61
De huishoudster had de lunch op een dienblad in zijn kantoor geserveerd, en tussen de happen door blafte Calvin Whitehall bevelen tegen Lou Knox. Hij was de hele ochtend al in een rothumeur en Lou vermoedde dat dat deels te wijten was aan Fran Simmons, die hem behoorlijk begon te irriteren. Lou wist dat ze voortdurend belde voor een gesprek en dat ze weigerde zich te laten afschepen door Cals vage beloftes dat hij zou proberen iets te regelen. Van een gesprek tussen Jenna en Cal, dat hij toevallig had gehoord, wist Lou ook dat Simmons vanmiddag om twaalf uur een afspraak had met Peter Black.
Toen de privételefoon om halfeen ging, had Lou zo'n idee dat het Black zou zijn om verslag te doen van de ontmoeting. Zijn instinct had hem niet bedrogen, en wat het ook mocht zijn dat Black vertelde, het maakte Cal razend. 'Wat heb je gezegd toen ze vroeg waarom Gary je liet komen? Als ze dat spoor gaat volgen... Waarom heb je haar ook laten komen? Je weet dat je jezelf alleen maar schade kunt berokkenen. Er zijn geen hersens voor nodig om dat te snappen.'
Toen Cal de hoorn neersmeet, leek hij een beroerte nabij. Bijna onmiddellijk werd er weer gebeld en zijn scherpe toon werd meteen vriendelijker toen hij hoorde wie hij aan de lijn had. 'Ja dokter, ik heb met Peter gesproken, eigenlijk een minuut geleden... Nee, hij heeft me niets bijzonders verteld. Had hij dat moeten doen?'
Lou wist dat de beller Adrian Logue moest zijn, de oogarts, of wat hij ook beweerde te zijn, die op de boerderij in West Redding woonde. Om de een of andere reden die Lou niet kende, werd Logue door zowel Whitehall als Black - en voorheen door Gary Lasch - met de grootste eerbied behandeld. Door de jaren heen had Lou Cal af en toe naar de boerderij gereden. Het bezoek had echter nooit lang geduurd, en Lou moest altijd in de auto wachten. Hij had Logue maar een of twee keer van dichtbij gezien - een magere, vriendelijk uitziende vent met grijs haar, die zo langzamerhand in de zeventig moest zijn. Lou zag aan de uitdrukking op het gezicht van zijn baas dat hij woedend was over wat de dokter hem vertelde.
Het was altijd een slecht teken als Cal ijzig werd in plaats van op te vliegen. Terwijl Lou stond toe te kijken, verstarde Cals gezicht tot een strak, ijzig masker, en zijn ogen werden smalle, versluierde spleten die Lou deden denken aan een tijger die op het punt staat zijn prooi te bespringen. Toen Cal begon te praten, was zijn stem beheerst maar ongelooflijk zelfverzekerd en autoritair. 'Dokter, ik heb alle respect voor u, maar u had absoluut niet het recht om Peter Black te dwingen door te gaan met de procedure. En hij had niet het recht om aan uw wensen te voldoen. Ik kan niets bedenken dat méér onnodig risico met zich meebrengt, helemaal op het ogenblik. U kunt onder geen enkele voorwaarde aanwezig zijn als de reactie intreedt. U zult, zoals gebruikelijk, tevreden moeten zijn met de videotape.' Lou kon niet verstaan wat dokter Logue zei, maar hij hoorde wel dat zijn stem steeds luider werd. Cal onderbrak hem. 'Dokter, ik verzeker u dat u de band vanavond nog heeft.' Hij hing abrupt op en zond Lou een blik toe die hem liet weten dat hij ernstige moeilijkheden had.
'Ik geloof dat ik je te kennen heb gegeven dat Fran Simmons een probleem is,' zei hij. 'Het is tijd om dat probleem aan te pakken.'