60

Toen ze bij Canney aanklopten, werd er niet opengedaan.

‘Vreemd,’ zei King. ‘Ik heb gebeld dat ik zou komen en hij zei dat hij thuis zou zijn.’

‘De huishoudster zou er toch in elk geval moeten zijn.’

Michelle liep naar hem toe en keek eens door het raam van de garage. ‘Nou, er staan twee auto’s, een grote bmw en een Range Rover. Tenzij hij zijn huishoudster buitengewoon goed betaalt, denk ik niet dat die van haar zijn.’

King legde zijn hand op de voordeur en die zwaaide open. Toen Michelle dat zag, trok ze onmiddellijk haar pistool en kwam weer bij King staan.

‘Als hij daar dood op de vloer ligt,’ fluisterde ze, ‘met een hondenhalsband om zijn nek en een horloge dat op zes uur staat, blijf ik een hele week gillen.’

Stilletjes liepen ze naar binnen. De voorkamer was leeg, en terwijl ze verder liepen, controleerden ze kamer voor kamer of er geen mensen in huis waren. Michelle was de eerste die het hoorde: een grommend geluid, dat uit het achterste gedeelte van het huis leek te komen. Terwijl ze voortdurend goed om zich heen keken, slopen ze er snel naartoe. Ze zagen niemand, maar toen hoorden ze het geluid opnieuw en deze keer werd het gevolgd door het geluid van metaal dat op metaal stootte.

Michelle wees naar een deur aan het eind van de gang. King knikte, en terwijl Michelle de deuropening onder schot hield, liep hij de gang door en duwde de deur met zijn voet langzaam een eindje open. Hij spande zijn spieren, keek voorzichtig om de hoek en ontspande zich toen. Hij duwde de deur helemaal open en wenkte naar Michelle.

Canney zat met zijn rug naar hen toe op een fitnessapparaat. Hij had een koptelefoon op en was beenspieroefeningen aan het doen in zijn prachtig geoutilleerde fitnessruimte. Toen King op de deur klopte draaide Canney zich met een ruk om en zette snel zijn koptelefoon af.

‘Wat doet u hier, verdomme?’ vroeg hij op hoge toon.

‘Ik heb vanochtend gebeld. U zei dat één uur prima was. Het is één uur. Er werd niet opengedaan en de deur stond open.’

Canney stond op, legde zijn discman op een tafeltje en begon met een handdoek het zweet van zijn lijf te vegen. ‘Sorry. Mijn huishoudster heeft haar vrije dag en ik ben kennelijk de tijd uit het oog verloren.’

‘Dat kan de beste gebeuren,’ zei King. ‘Als u een douche wilt nemen, kunnen we wel even wachten.’

‘Nee, laten we maar gewoon beginnen. Ik kan me niet voorstellen dat dit lang gaat duren. Laten we maar buiten gaan zitten. Ik heb wat citroenlimonade gemaakt.’

Ze liepen een grote en prachtig aangelegde tuin in, die was voorzien van een zwembad, een bubbelbad en een houten huisje.

‘Mooi hoor,’ zei Michelle.

‘Ja, ik vind het hier heerlijk.’

‘Het ziet er allemaal nog vrij nieuw uit,’ zei King. ‘En u woont hier ook nog niet zo lang, hè? Een jaar of drie?’

Terwijl King een slok van zijn limonade nam, keek Canney hem strak aan. ‘Hoe weet u dat?’

‘Het kadaster is een openbaar register. U bent met pensioen. Hebt u dat verdiend met uw werk als boekhouder?’

‘Twintig jaar piekeren over het geld van anderen leek me wel genoeg.’

‘Nou, u hebt nu in elk geval zelf ook iets waar u zich zorgen over kunt maken. Kennelijk betaalt boekhouden heel wat beter dan ik dacht.’

‘Ik heb in de loop der jaren een paar goede investeringen gedaan.’

‘En uw vrouw zaliger werkte ook, bij Battle Enterprises. Ze was toch de privésecretaresse van Bobby Battle? En ze werkte daar toch nog toen ze om het leven kwam bij dat auto-ongeluk?’

‘Ja. Dat is niet bepaald geheim.’

‘Ik heb u niet op de begrafenis van Bobby Battle gezien.’

‘Daar ben ik dan ook niet naartoe gegaan.’

‘Hebt u geen contact met de familie gehouden?’

‘Dat mijn vrouw daar werkte wil niet zeggen dat we met die mensen bevriend waren.’

‘Terwijl ik bezig was met mijn achtergrondonderzoek ben ik op een foto van uw vrouw gestuit. Ze was heel knap. Ze heeft zelfs een paar plaatselijke schoonheidswedstrijden gewonnen.’

‘Megan was inderdaad buitengewoon aantrekkelijk. Is er een reden voor al deze vragen?’

‘De reden is dat het me de grootste moeite heeft gekost om een paar foto’s van uw vrouw te vinden, omdat er bij u thuis geen enkele aan de muur hangt. En u hebt ook al geen foto’s van uw zoon hangen.’

‘Niet in het deel van mijn huis waar ik bezoekers toelaat, bedoelt u.’

‘Nee, dat bedoel ik niet. Toen er niet open werd gedaan en we de deur zagen openstaan, dachten we dat er iets mis was, en dus hebben we alle kamers van het hele huis doorzocht, inclusief uw slaapkamer. Er is nergens een foto van uw gezinsleden te vinden.’

Canney stond met een ruk op. ‘Hoe durft u?!’ zei hij woedend.

King bleef rustig zitten. ‘Ik zal er geen doekjes om winden, Roger. Zullen we elkaar maar tutoyeren, trouwens? Je hebt een jaar of drie geleden ‘‘fortuin’’ gemaakt, kort na het overlijden van je vrouw. Toen pas heb je dit huis gekocht. Tot dan toe was je een doodgewone cententeller met een doodgewoon inkomen, waar jullie goed van konden rondkomen omdat je vrouw ook een baan had. Zulke mensen stoppen niet plotseling met werken nadat ze het inkomen van hun vrouw zijn kwijtgeraakt, en ze kopen al helemaal geen huizen van meer dan een miljoen dollar.’

‘Ze had een levensverzekering.’

‘Vijftigduizend dollar. Dat heb ik ook nagetrokken.’

‘Waar stuurt u nou eigenlijk op aan?’

‘Op de waarheid.’

‘Dit gesprek is hiermee ten einde. Ik denk dat u zelf wel weet hoe u eruit kunt komen. Per slot van rekening hebt u mijn huis toch al doorzocht.’

King en Michelle stonden op. ‘Goed, dan doen we het op de vervelende manier.’

‘En dat doet u dan maar met Giles Kinney, mijn advocaat. Die laat geen spaan van u heel.’

King glimlachte. ‘Voor Giles ben ik heus niet bang. Ik maak minstens één keer per week gehakt van hem op de golfbaan.’

Het uur van de zonde / druk 1
titlepage.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_0.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_1.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_2.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_3.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_4.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_5.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_6.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_7.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_8.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_9.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_10.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_11.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_12.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_13.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_14.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_15.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_16.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_17.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_18.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_19.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_20.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_21.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_22.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_23.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_24.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_25.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_26.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_27.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_28.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_29.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_30.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_31.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_32.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_33.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_34.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_35.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_36.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_37.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_38.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_39.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_40.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_41.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_42.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_43.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_44.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_45.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_46.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_47.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_48.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_49.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_50.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_51.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_52.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_53.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_54.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_55.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_56.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_57.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_58.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_59.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_60.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_61.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_62.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_63.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_64.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_65.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_66.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_67.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_68.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_69.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_70.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_71.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_72.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_73.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_74.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_75.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_76.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_77.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_78.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_79.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_80.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_81.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_82.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_83.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_84.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_85.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_86.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_87.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_88.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_89.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_90.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_91.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_92.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_93.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_94.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_95.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_96.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_97.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_98.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_99.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_100.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_101.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_102.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_103.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_104.xhtml