35
‘Mam, ik moet nu echt ophangen,’ zei Manon. Ze zag hoe Rutger zijn auto voor de deur van het chalet parkeerde en uitstapte.
‘Natuurlijk vind ik het leuk dat jullie komen,’ sprak ze gehaast. ‘Hartstikke leuk, ik kan niet wachten tot jullie er zijn.’
Terwijl ze richting het chalet liep, benadrukte ze nogmaals dat ze een vergadering had en het gesprek echt moest verbreken. Ze hoorde haar moeder nog wat afscheidswoorden zeggen toen ze de verbinding verbrak.
Met stevige pas liep ze terug naar het huis waar men ongetwijfeld op haar zat te wachten. Toen haar moeder belde, had ze in de woonkamer gezeten met haar huisgenoten. Ze waren klaar voor het gesprek met Rutger dat spoedig zou volgen. Omdat ze het niet passend vond in deze omgeving een privégesprek te voeren waar iedereen bij was, had ze haar jas aangetrokken en was naar buiten gegaan. Het gesprek met haar moeder duurde echter langer dan ze had verwacht. Na een omslachtige inleiding meldde ze dat ze in de omgeving van Zell am See heel voordelig een huis hadden geboekt. Fleur ging ook mee en volgende week kwamen ze aan!
Manon dacht aan haar eigen antwoord en kon zichzelf wel voor haar hoofd slaan. Ze had flauwtjes gereageerd in plaats van enthousiast. De stilte die haar moeder liet vallen sprak boekdelen. Gelukkig realiseerde ze zich meteen wat een domme fout ze had gemaakt en ze verontschuldigde zich.
Ze vertelde haar moeder over de werkschema’s, het buffelen op de piste en haar aanstaande cursus. Ze had veel dingen aan haar hoofd en was best wel nerveus voor het naderende Landesdiploma dat ze zo vreselijk graag wilde halen. Dat hield haar constant bezig, vandaar haar eerste, lauwe reactie.
Toen haar moeder begrip toonde voor de situatie, benadrukte ze dat ze echt heel blij was met deze baan. Ze had het helemaal naar haar zin en ze kon het heel goed vinden met haar collega’s en huisgenoten. Dat had ze natuurlijk al eerder verteld, maar ze voelde dat ze dit juist nu moest benadrukken. Over wat er werkelijk gebeurde, zweeg ze.
Na de val van Bernd hadden ze de training afgebroken. Niemand had nog zin. Bernd had geen fout gemaakt, zijn ski was gesaboteerd. Dat kon niet anders.
Iedereen in het chalet had een sleutel van het materiaalhok. De overige instructeurs die ook een sleutel hadden vielen af. Zij waren niet bij de vergadering geweest waarin de volgorde tijdens de afdaling was bepaald. Degene die Bernds ski’s had gesaboteerd wist dat hij als eerste ging afdalen en dus voor het oog van de hele groep een smak zou maken. Weer een waarschuwing?
Er moest een verrader onder hen zijn. Maar niemand sprak er openlijk over, waarschijnlijk uit angst. Wie, dat was de grote vraag. Wie van haar collega’s, mensen die ze tot op zekere hoogte had vertrouwd, droeg een geheim met zich mee?
Haar intuïtie zei dat het niet Dirck of Stuart kon zijn. Bernd viel automatisch af en van Marek, ook al was het een Tsjech, kon ze zich niet voorstellen dat hij ook maar iemand een vlieg kwaad kon doen. Zelfs als de Tsjechische leiding van Kraus Kaprun hierachter zat, was dat geen reden om Marek hiervan te verdenken. Tenslotte had hij zelf aangegeven niets met die mensen te maken willen hebben.
De eerlijke, nuchtere Agnetha en de verlegen, soms neurotische Sojka konden het ook niet zijn, of ze zou zich sterk in hen moeten vergissen.
Bleven Udo, Felix en Rolf over. Hoewel ze weinig contact met de Duitsers had, leek ook dat haar onwaarschijnlijk. Bernd was een vriend van ze. Als een van hen zich vreemd gedroeg, zou dat de anderen toch zijn opgevallen? Toch zat er tussen al die mensen die zo vriendelijk leken iemand die een masker droeg. In het meest onwaarschijnlijke geval had iemand hen af staan luisteren. Ze stapte het chalet binnen. Het beste nieuws van de afgelopen uren wurmde zich onhandig uit het toilet.
‘Hoi, Manon,’ zei Bernd. ‘Rutger is net binnen.’ Terwijl hij op zijn linkerbeen balanceerde, plantte hij de onderkant van de twee krukken ongeveer een meter voor zich op de grond en hupte met links naar voren. ‘Ik kan nog steeds niet geloven dat je er zo vanaf bent gekomen,’ zei Manon.
‘Wat een afschuwelijke klap.’
Bernd grijnsde. ‘Niets gebroken, alleen een paar flinke kneuzingen. Ik ben verdomd goed weggekomen.’
Ondanks zijn relaxte houding wist Manon dat deze val hem niet in zijn koude kleren was gaan zitten. Het mocht een klein wonder heten dat hij, weliswaar op krukken maar zonder gips, door het chalet kon schuifelen. Ze hield de deur van de woonkamer voor hem open.
‘Hier komt de invalide,’ grapte Bernd naar de rest van de groep. Manon liep naar de bank en ging zitten. Ze zag Rutger meteen zitten. Hij had een stoel gepakt en had deze zo neergezet dat hij op iedereen zicht had.
‘Dag, Manon,’ sprak hij met een glimlach. ‘Fijn dat je er bent.’
Manon knikte vriendelijk terug. Ze liet haar blik snel door de kamer gaan en zag hoe de spanning op de gezichten van haar huisgenoten tijdens haar afwezigheid was toegenomen. Het moment waarnaar ze de hele dag hadden uitgekeken was aangebroken.