59

Tegen de tijd dat ze bij Kyles flat kwamen, waren de mensen van het gerechtelijk laboratorium daar al klaar. Hij lag nog op zijn bed, met zijn levenloze ogen strak op het plafond van het kleine en donkere appartement gericht.

Sylvia stond op hem neer te kijken toen King zijn hand op haar schouder legde. Ze draaide zich om en hij zag dat de tranen haar in de ogen stonden. Ze veegde ze weg en ging wat meer rechtop staan, om zo wat professioneler over te komen.

‘Het is goed, Sylvia,’ zei King. ‘Jullie waren geen grote vrienden, maar ik besef dat dit toch heel naar voor je is.’

Ze snoot haar neus in een papieren zakdoekje en knikte naar de onderzoekers. ‘Neem hem maar mee.’

Ze legden Kyle in een lijkenzak en droegen hem naar buiten.

Sheriff Williams kwam bij hen staan.

‘Dus het was inderdaad een overdosis?’ vroeg Michelle. ‘Dit heeft niets te maken met die seriemoordenaar?’

De sheriff schudde zijn hoofd. ‘Geen horloges of hondenhalsbanden.’

King stond Sylvia nu strak aan te kijken. ‘Maar toen je belde zei je dat je er niet zo zeker van was dat het hier om een overdosis gaat.’

‘We hebben in elk geval sporen gevonden die erop wijzen dat het daar wél om gaat,’ zei ze langzaam.

‘Een injectiespuit, een rubberen tourniquet en een naaldprikje in zijn bovenarm,’ zei Williams.

‘We moeten nog onderzoek doen naar het residu in de injectiespuit om erachter te komen wat het geweest is. Dat gaat wel een paar dagen duren. En ik zal een toxicologische analyse laten maken van zijn bloed en speeksel, maar dat duurt minstens twee weken,’ ging Sylvia verder.

‘Kun je niet bij de sectie al vaststellen wat hem is ingespoten?’ vroeg Williams.

‘Ja en nee. Heroïne, om maar eens iets te noemen, onderdrukt de ademhaling. In dat geval zou er misschien sprake zijn van bezinksels of congestie in de longen, of wat schuimvorming in de luchtwegen, maar meer dan een aanwijzing is zoiets niet. Als hij is gestorven aan een overdosis, valt door middel van een lijkschouwing niet met zekerheid vast te stellen waarvan hij dan precies een overdosis binnen heeft gekregen. Daarvoor zullen we echt het resultaat van het toxicologisch onderzoek moeten afwachten. Als het cocaïne is geweest, zal dat in het verslag staan. Als het over heroïne zes-monoacetylmorfine gaat, een metaboliet van heroïne, dan zal dat in het lijk worden aangetroffen. Dat is doorslaggevend bewijs voor een overdosis heroïne.’

‘Misschien was het wel iets uit jouw praktijk.’

‘Dat zou kunnen, maar als tijdens het onderzoek zes-monoacetylmorfine in zijn bloed of urine wordt aangetroffen, en ze vinden ook geen sporen van aspirine of paracetamol, dan is dat doorslaggevend bewijs voor het feit dat hij geen op opiaten gebaseerd verdovend middel in zijn bloed heeft dat afkomstig is uit de officiële medische kanalen.’

‘Paracetamol of aspirine?’ vroeg Williams.

‘Ja, want opiaten uit de reguliere medische kanalen worden over het algemeen met een van die twee middelen gecombineerd. Dat is niet het geval met heroïne, cocaïne of andere illegale drugs.’

‘Wie heeft hem gevonden?’ vroeg Michelle.

‘Ik,’ zei Williams. ‘Nadat Sean me vanochtend had gebeld, besloot ik dit zelf af te handelen. Ik ben hier samen met een deputy naartoe gereden. We hebben aangeklopt, maar er werd niet gereageerd. Zijn jeep stond op het parkeerterrein, dus we hadden het vermoeden dat hij thuis was. We hebben zijn vaste en zijn mobiele nummer gebeld, maar er werd niet opgenomen. We hadden geen huiszoekingsbevel, maar dit was zo verdacht dat ik naar het kantoor van de huismeester ben gegaan en hem heb gevraagd Montgomery’s voordeur open te maken. En toen hebben we hem gevonden.’

‘De inwendige lichaamstemperatuur en de mate van lijkstijfheid lijken erop te wijzen dat hij nog geen twaalf uur dood is,’ zei Sylvia.

King keek op zijn horloge. ‘Dus hij is na middernacht overleden?’

‘Ja.’

‘En niemand heeft iemand de flat in of uit zien gaan?’ vroeg King.

‘Daar zijn we nog mee bezig,’ zei Williams.

‘Oké, we moeten die geheimzinnige vrouw in de Aphrodisiac zo snel mogelijk zien te vinden,’ zei King.

‘Ik ga er vandaag nog naartoe,’ zei Williams.

‘We zouden graag met je meekomen, Todd,’ zei King. ‘Kun je niet een paar uur wachten en dan samen met ons daar iets afspreken? We bellen je wel.’

‘Dat kan denk ik geen kwaad.’

‘Wanneer ga je sectie verrichten, Sylvia?’ vroeg Michelle.

‘Nu meteen. Ik heb al mijn afspraken voor vandaag afgezegd.’

‘Kun je daar geen hulp bij krijgen nu Kyle dood is?’ vroeg King. ‘Ze kunnen toch iemand uit Richmond of Roanoke sturen?’

‘Maar het gaat een tijdje duren voor die er is,’ zei Sylvia.

‘Maar als hij aan een overdosis is gestorven maakt dat niet uit,’ zei de sheriff. ‘Want je hebt net zelf gezegd dat het sowieso weken gaat duren voordat de uitslag van het onderzoek komt.’

‘Maar er zou wel ander bewijsmateriaal kunnen zijn dat terwijl wij hier staan te praten langzaam bezig is te verdwijnen,’ zei Sylvia scherp. ‘Het lichaam spreekt ons ook na de dood nog toe, Todd, maar hoe langer je wacht, hoe zachter de stem.’

‘Nou, ik help je wel,’ zei Williams. ‘Ik moet toch bij de sectie aanwezig zijn.’ En na een korte stilte voegde hij daaraan toe: ‘Het begint routine te worden, god nog aan toe.’

Terwijl ze allemaal de deur uit liepen, nam King Sylvia even apart. ‘Gaat het wel goed met je?’

Ze keek hem aan met een uitdrukking op haar gezicht waaruit duidelijk bleek dat dat niet het geval was. ‘Volgens mij is het niet uitgesloten dat hij zelfmoord heeft gepleegd.’

‘Zelfmoord! Waarom?’

‘Misschien vermoedde hij wel dat ik hem op het spoor was.’

‘Maar waarom zou hij dan zelfmoord willen plegen? Dat is wel heel drastisch. Die jongen leek me geen wilskrachtig type. En hij heeft ook geen zelfmoordbriefje achtergelaten.’

‘Het zijn juist de lafaards die zelfmoord plegen, Sean. Ze zijn bang om voor de gevolgen van hun daden op te draaien.’

‘En jij geeft jezelf daarvan de schuld?’

‘Als het zelfmoord was, kan ik me geen andere reden voorstellen.’

‘Dat is niet eerlijk tegenover jezelf, Sylvia. Jij hebt die jongen toch niet gevraagd om drugs te gaan stelen?’

‘Nee, maar...’

‘Doe nou eerst die lijkschouwing maar, voordat je jezelf van alles kwalijk gaat nemen. Al ben je dan nog zo goed, voordat je sectie hebt verricht kun je toch niet weten wat er is gebeurd.’

‘Maar zelfs uit de lijkschouwing zal niet blijken of hij die overdosis met opzet of per ongeluk heeft genomen.’

‘Uiteindelijk komt het er toch op neer dat dit Kyles eigen keuze is geweest. Jij hebt daar geen invloed op gehad. En we hebben in het leven al genoeg echte schuld te dragen om ook nog de schuld van anderen op ons te nemen.’

‘Je bent een wijs man,’ zei Sylvia met een moeizame glimlach.

‘Ik heb lang kunnen oefenen. Vooral op mijn eigen stomme vergissingen.’

‘Ik bel je wel als ik klaar ben met de lijkschouwing.’

‘Ik hoop van harte dat dit de laatste is die je in heel lange tijd zult hoeven doen.’

Toen hij zich omdraaide, zei ze: ‘Ik heb in geen jaren zo genoten als gisteravond.’

‘Dat geldt ook voor mij.’

Toen King en Michelle wegreden, keek Michelle hem eens aan. ‘Heb ik het nou mis, of is het weer aan tussen Sylvia en jou?’ Hij keek haar even aan, maar zei niets.

‘Kom op, Sean, kom nou niet weer aanzetten met dat gezanik dat ik je partner ben en niet je psychotherapeut.’

‘Waarom niet? Dat is toch ook zo?’

Met een verslagen gezicht liet ze zich achterover in haar stoel zakken. ‘Oké, oké....’

‘Wat kan het jou trouwens schelen?’

‘Het kan me wat schelen omdat we midden in een uiterst gecompliceerde moordzaak zitten en we ons niet kunnen veroorloven dat onze beste rechercheur en onze briljante patholoog-anatoom worden afgeleid door een romance.’

‘Als ik niet beter wist, zou ik zeggen dat je jaloers bent.’

‘O, alsjeblieft...’

‘Ik zei: ‘‘als ik niet beter wist...’’ En maak je maar geen zorgen, hoor. Op dit moment gaat die moordzaak vóór alles.’ En na een korte stilte voegde hij daaraan toe: ‘Ik zag dat Eddie en jij met jullie armen om elkaar heen stonden.’

Ze keek hem boos aan. ‘Je hebt staan gluren!’

‘Nee, toen ik naar de deur liep, heb ik even door het raam gekeken of jullie er al waren. Ik wist niet dat jullie zouden staan te vrijen.’

‘Dat is gewoon niet eerlijk, Sean. Ik bedankte hem alleen maar voor het portret dat hij van me heeft geschilderd.’

‘O, heeft hij een portret van je geschilderd? Dat maakt zijn bedoelingen wel heel erg duidelijk.’

‘Hij is ongelukkig.’

‘En het is niet aan jou om dat ongeluk te verdrijven,’ zei hij. ‘Laat nou maar zitten, Michelle. Het laatste wat je nu kunt gebruiken is een vertroebeld oordeel.’

Michelle keek hem aan of ze ruzie wilde gaan maken, maar zei toen eenvoudigweg: ‘Oké, ik begrijp wat je bedoelt.’

‘Het is een aantrekkelijke, leuke en aardige vent, die een hoop narigheid te verduren heeft gehad, en die ook nog verzeild is in een ellendig huwelijk. Jij zou niet de eerste vrouw in de geschiedenis zijn die zo’n man wil helpen.’

‘Dat klinkt net of je zelf zoiets hebt meegemaakt.’

‘De hele wereld is vol van dat soort dingen. En niemand van ons is daar immuun voor.’

‘Oké, ik snap het. Waar gaan we nu naartoe?’

‘We gaan eens bij Roger Canney op bezoek. Het schijnt dat hij rond de datum waarop zijn vrouw is overleden een flink bedrag heeft ontvangen, zonder dat duidelijk is van wie of waarom.’

‘Interessant.’

‘Het interessantste komt nog: wijlen mevrouw Canney had een baan.’

‘O? Waar dan?’ vroeg Michelle.

‘Als directiesecretaresse bij Battle Enterprises. ‘En raad eens voor welke manager ze werkte?’

‘Bobby Battle!’

‘Jij wint de hoofdprijs.’

Het uur van de zonde / druk 1
titlepage.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_0.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_1.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_2.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_3.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_4.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_5.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_6.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_7.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_8.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_9.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_10.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_11.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_12.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_13.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_14.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_15.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_16.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_17.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_18.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_19.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_20.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_21.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_22.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_23.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_24.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_25.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_26.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_27.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_28.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_29.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_30.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_31.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_32.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_33.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_34.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_35.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_36.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_37.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_38.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_39.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_40.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_41.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_42.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_43.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_44.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_45.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_46.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_47.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_48.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_49.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_50.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_51.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_52.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_53.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_54.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_55.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_56.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_57.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_58.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_59.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_60.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_61.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_62.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_63.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_64.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_65.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_66.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_67.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_68.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_69.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_70.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_71.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_72.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_73.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_74.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_75.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_76.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_77.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_78.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_79.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_80.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_81.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_82.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_83.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_84.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_85.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_86.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_87.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_88.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_89.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_90.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_91.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_92.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_93.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_94.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_95.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_96.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_97.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_98.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_99.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_100.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_101.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_102.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_103.xhtml
Het_uur_van_de_zonde_split_104.xhtml