn glimlach maakte die indruk weer ongedaan. ‘Ik geef helemaal niet toe dat ik wat dan ook wéét, maar ik heb wel een paar gedachten waar ik misschien nog niets over gezegd heb.’
‘En wat mogen die dan wel zijn, pártner?’
‘Dat ik een heerlijke avond heb doorgebracht met twee schitterende flessen wijn en een aantrekkelijke jonge vrouw, en dat ik alleen maar over moord en doodslag heb gepraat.’
‘Dat is een uitvlucht. En ik vind het heel veelzeggend dat je mij pas ná die wijn noemt.’
‘Nou, die wijn ken ik langer dan jou.’
‘Dank je wel, Sean, maar dat zijn nog steeds allemaal smoesjes.’
De suv ramde zo hard tegen de achterkant van de Lexus dat ze met hun hoofd door de voorruit zouden zijn geschoten als ze hun gordel niet om hadden gehad.
‘Verdomme!’ brulde King terwijl hij in zijn achteruitkijkspiegel keek. ‘Waar komt die nou vandaan?’ Vrijwel onmiddellijk nadat hij dat had gezegd werden ze opnieuw geramd en King moest zijn uiterste best doen om de tweedeurs-Lexus op de bochtige weg te houden.
Michelle schopte haar pumps uit en zette zich met haar blote voeten schrap tegen de vloer. Ze stak haar hand in haar tasje, haalde haar pistool eruit, schoof min of meer in dezelfde beweging een patroon in de kamer en zette de veiligheidspal om.
‘Kun je de bestuurder zien?’ vroeg King.
‘Niet met die verdomde koplampen die recht in mijn gezicht schijnen. Maar dit moet de moordenaar wel zijn.’
King pakte zijn mobieltje. ‘Nu hebben we die klootzak te pakken.’
‘Pas op, daar komt hij weer,’ gilde Michelle.
Deze keer raakte de veel zwaardere suv hen met zo’n harde klap dat de achterwielen van de Lexus bijna van de weg werden getild. Kings mobieltje schoot uit zijn hand en klapte tegen de voorruit, tuimelde naar achteren, stuiterde op de motorkap van de suv , en spatte uit elkaar op het asfalt.
King rukte nu weer verwoed aan het stuur en terwijl de twee wagens zich van elkaar losmaakten, kon hij de Lexus weer onder controle krijgen. De suv was minstens een ton zwaarder dan Kings auto, maar de Lexus was veel ranker en sneller dan het monster dat hen nu belaagde en had bovendien driehonderd paardenkrachten onder zijn motorkap. Ze zaten nu op een recht stuk van de weg en King deed een beroep op alle driehonderd tegelijk. De Lexus schoot vooruit en liet de andere auto ver achter zich.
Michelle maakte haar veiligheidsgordel los.
‘Wat doe je nou?’ riep King boos.
‘Op deze kronkelweggetjes blijf je hem niet voor, en met mijn gordel om kan ik niet behoorlijk richten. Zorg nou maar dat je vóór hem blijft.’
‘Wacht even. Bel eerst het alarmnummer.’
‘Dat kan niet. Ik heb mijn mobieltje niet bij me. Met mijn pistool erbij paste het niet in mijn tasje.’
King keek haar aan alsof hij zijn oren niet kon geloven. ‘Je hebt je mobieltje thuisgelaten maar wél je pistool meegenomen?’
‘Volgens mij heb ik dat zo slecht niet bekeken,’ zei ze scherp. ‘Wat moet ik met een telefoon beginnen – hem doodbellen soms?’
Ze draaide zich om en ging op haar knieën zitten, boog zich over de rugleuning en zette haar elleboog op de hoofdsteun van de achterbank. ‘Zorg nou maar dat je vóór hem blijft,’ zei ze nog eens.
‘Wel verdomme, zorg jij nou maar dat je je nek niet breekt,’ zei hij nijdig.
De suv kwam nu met brullende motor op hen af scheuren voor de volgende harde botsing, maar vlak voordat het gevaarte hen kon raken schoot King naar de andere kant van de weg en gaf toen een harde ruk aan het stuurwiel, zodat ze opnieuw dwars de weg over schoten en de auto ratelend over het grind langs de weg scheurde voordat de wielen weer op het wegdek kwamen.
Hij schakelde terug en schoot met tachtig kilometer per uur een haarspeldbocht door. De banden lieten een luid gekrijs horen en plotseling voelde hij hoe de rechterwielen het contact met het asfalt verloren. Hij liet zijn negentig kilo zware lijf naar rechts zakken, greep Michelle bij haar rechterheup en duwde haar tegen het rechterportier.
‘Ik ben je niet aan het betasten, maar ik heb wat ballast nodig. Blijf even zo hangen.’
Hij nam wat gas terug en slaakte een zucht van verlichting toen het rubber zich weer aan het aardoppervlak hechtte.
Ze hadden nu een ander recht stuk bereikt, maar King wist dat er over vierhonderd meter weer een lange reeks bochten kwam. Hij trapte zo hard op het gaspedaal dat hij er zeker van was dat zijn schoenen het wegdek zouden raken als hij het nog een halve centimeter verder indrukte, en terwijl de snelheidsmeter angstig dicht bij de tweehonderd kwam, schoten de bomen langs de weg met zo’n duizelingwekkende snelheid langs hem heen dat hij zou zijn gaan braken als hij er ook maar enige aandacht aan had besteed.
Op het rechte stuk achter hem reed de bestuurder van de suv inmiddels meer dan honderdzestig, zodat hij elk ogenblik weer kon toeslaan. King voerde zijn snelheid op tot tweehonderdtien en zocht naar een hogere versnelling, maar die had de Lexus niet meer tot zijn beschikking. Het enige wat hij nu nog denken kon, was: hoeveel airbags heeft dit pokkeding? Hij hoopte maar dat het er minstens een stuk of tien waren, want die zouden ze waarschijnlijk hard nodig hebben. De reeks scherpe bochten kwam nu met razende snelheid op hen af. Als hij vaart minderde, waren ze er geweest, maar als hij zo hard bleef rijden als nu, waren ze dadelijk ook morsdood.
Michelle tuurde naar de naderende koplampen achter hen en richtte haar blik toen op het silhouet van de bestuurder. Centimeter voor centimeter kroop ze naar achteren, totdat ze eindelijk met haar rechterelleboog steun vond op de achterbak, en klemde toen beide handen om haar pistool.
Nu hadden ze de eerste bocht bereikt. King minderde vaart tot honderdtien. Op de borden stond dat je hier niet harder mocht dan vijfendertig, maar de ingenieurs die dat bepaald hadden, hadden bij hun rijveiligheidsonderzoek ongetwijfeld geen rekening gehouden met moordlustige suv ’s. Dit stelde hun achtervolger in staat om een flink deel van zijn opgelopen achterstand weer in te halen. ‘Hij komt eraan,’ riep King. ‘Ik kan niet sneller zonder dat we omslaan.’
‘Zorg dat je hem recht op de weg houdt. Als hij niet ophoudt, schiet ik zijn rechterband lek.’
Hun achtervolger was hen inmiddels tot op vijftien meter genaderd, toen tot op zes... Hij moest toch zien dat ze haar pistool op hem gericht hield, dacht Michelle, maar hij gaf geen duimbreed toe. Toen gaf de bestuurder gas en maakte de suv een ongelooflijke sprong naar voren.
King had het gezien en had eveneens gas gegeven. Met de truck in zijn kielzog schoot de Lexus vooruit. King boog zich over het stuur en ramde met beide voeten op het gaspedaal, alsof dat hem de turbocharge zou opleveren die ze nu zo ontzettend hard nodig hadden.
Hij had echter niet gerekend op het groepje herten dat had besloten uitgerekend op dat ogenblik de weg over te steken.
‘Kijk uit!’ schreeuwde King. Hij rukte het stuur naar links en daarna naar rechts, en terwijl de herten uit elkaar stoven, raakte de Lexus van de weg en schoot als een flipperbal langs een stuk vangrail. King voelde hoe elke klinknagel daarvan met een luid gekrijs een lange kras achterliet in de ooit zo fraaie carrosserie van zijn cabrio. Hij wist de auto weer op de weg te krijgen en keek achterom. De bestuurder van de truck was op de rem gaan staan om niet tegen de herten aan te botsen, maar de zware terreinwagen was niet van de weg geraakt en kwam nu opnieuw met enorme vaart op hen af denderen.
King had niet de tijd om opnieuw op te trekken naar zijn vorige kruissnelheid, en bovendien maakte de motor nu zo’n merkwaardig jammerend geluid dat hij zich afvroeg of die vangrail meer dan alleen uiterlijke schade had aangericht. In elk geval was de snelheidsmeter gedaald tot onder de honderdvijftig en kreeg hij die niet verder omhoog.
‘Zet je schrap,’ riep Michelle. ‘Daar komt die klootzak weer.’ En op het ogenblik dat de truck zich in de achterbak van de Lexus boorde, loste ze twee keer een schot. De achterop botsende terreinwagen scheurde een flink gat in de achterbak en het weinige wat er nog over was van de tot nu toe zo mooie achterbumper werd losgerukt en tuimelde met een grote boog het bos in. Michelle schoof door de harde klap de achterbak op. King zag haar benen langs hem heen vliegen, stak zijn vrije hand uit, greep haar bij de enkel, sloeg vervolgens zijn arm daaromheen en trok haar been zo strak als hij maar kon tegen zich aan. Ze kwamen nu op het volgende rechte stuk en op de een of andere manier wist hij weer wat meer snelheid uit de motor te persen, zodat ze de suv opnieuw achter zich lieten.
‘Shit!’ riep Michelle.
‘Ben je gewond?’
‘Nee. Ik heb een paar schoten gelost, maar nu ben ik mijn pistool kwijt. Verdomme, ik heb die sig vijf jaar gehad.’
‘Zeur niet. Die kerel probeert ons te vermoorden.’
‘Als ik mijn pistool had, zou ik hem kunnen doodschieten voordat hij ons vermoordt. Ik weet niet of ik iets geraakt heb. Hij ramde ons net toen ik de trekker overhaalde.’
En toen gilde ze: ‘Wacht even!’
‘Wat?’
‘Daar is het! Mijn pistool ligt op de rand van de spoiler. Het zit klem.’
‘Haal het niet in je hoofd om... Niet doen, Michelle!’
‘Hou mijn been goed vast. Ik kan er bijna bij.’
‘Verdomme, Michelle, straks bezorg je me nog een hartaanval, en die heb ik toch al bijna.’
King was zo op haar gefocust dat hij niet in de gaten had dat de suv weer optrok en nu naast hen was komen rijden.
‘Hou je vast,’ brulde hij terwijl hij onmiddellijk terugschakelde, en daarbij zoveel versnellingen oversloeg dat hij waarschijnlijk elke garantievoorwaarde overtrad. Hij hoorde de auto bijna tegen hem gillen dat hij hiermee moest ophouden en verwachtte nu elk ogenblik te horen hoe de versnellingsbak een hele lading tandwieltjes uitbraakte over het wegdek. Zijn snelheid daalde naar veertig kilometer per uur en terwijl hij met beide voeten op de rem ging staan kwam de wagen schokkend en met rokende wielen tot stilstand. De G-krachten spoelden over zijn lijf en stroomden via zijn tenen van hem af. Michelle hield haar armen zo strak om de hoofdsteun op de achterbank geklemd dat het leek of haar leven ervan afhing, wat ook zo was natuurlijk, en had haar voeten schrap gezet tegen de rug van zijn stoel.
Kings lijf was nu in zoveel opzichten van slag dat hij het gevoel had dat een acute hartstilstand nog wel het minste was wat hij kon verwachten. Hij zette de versnelling in zijn achteruit en gaf plankgas, zodat het weinige wat er nog van zijn motor over was een luid gebrul liet horen en de Lexus achteruitschoot.
De suv had zo hard geremd dat zijn banden wel in brand leken te staan, zoveel rook kwam eraf. De bestuurder maakte snel rechtsomkeert en kwam nu in volle vaart naar hen toe gereden. De radiateur van het gevaarte leek op een stel ontblote tanden die hen met huid en haar wilden verslinden en met elke omwenteling van de wielen kwam het ding weer een stuk dichterbij.
Michelle probeerde niet langer naar haar pistool toe te kruipen en hield haar ogen nu strak op haar partner gericht, die nu snel achteruitreed. ‘Je kunt niet sneller in zijn achteruit dan hij in zijn vooruit, Sean.’
‘Goed dat je het zegt.’ Zijn handen klemden zich zo strak om het stuurwiel dat ze donkerrood zagen. ‘Hou je vast. Ik tel tot vijf en dan maak ik een J.’
‘Je bent gek.’
‘Ja, dat lijkt mij ook.’
‘Een J maken’ wilde zeggen dat hij, terwijl hij met hoge snelheid achteruitreed, een bocht van honderdtachtig graden ging maken, waarschijnlijk op twee wielen, waarna hij de versnelling in zijn vooruit zou zetten en met vol gas de andere kant op zou rijden. En dat allemaal in één vloeiende beweging en bij voorkeur zonder dat ze er allebei het leven bij lieten.
Het zweet stond hem op zijn voorhoofd terwijl hij bad dat hij de techniek die hij zich tijdens zijn Secret Service-opleiding eigen had gemaakt na al die jaren nog niet verleerd zou zijn. Met zijn vrije hand greep hij het portier vast om kracht te kunnen zetten, zijn linkervoet zette hij op de vloer om hem als draaipunt te laten fungeren en daarna wachtte hij op precies het juiste ogenblik, waarna hij een harde ruk aan het stuur gaf, het even losliet en toen weer vastgreep. Het werkte perfect. Hij sloeg de eerste twee versnellingen over, gaf gas en schoot naar voren. Vijf seconden later zat de suv echter alweer vlak achter hen.
Er kwam rook uit de motorkap van de Lexus en op alle metertjes en wijzerplaten die King maar zag, was te zien dat ze hun ondergang tegemoet reden. Hun snelheid zakte naar honderd, en toen naar negentig. Het was voorbij.
‘Sean, hij komt eraan!’ riep Michelle.
‘Ik kan er niks aan doen, verdomme!’ riep hij terug, en zijn wanhoop sloeg om in intense woede.
Met brullende motor schoot de suv langs hen heen, minderde vaart en ramde hen in de flank. King hield één hand op het stuur en terwijl Michelle verwoed probeerde haar pistool te bereiken, greep hij met zijn andere hand haar enkel weer vast. Zijn nagels zonken zo diep weg in haar huid dat hij wist dat dat haar bloedende wonden moest opleveren.
‘Lukt het?’ riep hij, en hij klemde daarna snel zijn kaken weer op elkaar tegen de pijn toen hij haar gewicht aan zijn pezen voelde hangen. De kracht die er op zijn arm en schouder werd uitgeoefend was zo groot dat ze er bijna onder bezweken.
‘Nu wel. Ik heb het pistool.’
‘Mooi zo, want die klootzak komt er weer aan. Hou je vast!’
Hij keek achterom en zag de suv opnieuw op hem af komen. Tegelijkertijd voelde hij Michelles enkel draaien onder zijn hand.
‘Wat doe je...’ Hij kreeg niet de tijd om zijn zin af te maken. De suv botste tegen de achterkant van de Lexus en de auto deed datgene waar King al die tijd al bang voor was geweest: de achterkant begon te slingeren en maakte toen een bocht van driehonderdzestig graden. Hij was de macht over het stuur nu volledig kwijt.
‘Hou je vast!’ riep hij schor terwijl elke deciliter maagzuur die hij maar in zijn lichaam had zich brandend door zijn keel omhoogwerkte. Als agent bij de Secret Service had King onophoudelijk getraind om onder de gevaarlijkst denkbare omstandigheden allerlei manoeuvres onder de knie te krijgen en nu hij zich had warmgelopen met de J-bocht vertrouwde hij verder maar op zijn instinct. In plaats van tegen de bewegingen van de auto in te gaan, ging hij er juist in mee. Hij bedwong zijn natuurlijke neiging om op de rem te gaan staan en draaide het stuurwiel met de rondtollende auto mee in plaats van het tegen de draairichting in te wrikken. Hij was vooral bang dat de auto zou omslaan. Als dat gebeurde, was Michelle dood, en hij waarschijnlijk ook, of anders zou hij minstens zijn nek breken en verlamd raken. King wist niet hoe vaak de auto om zijn as tolde, maar de laaggebouwde achttienhonderd kilo zware Lexus met zijn lage zwaartepunt raakte daardoor weliswaar het grootste deel van zijn bandenrubber kwijt, plus een flink deel van zijn motor, maar bleef op de weg.
Uiteindelijk kwam de auto tot stilstand met zijn motorkap in de richting van waaruit ze gekomen waren. Vlak vóór hen reed de zwarte suv net weg. Kennelijk had hij besloten de strijd op te geven. Michelle loste een paar schoten en de achterbanden van de zware terreinwagen werden door twee kogels aan flarden gereten. Het vehikel slipte, tolde om zijn as en deed toen wat de Lexus voortdurend had geweigerd en sloeg om. Drie keer rolde het gevaarte huiverend om en om, waarna het een heel eind voor hen op de vluchtstrook tot stilstand kwam en op zijn verbrijzelde dak bleef liggen. Zijn woelige kielzog bestond uit een spoor van stukken metaal, glasscherven en flarden rubber.
Zo snel als hij maar kon in zijn wrak van een auto reed King ernaartoe, en intussen liet Michelle zich op de stoel naast hem zakken.
‘Sean?’
‘Wat is er?’
‘Je kunt mijn been wel loslaten.’
‘Hè? O, ja.’ Hij liet haar been los.
‘Ik weet het. Ik was ook erg bang.’ Terwijl ze elkaar aankeken en opgelucht ademhaalden, kneep ze hem geruststellend in zijn hand.
‘Heel goed gereden, agent King,’ zei ze dankbaar.
‘En ik hoop oprecht dat dit voor mij de laatste keer is dat zoiets ooit nodig zal zijn.’
Ze stapten uit en liepen naar het wrak van de suv . Michelle had haar pistool in de aanslag. King slaagde erin om het linker voorportier open te wrikken.
De man vloog op hem af.
Michelle klemde haar vinger om de trekker, maar ontspande die toen weer.
De bestuurder bungelde nu ondersteboven in zijn autogordel. Toen King het portier had opengetrokken, was hij naar buiten gevallen.
Zijn bebloede hoofd was zo zwaar gehavend dat King niet de moeite nam om zijn pols te voelen.
‘Wie is het?’ vroeg ze
‘Dat kan ik niet zien. Het is hier verdomde donker. Wacht even.’ Hij holde naar de Lexus en reed langzaam wat dichter naar de suv toe, zodat de koplampen recht op de dode schenen.
Ze keken naar een nu in fel licht badend lijk.
Het was Roger Canney.