4

‘Dat ging boven verwachting,’ zei Steel, terwijl ze terugliepen naar buiten, waar de zon scheen. ‘Alleen geen koekjes… Je zou toch denken dat een “fatsoenlijk zakenman” op zijn minst een chocoladekoekje aan zijn gasten kan presenteren, nietwaar?’

Logan keek achterom, naar de ingang van de Turf ’n Track en het donkere interieur. ‘Hoe heb je dat voor elkaar gekregen? Ik dacht dat hij een bloedhekel had aan de politie.’

‘De broertjes McLeod zien zichzelf graag als ouderwetse penoze. Dat geldt in elk geval voor Simon. Colin is een ordinaire gangster. Heb je hun moeder wel eens ontmoet? Die zou ze een pak voor hun broek geven als ze erachter kwam dat ze een vrouw hadden geslagen.’

‘Ben je vergeten wat er met Gabrielle Christie is gebeurd? Een gebroken kaak, gekneusde ribben, een gebroken been…’

‘Ja, maar dat was geen vrouw. Dat was een hoer.’

De inspecteur haalde haar sigaretten tevoorschijn en even later kringelde de rook in de richting van de strakblauwe hemel. ‘Dat is niet hetzelfde in de belevingswereld van deze mensen. Prostituees zijn geen vrouwen maar bezittingen. En voordat je iets zegt, ik weet het, oké? Maar zo denken ze nu eenmaal.’

Het groepje pubers aan de overkant van het wedkantoor was verdwenen. Er stond nog maar één slonzig kind, dat toekeek hoe de man met de geplette neus de Alfa 14 in werd gewerkt.

Er waren nog twee patrouillewagens gearriveerd. De witte lak glinsterde in het zonlicht. Achter in een van de wagens zat Spotty de Neanderthaler. Hij zag er gekneusd en duizelig uit na zijn hevige verzet tegen zijn arrestatie.

De andere agent van de Alfa 14 hinkte de weg weer op; zijn zwarte uniformbroek was op kniehoogte gescheurd. Het zag ernaar uit dat Mislukte Pornoster was ontkomen.

‘Twee van de zes gearresteerd,’ zei Steel, die tegen de lege patrouillewagen stond geleund, ‘dat is niet bepaald een geweldig percentage.’ Ze bleef even zwijgend staan roken en keek naar Spotty met zijn gezwollen gezicht. ‘Goed,’ zei ze uiteindelijk, terwijl ze haar peuk wegsmeet, ‘laten we maar eens kijken wat het Clearasil-mannetje te vertellen heeft.’

Logan haalde zijn telefoon tevoorschijn. ‘Ik regel wel een verhoor kamer, dan kunnen we…’

‘Doe niet zo stom. Hier,’ zei de inspecteur, terwijl ze een handvol muntgeld uit haar zak tevoorschijn haalde, ‘ga maar wat ijsjes kopen.’

Toen Logan terugkwam van de kleine kruidenierszaak, zat Steel onderuitgezakt achter in de patrouillewagen naast Spotty. Logan stapte aan de andere kant in, zodat Spotty tussen hen ingeklemd zat.

Steel boog zich over hun arrestant en keek Logan aan. ‘Wat heb je?’

‘Aardbei, sinaasappel en een Cornetto met chocola.’

Ze stak haar hand uit. ‘Cornetto. Geef op.’ Ze deed het papier eraf, nam tevreden een hap en vroeg met volle mond: ‘En jij, Derek? Wil je misschien een sinasijsje? Nee, dat vloekt natuurlijk met je haar. Een aardbeienijsje voor Derek hier, Laz.’

Logan reikte hem aan, maar Spotty de Neanderthaler, alias Derek, pakte hem niet aan. Niet verbazingwekkend want zijn handen waren geboeid op zijn rug.

‘Geef hier,’ zei Steel. Ze pakte het waterijsje en hield het tegen Dereks wang. ‘Hier, dat is goed tegen de zwellingen.’

‘Dat is koud.’ Dereks stem klonk hoog en schril.

‘Tja, dat krijg je als je zo stom bent. Als iemand “Politie” roept heb je twee mogelijkheden: ofwel je houdt op met wat je aan het doen bent en je gedraagt je, ofwel je zet het op een lopen.’ Ze nam een hap van haar Cornetto. ‘Mmmmph mmmf mnn mnnfmmmmph fmmmnnnt?’

‘Ik geloof dat die klotesmeris mijn kaak heeft gebroken…’

‘Dan zou je nu niet kunnen praten, idioot. Ik vroeg met wie jullie aan het matten waren.’

‘Ik heb pijn!’

‘Als je niet gaat praten heb je straks nog veel meer pijn.’ Ze gooide de lolly terug naar Logan. ‘Mijn brigadier hier houdt ervan om autoportieren dicht te slaan als er nog mensenhanden tussen zitten. Dat is zijn hobby. Wil je dat ik een wandelingetje ga maken? Dan zie ik als ik terugkom wel of je al je vingers nog hebt.’

‘Het was een…’ Spotty likte aan zijn bovenlip. ‘Het waren supporters van de Rangers en ze zeiden dat de Dons kut waren. Dat konden wij natuurlijk niet pikken…’

‘Gelul.’ Steel opende het portier. ‘Begin maar met zijn rukhand, Laz. Ik ga even een stukje lopen.’

Derek keek Logan aan met half dichtgeknepen ogen. ‘Dat kun je niet…’

‘Mag ik zijn duimen ook breken?’

De inspecteur knikte. ‘Mij best.’

‘Het was gewoon een potje matten! Meer niet. Voetbal. Dat snappen jullie toch wel?’

‘Doe zijn tenen ook maar.’ Steel hees zich omhoog, likte wat zacht geworden chocolade-ijs van haar hand, sloeg het portier dicht en rekte zich uit in de zon.

Dereks gezicht vertrok. ‘NEE, WACHT! Ik was niet… Ik…’ Hij sloot zijn ogen en huiverde toen Steel de auto weer in stapte.

‘Schiet een beetje op, Derek, mijn Cornetto is aan het smelten.’

‘Ze wilden ons dwingen om… om spul voor ze te verkopen. Je weet wel, in plaats van voor degenen voor wie we het nu altijd verkopen.’

‘Oké, en wie mag dat dan wezen?’

‘Dat weet ik niet meer.’ Derek keek nors naar de man achter in de Alfa 14, de man met de geplette neus. ‘Die vuile kut-Polen. Dat komt maar hier, pikt onze banen in en neukt onze vrouwen…’

Logan gaf hem een por tegen zijn schouder. ‘Heb je ooit wel eens anonieme brieven verstuurd, Derek? Je weet wel, met veel verschillende lettertypes en uitroeptekens?’

‘Huh?’

‘Waar was je gisteravond?’

‘Ik ben bij Harry Jordan langs geweest en daar dronken geworden. Vraag het hem zelf maar. We hadden een feestje met zijn… We hadden een feestje.’

Steel schudde afkeurend haar hoofd. ‘Ik hoop dat je een kapotje hebt gebruikt, Derek. Want bij die meiden van Harry Jordan loop je allerlei nare ziektes op.’ Ze tikte hem met het aardbeienijsje tegen het gezicht. ‘Nou, en ga je ons nog vertellen voor wie je verkoopt? Al kan ik dat zelf ook wel bedenken.’ Ze wees naar het groen-gele uithangbord van de Turf ’n Track. ‘Schiet op, Derek, doe nou eens verstandig.’

Maar Derek had geen zin om een levenslange gewoonte te doorbreken.

De man met de geplette neus zat aan de andere kant van de verhoortafel en herhaalde voor de zoveelste keer: ‘Nie mowie po angielsku.

Dat was het enige wat hij zei, steeds weer opnieuw: Ik spreek geen Engels.

Gore leugenaar.

Steel geeuwde, keek op haar horloge en gaf Logan opdracht de banden stil te zetten. ‘Krijg wat.’ Ze stond op en leunde toen over de tafel in een poging boven de arrestant uit te torenen. ‘Luister eens goed, lieverd, ik weet heel goed dat je Engels spreekt, ik heb getuigen die dat hebben gehoord. Maar als je tegenover mij de vermoorde onschuld wilt uithangen zorgen we wel voor een tolk. En daarna zetten we je vast wegens obstructie. En openbare geweldpleging. En er zullen me nog wel andere dingen te binnen schieten. We hebben hier nog een hele stapel onopgeloste inbraken, lijkt het je wat om die in je mik geschoven te krijgen?’

‘Nie mowie po angielsku.’

‘Blablabla.’ Ze liep naar de deur. ‘Gooi hem maar weer in de cel, Laz. We proberen het morgenochtend opnieuw met een tolk erbij. Wij gaan er lekker vroeg mee nokken en op zoek naar een kroeg met een terras.’

Dat was het beste idee dat Logan de hele dag gehoord had.

Ondanks het feit dat het pas halfacht was, leek verhoorkamer drie die woensdagochtend op een sauna – de aftandse radiator in de hoek ratelde en bonkte enthousiast, hoewel de mussen buiten van het dak vielen. Logan en Steel zaten aan de verhoortafel, allebei met een rossige tint als gevolg van de drie uur die ze de middag ervoor hadden doorgebracht aan een tafeltje op het terras van de Triple Kirks, waar ze ruime hoeveel heden bier en witte wijn hadden gedronken.

De tolk hing aan de andere kant van de tafel in haar stoel en herhaalde voor de zoveelste maal een antwoord dat Logan zo onderhand niet meer kon aanhoren, terwijl de zweetvlekken in haar bloes onder de oksels steeds donkerder werden.

‘Hij zegt dat hij niets weet.’

Steel sloeg met haar vuist op het gebarsten formica van de tafel. ‘Hou op met dat gedraai. Ik wil weten voor wie hij werkt!’

De tolk zuchtte en probeerde het opnieuw. ‘Zapytaca: dla kogo pracujesz?’

De gedrongen en stevig gebouwde man met de geplette neus haalde zijn schouders op en herhaalde zijn antwoord in het Pools. Zijn spraakvermogen was lichtelijk aangetast door de klappen die hij had geïncasseerd. Zijn gezicht leek op één omvangrijke kneuzing, met hier en daar een pleister. Het zag er niet fraai uit.

‘Hij werkt voor niemand. Hij is in Aberdeen om zijn neef te bezoeken.’

‘Hoe komt het dan dat we hem hebben betrapt op deelname aan een vechtpartij voor de ingang van een uitspanning die voornamelijk wordt bezocht door kleine criminelen? Waarom heb ik dan beneden in het cellenblok een drugsdealer zitten die me vertelt dat de meneer met de geplette neus hier geprobeerd heeft hem te ronselen? Voor – wie – werkt – hij?’

‘Welke vraag wilt u dat ik hem het eerst stel?’

‘O, godallemachtig. We wéten dat de klootzak Engels spreekt…’

Een klop op de deur.

Hoofdinspecteur Finnie marcheerde de kamer binnen zonder op een uitnodiging te wachten. ‘Inspecteur, kan ik je even spreken?’

De tolk wachtte totdat Steel de kamer uit was en vroeg Logan toen of ze altijd zo erg was.

‘Heeft ze een hekel aan Poolse mensen?’

‘Alleen als ze tegen haar liegen.’

‘U moet het eens vanuit hun standpunt bekijken,’ zei ze, met een hoofdbeweging naar de arrestant. ‘Ten tijde van het communisme was de Poolse politie een ware verschrikking. Ze waren de uitvoerders van het regime. Ze lieten mensen gewoon verdwijnen. En na de onafhankelijkheid waren ze nauwelijks beter: corrupt en lui. Dus niemand daar vertrouwt de politie en dat kun je ze nauwelijks kwalijk nemen, toch?’

‘Nou, niet als ze…’ Logan hield zijn mond en luisterde naar de stemverheffing in de gang.

De tolk keek verbaasd. ‘Wat?’

‘Ssssst.’ Hij stak zijn hand op ten teken dat ze moest zwijgen. Steel en hoofdinspecteur Finnie stonden aan de andere kant van de deur te bekvechten.

Steel: ‘Ik peins er niet over. Ik ga niet…’

Finnie: ‘Dat was geen verzoek, inspecteur, dat was een bevel!’

Steel: ‘Ik zit midden in een…’

Finnie: ‘Jij dwarsboomt een lopend onderzoek.’

Steel: ‘Ik doe verdomme gewoon mijn werk!’

Finnie: ‘Daar hou je dan nu maar onmiddellijk mee op! En als je daar een probleem mee hebt neem je het maar op met de commissaris.’

Een woedende stilte.

Steel: ‘Goed dan. Ontferm jij je dan maar over dat lachebekje daarbinnen.’ Ze rukte de deur open en keek Logan geagiteerd aan. ‘Hou er maar mee op. We zijn van de zaak af gehaald.’