Het grootste deel van de briefing ging die maandagochtend over het onderzoek naar de caravan met de vuurwapens. Het onderzoek had de codenaam ‘File’ gekregen. Daarna volgden de gebruikelijke mededelingen en waarschuwingen over gewelddadige bendes. Bovendien kon Finnie het niet laten een paar woorden te wijden aan Agnes McLeod, die tot zijn grote genoegen het hele weekend in het cellenblok had doorgebracht. Hij besloot met de mededeling dat Logan drie of vier dagen voor een plezierreisje naar Polen vertrok.
Toen ze de gang op liepen greep inspecteur Steel Logan bij zijn mouw. ‘Wat heeft dat te betekenen? Je denkt toch niet dat ik…’ Ze merkte dat het hoofd van de recherche haar gadesloeg en zweeg, glimlachte, knikte naar Bain en duwde Logan verder de gang in. ‘Polen? Ben je vergeten wat er hier allemaal nog moet gebeuren?’
‘Luister, Bain heeft gezegd dat…’
‘En hoe zit het met die Kostchey-mafkezen? Heb je daar al een adres van?’
‘Ja.’
Steel zweeg en staarde hem aan. ‘Nou? Ga je het me vertellen of moet ik er verdomme naar gaan raden?’
Logan gaf haar het adres dat Zander Clark hem had doorgemaild – een pand op het East Tullos bedrijventerrein, aan Greenwell Road.
‘Goed.’ Ze hees haar broek op. ‘Regel maar een wagen, dan gaan we de boel daar observeren en…’
‘Dat kan niet. Mijn vlucht vertrekt om vijf voor elf en ik moet een uur van tevoren op het vliegveld zijn.’
‘Goed. Ga jij dan maar naar Polen, wat kan het mij schelen.’ Steel prikte een nicotinevinger tegen zijn borst. ‘Maar als ik met die brigadier Baardmans Beattie op stap moet hou ik je daar persoonlijk voor verantwoordelijk, begrepen?’
Rennie liep met een van pijn vertrokken gezicht de rechercheafdeling binnen; zijn gezicht, hals en oren waren vuurrood. Zelfs zijn handen waren verbrand door de zon. In combinatie met zijn blonde piekhaar gaf dat hem het uiterlijk van een puist die nog niet was uitgedrukt. Hij ging voorzichtig op de rand van Logans bureau zitten en zei: ‘Au…’
‘Lekker in de zon gezeten, zie ik.’
‘Het is echt niet grappig.’
‘Dan had je maar zonnebrandmiddel moeten gebruiken.’
Rennie trok zijn boord los en wuifde zich koelte toe met een inbraakrapport. ‘Heb je misschien trek in een ijsje of zoiets? Ik heb het bloedheet.’
Logan stuurde een opdracht naar de printer in de hoek om het laatste rapport van dr. Goulding uit te printen en zette toen zijn computer uit. ‘Kan niet, ik moet naar huis om mijn koffer te halen. Finnie heeft een patrouillewagen geregeld om me over twintig minuten naar het vliegveld te brengen.’
‘Nou… als je dan maar wat wodka voor ons meeneemt.’
‘Over Finnie gesproken,’ zei Logan, terwijl hij de afdrukken uit de printer haalde, ‘weet je misschien of hij er is?’
Logan kon merken dat Rennie nadacht; je kon het schroeiende stro bijna ruiken.
‘Nee,’ zei de rechercheur ten slotte, ‘hij kreeg een telefoontje en moest er ineens vandoor. Hij is via de achterdeur vertrokken, geloof ik.’
Logan nam afscheid en liep naar buiten, naar de met een cijferslot beveiligde deur waarachter Lodge Walk liep.
De deur stond op een kier. Logan duwde hem open en stapte van de zonovergoten achterplaats in de blauwe schaduw van de steeg.
Op dat moment draaide hoofdinspecteur Finnie zich om, stopte een bruine envelop in zijn binnenzak en wilde weer teruglopen in de richting van het bureau. Hij zag Logan in de deuropening staan en fronste de wenkbrauwen. ‘Wat doe…’
‘Ik ga mijn koffer halen.’
‘O, op die manier.’ Finnie zei nog iets over het belang van internationale samenwerking met de Poolse politie, maar Logan hoorde het niet. Achter de schouder van de hoofdinspecteur zag hij een puisterige jongen door de duistere steeg in de richting van Union Street weglopen. Daar bescheen de zon zijn felgroene haar, waardoor het plotseling leek op gras dat onder stroom stond. De jongen liep de hoek om en verdween.
Een hand die hem op de schouder sloeg bracht hem weer bij de les. ‘Succes. Ik reken op je.’
‘O ja. Bedankt, hoofdinspecteur.’
‘Zodra je terug bent, wil ik dat je je gaat bemoeien met operatie File. Het duurt waarschijnlijk nog wel een paar dagen voordat we het officieel kunnen aankondigen – de promotie, bedoel ik – maar ik wil dat je zo snel mogelijk een team gaat aansturen. Oké?’
Toen ging Finnies telefoon. De hoofdinspecteur haalde hem tevoorschijn en liep terug naar het bureau. ‘Wat? Nee, natuurlijk vind ik het niet erg om DRIE dagen te wachten op een arrestatiebevel. De man wordt tenslotte alleen maar gezocht wegens een gewapende roofoverval, zo belangrijk is dat natuurlijk niet…’
Logan bleef staan en staarde naar het einde van de steeg, waar een zonovergoten stukje straat zichtbaar was. Groen haar en pukkels. En een bruine envelop.
Er was geen twijfel mogelijk; langdurig contact met achtergrondstraling kon gevaarlijk zijn.